display Alfa Romeo MiTo 2014 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: ALFA ROMEO, Model Year: 2014, Model line: MiTo, Model: Alfa Romeo MiTo 2014Pages: 280, PDF Size: 8.01 MB
Page 30 of 280

❒Wanneer de submenu “Formaat” wordt gekozen, druk kortstondig
op de SET/
knop om het formaat op het display te doen
knipperen;
❒druk op "+" of "–" om “24h” of “12h” te selecteren.
Wanneer de gewenste instellingen zijn uitgevoerd, druk kortstondig op
de SET/
knop om terug te keren naar het menuscherm of druk
langdurig op de knop om terug te keren naar het hoofdmenu zonder
op te slaan.
Druk nogmaals langdurig op de SET/
knop om terug te keren
naar het standaardscherm of het hoofdmenu in functie van waar men
zich bevindt.
Stel datum in (datuminstelling)Met deze functie kan de datum ingesteld worden (dag - maand - jaar).
Ga als volgt te werk om de instelling uit te voeren:
❒druk kort op de SET/
knop: het "jaar" knippert op het display;
❒druk op de knop "+" of "−" om aan te passen;
❒druk kort op de SET/knop: de "maand" knippert op het
display;
❒druk op de knop "+" of "−" om aan te passen;
❒druk kort op de SET/knop: de "dag" knippert op het display;
❒druk op de knop "+" of "−" om aan te passen.
BELANGRIJK Met elke druk op de knop + of - wordt de waarde met
een eenheid verhoogd of verlaagd. Houd de knop ingedrukt om
de waarde automatisch snel te verhogen/verlagen. Wanneer
de gewenste waarde wordt bereikt, kan men de instelling afronden
door opnieuw de knop kortstondig in te drukken.Druk kort op de SET/
knop om terug te keren naar het
menuscherm of druk langdurig op de knop om terug te keren naar het
standaardscherm zonder op te slaan.
Eerste pagina (Weergave van
informatie op het hoofdscherm)(voor bepaalde versies/markten)
Met deze functie kan het type informatie worden geselecteerd die men
op het hoofdscherm wenst te zien. Zo kan men de datum en de
afgelegde afstand weergeven.
Ga als volgt te werk om te kiezen:
❒druk kort op de SET/
knop: de "Startpagina" verschijnt op het
display;
❒druk nogmaals kort op de SET/
knop om de opties “Datum” en
“Info motor” weer te geven;
❒druk op "+" of "–" om de gewenste weergave op het hoofdscherm
van de display te selecteren;
❒druk kort op de SET/
knop om terug te keren naar het
menuscherm of druk langdurig op de knop om terug te keren naar
het standaardscherm zonder op te slaan.
Wanneer de sleutel na de controlefase naar MAR wordt gedraaid, zal
de display de informatie weergeven die via de menufunctie "Eerste
pagina" is geselecteerd.
Zie radio (audio-informatie
weergeven)Deze functie geeft informatie over de radio weer.
❒Radio: frequentie van het radiostation of RDS melding, inschakeling
automatische afstemming of AutoSTore;
❒CD audio/CD, MP3: tracknummer.
26
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 31 of 280

