Abarth Grande Punto 2007 Instructieboek (in Dutch)
Manufacturer: ABARTH, Model Year: 2007, Model line: Grande Punto, Model: Abarth Grande Punto 2007Pages: 210, PDF Size: 3.42 MB
Page 71 of 210

70
VEILIGHEID
STARTEN ENRIJDEN
LAMPJES ENBERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD EN ZORG
TECHNISCHEGEGEVENS
ALFABETISCH REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
fig. 83F0M0101m
Controleer of de rugleuning aan beide zij-
den goed vergrendeld is om te voorko-
men dat in geval van bruusk remmen, de
rugleuning naar voren kan klappen en de
passagiers kan verwonden.
fig. 82F0M020Abfig. 81F0M088Ab
Achterbank terugplaatsen fig. 81
Plaats de rugleuning omhoog en druk de
leuning naar achteren, totdat beide borg-
mechanismen hoorbaar inklikken.
Plaats de gespen van de veiligheidsgordels
omhoog en zet de zitting weer in de nor-
male gebruiksstand.
BELANGRIJK Als de rugleuning goed is
vergrendeld, dan is de “rode band” naast
de hendels voor het neerklappen van de
rugleuning, niet meer zichtbaar. Als de
“rode band” zichtbaar is, is de rugleuning
niet goed vergrendeld. Als de rugleuning
in de normale gebruiksstand wordt gezet,
controleer dan of de rugleuning hoorbaar
vergrendelt.
fig. 84F0M0222m
HOEDENPLANK VERWIJDEREN
Als u de hoedenplank wilt verwijderen om
de bagageruimte te vergroten: maak de bo-
venste uiteinden A-fig. 83 van de twee
trekkoorden los door de ogen van de pen-
nen te schuiven, maak de hoedenplank los,
draai hem in de zitting en maak de twee
pennen fig. 84 los uit de zittingen aan de
zijkant.
De verwijderde hoedenplank kan dwars
tussen de rugleuningen van de voorstoe-
len en de omgeklapte achterbank worden
opgeborgen fig. 82.
Page 72 of 210

71
VEILIGHEID
STARTEN ENRIJDEN
LAMPJES ENBERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD EN ZORG
TECHNISCHEGEGEVENS
ALFABETISCH REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
CARGOBOX (indien aanwezig)
De cargobox bestaat uit een voorgevormd
element fig. 87voor het opbergen van
voorwerpen in de bagageruimte, waar-
door een vlakke laadvloer ontstaat.
BELANGRIJK Om voorwerpen op het af-
dekblad van de Cargobox te plaatsen,
moet de lange stang in het midden wor-
den gehouden. De maximaal toegestane
belasting is 50 kg.
fig. 87F0M0175m
MOTORKAP
OPENEN
Ga als volgt te werk:
❒trek de hendel fig. 88 in de richting van
de pijl;
❒trek aan het hendeltje A-fig. 89, zoals
aangegeven in de afbeelding;
❒til de motorkap op en trek gelijktijdig
de steunstang D-fig. 90 uit de klem;
steek vervolgens het uiteinde C-fig. 91
van de stang in de zitting Eop de
motorkap.
BELANGRIJK Controleer of de armen van
de ruitenwissers tegen de ruit aanstaan
voordat u de motorkap optilt.
Page 73 of 210

72
VEILIGHEID
STARTEN ENRIJDEN
LAMPJES ENBERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD EN ZORG
TECHNISCHEGEGEVENS
ALFABETISCH REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
SLUITEN
Ga als volgt te werk:
❒houd de motorkap met een hand om-
hoog, trek met de andere hand de stang
C-fig. 91 uit de zitting Een plaats de
steunstang terug in de klem D-fig. 90;
fig. 89F0M022Abfig. 88F0M021Ab
❒laat de motorkap tot op ongeveer 20
cm van de motorruimte zakken, laat de
motorkap vallen en controleer of de
motorkap goed is gesloten door de mo-
torkap op te tillen. De motorkap mag
niet alleen door de beveiliging vergren-
deld zijn. Druk in dit laatste geval de
motorkap niet dicht, maar til hem op-
nieuw op en herhaal de handeling.
BELANGRIJK Controleer altijd of de mo-
torkap vergrendeld is om te voorkomen
dat deze tijdens het rijden opengaat.
fig. 90F0M080Ab
fig. 91F0M0133m
Page 74 of 210

