DNA Alfa Romeo Giulietta 2017 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: ALFA ROMEO, Model Year: 2017, Model line: Giulietta, Model: Alfa Romeo Giulietta 2017Pages: 220, PDF Size: 4.32 MB
Page 9 of 220
Grondige kennis van uw nieuwe auto begint hier.
In dit boekje is op eenvoudige en rechtstreekse wijze beschreven
hoe uw auto gemaakt is en hoe hij werkt.
Daarom adviseren u het comfortabel zittend in uw auto te lezen,
dan kunt u met eigen ogen zien wat hier beschreven is.
WEGWIJS IN UW AUTO
DE SLEUTELS.................................8
CONTACTSLOT.................................9
ALFA ROMEO CODE SYSTEEM......................10
ALARMSYSTEEM..............................11
PORTIEREN..................................12
STOELEN...................................13
HOOFDSTEUNEN ..............................15
STUURWIEL.................................16
ACHTERUITKIJKSPIEGELS........................17
BUITENVERLICHTING...........................18
INTERIEURVERLICHTING.........................20
RUITENWISSER/ACHTERRUITWISSER ................21
KLIMAATREGELING.............................23
ELEKTRISCHE RUITBEDIENING.....................27
ELEKTRISCH SCHUIFDAK . . .......................28
MOTORKAP..................................30
BAGAGERUIMTE...............................31
KOPLAMPEN.................................32
Alfa DNA-SYSTEEM (dynamische controle van de auto).......32
VERSIE MET LPG-SYSTEEM.......................33
Page 34 of 220
BELANGRIJK
17)Een zware lading die niet is vastgezet
kan ernstig letsel aan passagiers
veroorzaken in geval van een aanrijding.
18)Als in een gebied wordt gereden waar
weinig tankstations aanwezig zijn en men
benzine in een tankje wil meenemen, moet
dit overeenkomstig de geldende
voorschriften en in een goedgekeurd tankje
gebeuren dat op passende wijze met de
bevestigingen is verankerd. In geval van een
botsing is het risico op brand toch altijd
groter.
KOPLAMPEN
LICHTBUNDEL AFSTELLEN
Een goede afstelling van de koplampen is
belangrijk voor het comfort en de
veiligheid van de bestuurder en alle
overige weggebruikers. Dit wordt
bovendien geregeld door specifieke
voorschriften van de
wegenverkeerswetgeving.
De koplampen moeten op de juiste wijze
gericht zijn om de beste zichtcondities
voor alle bestuurders te garanderen.
Neem contact op met het Alfa Romeo
Servicenetwerk voor controle en
eventuele afstelling van de koplampen.
MISTLAMPEN AFSTELLEN(voor bepaalde versies/markten)
Neem contact op met het Alfa Romeo
Servicenetwerk voor controle en
eventuele afstelling van de koplampen.
KOPLAMPAFSTELLING IN HET
BUITENLAND
De dimlichten zijn afgesteld voor gebruik
in het land waar de auto oorspronkelijk is
gekocht. Als gereden wordt in landen
waar op de andere weghelft wordt
gereden, moeten, om verblinding van
tegenliggers te voorkomen, delen van de
koplamp worden afgedekt
overeenkomstig de
wegenverkeerswetgeving van het land
waarin u aan het rijden bent.
Alfa DNA-SYSTEEM
(dynamische controle van de
auto)
Dit systeem wordt bediend met hendel 1
fig. 33 (op de tunnelconsole) hiermee
kunnen vier verschillende rijmodi
geselecteerd worden overeenkomstig de
rijstijl en de conditie van het wegdek:
d=Dynamic(sportieve rijmodus);
n=Natural(modus voor rijden in
normale omstandigheden);
a=All Weather(modus voor rijden in
omstandigheden van weinig grip, zoals
regen en sneeuw).
Hendel 1 beschikt over een stabiele
stand. Met andere woorden, de
schakelaar blijft altijd in de middelste
stand.
De gekozen rijmodus wordt aangegeven
33A0K0612C
32
WEGWIJS IN UW AUTO
Page 41 of 220
DISPLAY
Het voertuig is uitgerust met een
herconfigureerbaar multifunctioneel
display dat, op basis van de eerder
instellingen, tijdens het rijden nuttige
informatie zal verschaffen.