Ga als volgt te werk om de weergave van de informatie over de
autoradio op de display in ("On") of uit ("Off") te schakelen:
❒druk kort op de SET/
knop om "On" of "Off", op het display
knippert "On" of "Off" afhankelijk van wat eerder is ingesteld;
❒druk op de knop "+" of "−" om te kiezen;
❒druk kort op de SET/knop om terug te keren naar het
menuscherm of druk langdurig op de knop om terug te keren naar
het standaardscherm zonder op te slaan.
Autoclose (automatische centrale
portiervergrendeling bij rijdend
voertuig)Bij inschakeling van deze functie (On), worden de portieren
automatisch vergrendeld wanneer sneller dan 20 km/h wordt
gereden.
Ga als volgt te werk om de functie in- en uit te schakelen:
❒druk kortstondig op de SET/
knop om een submenu weer te
geven;
❒druk kortstondig op de SET/knop om "On" of "Off" op het
display te doen knipperen in functie van wat eerder is ingesteld;
❒druk op de knop "+" of "−" om te kiezen;
❒druk kortstondig op de SET/knop om terug te keren naar het
menuscherm of druk langdurig op de knop om terug te keren naar
het hoofdmenu zonder op te slaan.
❒houd de SET/
knop nogmaals ingedrukt om terug te keren
naar het standaardscherm of het hoofdmenu in functie van waar
men zich bevindt.
Meeteenheid (Meeteenheid instellen)Met deze functie kunnen de meeteenheden via drie submenu’s
ingesteld worden: “Afstand”, “Verbruik” en “Temperatuur“.
Ga als volgt te werk om de meeteenheid in te stellen:
❒druk kort op de SET/
knop om de drie submenu's weer te
geven;
❒druk op de knop "+" or "–" om een van de drie submenu's te
selecteren;
❒nadat het te wijzigen submenu is gekozen, kort op de SET/
knop drukken;
❒wanneer het submenu “Afstand” wordt gekozen: kortstondig drukken
op SET/
toont "km" of "mi" , afhankelijk van de vorige
instelling;
❒druk op de knop "+" of "−" om te kiezen;
❒wanneer het submenu “Verbruik” wordt gekozen: kortstondig
drukken op SET/
toont km/l, l/100 km of mpg, afhankelijk van
de vorige instelling;
Wanneer “km” is ingesteld, wordt het brandstofverbruik in km/l of
l/100km op de display weergegeven.
Wanneer “mi” is ingesteld, wordt het brandstofverbruik in “mpg" op
de display weergegeven.
❒druk op de knop "+" of "−" om te kiezen;
❒wanneer het submenu “Temperatuur” wordt gekozen: drukken op
SET/
toont “°C” of “°F”, afhankelijk van de vorige instelling;
❒druk op de knop "+" of "−" om te kiezen;
Wanneer de gewenste instellingen zijn uitgevoerd, druk kortstondig op
de SET/knop om terug te keren naar het menuscherm of druk
langdurig op de knop om terug te keren naar het hoofdmenu zonder
op te slaan.
27WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 32 of 280

Druk nogmaals langdurig op de SET/
knop om terug te keren
naar het standaardscherm of het hoofdmenu in functie van waar men
zich bevindt.
Taal (Taal instellen)De meldingen op de display kunnen in de volgende talen worden
weergegeven: Italiano, English, Deutsch, Português, Español, Français,
Nederlands, Türk en Português Brasileiro.
Ga als volgt te werk om de gewenste taal in te stellen:
❒druk kortstondig op de SET/
knop: op het display begint de
voorheen ingestelde "taal" te knipperen;
❒druk op de knop "+" of "−" om te kiezen;
❒druk kort op de SET/
knop om terug te keren naar het
menuscherm of druk langdurig op de knop om terug te keren naar
het standaardscherm zonder op te slaan.
Geluidssterkte waarschuwingen
(Volumeregeling geluidssignaal
storing/waarschuwing)Met deze functie kan het volume van de zoemer, die klinkt als een
storing/waarschuwing op de display wordt weergegeven, worden
ingesteld op 8 niveaus.
Ga als volgt te werk om het gewenste volume in te stellen:
❒druk kort op de SET/
knop, op het display gaat het eerder
ingestelde volumeniveau knipperen;
❒druk op de knop "+" of "−" om aan te passen;
❒druk kort op de SET/knop om terug te keren naar het
menuscherm of druk langdurig op de knop om terug te keren naar
het standaardscherm zonder op te slaan.
Geluidsterkte toetsen
(Volumeregeling toetsen)Met deze functie kan het volume van het geluidssignaal worden
ingesteld (op acht niveaus) dat klinkt wanneer de SET/
knop
wordt ingedrukt om een submenu te verlaten en om terug te keren naar
het standaardmenu.
Ga als volgt te werk om het gewenste volume in te stellen:
❒druk kortstondig op de SET/
knop, op het display verschijnt het
eerder ingestelde volume;
❒druk op de knop "+" of "−" om het volume te regelen; tijdens het
regelen klinkt een geluidssignaal gelijk aan het geselecteerde
volume;
❒druk kort op de SET/
knop om terug te keren naar het vorige
menuscherm of druk langdurig op de knop om terug te keren naar
het standaardscherm zonder op te slaan.
Bij versies met herconfigureerbaar multifunctioneel display, wordt het
volumeniveau met streepjes weergegeven.
Piep veiligheidsgordels (Inschakeling
zoemer voor SBR-aanwijzing)(voor bepaalde versies/markten)
Deze functie kan alleen worden weergegeven wanneer het SBR-
systeem door het Alfa Romeo Servicenetwerk is uitgeschakeld (zie
“SBR-systeem” in het hoofdstuk “Veiligheid”).
Ga als volgt te werk om deze functie opnieuw te activeren:
❒druk kortstondig op de knop SET/
; op de display knippert
"OFF". Druk op de knop "+" of "−" en "On" wordt getoond;
❒druk kort op de SET/
knop om terug te keren naar het vorige
menuscherm of druk langdurig op de knop om terug te keren naar
het standaardscherm zonder op te slaan.
28
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 33 of 280

