ESP Abarth 500 2015 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: ABARTH, Model Year: 2015, Model line: 500, Model: Abarth 500 2015Pages: 211, PDF Size: 15.91 MB
Page 129 of 211

BELANGRIJK
100) Trap het koppelingspedaal
helemaal in om op juiste wijze te
schakelen. Om die reden mag
er niets op de vloer onder het
pedaalsamenstel liggen. Zorg dat
de vloerbekleding steeds vlak is
en dat hij de slag van de pedalen
niet hindert.
BELANGRIJK
21) Rijd niet met de hand op de
pookknop omdat de uitgeoefende
druk, hoe licht ook, na verloop
van tijd slijtage aan de interne
onderdelen van de
versnellingsbak kan veroorzaken.
BRANDSTOFBESPARING
ALGEMENE
OPMERKINGEN
Onderhoud van de auto
Voer de controles en afstellingen uit die
in het “Geprogrammeerd
Onderhoudsschema“ zijn aangegeven
(zie hoofdstuk "Onderhoud en zorg").
Banden
Controleer minstens één keer per
maand de bandenspanning: als de
spanning te laag is, wordt de
weerstand groter en neemt het
brandstofverbruik toe.
Overbodige bagage
Rijd niet met een te zwaar beladen
bagageruimte. Het gewicht van de auto
en de gewichtsverdeling beïnvloeden
in grote mate het brandstofverbruik en
de stabiliteit. Gebruik voor het vervoer
van grote voorwerpen een aanhanger,
indien mogelijk.Imperiaal/skidrager
Verwijder de imperiaal of de skidrager
na gebruik. Deze accessoires
reduceren de aerodynamica van de
auto, waardoor het brandstofverbruik
toeneemt.
Elektrische apparatuur
Gebruik elektrische apparaten alleen
wanneer nodig. De
achterruitverwarming, de verstralers, de
ruitenwissers en de aanjager van het
ventilatie-/verwarmingssysteem nemen
veel stroom op, waardoor het
brandstofverbruik toeneemt (tot 25% in
stadsverkeer).
Klimaatregelsysteem
Het gebruik van de klimaatregeling doet
het brandstofverbruik toenemen:
gebruik bij voorkeur alleen de ventilatie
als de buitentemperatuur dit toestaat.
Aerodynamische
accessoires
Het gebruik van niet-gecertificeerde
aerodynamische accessoires kan
de aerodynamica en het
brandstofverbruik negatief beïnvloeden.
125
Page 131 of 211

AANHANGERS
TREKKEN
BELANGRIJKE
INFORMATIE
Voor het trekken van aanhangers of
caravans moet de auto zijn voorzien
van een goedgekeurde trekhaak en een
geschikte elektrische installatie. De
trekhaak moet door gespecialiseerd
personeel worden gemonteerd die de
speciale documentatie voor het rijden
over wegen zal overhandigen.
Monteer eventuele speciale en/of extra
buitenspiegels conform de
wegenverkeerswetgeving.
Vergeet niet dat het klimvermogen van
de auto door het gewicht van een
aanhanger of caravan wordt
gereduceerd. Ook de remafstand wordt
langer en er is meer tijd nodig om in te
halen.
Schakel een lage versnelling in bij een
helling omlaag om een continu gebruik
van de rem te voorkomen.Op de trekhaak rust het gewicht van de
aanhanger waardoor het laadvermogen
van de auto proportioneel wordt
gereduceerd. Om er zeker van te zijn
dat het maximum toelaatbaar
getrokken gewicht (op de
typegoedkeuring vermeld) niet wordt
overschreden, dient men in acht te
nemen dat deze waarde betrekking
heeft op het toelaatbaar gewicht van
volgeladen aanhangwagen, inclusief
accessoires en bagage.
Respecteer de voor elk land specifieke
snelheidsbeperkingen voor auto’s
met aanhanger.
Rijd in geen geval harder dan 100
km/h.
101) 102)
BELANGRIJK
101) Het ABS waarmee de auto is
uitgerust heeft geen controle
over het remsysteem van de
aanhanger. Wees bijzonder
voorzichtig op gladde wegen.102) Probeer nooit de remwerking
van de aanhanger te beïnvloeden
door wijzigingen aan het
remsysteem van het voertuig uit
te voeren. Het remsysteem van de
aanhanger moet volledig
onafhankelijk zijn van het
hydraulisch systeem van de auto.
127
Page 133 of 211