Bij verwijderde contactsleutel, schakelt
de display in en toont enkele seconden de
tijd en de totaalstand van de
kilometerteller (in km of mijlen) wanneer
een portier wordt geopend/gesloten.
HERCONFIGUREERBAAR
MULTIFUNCTIONEEL DISPLAY
De volgende informatie wordt op de
display getoond (voorbeeld gegeven in
fig. 37 ):
1: Tijd
2: Zone gebruikt voor berichten
(informatie, instellingen, etc.)3: Kilometerteller (totaal afgelegde
afstand in km of mijlen).
4: Aanwijzingen autotoestand (bijv. open
portieren, eventuele ijsvorming op de
weg, etc.)/Aanduiding Start&Stop-
functie (voor bepaalde versies/markten)/
Gear Shift Indicator (voor bepaalde
versies/markten)
5: Stand hoogteregeling koplampen
(alleen bij ingeschakeld dimlicht)
6: Buitentemperatuur
De turbocompressordruk verschijnt op
sommige versies wanneer "DYNAMIC"
rijmodus is geselecteerd (zie "Alfa
DNA-systeem" in dit hoofdstuk).
GEAR SHIFT INDICATOR
De GSI (Gear Shift Indicator) adviseert de
bestuurder een andere versnelling in te
schakelen via een speciaal bericht op het
display .
Via de GSI wordt de bestuurder
gewaarschuwd dat een andere
versnelling brandstofbesparing kan
opleveren.
Daarom is het raadzaam om wanneer u
brandstofconsumptie wilt verminderen
tijdens het rijden, zich bij de modi
"Natural" of "All Weather" te houden en
de suggesties te volgen van de Gear Shift
Indicator, waar verkeersomstandigheden
dit toelaten.Wanneer het SHIFT UP pictogram
op
het display wordt weergegeven, stelt de
GSI de bestuurder voor om een hogere
versnelling in te schakelen, terwijl als het
SHIFT DOWN pictogram
wordt
getoond, krijgt de bestuurder het advies
om een lagere versnelling in te schakelen.
De aanduiding op het
instrumentenpaneel blijft branden zolang
de bestuurder niet schakelt of zolang de
rijomstandigheden niet terugkeren naar
een situatie waarin schakelen niet nodig
is om het verbruik te optimaliseren.
BEDIENINGSKNOPPEN
fig. 38: om het weergegeven
scherm en de betreffende opties naar
beneden te doorlopen of om de
weergegeven waarde te verhogen.
SET/
: kort indrukken om het menu
te openen en/of naar het volgende
scherm te gaan of de keuze te
37A0K0600C
38A0K0541C
39
Page 91 of 220
ingeschakeld ("creeping" effect). In dit
geval hoeft het gaspedaal niet ingedrukt
te worden.
BELANGRIJK Als de ingeschakelde
versnelling (weergegeven op het display)
niet overeenstemt met de stand van de
versnellingspook, wordt dit gemeld door
het knipperen van de betreffende letter
op de sierlijst van versnellingsbak (er
wordt ook een geluidsignaal afgegeven).
Deze toestand moet niet beschouwd
worden als een werkingsfout, maar
eenvoudigweg als een verzoek van het
systeem om de manoeuvre te herhalen.
BELANGRIJK Wees uiterst voorzichtig bij
niet aangetrokken handrem en
losgelaten rempedaal, stationair
draaiende motor en de keuzehendel in de
stand D, R of sequentieel, want de auto
kan ook voortbewegen zonder dat het
gaspedaal wordt bediend. Deze toestand
kan worden benut met de auto op een
vlakke ondergrond tijdens scherpe
parkeermanoeuvres waarbij alleen het
rempedaal wordt gebruikt.
AUTOMATISCHE RIJMODUS
De stand D kan vanuit sequentiële
bediening onder alle rijomstandigheden
geselecteerd worden.
In de automatische rijmodus kiest de
elektronische transmissieregeleenheid
de beste overbrengingsverhouding opbasis van snelheid, motorbelasting (stand
gaspedaal) en hellingsgraad van de weg.
"Kick Down" functie
Om weer snel snelheid te kunnen maken,
schakelt het regelsysteem van de
versnellingsbak, als het gaspedaal
volledig wordt ingetrapt, naar een lagere
versnelling (kick-downfunctie).
