Storing Alfa Romeo Giulia 2017 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: ALFA ROMEO, Model Year: 2017, Model line: Giulia, Model: Alfa Romeo Giulia 2017Pages: 232, PDF Size: 3.89 MB
Page 7 of 232
MODIFICATIES / WIJZIGINGEN AAN HET VOERTUIG
WAARSCHUWING Elke modificatie of wijziging aan het voertuig kan de veiligheid en de wegligging ernstig in gevaar in brengen en
ongevallen met mogelijk dodelijk gevolg voor de inzittenden veroorzaken.
WAARSCHUWING Het gebruik van dergelijke systemen in het interieur (zonder uitwendige antenne) kan mogelijke schade aan de
gezondheid van de passagiers en storingen in de elektronische systemen van het voertuig veroorzaken waardoor de veiligheid van
het voertuig in gevaar wordt gebracht.
WAARSCHUWING De prestaties van het Keyless Start-systemen kunnen afnemen als in het voertuig en/of in de buurt van de
elektronische sleutel systemen zoals mobiele telefoons/laptops/smartphones/tablets aanwezig zijn.
5
Page 46 of 232
DISPLAY
BESCHRIJVING
Het voertuig kan uitgerust zijn met een 3,5" of 7" TFT Display.
HERCONFIGUREERBAAR TFT DISPLAY
Tijdens de werkzaamheden wordt het display verdeeld in meerdere secties die rijgegevens, waarschuwingen en storingsindicaties
tonen. fig. 46 toont het display-layout en identificeert de verschillende secties.
4605036S0001EM
44
KENNISMAKING MET HET INSTRUMENTENPANEEL
Page 51 of 232
7 Storing waarschuwingslampjes
Zone aangeduid voor de weergave van
storingen, de volgende symbolen zouden
bij draaien kunnen worden weergegeven:
Waarschuwingslampjes met een lage
prioriteit (geel).
Symbolen hoge prioriteit (rood).
8 Actieradius voertuig (enkel 7” TFT
Display)
Duidt op de kilometers (of mijlen) die nog
gereden kunnen worden voordat de
brandstoftank leeg is.
9 Controlelampjes (enkel 7” TFT
Display)
Geeft de waarschuwingslampjes weer
gekoppeld aan de actieve functies
waaronder de volgende:
dimlicht;
grootlicht;
Automatisch dimlicht;
Automatisch grootlicht.PARAMETERS INGESTELD DOOR
GEBRUIKER
Door de gebruiker kunnen een aantal
programmeerbare functies worden
ingesteld in het Connect-systeem, in dit
hoofdstuk worden alleen de
basisinstellingen beschreven, zoals:
Eenheden & Taal;
Tijd en datum.
Instrumentenpaneel
Om toegang te krijgen tot de lijst met de
bovengenoemde items, ga als volgt te
werk: selecteer in het hoofdmenu,
ingeschakeld door te drukken op de
MENU-knop fig. 63, de functie
"Instellingen", door de Rotary Pad te
draaien en in te drukken.
Draai aan de Rotary Pad om de gewenste
optie te kiezen en druk erop om deze in te
schakelen.Eenheden & Taal
De volgende instellingen kunnen worden
gewijzigd wanneer deze modus is
geselecteerd fig. 64:
Meeteenheid (als dit menu item wordt
geselecteerd kunt u kiezen tussen de
metrieke, uitgebreide, of de
gepersonaliseerd systemen, deze laatste
keuze staat u toe om de meeteenheid in
te stellen al naar gelang de door u
6205036S0015EM
6305036S0040EM
6405036S0016EM
49
Page 53 of 232
LAMPJES EN BERICHTEN
BELANGRIJK De controlelampjes gaan
branden en er verschijnt een speciaal
bericht en/of er klinkt een geluidssignaal,
wanneer van toepassing. Deze meldingen
zijn korte waarschuwingen en mogen
vanwege hun beknopte karakter niet
worden beschouwd als volledig en/of een
alternatief voor de informatie die is
opgenomen in het Instructieboek. Het
wordt daarom geadviseerd het
instructieboek altijd aandachtig te lezen.
Zie de informatie in dit hoofdstuk in de
gevallen dat een storing wordt gemeld.
