display Alfa Romeo 147 2006 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: ALFA ROMEO, Model Year: 2006, Model line: 147, Model: Alfa Romeo 147 2006Pages: 283, PDF Size: 5.86 MB
Page 124 of 283

WEGWIJS IN UW AUTO
122
Bij een storing aan andere componenten
van de versnellingsbak kunnen slechts en-
kele versnellingen worden ingeschakeld: de
eerste versnelling (1 ), de tweede versnel-
ling (2 ) en de achteruit (R ). – het systeem automatisch de vrijstand (N
)
inschakelt, nadat:
het gaspedaal en/of rempedaal gedurende
ten minste 3 minuten niet worden bediend;
het rempedaal langer dan 10 minuten wordt
ingetrapt;
het bestuurdersportier wordt geopend en het
gas- en rempedaal ten minste 1,5 seconde niet
worden ingetrapt;
een storing aan de versnellingsbak is gesig-
naleerd;
– bij een storing in de versnellingsbak.
PARKEREN
Om de auto veilig te parkeren moet beslist de
eerste versnelling (1 ) of de achteruit (R) wor-
den ingeschakeld. Als u op een helling parkeert,
moet ook de handrem worden aangetrokken.
Als de motor wordt uitgezet op een helling bij
een ingeschakelde versnelling, dan is het be-
slist nodig om te wachten tot het display dooft
voordat het rempedaal wordt losgelaten. Hier-
door heeft de koppeling de tijd om volledig aan
te grijpen.
Als de versnellingsbak in de vrijstand ( N) staat
en u wilt een versnelling inschakelen om te par-
keren, dan moet u het systeem inschakelen,
het rempedaal intrappen en de versnelling (1 )
of (R ) kiezen. BELANGRIJK Verlaat de au-
to NOOIT als de versnellingsbak in de vrijstand
( N ) staat.
WAARSCHUWINGEN MET
GELUIDSSIGNALEN
De waarschuwingszoemer wordt inge-
schakeld als:
– de achteruit (R ) is ingeschakeld;
– de auto wordt stilgezet in de vrijstand
( N ); dit signaal wordt gegeven als de con-
tactsleutel in stand STOP wordt gedraaid;
– tijdens het wegrijden een oververhitte
koppeling wordt gesignaleerd;
SLEPEN VAN DE AUTO
BELANGRIJK Houdt u bij het slepen van
de auto aan de wettelijke voorschriften. Con-
troleer of de versnellingsbak in de vrijstand
( N ) staat (controleer of de auto rolt als er
tegen wordt geduwd) en sleep de auto zo-
als een auto met een handgeschakelde ver-
snellingsbak (zie het hoofdstuk “Noodge-
vallen”).
Als de versnellingsbak niet in de vrijstand
kan worden gezet, dan mag de auto niet
worden gesleept; wendt u in dat geval tot
de Alfa Romeo-dealer.
Wendt u bij een storing
(aan welke component dan
ook) van de versnellingsbak zo snel mogelijk tot de Alfa Romeo-dealer om het systeem te latencontroleren.
ATTENTIE
Start de motor niet tijdenshet slepen van de auto.
ATTENTIE
110-185 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:33 Pagina 122
Page 133 of 283

WEGWIJS IN UW AUTO
ACHTERZIJDE OMHOOG KAN-
TELEN
Als de contactsleutel in stand MAR
staat, kan de bedieningsknop ( A-fig.
156) worden verdraaid in de richting van
de pijl en kan een keuze worden gemaakt
uit 3 openingsstanden.
Zet voor het sluiten van het dak, bedie-
ningsknop (A) in de middelste stand.
BEDIENING IN NOODGEVAL-
LEN
Als het elektrische bedieningsmechanis-
me niet werkt, dan kan het opendak op
de volgende manier handmatig worden
bediend:
– maak het paneel ( A-fig. 157) op
de door de pijlen aangegeven punten los
en verwijder het paneel;
– steek een imbussleutel in de zeshoe-
kige zitting (B);
– draai de sleutel rechtsom om het
opendak te openen en linksom om het te
sluiten.