BELANGRIJK Bij het rijden over wegen
met weinig grip (sneeuw, ijs, enz.) wordt
geadviseerd de kick-down functie niet te
gebruiken.
Integratie met "Alfa DNA" systeem
Met het "Alfa DNA" systeem 1
fig. 62 kunnen drie verschillende rijmodi
geselecteerd worden:
“Dynamic”: er wordt bij hogere
toerentallen geschakeld. Dit legt het
accent op een sportieve rijstijl;
“Natural”: er wordt bij lage toerentallen
geschakeld. Dit legt het accent op
comfort en verlaagt het verbruik;
"All Weather": rijprogramma voor
wegen met weinig grip (bijv. sneeuw, ijs,
modder, enz.).
Schakeladvies
Als men bij versnellingsbak in de
automatische modus (keuzehendel in
stand D), wil schakelen met de
schakelpeddels op het stuurwiel (voor
bepaalde versies/markten), schakelt het
systeem over naar de "sequentiële
modus", met bijbehorende weergave van
de ingeschakelde versnelling gedurende
ongeveer 5 seconden.
Als na deze tijd de schakelpeddels niet
meer bediend worden, keert het systeem
terug naar de automatische modus (D)
(met betreffende weergave op het
display).
SEQUENTIËLE RIJMODUS
In de sequentiële rijmodus werkt de
versnellingsbak als een handgeschakelde
bak.
Schakelen met de keuzehendel
Verplaats de hendel vanuit stand D opzij
(naar links) in de sequentiële stand:
hendel naar "+": inschakeling hogere
versnelling;
hendel naar "−": inschakeling lagere
versnelling.
62A0K0612C
89
Page 92 of 220
De correcte stand van de hendel in de
sequentiële modus wordt aangegeven
door het oplichten van de symbolen "+" en
"−" en het doven van symbool D op het
display (op het display wordt alleen de
ingeschakelde versnelling getoond).
Schakelen met de schakelpeddels op
het stuurwiel
(voor bepaalde versies/markten)
27)
Bij sommige versies kan worden
geschakeld met de schakelpeddels op
het stuurwiel fig. 63.
schakelpeddel "+" (door de peddel naar
de bestuurder te trekken fig. 63 ):
inschakelen van hogere versnelling;
schakelpeddel "-" (door de peddel naar
de bestuurder te trekken fig. 63 ):
inschakelen van lagere versnelling.
De inschakeling van een lagere of hogereversnelling gebeurt alleen als het
motortoerental dit toestaat.
Als de auto wordt gestopt in een hogere
versnelling dan de 1
e, schakelt de
versnellingsbak automatisch de 1e
versnelling in.
"Launch Control" functie
98)
De "Launch Control" strategie staat
starten met hoge prestaties toe.
Ga als volgt te werk om deze functie bij
stilstaande auto in te schakelen:
schakel op het "Alfa DNA" systeem de
"Dynamic" rijmodus in;
trap met de linkervoet het rempedaal
in en tegelijkertijd met de rechtervoet
het gaspedaal volledig in;
verplaats de versnelling met de
versnellingspook of de stuurpeddels "−"
(door de peddel naar de bestuurder toe te
halen, zoals voorheen beschreven): rpm
nemen zo toe van 2750 tot 4500;
(1.4 benzineversies) en van 1700 tot
2700 (2.0 JTD
Mversies) en van 3000 tot
3750 (1750 Turbo benzineversie);
laat het rempedaal los: op deze manier
wordt een "briljantere" start van de auto
verkregen.
Wanneer het rempedaal wordt
losgelaten, start de auto met maximale
acceleratie. Ondanks de "sequentiële
modus" zal de auto zelfstandig schakelenom maximale acceleratie te garanderen,
zodra de juiste schakelsnelheid is bereikt.
Onderbreek bovenstaande volgorde van
handelingen of laat het gaspedaal los om
deze strategie te verlaten.
BELANGRIJK
25)Schakel altijd de handrem in als de auto
op een helling staat, VOORDAT u de
versnellingspook in P zet.
26)Schakel de achteruitversnelling
uitsluitend in als de auto stilstaat, de motor
op stationair toerental draait en het
gaspedaal volledig losgelaten is.
27)Door onjuist gebruik van de peddels
(peddels naar het dashboard geduwd )
kunnen deze afbreken.