BELANGRIJK De storingsmeldingen die
op het display verschijnen, kunnen
worden onderverdeeld in twee
categorieën: ernstige storingen en
minder ernstige storingen. Ernstige
storingen worden herhaaldelijk en
langdurig weergegeven. Minder ernstige
storingen worden kort herhaaldelijk
weergegeven. U kunt de
waarschuwingscyclus in beide gevallen
stoppen door te drukken op de knop op
de hendel van de ruitenwisser. De
melding op het instrumentenpaneel blijft
branden tot de oorzaak van de storing is
verholpen.
51
Page 54 of 232
LAMPJES OP INSTRUMENTENPANEEL
Mogelijk gedetailleerde berichten en/of akoestische signalering kan worden gekoppeld aan een paar waarschuwingslampen en
symbolen.
Rode waarschuwingslampjes
Waarschuwingslampje Wat het betekent
ONVOLDOENDE REMVLOEISTOF / ELEKTRISCHE PARKEERREM INGESCHAKELD
Wanneer het waarschuwingslampje in de stand ON wordt gezet, gaat dit lampje branden en het moet doven kort nadat
de motor is gestart.
Remvloeistofniveau te laag
Dit lampje gaat branden wanneer het remvloeistofniveau in het reservoir zich onder het minimumpeil bevindt,
bijvoorbeeld door een lek in het remcircuit.
Neem contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk om het systeem zo spoedig mogelijk te laten controleren.
Elektrische parkeerrem ingeschakeld
Het waarschuwingslampje gaat branden wanneer de elektrische parkeerrem is ingeschakeld.
Schakel de elektrische parkeerrem uit, controleer daarna of het lampje gedoofd is.
Als het waarschuwingslampje blijft branden, neem dan contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
BELANGRIJK Als de auto op een helling van meer dan 30% is geparkeerd en/of de temperatuur van de remmen hoger is
dan 350°C, als de parkeerrem wordt ingeschakeld, gaat het waarschuwingslampje knipperen om een potentieel
onveilige situatie aan te geven.
STORING EBD
Wanneer de waarschuwingslampjes
(rood) and(geel) bij draaiende motor tegelijk gaan branden, dan is er een
storing in het EBD-systeem of is het systeem niet beschikbaar. In dit geval kunnen de achterwielen bij hard remmen
plotseling blokkeren waardoor de auto begint te slippen.
Rijd zeer voorzichtig naar het dichtstbijzijnde Alfa Romeo Servicepunt om het systeem onmiddellijk te laten
controleren.
52
KENNISMAKING MET HET INSTRUMENTENPANEEL
Page 55 of 232
Waarschuwingslampje Wat het betekent
STORING AIRBAG
Wanneer het waarschuwingslampje in de stand ON wordt gezet, gaat dit lampje branden en het moet doven kort nadat
de motor is gestart. Als het lampje permanent blijft branden, dan is er een storing in het airbagsysteem.
27)
VEILIGHEIDSGORDELS VOOR NIET VASTGEMAAKT
Het lampje gaat continu branden wanneer bij stilstaande auto de veiligheidsgordel aan bestuurders- en passagierszijde
(indien een passagier aanwezig is) niet is omgelegd. Het lampje gaat knipperen en er klinkt een geluidssignaal als het
voertuig rijdt en de veiligheidsgordel van de bestuurder of de passagier voorin (indien aanwezig) niet goed is
vastgemaakt.
TE HOGE MOTOROLIETEMPERATUUR
Het waarschuwingslampje gaat branden als de motorolie oververhit is.
Als het probleem aanhoudt, contact op nemen met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
15)
BELANGRIJK
27)Een storing van het waarschuwingslampjewordt aangegeven door het inschakelen van het pictogramop het instrumentenpaneel. In
dergelijke gevallen kan het lampje mogelijk geen storingen in de veiligheidssystemen aangeven. Laat het systeem onmiddellijk controleren door
het Alfa Romeo Servicenetwerk alvorens verder te rijden.
28)Als het
waarschuwingslampje niet dooft wanneer de startinrichting naar ON wordt gedraaid of als het blijft branden tijdens het rijden
(terwijl er ook een bericht op het display wordt weergegeven), dan kan er iets mis zijn met de veiligheidssystemen; in dat geval kunnen de airbags of
gordelspanners niet in werking treden bij een ongeval of, in een zeer beperkt aantal gevallen, onbedoeld in werking treden. Laat het systeem
onmiddellijk controleren door het Alfa Romeo Servicenetwerk alvorens verder te rijden.