73
VEILIGHEID
STARTEN ENRIJDEN
LAMPJES ENBERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD EN ZORG
TECHNISCHEGEGEVENS
ALFABETISCH REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
Om veiligheidsredenen moet
de motorkap tijdens het rij-
den altijd goed gesloten zijn. Contro-
leer daarom altijd of de motorkap
goed vergrendeld is. Als u tijdens het
rijden merkt dat de motorkap niet
goed vergrendeld is, stop dat onmid-
dellijk en sluit de motorkap op de juis-
te wijze.
ATTENTIE
Als de steunstang verkeerd
geplaatst wordt, kan de mo-
torkap onverwachts dichtvallen.
ATTENTIE
Voer deze handeling alleen
uit als de auto stilstaat.
ATTENTIE
IMPERIAAL/
SKIDRAGER
3-deurs uitvoeringen
De voorste bevestigingspunten bevinden
zich op de punten A-fig. 92.
De achterste bevestigingspunten bevinden
zich op de punten B. Deze worden aan-
gegeven met symbolen (
O) op de zijrui-
ten achter. BELANGRIJK U dient zich strikt aan de
aanwijzingen te houden die in het pakket
zijn meegeleverd. De montage moet altijd
door deskundige personen worden uitge-
voerd.fig. 92F0M023Ab
Controleer na enkele kilo-
meters opnieuw of de beves-
tigingsbouten nog goed vastzitten.
ATTENTIE
Houdt u zorgvuldig aan de
wettelijke bepalingen be-
treffende de maximale afme-
tingen.
Verdeel de lading gelijkmatig
en houd tijdens de rit reke-
ning met een verhoogde zijwindge-
voeligheid.
ATTENTIE
Overschrijd nooit het maxi-
mum draagvermogen (zie het
hoofdstuk “Technische ge-
gevens”).
Page 75 of 210

74
VEILIGHEID
STARTEN ENRIJDEN
LAMPJES ENBERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD EN ZORG
TECHNISCHEGEGEVENS
ALFABETISCH REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
KOPLAMPEN
KOPLAMPEN AFSTELLEN
Goed afgestelde koplampen zijn belangrijk
voor het comfort en de veiligheid van uzelf
en de overige weggebruikers. Voor opti-
maal zicht en zichtbaarheid moeten de
koplampen op de juiste wijze zijn afgesteld.
Wendt u voor controle of afstelling tot de
Abarth-dealer.
KOPLAMPVERSTELLING
De stand kan worden geregeld als de
contactsleutel in stand MARstaat en de
dimlichten zijn ingeschakeld. Als de auto
beladen is, helt hij achterover. Het gevolg
is dat de lichtbundel meer naar boven
schijnt. De stand van de koplampen moet
nu worden gecorrigeerd. Koplampen afstellen fig. 93
De koplampen kunnen worden versteld
met de knoppen
Òen
op het schake-
laarpaneel.
Op het display van het instrumentenpa-
neel wordt de stand aangegeven.
Stand 0- een of twee personen op de
voorstoelen.
Stand 1- vijf personen.
Stand 2- vijf personen + bagage.
Stand 3- bestuurder + maximale lading in
de bagageruimte.
BELANGRIJK Controleer de afstelling van
de koplampen telkens als het gewicht van
de lading wijzigt.
MISTLAMPEN VOOR
AFSTELLEN (indien aanwezig)
Wendt u voor controle of afstelling tot de
Abarth-dealer.
fig. 93F0M0103m
Page 76 of 210