28)Het wordt geadviseerd contact op te
nemen met het Alfa Romeo Servicenetwerk
om deze hermontageprocedure te laten
uitvoeren. Indien u zelfstandig te werk wilt
gaan, dient u vooral op te letten op de juiste
bevestiging van de borgklemmen. Anders
kan een verkeerde bevestiging van de
onderste en bovenste afdekking lawaai
veroorzaken.
BELANGRIJK
97)Laat kinderen nooit zonder toezicht in
de auto achter. Verwijder altijd de
contactsleutel als de auto wordt verlaten en
neem de sleutel mee.
63A0K0266C
90
STARTEN EN RIJDEN
Page 195 of 220
informatie (indien aanwezig) over de
storingen van het voertuig te tonen die
het branden van een
waarschuwingslampje tot gevolg hadden.
INSTELLINGEN
Druk op toets +INSTELLINGEN op het
frontpaneel voor de weergave van het
menu "Instellingen".
OPMERKING De weergegeven
menu-items hangen van de versie af.
Display;
Klok & Datum;
Veiligheid/Hulp (voor bepaalde
uitvoeringen/markten);
Lichten (voor bepaalde
versies/markten);
Portieren & Vergrendelingen;
Audio;
Telefoon/Bluetooth;
Radio
Terug naar Stand.inst.
INFORMATIE ACTIVERING RIJMODUS
(DNA)
Deze functie kan gebruikt worden om te
selecteren of Alfa DNA-berichten wel
("ON") of niet ("OFF") op het display
weergegeven moeten worden.
SPRAAKOPDRACHTEN
Spraakopdrachten gebruiken
De
knop activeert de "Telefoon"
spraakherkenningmodus, er is een "piep"en het display toont een scherm met tips
dat de gebruiker uitnodigt een opdracht
uit te spreken.
Als de
knop wordt ingedrukt tijdens
een systeemspraakbericht, activeert dit
de “Radio/Media”
spraakherkenningsmodus die de radio
controleert en de USB/iPod/CD en
MP3 players.
Om er zeker van te zijn dat de
spraakopdrachten altijd door het
systeem herkend worden, wordt
geadviseerd de volgende tips te volgen:
spreek met een normaal stemvolume;
wacht altijd op de "piep"
(waarschuwingssignaal) alvorens te
spreken;
probeer indien mogelijk het geluid in
het inzittendencompartiment tot een
minimum te beperken. Het is ook
raadzaam om de ramen en het schuifdak
te sluiten (voor bepaalde versies/
markten).
voor een optimale werking wordt
geadviseerd de ramen en het schuifdak
te sluiten (voor bepaalde versies/
markten) om storingen van buiten te
voorkomen;
WAARSCHUWING De spraakopdrachten
moeten altijd uitgesproken worden onder
veilige rijomstandigheden, in
overeenstemming met de voorschriftendie in het land waar u rijdt gelden en door
de mobiele telefoon op correcte wijze te
gebruiken.
Multiple choice
In sommige specifieke gevallen kan het
systeem niet op eenduidige wijze de
uitgesproken spraakopdracht bepalen en
vraagt om uit een maximum van vier
alternatieven te kiezen.
Het systeem stelt een genummerde lijst
voor van de beschikbare alternatieven en
vraagt de gebruiker het bijbehorende
nummer te noemen.
Lijst van spraakopdrachten
ALGEMENE spraakopdrachten:
HELP
ANNULEER
HERHAAL
SPRAAKBEGELEIDING
Spraakopdrachten TELEFOON
OPROEP
KIES
OPNIEUW BELLEN
BEL TERUG
LAATSTE OPROEPEN
UITGAANDE OPROEPEN
GEMISTE OPROEPEN
INKOMENDE OPROEPEN
TOON TELEFOONBOEK
ZOEKEN
TOON BERICHTEN
193
Page 205 of 220
"Luisteren", "Bellen" of "Negeer" gekozen
kunnen worden.
Toegang tot de lijst SMS-berichten die
ontvangen is van de mobiele telefoon kan
worden verkregen door het indrukken
van de knop
.
OPMERKING Sommige mobiele
telefoons houden geen rekening met de
instellingen van de SMS-bevestiging bij
het koppelen metUconnect™. Als een
SMS-bericht wordt verstuurd via
Uconnect™, kan het zijn dat de gebruiker
extra kosten moet betalen, zonder enige
waarschuwing, doordat de telefoon een
SMS-bevestigingsverzoek verstuurt.