LANGDURIGE
STILSTAND VAN DE
AUTO
Tref de volgende voorzorgen als de
auto langer dan een maand niet
gebruikt zal worden:
❒zet de auto in een overdekte, droge
en indien mogelijk goed geventileerde
ruimte en zet de ruiten iets open;
❒controleer of de handrem niet is
aangetrokken;
❒schakel een versnelling in;
❒koppel de minpool van de accu los
en controleer de laadtoestand.
Gedurende de stilstand moet deze
controle iedere drie maanden worden
herhaald;
❒als de accu niet van de elektrische
installatie wordt losgekoppeld,
controleer dan elke maand de lading;
❒maak de met lak gespoten delen
schoon en behandel ze met een
beschermende was;
❒reinig en bescherm de glanzende
metalen delen met speciale middelen
die in de handel verkrijgbaar zijn;
❒bestrooi de wisserrubbers van de
ruitenwissers en achterruitwisser met
talkpoeder en til ze van de ruit op;❒dek de auto af met een doek of een
geperforeerde kunststof hoes.
Gebruik geen dichte plastic hoezen,
omdat het op de carrosserie
aanwezige vocht dan niet kan
verdampen;
❒pomp de banden 0,5 bar boven de
voorgeschreven spanning op en
controleer de spanning met
regelmatige tussenpozen;
❒tap het koelsysteem van de motor
niet af;
129
Page 154 of 211

BELANGRIJK
117) Als de zekering weer doorbrandt, contact opnemen met het Abarth Servicenetwerk.
118) Vervang een doorgebrande zekering nooit door metalen draden of ander materiaal.
119) Vervang een zekering nooit door een exemplaar met een hogere stroomsterkte; BRANDGEVAAR.
120) Als een hoofdzekering (MEGA-ZEKERING, MIDI-ZEKERING, MAXI-ZEKERING) doorbrandt, contact opnemen met
het Abarth Servicenetwerk.
121) Alvorens een zekering te vervangen, moet gecontroleerd worden of de contactsleutel uit het slot is genomen en of
alle stroomverbruikers uit staan en/of zijn uitgeschakeld.
122) Als een hoofdzekering voor veiligheidsinrichtingen (airbagsysteem, remsysteem), motorsystemen (motorsysteem,
transmissiesysteem) of stuurinrichting doorbrandt, neem dan contact op met het Abarth Servicenetwerk.
BELANGRIJK
27) Als de motorruimte moet worden schoongespoten, voorkom dan dat de waterstraal rechtstreeks op de
zekeringenkast in de motorruimte wordt gericht.
150
NOODGEVALLEN
Page 165 of 211

PERIODIEKE
CONTROLES
Elke 1.000 km of vóór een lange reis
controleren en eventueel bijvullen:
❒niveau motorkoelvloeistof;
❒remvloeistofniveau;
❒vloeistofniveau ruitensproeier;
❒conditie en spanning banden;
❒werking verlichting (koplampen,
richtingaanwijzers,
alarmknipperlichten, enz..);
❒werking ruitenwissers/-sproeiers en
stand/slijtage wisserbladen
voor/achter.
Elke 3.000 km controleren en eventueel
bijvullen: motorolieniveau.
Het gebruik van PETRONAS
LUBRICANTS producten wordt
aanbevolen, omdat deze speciaal voor
Abarth auto's zijn ontworpen en
geproduceerd (zie tabel “Inhouden” in
het hoofdstuk “Technische gegevens”).
INTENSIEF GEBRUIK
VAN DE AUTO
Als vooral een intensief gebruik van de
auto wordt gemaakt, zoals:
❒het trekken van aanhangers of
caravans;
❒het rijden op stoffige wegen;
❒talrijke korte ritten (minder dan 7-8
km) en bij buitentemperaturen onder
het vriespunt;
❒de motor vaak stationair draait of
lange afstanden worden gereden
bij lage snelheden of als de auto lang
niet wordt gebruikt;
dienen de volgende controles vaker te
worden uitgevoerd dan aangegeven
in het Geprogrammeerd
onderhoudsschema:
❒remblokken van schijfremmen voor
op conditie en slijtage controleren;
❒sloten van motorkap en achterklep
op aanwezigheid van vuil controleren,
mechanismen reinigen en smeren;
❒visueel de toestand controleren van:
motor, versnellingsbak, transmissie,
slangen en leidingen (uitlaat,
brandstof- en remsysteem) en rubber
elementen (hoezen, balgen, bussen
enz.);❒laadtoestand accu en niveau
accuvloeistof (elektrolyt) controleren;
❒conditie van aandrijfriemen van
hulporganen visueel controleren;
❒motorolie en oliefilter controleren en
zo nodig vervangen;
❒pollenfilter controleren en zo nodig
vervangen;
❒luchtfilter controleren en zo nodig
vervangen.
161
Page 169 of 211