BELANGRIJK
15)Als het symbool tijdens het rijden gaat branden, het voertuig tot stilstand brengen en de motor onmiddellijk afzetten.
53
28)
Page 56 of 232
Gele waarschuwingslampjes
Lampje Wat betekent dat?
STORING ABS
Wanneer de startinrichting in de stand ON wordt gezet, gaat dit lampje branden. Het moet doven kort nadat de motor is gestart.
Dit lampje gaat branden om een storing van het ABS aan te geven. In dat geval blijft het remsysteem normaal werken, maar met
uitsluiting van het ABS-systeem.
Rijd zeer voorzichtig en neem zo snel mogelijk contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
STORING TPMS
Als dit lampje gaat branden, dan duidt dit op een storing van het TPMS-systeem. Als op een of meerdere wielen geen sensoren
zijn gemonteerd, verschijnt er een bericht op het display tot de oorspronkelijke condities zijn hersteld.
Rijd niet verder met een of meerdere lekke banden, dit kan de bestuurbaarheid van de auto in gevaar brengen. Breng het voertuig
tot stilstand, voorkom bruusk remmen en sturen. Herstel onmiddellijk de correcte spanning van de banden met behulp van de
speciale bandenreparatiekit (zie de paragraaf "Een wiel repareren" in het hoofdstuk "Noodgevallen") en neem zo snel mogelijk
contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
Lage bandenspanning
Het waarschuwingslampje gaat branden om aan te geven dat de bandenspanning lager is dan de aanbevolen waarde en/of dat de
band langzaam spanning verliest. Onder deze omstandigheden kunnen een optimale levensduur van de banden en een optimaal
brandstofverbruik niet gegarandeerd worden.
In elke situatie waarin op het display het bericht "Raadpleeg instructieboek" wordt weergegeven, is het VERPLICHT om de inhoud
van de paragraaf "Wielen en velgen" in het hoofdstuk "Technische gegevens" te raadplegen, en moeten de aanwijzingen die u
daarin vindt strikt worden opgevolgd.
ESC-SYSTEEM
Wanneer de startinrichting in ON wordt gezet, gaat het lampje branden maar het moet doven zodra de motor is gestart.
Inwerkingtreden ESC-systeem: inwerkingtreding van het systeem wordt aangegeven door het knipperen van het
waarschuwingslampje: dit geeft aan dat de stabiliteit en de grip van de auto in kritieke toestand verkeren.
Storing ESC-systeem: Als het lampje niet dooft, of blijft branden terwijl de motor loopt, is er een storing in het ESC-systeem
aangetroffen.
Neem in dit soort gevallen zo snel mogelijk contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
Storing Hill Start Assist-systeem: het gaan branden van het lampje duidt op een storing van het Hill Start Assist-systeem.
Neem in dit soort gevallen zo snel mogelijk contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
54
KENNISMAKING MET HET INSTRUMENTENPANEEL
Page 58 of 232
Lampje Wat betekent dat?
BRANDSTOFRESERVE / BEPERKTE ACTIERADIUS
Het waarschuwingslampje (of het pictogram op het beeldscherm) schakelt in als er ongeveer 8 liter brandstof in de tank voor de
Diesel versies aanwezig is, en ongeveer 9 liter brandstof voor benzine-versies.
29)
STORING INSPUIT-/EOBD-SYSTEEM
Onder normale omstandigheden, wanneer de startinrichting op de stand ON wordt gezet, gaat het lampje branden, maar dit moet
doven zodra de motor is gestart.
De verkeerspolitie beschikt over speciale apparatuur waarmee de werking van het lampje kan worden gecontroleerd. Neem in elk
geval de wettelijke voorschriften in acht van het land waarin u rijdt.
16)
Storing inspuitsysteem
Als het lampje blijft branden of tijdens het rijden gaat branden, werkt het inspuitsysteem niet goed. Een continu brandend lampje
duidt op een storing in het inspuit-/ontstekingssysteem die zou kunnen leiden tot overmatige uitlaatgasemissies, mogelijk
prestatieverlies, slechte rijeigenschappen en een hoog brandstofverbruik.