Voor problemen met het bovenstaande,
dient u contact op te nemen met de
telefoonprovider.
Siri Ogen Vrij
Met Siri kunt u uw stem gebruiken om
een bericht te sturen, mediabronnen en
telefoonoproepen te beheren en nog veel
meer. U kunt uw ogen op de weg houden
en uw handen op het stuur, terwijl Siri
andere nuttige handelingen verricht.
Druk op de
knop op het stuur (lang
indrukken) om Siri in te schakelen.
Wanneer u een dubbele piep hoort, kunt u
beginnen met communiceren met Siri.
OPMERKING het apparaat met Siri moet
worden gekoppeld aan het
Uconnect™-systeem met dekoppelingsprocedure (zie de betreffende
paragraaf).
Spreek duidelijk met een normaal ritme
en volume.
Siri is beschikbaar op iPhone 4S en latere
versies.
NAVIGATIEMODUS
Hoofdnavigatiemenu
BELANGRIJK Het volume van het
navigatiesysteem kan alleen worden
ingesteld terwijl de spraakopdrachten
worden weergegeven door het bedienen
van de toets/knop
(ON/OFF).
Om het hoofdmenu navigatiesysteem in
te schakelen, op de NAV-toets op het
voorpaneel drukken, vervolgens op een
van de volgende knoppen op het scherm
drukken:
"Bestemming?": zoek of navigeer naar
bestemming;
"Toon kaart": weergeven van de kaart;
"Info": alle navigatie-informatie
weergeven;
"Noodgevallen": zoeken naar
Ziekenhuizen, Politiebureaus, etc.
De volgende grafische knoppen zijn ook
aanwezig:
"Instellingen": kies de
systeeminstellingen;
"Stop": navigatie onderbreken;
"Herberekenen": mogelijke
omleidingen van de ingestelde route;
"Herhaal": herberekenen route in de
laatst geselecteerde richting.
Bestemming?
Druk, in het Hoofdmenu
Navigatiesysteem, op de toets
"Bestemming?" en kies vervolgens een
van de volgende opties om de
bestemming te bereiken:
"Adres": zoek een bestemming door
het ingeven van de straatnaam en
nummer;
"Recent": oproepen van een vorige
bestemming;
"Point of interest": plan een reis naar
een (POI) gekozen uit een lijst plaatselijke
en openbare plekken;
"Favorieten": eerder opgeslagen
adressen en bestemmingen oproepen;
"Crossing": reizen naar een knooppunt;
"Naar huis": bereken of bevestig een
reis naar uw huisadres;
"Trip": bereken een nieuwe reis of roep
een reis op die al is opgeslagen;
"Stadscentrum": reis naar het centrum
van de gespecificeerde stad;
"Dichtstbijzijnde plaatsen": reizen naar
een nabije plaats.
"Ritten": sla de route op die u rijdt,
zodat u deze later weer kunt oproepen.
U kunt ook een bestemming selecteren
door de geografische coordinaten in te
203
Page 206 of 220
geven, een punt op de kaart selecteren of
via het nummer van de POI (Point of
Interest).
Toon kaart
Druk op de toets "Toon kaart" in het
Hoofdmenu Navigatiesysteem voor de
weergave van de kaart behorend bij de
huidige positie.
Wanneer de kaart op het display
verschijnt, zijn de volgende opties
beschikbaar:
"Menu": ga terug naar het
Hoofdnavigatiemenu;
"+/–": kaart zoom;
Aankomsttijd/tijd naar
bestemming-tijd/Afstanden": geef een
van de volgende opties weer:
"Aankomsttijd", "Tijd naar bestemming",
"Afstanden" (alleen tijdens navigatie);
"Afslagenlijst": toont een lijst met de
mogelijke afslagen op een route (alleen
tijdens navigatie);
"Opties": hiermee kunnen het
kaartaanzicht of de navitatorinstellingen
worden gewijzigd, de laatste richting
worden herhaald, de lijst met richtingen
worden bekenen en navitatie worden
onderbroken.