133) Rijd nooit met een leeg
ruitensproeierreservoir:
ruitensproeiers zijn van
fundamenteel belang voor een
goed zicht. Sommige in de handel
verkrijgbare
ruitensproeiervloeistoffen zijn
licht ontvlambaar. De motorruimte
omvat warme onderdelen die bij
contact met de vloeistof brand
kunnen veroorzaken.
134) Remvloeistof is giftig en uiterst
corrosief. Als er per ongeluk
remvloeistof gemorst wordt,
moeten de betrokken delen
onmiddellijk worden gewassen
met water en neutrale zeep.
Vervolgens met veel water
afspoelen. In geval van inslikken
onmiddellijk een arts raadplegen.
135) Het symbool
op het reservoir
geeft aan dat een synthetische
remvloeistof moet worden
gebruikt, dus geen minerale
remvloeistof. Het gebruik van
minerale vloeistoffen kan de
speciale rubberen pakkingen in
het remsysteem onherstelbaar
beschadigen.
LUCHTFILTER/
POLLENFILTER
Neem voor het vervangen van de filters
contact op met het Abarth
Servicenetwerk.
ACCU
Het voertuig is voorzien van een
onderhoudsarme accu: onder normale
gebruiksomstandigheden hoeft er
niet bijgevuld te worden met elektrolyt
en gedestilleerd water.
ACCULADING EN
ELEKTROLYTNIVEAU
CONTROLEREN
De werkzaamheden moeten uitgevoerd
worden zoals beschreven in dit
Instructieboek en uitsluitend door
gespecialiseerd personeel. Het bijvullen
mag uitsluitend door deskundig
personeel van het Abarth
Servicenetwerk worden verricht.
ACCU VERVANGEN
136) 137) 138) 139)
33)
4)
Vervang indien nodig de accu door een
andere originele accu met dezelfde
specificaties.
Als de accu vervangen wordt door een
accu met andere specificaties, dan
zijn de onderhoudsintervallen die in het
“Onderhoudsschema” van dit
hoofdstuk zijn vermeld, niet meer
geldig.
165
Page 170 of 211