Service (Geprogrammeerd
onderhoud)Deze functie zorgt voor weergave van informatie over de
kilometerstand en de intervallen (nog resterende dagen) waarmee de
servicebeurten uitgevoerd moeten worden.
Met de Service functie kan ook het interval (in kilometer of mijl) tot de
volgende olieverversing worden weergegeven.
Ga voor het raadplegen van deze informatie als volgt te werk:
❒druk kort op de SET/
knop: het display geeft het interval in
kilometers of mijlen aan, op grond van wat eerder is ingesteld
(zie paragraaf "Meeteenheden");
❒druk op de SET/
knop om terug te keren naar het menuscherm
of houd de knop ingedrukt om terug te keren naar het
standaardscherm.
BELANGRIJK Het “Geprogrammeerd onderhoudsschema” voorziet elke
30.000 km (voor benzineversies) en elke 35.000 km (voor
dieselversies) in een servicebeurt. Dit bericht verschijnt automatisch
wanneer de sleutel in de stand MAR wordt gedraaid, vanaf 2.000 km
(of het equivalent in mijl) vóór de servicebeurt. Dit bericht wordt elke
200 km (of het equivalent in mijl) herhaald. Onder de 200 km wordt
deze melding met kortere intervallen weergegeven. De weergave
van het bericht is afhankelijk van de meeteenheid die is ingesteld,
d.w.z. in km of mijl. Wanneer het onderhoudsinterval bijna is vervallen
en de sleutel in de stand MAR wordt gedraaid, verschijnt de melding
"Service" op het multifunctionele display, gevolgd door het aantal
resterende kilometers of mijlen. Neem contact op met het Alfa Romeo
Servicenetwerk om de werkzaamheden van het "Geprogrammeerd
onderhoudsschema" te laten verrichten en het bericht te laten resetten.
In-/uitschakeling airbags aan
passagierszijde (frontairbag
passagierzijde en zijairbag ter
bescherming van bekken, borst en
schouders - Zijairbag)Deze functie zorgt voor de in-/uitschakeling van de zijairbag aan de
passagierszijde.
Ga als volgt te werk:
❒druk op de knop SET/
en druk, nadat de melding (Bag pass:
Off) (voor het uitschakelen) of de melding (Bag pass: On) (voor het
inschakelen) is verschenen door het indrukken van de knoppen
"+" of "−", nogmaals op de knop SET/
;
❒op de display verschijnt een bevestigingsmelding;
❒druk op de knoppen "+" of "−" om "Ja" te selecteren (om het
inschakelen/uitschakelen te bevestigen) of "Nee" (om te annuleren);
❒druk kort op de SET/
knop, er verschijnt een
bevestigingsbericht van de gekozen instelling en er wordt
teruggekeerd naar het menuscherm. Houd de knop langer ingedrukt
om terug te keren naar het standaardscherm zonder op te slaan.
29WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 34 of 280

Dagverlichting (DRL)Met deze functie kan de dagverlichting automatisch worden in- en
uitgeschakeld.
Ga als volgt te werk om de functie in- en uit te schakelen:
❒druk kortstondig op de SET/
knop om een submenu weer te
geven;
❒druk kortstondig op de SET/knop om "On" of "Off" op het
display te doen knipperen in functie van wat eerder is ingesteld;
❒druk op de knop "+" of "−" om te kiezen;
❒druk kortstondig op de SET/knop om terug te keren naar het
menuscherm of druk langdurig op de knop om terug te keren naar
het hoofdmenu zonder op te slaan;
❒houd de SET/
knop nogmaals ingedrukt om terug te keren
naar het standaardscherm of het hoofdmenu in functie van waar
men zich bevindt.
Instapverlichting (Inschakeling/
uitschakeling van de
instapverlichting)(voor bepaalde versies/markten)
Deze functie zorgt ervoor dat het stadslicht, de kentekenverlichting en
de plafondverlichting circa 25 seconden blijven branden wanneer
de portieren of de achterklep worden geopend met de
afstandsbediening, met de volgende uitzonderingen:
❒onderbreking na 5 seconden na het sluiten van een portier
❒onderbreking na vergrendeling met de afstandsbediening
❒onderbreking na een vergrendeling of aan andere bediening met
behulp van de afstandsbediening
Ga als volgt te werk om de functie in- en uit te schakelen:
❒druk kortstondig op de SET/
knop om "On" of "Off" op het
display te doen knipperen in functie van wat eerder is ingesteld;
❒druk op de knop "+" of "−" om te kiezen;
❒druk kort op de SET/
knop om terug te keren naar het
menuscherm of druk langdurig op de knop om terug te keren naar
het standaardscherm zonder op te slaan.
Menu verlatenDeze functie zorgt voor het afsluiten van de menu-instellingen.
Druk kortstondig op de SET/
knop om terug te keren naar het
standaardscherm zonder op te slaan.
Druk op de knop − om terug te keren naar de eerste menuoptie.
30
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 35 of 280