Het lampje dooft nadat de storing is verdwenen, maar de storing wordt toch door het systeem in het geheugen opgeslagen.
Onder deze omstandigheden kan met gematigde snelheid verder gereden worden, maar niet op hoge snelheid en zonder te veel
van de motor te eisen. Het langdurig rijden met continu brandend lampje kan tot schade leiden. Neem zo snel mogelijk contact op
met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
Katalysator beschadigd
Als het waarschuwingslampje knippert, betekent dit dat de katalysator beschadigd kan zijn.
Laat het gaspedaal los om het motortoerental te verlagen tot het lampje stopt met knipperen. Rijd verder met gematigde
snelheid en voorkom rijomstandigheden die kunnen leiden tot het opnieuw gaan knipperen van het lampje. Neem zo spoedig
mogelijk contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
BELANGRIJK
29)Als, tijdens het rijden, het lampje gaat knipperen (of het pictogram op het display verschijnt), contact opnemen met het Alfa Romeo
Servicenetwerk.
56
KENNISMAKING MET HET INSTRUMENTENPANEEL
Page 61 of 232
OP HET DISPLAY WEERGEGEVEN SYMBOLEN
Rode symbolen
Symbool Wat betekent dat?
ONVOLDOENDE MOTOROLIEDRUK
Het symbool gaat branden als het systeem een te lage motoroliedruk waarneemt.
Gebruik het voertuig niet zolang de storing niet is verholpen. Het brandende symbool geeft niet de hoeveelheid olie in de motor
aan: het oliepeil kan bij het opstarten van het voertuig en op het display gecontroleerd worden door de functie “Oliepeil” in het
Connect-systeem te activeren. Op de Quadrifoglio versie, kan het oliepeil ook handmatig worden gecontroleerd.
17)
STORING DYNAMO
De dynamo vertoont een storing als dit symbool bij lopende motor gaat branden.
Neem zo snel mogelijk contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
STORING STUURBEKRACHTIGING
Als het symbool blijft branden zou de elektrische stuurbekrachtiging niet meer kunnen functioneren waardoor aanzienlijk meer
inspanning nodig is om het voertuig te besturen; het sturen blijft echter wel mogelijk.
Neem zo snel mogelijk contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
STORING ALFA™ STEERING TORQUE-SYSTEEM (AST)
Het brandende symbool geeft aan dat het automatische stuurcorrectiesysteem een storing vertoont.
Neem contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk om de installatie te laten controleren.
BELANGRIJK
17)Als het symbooltijdens het rijden gaat branden, zet dan de motor onmiddellijk af en neem contact op met het Alfa Romeo
Servicenetwerk.
59
Page 63 of 232
Symbool Wat betekent dat?
STORING AUTOMATISCHE VERSNELLINGSBAK
Het symbool gaat branden en een tegelijkertijd wordt een geluidssignaal gegeven als een storing aan de automatische
versnellingsbak wordt waargenomen.
Neem zo snel mogelijk contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
18)
TE LAAG MOTOROLIEPEIL
Het symbool gaat branden in combinatie met het desbetreffende bericht op het display om aan te geven dat het motoroliepeil
laag is.
Bij de versie Quadrifoglio moet het motoroliepeil ook met de specifieke oliepeilstok onder de motorkap worden gecontroleerd
(zie het hoofdstuk “Onderhoud en zorg”).
MAXIMUM MOTOROLIEPEIL OVERSCHREDEN
Het symbool gaat branden in combinatie met het desbetreffende bericht op het display om aan te geven dat het motoroliepeil te
hoog is.
Neem zo snel mogelijk contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk om het correcte peil te laten herstellen. Zorg er
ondertussen voor dat u het motortoerental van 3000 tpm niet overschrijdt.
SNELHEIDSLIMIET OVERSCHREDEN
(indien aanwezig)
Het symbool gaat branden wanneer de snelheidslimiet van 120 km/h wordt overschreden.
BELANGRIJK
18)Door blijven rijden terwijl dit symbool brandt kan leiden tot ernstige schade aan de versnellingsbak, waardoor deze defect raakt. De olie kan
ook oververhit raken: contact met hete motor of componenten op hoge temperatuur van het uitlaatsysteem kunnen leiden tot brand.
61