Menu Instellingen
De volgende instellingen zijn beschikbaar
voor de Kaart:
"Kaartconfiguratie": aanpassing van de
weergavemodus van de kaart;
"Snelheidslimiet": in-/uitschakeling
van het geluidssignaal bij overschrijden
van de snelheidslimiet en de instelling
van de snelheidslimietwaarde;
"Gids": navigatie-aanpassing;
"DMS": wijzig weergave van het
GPS-signaal;
"Lijst TMC-stations": weergave van
lijst met radiostations die TMC
(Verkeersberichten) verkeersinformatie
uitzenden.
Informatie
Druk op de toets "Informatie" in het
Hoofdnavigatiemenu om uit de volgende
informatie te kiezen:
Verkeer;
Waar ben ik? weergave van uw huidige
positie op de kaart;
Boordcomputer: vat de belangrijkste
informatie over de huidige route samen.
Noodgeval
Druk op de "Nood"knop om te kiezen en
te navigeren naar het dichtstbijzijnde
ziekenhuis of politiebureau.
"APPS"-Modus
Druk op toets APPS op het frontpaneel
om de volgende toepassingsfuncties
weer te geven:
Informatie Media/Radio
Algemene informatie
Buitentemperatuur
Boordcomputer
Klok
Bus
Uconnect™LIVE
Uconnect™LIVE SERVICES
Druk op de APPS-knop om toegang te
krijgen tot deUconnect™LIVE
applicaties.
De beschikbare services hangen af van de
configuratie van de auto en de markt.
Om deUconnect ™LIVEservices te
gebruiken moet u deUconnect ™LIVE
app downloaden van Google Play of de
Apple Store en registreren met gebruik
van de app of op www.DriveUconnect.eu.
Eerste toegang tot het voertuig
Zodra u deUconnect™LIVEApp hebt
gelanceerd en uw gegevens hebt
ingevoerd, moet u de Bluetooth
koppeling tussen uw smartphone en de
autoradio uitvoeren, zoals beschreven in
het hoofdstuk "Mobiele telefoon
koppelen" om toegang te krijgen tot de
Uconnect™LIVEservices in uw voertuig.
Wanneer het registreren is voltooid, zijn
de aangesloten services beschikbaar
door te drukken op het pictogram
Uconnect™LIVEop de radio.
Voordat u de aangesloten services kunt
gebruiken, moet u eerst de
Bluetooth®
koppeling uitvoeren, daarna de
activeringsprocedure voltooien door de
instructies op te volgen die verschijnen in
204
MULTIMEDIA
Page 208 of 220
Uconnect™LIVEkunnen gebruikers
kiezen de detectie van hun locatie en het
delen van hun gegevens met de
community uit te schakelen.
Efficient Drive
Met de Efficient Drive-applicatie kan uw
rijgedrag in realtime worden weergeven,
zodat u uw rijstijl kunt verbeteren voor
wat betreft brandstofverbruik en
uitstoot.
Het rijgedrag wordt geëvalueerd door
middel van vier indexen die de volgende
parameters controleren: acceleratie,
deceleratie, schakelen, snelheid
Weergave van de Efficient Drive
Druk op de knop Efficient Drive om van
deze functie gebruik te maken.
Er wordt een scherm weergegeven op de
radio met de 4 indexen: Acceleratie,
deceleratie, snelheid en schakelen. Deze
indexen zijn grijs totdat het systeem
genoeg gegevens heeft om de rijstijl te
analyseren. Zodra voldoende gegevens
beschikbaar zijn, nemen de indexen op
basis van de beoordeling 5 kleuren aan:
donkergroen (zeer goed), lichtgroen, geel,
oranje en rood (zeer slecht).
Na langdurige stilstand toont het display
de gemiddelde van de indexen tot dat
moment (de "Gemiddelde index"), waarnade indexen in realtime opnieuw kleuren
zodra het voertuig opnieuw gestart
wordt.
my:Car
met my:Car kunt altijd u de "gezondheid"
van uw voertuig bewaken.
my:Car kan storingen in realtime
detecteren en de gebruiker informeren
wanneer het onderhoudsinterval
verlopen is. Druk op de knop "my:Car" om
van deze toepassing gebruik te maken.
Op het display verschijnt een scherm met
de "care:Index" sectie, waarin alle
gedetailleerde informatie over de status
van het voertuig wordt getoond. Druk op
de knop "Actieve waarschuwingen" om de
informatie (indien aanwezig) over de
storingen van het voertuig te tonen die
het branden van een
waarschuwingslampje tot gevolg hadden.