BAGAGERUIMTE
De achterklep kan worden geopend:
van buitenaf - m.b.v. de afstands-
bediening;
vanuit het interieur - door het
indrukken van knop ( A-fig. 158).
BELANGRIJK Als de achterklep niet
goed is gesloten, gaat lampje
´branden
(bij sommige uitvoeringen verschijnt ook
een bericht op het instelbare multifunctio-
nele display).
fig. 156
A0A0124m
fig. 157
A0A0126m
fig. 158
A0A1050m
131
110-185 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:33 Pagina 131
Page 139 of 283

WEGWIJS IN UW AUTO
Druk voor de afstelling (alleen mogelijk
als het dimlicht brandt) op de knoppen
▲/▼:
– druk op knop
▲om een stand te ver-
hogen (bijv.: 0
➟ 1➟ 2➟ 3);
– druk op knop ▲
om een stand te verla-
gen (bijv.: 3
➟2➟1➟0);
Display ( A), in de snelheidsmeter, toont
de stand gedurende de koplampafstelling.
fig. 167
A0A1116m
KOPLAMPEN
Goed afgestelde koplampen zijn belang-
rijk voor het comfort en de veiligheid van
uzelf en de overige weggebruikers.
Bovendien zijn er wettelijke voorschrif-
ten.
Wendt u voor controle of afstelling tot de
Alfa Romeo-dealer.
BELANGRIJK Aan de binnenzijde kan
de koplamp een beetje beslagen zijn: dit
duidt niet op een defect maar is een
natuurlijk verschijnsel dat veroorzaakt
wordt door de lage temperatuur en de
luchtvochtigheidsgraad en verdwijnt snel
als de koplampen worden ingeschakeld.
De aanwezigheid van druppels aan de bin-
nenzijde van de koplamp duidt daarente-
gen op het binnendringen van water:
wendt u in dat geval tot de Alfa Romeo-
dealer.
137
KOPLAMPVERSTELLING
(fig. 167)
Als de auto beladen is, helt hij achter-
over. Het gevolg is dat de lichtbundel van
de koplampen meer naar boven schijnt.
De stand van de koplampen moet in dat
geval worden gecorrigeerd.
110-185 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:33 Pagina 137
Page 145 of 283

WEGWIJS IN UW AUTO
STORINGSMELDINGEN IN HET
VDC-SYSTEEM
Bij een storing in het VDC-systeem wordt
het systeem automatisch uitgeschakeld en
gaat lampje
áop het instrumentenpaneel
continu branden. Bovendien verschijnt een
bericht op het instelbare multifunctionele
display.
Als het VDC-systeem een storing heeft,
gedraagt de auto zich hetzelfde als uit-
voeringen die niet met dit systeem zijn uit-
gerust: het verdient wel aanbeveling om u
zo snel mogelijk tot een Alfa Romeo-
dealer te wenden.
Als eventueel met het
noodreservewiel wordt
gereden, dan blijft de VDC inge- schakeld. Houd er rekening meedat het noodreservewiel kleineris dan de normale band en datdaarom de grip minder is dan bijde andere banden van de auto.
ATTENTIE
Voor de juiste werkingvan de VDC is het nood-
zakelijk dat de banden van alle wielen van hetzelfde merk entype zijn. De banden moeten inperfecte conditie zijn en de voor-geschreven afmetingen hebben.
ATTENTIE
143
110-185 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:33 Pagina 143
Page 147 of 283

WEGWIJS IN UW AUTO
STORINGSMELDINGEN IN HET
ASR-SYSTEEM
Bij een storing in het ASR-systeem wordt
het systeem automatisch uitgeschakeld en
gaat lampje
Vop het instrumentenpa-
neel continu branden. Bovendien ver-
schijnt een bericht op het instelbare multi-
functionele display.
Als het ASR-systeem een storing heeft,
gedraagt de auto zich hetzelfde als uit-
voeringen die niet met dit systeem zijn uit-
gerust: het verdient wel aanbeveling om u
zo snel mogelijk tot een Alfa Romeo-
dealer te wenden.