TRIP COMPUTERALGEMENE INFORMATIEDe Trip computer geeft informatie over de werking van het voertuig
weer op de display, wanneer de contactsleutel in de stand MAR staat.
Deze functie omvat twee afzonderlijke reisfuncties, “Trip A” en Trip
B” genaamd, waarmee de hele reis (dagtrip) van de auto kunnen
worden vastgelegd. Beide functies werken onafhankelijk van elkaar.
Beide functies kunnen gereset worden (reset – begin van een nieuwe
reis).
“Trip A” geeft informatie over:
❒Actieradius
❒Afgelegde afstand
❒Gemiddeld brandstofverbruik
❒Huidig brandstofverbruik
❒Gemiddelde snelheid
❒Reistijd.
“Trip B” geeft informatie over:
❒Afgelegde afstand B
❒Gemiddeld verbruik B
❒Gemiddelde snelheid B
❒Reistijd B.
“Trip B” kan worden uitgeschakeld (zie “Trip B inschakelen”). De
parameters “Bereik” en “Huidig verbruik" kunnen niet worden gereset.
WEERGEGEVEN WAARDENActieradius
Geeft de afstand weer die nog afgelegd kan worden met de brandstof
die in de tank aanwezig is. Hierbij wordt uitgegaan van een rijstijl
die niet verandert.
De display toont de melding '-----' wanneer:
❒de actieradius kleiner is dan 50 km (of 30 mijl)
❒de auto lang stilstaat met een draaiende motor.
BELANGRIJK Het bereik kan variëren in functie van verschillende
factoren: de rijstijl (zie "Rijstijl" in "Starten en rijden"), het type route
(snelweg, stadsverkeer, bergwegen, etc…), en de
gebruiksomstandigheden van het voertuig (beladingstoestand,
bandenspanning, etc…). Bij de programmering van een reis dient men
rekening te houden met deze factoren.
Afgelegde afstand
Geeft de afstand weer die de auto heeft afgelegd sinds het begin van
een nieuwe reis.
Gemiddeld verbruik
Geeft het gemiddeld brandstofverbruik van de auto weer sinds het
begin van een nieuwe reis.
31WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 36 of 280

Huidig verbruik
Geeft het huidig brandstofverbruik weer. Deze waarde wordt continu
bijgewerkt. Als de auto stilstaat met draaiende motor verschijnt de
melding “----”opdedisplay.
Gemiddelde snelheid
Geeft de gemiddelde snelheid weer in functie van de totale tijd die is
verlopen sinds het begin van de reis.
Reistijd
Geeft de tijd weer die is verlopen sinds het begin van een nieuwe reis.Aanwijzingen op de displayTelkens wanneer een parameter wordt weergegeven, verschijnt de
volgende informatie:
❒animatiepictogram in het bovenste gedeelte fig. 11;
❒het woord “Trip” (of “Trip A” of “Trip B”) (B);❒benaming, waarde een meeteenheid van de gekozen parameter (bv.
"Bereik 1500 km") (C).
Na enkele seconden worden de benaming en waarde van de gekozen
parameter vervangen door een pictogram fig. 12.
De pictogrammen van de diverse parameters zijn:
❒
"Bereik";
❒
"Gemiddeld verbruik A” (als Trip A is ingeschakeld, of “B” als
Trip B is ingeschakeld);
❒
"Afstand” (als Trip A is ingeschakeld, of “B” als Trip
B is ingeschakeld);
❒
"Huidig verbruik";
❒"Gemiddelde snelheid A” (als Trip A is ingeschakeld, of “B”
als Trip B is ingeschakeld);
❒"Reistijd ” (als Trip A is ingeschakeld, of “B” als Trip B is
ingeschakeld);
fig. 11
A0J1223
fig. 12
A0J0033
32
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 41 of 280