INSTELLINGEN
Druk op de toetsop het voorpaneel
voor de weergave van het menu
"Instellingen"
OPMERKING De weergegeven
menu-items hangen van de versie af.
Display;
DNA-berichten;
Klok
Veiligheid & Hulp
Lichten;
Portieren & Vergrendelingen;
Voertuig uitschakelen Voertuig;
Audio;
Telefoon/Bluetooth;
Configur. Radio;
Systeeminformatie.
Terug naar Stand.inst.;
Persoonl. gegevens wissen;
INFORMATIE ACTIVERING RIJMODUS
(DNA)
Deze functie kan gebruikt worden om te
selecteren of Alfa DNA-berichten wel
("ON") of niet ("OFF") op het display
weergegeven moeten worden.
SPRAAKOPDRACHTEN
Spraakopdrachten gebruiken
De
knop activeert de "Telefoon"
spraakherkenningmodus, er is een "piep"
en het display toont een scherm met tips
dat de gebruiker uitnodigt een opdracht
uit te spreken.
Als de
knop wordt ingedrukt tijdens
een systeemspraakbericht, activeert dit
de “Radio/Media”
spraakherkenningsmodus die de radio
controleert en de USB/iPod/SD players
(voor bepaalde versies/markten).
Om er zeker van te zijn dat de
spraakopdrachten altijd door het
systeem herkend worden, wordt
geadviseerd de volgende tips te volgen:
spreek met een normaal stemvolume;
206
MULTIMEDIA
Page 215 of 220
ALFABETISCH REGISTER
"Alfa DNA"-systeem...........32
"Follow me home" systeem........19
"Universeel" kinderzitje monteren . . .72 "Electronic Q2" ("E-Q2")..........63
"Smart bag" systeem (meertraps
frontairbags)..............78
ABS.....................62
Accu ....................147
advies voor verlengen levensduur......................147
vervangen...............147
Accu (opladen)..............144
Achterruitsproeier
vloeistofniveau
achterruitsproeier..........143
Achterruitwisser/-sproeier........22
Achteruitkijkspiegels
Buitenspiegels.............17
Actieve veiligheidssystemen.......62
Afmetingen ................164
AFS adaptieve lichten (Adaptive
Frontlight System)...........20
Afsluiter van de brandstoftoevoer . .122
Alarmknipperlichten...........102
Alarmsysteem...............11
Alfa Romeo code systeem........10
ALFATCT..................88
Contactsleutel verwijderen.....122
ASR (AntiSlip Regulation) systeem.......................62Automatische dual-zone
klimaatregeling.............25
AUX-bron..............190 ,201
Bagageruimte...............31
Achterklep openen in geval van
nood...................31
Bagagehaken..............31
Bagagenet................31
Bagageruimte sluiten.........31
Bagageruimte uitbreiden.......31
De kofferbak openen.........31
Initialisatie bagageruimte.......31
Banden
bandenspanning...........163
Fix&Go Automatic (kit).......118
Bedieningselementen
Overzichtstabel
bedieningselementen frontpaneel......................196
Bedieningsknoppen............39
Bedieningspaneel en
boordinstrumenten...........38
Herconfigureerbaar
multifunctioneel display........38
Bedieningstoetsen op stuurwiel.185 ,197
Bluetooth®..............189 ,201
Brandstofverbruik............176
Buitenverlichting..............18
Carrosserie
onderhoud...............149CBC (Cornering Brake Control)
systeem.................63
CO2-emissie...............178
Contactslot..................9
Stuurslot.................10
Cruise-control...............93
Dagverlichting (DRL)...........18
De auto parkeren
Handrem.................87
De motor starten..............86
Rollend starten............121
Starten met hulpaccu........120
De sleutels..................8
Mechanische sleutel...........8
Sleutel met afstandsbediening....8
Derde remlicht
lamp vervangen............108
Dieselfilter................146
Dimlicht
lamp vervangen............106
Display....................39
DST systeem (Dynamic Steering
Torque)..................62
EBD-systeem...............63
Een aanhanger trekken..........97
Montage van de trekhaak.......97
Een lamp vervangen . ..........102
Algemene instructies........102
buitenverlichting . ..........106