75
VEILIGHEID
STARTEN ENRIJDEN
LAMPJES ENBERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD EN ZORG
TECHNISCHEGEGEVENS
ALFABETISCH REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
KOPLAMPEN AANPASSEN AAN
HET BUITENLAND fig. 94-95
De dimlichten zijn afgesteld voor gebruik
in het land waarin de auto is verkocht. In
die landen waarin aan de andere zijde van
de weg wordt gereden, moet om het te-
gemoetkomende verkeer niet te verblin-
den, de vorm van de lichtbundel worden
gewijzigd door het aanbrengen van een
speciaal daarvoor ontwikkelde sticker.
Deze sticker is opgenomen in het Abarth
Lineaccessori-programma en verkrijgbaar
bij de Abarth-dealer.
De afbeelding heeft betrekking op de
overgang van een land waar links wordt
gereden naar een land waar rechts wordt
gereden.
fig. 94F0M0105m
fig. 95F0M0106m
Page 77 of 210

76
VEILIGHEID
STARTEN ENRIJDEN
LAMPJES ENBERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD EN ZORG
TECHNISCHEGEGEVENS
ALFABETISCH REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
ABS
Als u niet eerder in een auto met ABS hebt
gereden, raden wij u aan het systeem eerst
een paar keer uit te proberen op een glad
wegdek. Verlies hierbij de veiligheid niet uit
het oog en houdt u aan de wetgeving van
het land waarin u zich bevindt. Bovendien
raden wij u aan de volgende aanwijzingen
aandachtig te lezen.
Het ABS dat geïntegreerd is in het rem-
systeem, voorkomt dat tijdens het remmen
de wielen blokkeren, ongeacht de condi-
tie van het wegdek en de pedaaldruk, en
verhindert daarmee het doorslippen van
een of meerdere wielen. Hierdoor blijft de
auto bestuurbaar, zelfs bij noodstops.
Het ABS maakt zoveel
mogelijk gebruik van de be-
schikbare grip maar kan deze niet
verhogen. Daarom moet op gladde
weggedeelten altijd voorzichtig
worden gereden en mogen er geen
onnodige risico’s worden genomen.
ATTENTIE
ACTIVERING VAN HET
SYSTEEM
Als het ABS in werking is getreden, merkt
de bestuurder dit aan een trilling in het
rempedaal, die gepaard gaat met enig ge-
luid: dit geeft aan dat het noodzakelijk is uw
snelheid aan te passen aan de beschikbare
grip op het wegdek.
Als het ABS in werking
treedt, dan is de grip van de
banden op het wegdek beperkt: u
dient uw snelheid te verlagen en aan
te passen aan de beschikbare grip.
ATTENTIE
Het systeem wordt gecompleteerd met
een elektronische remdrukverdeling EBD
(Electronic Braking Force Distribution),
die de remdruk verdeelt tussen de voor-
en achterwielen.
BELANGRIJK Voor een maximale werking
van het remsysteem is een inrijperiode no-
dig van ongeveer 500 km (bij een nieuwe
auto of nadat de remblokken/-schijven zijn
vervangen): in deze periode moet bruusk,
herhaaldelijk en langdurig remmen wor-
den vermeden.
Page 78 of 210

77
VEILIGHEID
STARTEN ENRIJDEN
LAMPJES ENBERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD EN ZORG
TECHNISCHEGEGEVENS
ALFABETISCH REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STORINGSMELDINGEN
Storing in ABS
Bij een storing brandt het waarschuwings-
lampje
>op het instrumentenpaneel en
verschijnt er een bericht (indien aanwezig)
op het multifunctionele display (zie het
hoofdstuk “Lampjes en berichten”).
In dat geval blijft het remsysteem normaal
werken, maar zonder de mogelijkheden
van het ABS. Rijd voorzichtig naar de
dichtstbijzijnde Abarth-dealer om het sys-
teem te laten controleren. Storing in EBD
Bij een storing branden de waarschuwings-
lampjes
>en xop het instrumenten-
paneel en verschijnt er een bericht op het
instelbare multifunctionele display (zie
hoofdstuk “Lampjes en berichten”).
In dit geval kunnen bij krachtig remmen de
achterwielen vroegtijdig blokkeren waar-
door de auto kan slippen. Rijd zeer voor-
zichtig naar de dichtstbijzijnde Abarth-
dealer om het systeem te laten controleren.Als alleen het waarschuwings-
lampje xop het instrumen-
tenpaneel gaat branden (op het instel-
bare multifunctionele display verschijnt
ook een bericht), stop dan onmiddellijk
en wendt u tot de Abarth-dealer. Als
er vloeistof lekt uit het hydraulische sys-
teem, wordt de werking van zowel het
conventionele remsysteem als het ABS
in gevaar gebracht.
ATTENTIE
Page 79 of 210