Als met het noodreserve-
wiel wordt gereden, dan
wordt de ASR uitgeschakeld en gaat lampje
Vop het instrumen-
tenpaneel continu branden. Gelijktijdig verschijnt een mede-deling op het instelbare multi-functionele display.
ATTENTIE
Voor de juiste werking vanhet ASR-systeem is het
noodzakelijk dat de banden van alle wielen van hetzelfde merk entype zijn. De banden moeten inperfecte conditie zijn en de voorge-schreven afmetingen hebben.
ATTENTIE
145
INSCHAKELEN VAN
DE ASR
Het ASR-systeem schakelt automatisch
in als de motor wordt gestart.
Tijdens het rijden kan het systeem wor-
den uit- of ingeschakeld door schakelaar
(A-fig. 171) in te drukken.
Als de functie is uitgeschakeld, brandt
het lampje
Vop het instrumentenpa-
neel.
Als het systeem tijdens het rijden wordt
uitgeschakeld, schakelt het als de auto
opnieuw wordt gestart automatisch weer
in.
fig. 171
A0A1119m
BELANGRIJK Schakel het ASR-sys-
teem uit als u met sneeuwkettingen rijdt:
onder deze omstandigheden levert het
doorslaan van de aangedreven wielen juist
meer trekkracht op.
110-185 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:33 Pagina 145
Page 158 of 283

WEGWIJS IN UW AUTO
156
ALGEMENE INFORMATIE
Het apparaat heeft de volgende functies:
Radio – PLL-tuner voor de golfbanden FM/
AM/MW/LW;
– RDS (Radio Data System) met TA (ver-
keersinformatie) - TP (verkeersprogram-
ma’s) - EON (Enhanced Other Network) -
REG (regionale programma’s);
– AF: zoeken naar alternatieve frequen-
ties in RDS;
– ontvangst van alarmberichten;
– automatische/handmatige afstemming
op stations;
– FM Multipath detector;
– handmatig opslaan van 36 stations: 18
op de FM-golfband (6 op FM1, 6 op FM2
en 6 op FMT), 6 op de MW-golfband en 6
op de LW-golfband;
– automatisch opslaan (Autostore-functie)
van 6 stations op de gekozen FM-golfband;
– functie SVC (behalve uitvoeringen met
Bose HIFI-systeem): snelheidsafhankelijke
volumeregeling;
– automatische stereo/mono-weergave. CD-speler
– CD direct selecteren;
– muziekstuk selecteren (vooruit/ach-
teruit);
– muziekstukken snel vooruit-/terug- spoelen;
– functie CD Display: weergave CD- naam/verstreken speelduur vanaf het
begin van het muziekstuk;
– lezen audio-CD, CD-R en CD-RW. MP3 CD-speler
– volgende/vorige map selecteren;
– muziekstuk selecteren (vooruit/ach-
teruit);
– muziekstukken snel vooruit-/terug-
spoelen;
– functie MP3 DISP: weergave mapnaam,
informatie ID3-tag, verstreken speelduur
vanaf het begin van het muziekstuk, be-
standsnaam;
– lezen audio-CD, CD-R en CD-RW.
Audiosysteem – functie Mute/Pause;
– functie Soft Mute;
– functie Loudness (behalve uitvoeringen
met Bose HIFI-systeem);
– 7-bands grafische equalizer (behalve uit-
voeringen met Bose HIFI-systeem);
– gescheiden regeling bassen/hoge to-
nen;
– balansregeling kanalen rechts/links.
Op een multimedia-CD
staan naast audiotracks
ook gegevens geregi-
streerd. Het afspelen van dit type
CD’s kan piepgeluiden op een zo-
danig volume opleveren, dat niet al-
leen de verkeersveiligheid in gevaar
komt, maar waardoor ook de eind-
versterker en de luidsprekers be-
schadigd kunnen worden.