Volg de aanwijzingen van de fabrikant
van de accu voor het onderhoud.
NUTTIG ADVIES OM DE
LEVENSDUUR VAN DE
ACCU TE VERLENGEN
Neem de volgende aanwijzingen in acht
om het snel ontladen van de accu te
voorkomen en de levensduur te
verlengen:
❒wanneer de auto wordt geparkeerd,
controleer dan of de portieren, de
motorkap en de achterklep goed
gesloten zijn. Hiermee wordt
voorkomen dat de interieurverlichting
blijft branden.
❒schakel de interieurverlichting uit: de
auto is in ieder geval uitgerust met
een systeem voor automatische
uitschakeling van de
interieurverlichting;
❒houd accessoires (bijv. autoradio,
alarmknipperlichten, etc.) niet te
lang ingeschakeld wanneer de motor
is uitgezet;
❒maak, voordat er werkzaamheden
aan de elektrische installatie worden
uitgevoerd, de minpool van de accu
los;
❒trek de accuklemmen stevig aan.BELANGRIJK Als het ladingsniveau
gedurende langere tijd onder 50% blijft,
raakt de accu door sulfatering
beschadigd. Hierdoor verminderen de
capaciteit en het startvermogen.
De accu is in dit geval ook gevoeliger
voor bevriezing (dit kan reeds bij
temperaturen van -10°C gebeuren). Als
het voertuig langere tijd niet gebruikt
wordt, zie dan "Langdurige stilstand
van de auto” in het hoofdstuk "Starten
en rijden".
Als men na aanschaf van het voertuig
elektrische accessoires wil monteren
die constante elektrische voeding nodig
hebben (diefstalalarm, enz.) of veel
stroom verbruiken, dient men contact
op te nemen met het gespecialiseerde
personeel van het Abarth
Servicenetwerk. Zij kunnen het totale
stroomverbruik beoordelen en
controleren of de elektrische installatie
hierop berekend is en of het
noodzakelijk is een accu met een
grotere capaciteit te monteren.
Er zijn namelijk ook apparaten die bij
afgezette motor stroom blijven
verbruiken en op deze manier de accu
ontladen.
BELANGRIJK
136) Accuvloeistof is giftig en
corrosief. Vermijd contact met
huid en ogen. Houd open vuur en
bronnen van vonken uit de buurt
van de accu: brand- en
ontploffingsgevaar.
137) Als de accu met een te laag
vloeistofniveau werkt, kan hij
onherstelbaar beschadigd raken
en zelfs ontploffen.
138) Als het voertuig langdurig
gestald moet worden bij zeer lage
temperaturen, verwijder de accu
dan en breng deze naar een
verwarmde plek, om bevriezing te
voorkomen.
139) Als er werkzaamheden aan of in
de buurt van de accu uitgevoerd
moeten worden, altijd uw ogen
beschermen met een
veiligheidsbril.
166
ONDERHOUD EN ZORG
Page 171 of 211

BELANGRIJK
33) Onjuiste installatie van
elektrische en elektronische
accessoires kan ernstige schade
aan de auto toebrengen. Als na
aanschaf van de auto accessoires
(alarmsysteem, radiotelefoon
enz.) gemonteerd moeten worden,
neem dan contact op met het
Abarth Servicenetwerk, dat de
meest geschikte apparaten weet
aan te raden en vooral kan
beoordelen of een accu met een
grotere capaciteit nodig is.
BELANGRIJK
4) Accu’s bevatten stoffen die zeer
gevaarlijk zijn voor het milieu. Het
wordt aanbevolen contact op te
nemen met het Abarth
Servicenetwerk om de accu te
laten vervangen.
WIELEN EN BANDEN
Controleer voor een lange reis en elke
twee weken de bandenspanning van
de banden en het ruimtebesparend
reservewiel. Deze controle moet bij
koude banden worden uitgevoerd.
140) 141) 142) 143)
Het is normaal dat de spanning tijdens
het rijden toeneemt. Zie voor de
correcte bandenspanning de “Wielen”
in het hoofdstuk “Technische
gegevens”.
Onjuiste bandenspanning leidt tot
abnormale slijtage van de banden fig.
129:
Anormale spanning: gelijkmatige
slijtage van het loopvlak.
Bte lage spanning: overmatige slijtage
aan de zijkanten van het loopvlak.
Cte hoge spanning: overmatige slijtage
in het midden van het loopvlak;
Banden moeten worden vervangen
wanneer de profieldiepte van het
loopvlak minder dan 1,6 mm bedraagt.
Houd u in ieder geval aan de wettelijke
voorschriften van het land waarin wordt
gereden.
BELANGRIJKE INFORMATIE
❒Vermijd, zoveel mogelijk, bruusk
remmen, optrekken met piepende
banden en heftige schokken tegen
stoepranden, kuilen of andere harde
obstakels. Lang rijden op een slecht
wegdek kan de banden
beschadigen;
❒controleer de banden regelmatig op
scheuren in de wangen,
oneffenheden of onregelmatige
slijtage op het loopvlak. Neem zo
nodig contact op met het Abarth
Servicenetwerk.
❒rijd nooit met een te zwaar beladen
auto: dit kan ernstige beschadiging
van banden en velgen veroorzaken;
❒stop onmiddellijk bij een lekke band
en verwissel het wiel om
beschadiging van de band, de velg,
de wielophanging en de
stuurinrichting te voorkomen;
129AB0A0111
167
Page 172 of 211