78
VEILIGHEID
STARTEN ENRIJDEN
LAMPJES ENBERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD EN ZORG
TECHNISCHEGEGEVENS
ALFABETISCH REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
BRAKE ASSIST
(remregeling bij noodstops
geïntegreerd in ESP) (indien
aanwezig)
Dit systeem, dat niet kan worden uitge-
schakeld, herkent noodstops (op basis van
de snelheid waarmee het rempedaal
wordt ingetrapt) en verhoogt de druk in
het remcircuit aanzienlijk, waardoor snel-
ler en krachtiger door het systeem wordt
geremd.
De Brake Assist wordt, bij uitvoeringen
die zijn uitgerust met ESP, uitgeschakeld
bij een storing in het ESP (lampje
ábrandt
en er verschijnt een bericht op het instel-
bare multifunctionele display).
ESP-SYSTEEM
(Electronic Stability
Program)
Dit systeem bewaakt de stabiliteit van de
auto als de wielen hun grip verliezen,
waardoor de auto beter op koers blijft.
De werking van het ESP is uitermate nuttig
als de grip op het wegdek wisselt.
Naast het ESP-, ASR- en Hill Holder-sys-
teem beschikt de auto ook over MSR (re-
geling van het afremmen op de motor tij-
dens terugschakelen) en HBA (automati-
sche remdrukverhoger bij noodstops) (in-
dien aanwezig).
ACTIVERING VAN HET
SYSTEEM
Bij activering gaat het lampje
áop het in-
strumentenpaneel knipperen, om de be-
stuurder er op te wijzen dat de auto de
stabiliteit en de grip dreigt te verliezen.
Als het ABS in werking treedt,
merkt u dat aan een trilling
in het rempedaal. Verlaag de remdruk
niet maar houd het rempedaal juist
goed ingetrapt; op deze manier hebt
u de kortste remweg in relatie tot de
conditie van het wegdek.
ATTENTIE
Page 80 of 210

79
VEILIGHEID
STARTEN ENRIJDEN
LAMPJES ENBERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD EN ZORG
TECHNISCHEGEGEVENS
ALFABETISCH REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
INSCHAKELING VAN HET
SYSTEEM
Het ESP wordt automatisch ingeschakeld
als de motor wordt gestart en kan niet
worden uitgeschakeld.
STORINGSMELDINGEN
Bij een storing in het ESP wordt het sys-
teem automatisch uitgeschakeld en gaat
het lampje
áop het instrumentenpaneel
continu branden en verschijnt er een mel-
ding op het instelbare multifunctionele dis-
play (zie het hoofdstuk “Lampjes en be-
richten”). Bovendien gaat ook het lampje
in de knop ASR OFF branden. Wendt u in
dat geval zo snel mogelijk tot de Abarth-
dealer.
De prestaties van het ESP-
systeem mogen de bestuur-
der er niet toe verleiden onnodige en
onverantwoorde risico’s te nemen. De
rijstijl moet altijd zijn aangepast aan
het wegdek, het zicht en het verkeer.
De verantwoordelijkheid voor de ver-
keersveiligheid ligt altijd en overal bij
de bestuurder van de auto.
ATTENTIEHILL HOLDER-SYSTEEM
Dit in het ESP geïntegreerde systeem helpt
bij het wegrijden op een helling.
Het systeem schakelt automatisch in als:
❒omhoog: de auto stilstaat op een hel-
ling van meer dan 5% met draaiende
motor, ingetrapt rem- en koppelings-
pedaal en versnellingsbak in vrij of als
een andere versnelling dan de achter-
uit is ingeschakeld.
❒omlaag: de auto stilstaat op een helling
van meer dan 5% met draaiende motor,
ingetrapt rem- en koppelingspedaal en
als de achteruit is ingeschakeld.