110-185 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:33 Pagina 156
Page 160 of 283

WEGWIJS IN UW AUTO
158
Functie mute/pause (volume op
nul zetten)Druk voor het inschakelen van de Mute-
functie kort op de toets MUTE. Het volume
neemt geleidelijk af en op het display ver-
schijnt het opschrift “MUTE” (bij gebruik van
de radio) of “PAUSE” (bij gebruik van de
CD-speler of CD-wisselaar).
Druk voor het uitschakelen van de Mute-
functie nogmaals op de toets MUTE. Het vo-
lume wordt geleidelijk verhoogd tot op het
niveau dat daarvoor was ingesteld.
Als u het volumeniveau wijzigt met de
daarvoor bestemde knop, wordt de Mute-
functie uitgeschakeld en het volume inge-
steld op het nieuwe geselecteerde niveau.
Bij ingeschakelde Mute-functie:
– wordt bij verkeersinformatie (als de TA-
functie is ingeschakeld) of bij ontvangst van
een alarmbericht, de Mute-functie uitge-
schakeld. Na beëindiging van het bericht,
wordt de functie weer ingeschakeld. Audio-instellingen
De mogelijke instellingen in het menu zijn
afhankelijk van de gekozen audiobron:
AM/FM/CD/CDC.
Druk kort op de toets AUD om de Audio-
instellingen te wijzigen. Op het display ver-
schijnt het opschrift “BASS”.
De menufuncties kunnen worden doorlo-
pen met toets
▲of ▼. De instelling van de
geselecteerde functie kan worden gewijzigd
met toets
÷of ˜.
Op het display verschijnt de huidige status
van de geselecteerde functie.
De menufuncties zijn:
– BASS (lage-tonenregeling);
– TREBLE (hoge-tonenregeling);
– BALANCE (regeling van balans
links/rechts);
– FADER (regeling van balans voor/ach-
ter);
– LD (behalve uitvoeringen met Bose HI-
FI-systeem) (in-/uitschakelen van de Loud-
ness-functie);
– PRESET (behalve uitvoeringen met Bo-
se HIFI-systeem) (inschakelen en kiezen
van de voorgeprogrammeerde equalizerin-
stellingen); – XX USER (behalve uitvoeringen met Bo-
se HIFI-systeem) (instellen van persoonlij-
ke equalizerinstellingen).
Toonregeling
(bassen/hoge tonen)
Ga als volgt te werk:
– Selecteer met de toets
▲of ▼de in-
stelling “BASS” of “TREBLE” in het AUDIO-
menu;
– druk op toets
÷of ˜voor het ver-
sterken/verzwakken van de bassen of de
hoge tonen.
Als u de toets kort indrukt, wijzigt het ge-
luidsniveau in stappen. Als u de toets inge-
drukt houdt, is de wijziging sneller.
Balansregeling
Ga als volgt te werk:
– Selecteer met de toets
▲of▼de in-
stelling “BALANCE” in het AUDIO-menu;
– druk op toets
÷om het geluid uit
de rechter luidsprekers te versterken of op
toets
˜om het geluid uit de linker
luidsprekers te versterken.
÷of ˜” als u de audio-uitgangen
rechts en links op dezelfde waarde wilt in-
stellen.
110-185 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:33 Pagina 158
Page 161 of 283

WEGWIJS IN UW AUTO
159
FaderregelingGa als volgt te werk:
– Selecteer met de toets
▲of ▼de in-
stelling “FADER”” in het AUDIO-menu;
– druk op toets
÷om het geluid uit de
luidsprekers achter te versterken of op toets
˜om het geluid uit de luidsprekers voor
te versterken.
Als u de toets kort indrukt, wijzigt het ge-
luidsniveau in stappen. Als u de toets inge-
drukt houdt, is de wijziging sneller.
Selecteer de waarde “
÷O ˜” als
u de audio-uitgangen voor en achter op de-
zelfde waarde wilt instellen.
Functie LD (behalve uitvoeringen
met Bose
HIFI-systeem)
Met de loudness-functie verbetert de ge-
luidsweergave op een laag geluidsniveau,
omdat de bassen en hoge tonen versterkt
worden.