❒banden verouderen, ook als ze
weinig gebruikt zijn. Scheurtjes in het
loopvlak en op de wangen betekenen
dat de band verouderd is. Laat de
banden door gespecialiseerd
personeel controleren als ze langer
dan 6 jaar onder de auto zijn
gemonteerd. Vergeet ook niet het
noodreservewiel zorgvuldig te laten
controleren;
❒monteer in geval van vervanging altijd
nieuwe banden en vermijd banden
waarvan de herkomst dubieus is;
❒bij de montage van een nieuwe band
moet ook een nieuw ventiel worden
voorzien;
❒om een gelijkmatige slijtage van voor-
en achterbanden te garanderen,
wordt geadviseerd ze elke 10-15
duizend kilometer van as te
verwisselen; houd de banden aan
dezelfde zijde van het voertuig
gemonteerd zodat de draairichting
niet wordt omgekeerd.
BELANGRIJK
140) Onthoud dat de wegligging van
de auto in grote mate van een
juiste bandenspanning afhankelijk
is.
141) Als de bandenspanning te laag
is, kan de band oververhit raken
en als gevolg daarvan ernstig
beschadigd raken.
142) Verwissel de banden niet door
ze van de linker- naar de
rechterzijde te monteren en
andersom.
143) Voer bij lichtmetalen velgen
nooit spuitwerkzaamheden uit die
een temperatuur vereisen boven
150°C. Dit kan de mechanische
eigenschappen van de wielen
in gevaar brengen.
RUBBER SLANGEN
Houd voor wat betreft het onderhoud
van de rubber slangen van het rem- en
brandstoftoevoersysteem zorgvuldig
het “Geprogrammeerd
Onderhoudsschema” in dit hoofdstuk
aan.
Ozon, hoge temperaturen en een
langdurig gebrek aan vloeistof in het
systeem zorgen ervoor dat de slangen
uitdrogen en scheuren, met mogelijke
lekkage als gevolg. Daarom zijn
zorgvuldige controles noodzakelijk.
168
ONDERHOUD EN ZORG
Page 173 of 211

RUITENWISSERS/
WISSERBLADEN
Vervang de wisserbladen wanneer het
rubber vervormd of versleten is. Het
is in elk geval raadzaam de
wisserbladen ongeveer jaarlijks te
vervangen.
144)
Met enkele eenvoudige
voorzorgsmaatregelen kan de
beschadiging van het wisserblad
worden gereduceerd:
❒bij temperaturen onder het vriespunt
moet men controleren of er ijs tussen
het wisserblad en de ruit is. Gebruik
zo nodig een antivriesmiddel om
de wissers vrij te maken;
❒verwijder sneeuw van de ruit: dit
voorkomt schade aan de
wisserbladen en beschermt de
ruitenwissermotor tegen
oververhitting;
❒gebruik de ruitenwissers/
achterruitwisser nooit op een droge
ruit.WISSERBLADEN
VOORRUIT VERVANGEN
Ga als volgt te werk:
❒hef de wisserarm A fig. 130 op en
plaats het wisserblad onder een hoek
van 90° ten opzichte van de arm;
❒druk op knop A en verwijder het
wisserblad C fig. 130 uit de arm B fig.
130;
❒breng het nieuwe wisserblad aan en
controleer of het goed vastzit.
WISSERBLAD
ACHTERRUIT
VERVANGEN
Ga als volgt te werk:
❒til deksel A fig. 131 op en verwijder
de arm van het voertuig door de
moer Bfig. 131 , waarmee de arm
bevestigd is aan het scharnierpunt,
los te draaien;❒zet de nieuwe arm goed op zijn
plaats en draai de moer helemaal
vast;
❒zet het deksel omlaag.
SPROEIERS
Ruitensproeier
Als de ruitensproeiers niet goed
werken, controleer dan eerst of er
ruitensproeiervloeistof in het reservoir zit
(zie “Niveaus controleren” in dit
hoofdstuk).
Controleer vervolgens of de
sproeigaatjes niet verstopt zijn. Gebruik
zo nodig een naald om ze te
ontstoppen.
De stralen van de ruitensproeiers
kunnen gericht worden door de hoek
van de sproeiermonden af te stellen.
130AB0A0112
131AB0A0113
169
ACHTERRUITWISSER