Selecteer voor het in-/uitschakelen met
de toets
▲of ▼de instelling “LD” in het
AUDIO-menu. De werking van de functie (in-
of uitgeschakeld) wordt enige seconden op
het display aangegeven door het opschrift
“LD ON” of “LD OFF”. Functie PRESET/XX EQ SET*/
CLASSIC/ ROCK/JAZZ
(in-/uitschakelen van de
equalizer - behalve bij
uitvoeringen met Bose HIFI-
systeem)
De geïntegreerde equalizer kan worden in-
of uitgeschakeld. Als de functie equalizer
niet is ingeschakeld, kunnen van de audio-
instellingen alleen de bassen (“BASS”) en
de hoge tonen (“TREBLE”) geregeld wor-
den, terwijl als de functie is ingeschakeld
ook het volume van frequentiebanden ge-
wijzigd kan worden.
Selecteer voor het uitschakelen van de
equalizer de instelling “PRESET” met toets
÷of ˜.
Selecteer voor het inschakelen van de
equalizer met toets
÷of ˜een van
de instellingen:
– “USER” (afstellen van de 7 banden van
de equalizer door de gebruiker);
– “CLASSIC” (vooraf vastgestelde instel-
ling van de equalizer voor optimale weer-
gave van klassieke muziek);
– “ROCK” (vooraf vastgestelde instelling
van de equalizer voor optimale weergave
van rock- en popmuziek);
– “JAZZ” (vooraf vastgestelde instelling
van de equalizer voor optimale weergave
van jazzmuziek). Als een van de instellingen van de equali-
zer ingeschakeld is, verschijnt op het display
het opschrift “EQ”.
*Functie XX EQ SET (instellingen
van de equalizer, alleen als de
instelling USER is geselecteerd)
(behalve bij uitvoeringen met
Bose HIFI-systeem)
Selecteer voor een persoonlijke instelling
van de equalizer met toets
▲of ▼USER
en houd de toets
▼langer ingedrukt.
Op het display verschijnt ongeveer 2 se-
conden “XX EQ SET” en daarna een gra-
fiek met 7 staafjes, waarvan ieder staafje
een frequentie weergeeft. Selecteer het
gewenste staafje met toets
÷of ˜;
het geselecteerde staafje begint te knippe-
ren en kan worden geregeld met toets
▲
of ▼.
Druk voor het opslaan van de instelling op-
nieuw op de toets AUD of wacht ongeveer 10
seconden. Op het display verschijnen het op-
schrift “MEN” en de grafiek met 7 staafjes.
Diefstalbeveiliging
Zie de paragraaf “CD-speler”.
110-185 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:33 Pagina 159
Page 162 of 283

WEGWIJS IN UW AUTO
160
RADIO (TUNER)
InleidingAls u de autoradio inschakelt, dan wordt
de audiobron ingeschakeld die voor het uit-
schakelen beluisterd werd (Radio, CD-spe-
ler of CD-wisselaar).
Om de Radio te selecteren tijdens het be-
luisteren van een andere audiobron, moet u
kort op de toets FM
ASof AM drukkken, af-
hankelijk van de gewenste golfband.
Als de radio is ingeschakeld, verschijnen
op het display de naam (alleen RDS-sta-
tions) en de frequentie van het geselec-
teerde station, de geselecteerde golfband
(bijv. FM1) en het nummer van de voor-
keuzetoets (bijv. P1).
Golfband selecteren
Druk bij ingeschakelde Radio herhaaldelijk
kort op de toets FM
ASof AM om de ge-
wenste golfband te selecteren.
Telkens als u op de toets drukt, wordt de
volgende golfband geselecteerd in de volg-
orde:
– Na indrukken van toets FM
AS: “FM1”,
“FM2”, “FMT”.
– Na indrukken van toets AM: “MW” en
“LW”. Elke band wordt op het display door een
bijbehorende mededeling aangegeven.
Er wordt afgestemd op het laatst geselec-
teerde station op de betreffende golfband.
De FM-band is onderverdeeld in: FM1,
FM2 en FMT; de FMT-golfband is gereser-
veerd voor de stations die met de Autosto-
re-functie automatisch worden opgeslagen.
Voorkeuzetoetsen
De toetsen met de symbolen van 1 tot 6
maken de volgende voorkeuze-instellingen
mogelijk:
– 18 stations op de FM-band (6 op FM1,
6 op FM2, 6 op FMT);
– 6 stations op de MW-band;
– 6 stations op de LW-band;
Kies voor het oproepen van een voorkeu-
zestation, de gewenste golfband en druk
vervolgens kort op de betreffende voorkeu-
zetoets (tussen 1 en 6).
Als langer dan 2 seconden de betreffen-
de voorkeuzetoets wordt ingedrukt, wordt
het geselecteerde station opgeslagen. Als
het station is opgeslagen, klinkt er een
akoestisch signaal. Laatst beluisterde station
opslaan
De radio onthoudt automatisch naar welk
station op de diverse golfbanden is geluis-
terd. Op dit station wordt afgestemd als de
radio wordt ingeschakeld of wanneer van
golfband wordt gewisseld.
Automatische afstemming
Druk kort op toets
÷of ˜om au-
tomatisch in de gekozen richting te zoeken
naar het eerstvolgende station.
Als toets
÷of ˜langer wordt in-
gedrukt, dan start het snel zoeken. Als de
toets wordt losgelaten, wordt er afgestemd
op het eerstvolgende te ontvangen station.
Als de TA-functie (verkeersinformatie) is in-
geschakeld, wordt alleen naar stations ge-
zocht die verkeersinformatie uitzenden.
110-185 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:33 Pagina 160
Page 163 of 283

WEGWIJS IN UW AUTO
161
Handmatige afstemmingU kunt handmatig de stations op de ge-
selecteerde golfband zoeken.
Kies de gewenste golfband en druk vervol-
gens herhaaldelijk kort op toets
▲of ▼om
in de gekozen richting te zoeken. Als toets
▲of ▼langer wordt ingedrukt, wordt er snel
naar stations gezocht. Als de toets wordt los-
gelaten, stopt het zoeken. Functie A-STORE (automatisch
opslaan van stations)
Voor het inschakelen van de functie A-STO-
RE moet u de toets FM
ASingedrukt houden,
totdat u een akoestisch signaal hoort. Met
deze functie worden automatisch de 6 sta-
tions met het sterkste signaal op de FMT-
golfband opgeslagen (in volgorde van af-
nemende sterkte).
BELANGRIJK Als de functie
A-STORE wordt ingeschakeld, worden de eer-
der opgeslagen stations op de FMT-golfband
gewist.
Als de TA-functie (verkeersinformatie) is in-
geschakeld, worden alleen de stations op-
geslagen die verkeersinformatie uitzenden.
Tijdens de automatische stationopslag
knippert op het display het opschrift “A-STORE”.
Om de functie A-STORE te onderbreken,
moet opnieuw op toets FM
ASworden ge-
drukt: er wordt afgestemd op het station
waarnaar u luisterde, voordat de functie
werd ingeschakeld. Als de functie A-STORE is beëindigd, wordt
automatisch afgestemd op het eerste voor-
keuzestation op de FMT-golfband, dat is op-
geslagen onder voorkeuzetoets 1.
Onder de van 1 tot 6 genummerde toet-
sen worden nu automatisch de stations op-
geslagen die op dat moment op de gese-
lecteerde golfband het sterkste signaal uit-
zenden.
Als is afgestemd op de MW- of LW-golf-
band en de functie A-STORE wordt inge-
schakeld, dan wordt automatisch de FMT-
golfband geselecteerd, waarbinnen de func-
tie wordt uitgevoerd.
BELANGRIJK Soms slaagt de functie
A-STORE er niet in 6 stations met een vol-
doende sterk signaal te vinden. In dat geval
worden onder de vrije voorkeuzetoetsen de
stations met het sterkste signaal opgesla-
gen.
110-185 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:33 Pagina 161