Wanneer een snelheid van meer dan 20 km/h wordt bereikt, worden
de portieren automatisch vergrendeld als deze specifieke functie is
ingesteld (alleen bij versies met multifunctionele herconfigureerbare
display).
Wanneer de portieren vergrendeld worden, gaat led A fig. 17 enkele
seconden branden en daarna knipperen (bewakingsfunctie).
Wanneer de portieren van binnen de auto worden vergrendeld (door
te drukken op de
knop), blijft de led vast branden.
Bagageruimte openen
Druk op de
knop om de bagageruimte met de afstandsbediening
te openen. De richtingaanwijzers knipperen twee maal om aan te
geven dat de achterklep geopend is.
EXTRA AFSTANDSBEDIENINGEN
AANVRAGENHet systeem kan maximaal 8 afstandsbedieningen herkennen. Als een
nieuwe afstandsbediening nodig mocht zijn, neem dan contact op
met het Alfa Romeo Servicenetwerk en neem de CODE-card (voor
bepaalde versies/markten), een identiteitsbewijs en de
autodocumenten die de eigendom aantonen mee.BATTERIJ VAN DE SLEUTEL MET
AFSTANDSBEDIENING VERVANGENGa als volgt te werk:
❒druk op de knop A fig. 18 en klap de metalen baard B uit; draai de
schroef C naar
met een kleine schroevendraaier;
❒trek de batterijhouder D naar buiten en vervang de batterij E met
inachtneming van de juiste polariteit; plaats de batterijhouder D
weer in de sleutel en draai de schroef C naar
.
fig. 17
A0J0027
fig. 18
A0J0073
37WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 58 of 280

AUTOMATISCHE DUAL-ZONE
KLIMAATREGELING(voor bepaalde versies/markten)BEDIENINGSELEMENTENA - inschakelingsknop MONO-functie bestuurders-/passagierszijde
(uitlijning ingestelde temperaturen);
B - aan/uit knop compressor klimaatregeling;
C - aan/uit knop interne luchtcirculatie;
D - display;
E - knop klimaatregeling uit;
F - inschakelingsknop MAX-DEF-functie (snel ontdooien/ontwasemen
ruiten voor);G - aan/uit knop achterruitverwarming;
H - inschakelingsknop AUTO-functie (automatische werking) en
regelknop temperatuur passagierszijde;
I - keuzeknop luchtverdeling passagierszijde;
L - ventilatorsnelheid verhogen/verlagen;
M - keuzeknop luchtverdeling bestuurderszijde;
N - inschakelingsknop AUTO-functie (automatische werking) en
regelknop temperatuur bestuurderszijde.fig. 34
A0J0037
54
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 59 of 280

BESCHRIJVINGDe automatische dual-zone klimaatregeling zorgt voor een aparte
temperatuur-/luchtverdelingsregeling in twee zones: bestuurderszijde
en passagierszijde.
Het systeem houdt het comfortniveau in het interieur constant en
compenseert alle variaties in externe omstandigheden, met inbegrip
van zonnestraling die gedetecteerd wordt door een speciale sensor.
De automatisch gecontroleerde parameters en functies zijn:
❒luchttemperatuur uit de luchtroosters aan bestuurderszijde/
passagierszijde voor;
❒luchtverdeling naar de luchtroosters aan bestuurderszijde/
passagierszijde voor;
❒ventilatorsnelheid (traploze regeling van de luchtstroom);
❒inschakeling van de compressor (voor koelen/ontvochtigen van de
lucht);
❒luchtrecirculatie.
Al deze functies kunnen handmatig worden versteld door het systeem
te gebruiken en door een of meer functies te kiezen en de betreffende
parameters te wijzigen. Hierbij wordt echter de automatische regeling
van de functies die handmatig zijn gewijzigd uitgeschakeld: het
systeem grijpt alleen in om veiligheidsredenen.
De handmatige instellingen hebben altijd voorrang boven de
automatische instellingen en blijven opgeslagen tot de AUTO knop
wordt ingedrukt, behalve in de gevallen dat het systeem om
veiligheidsredenen ingrijpt.
Als men handmatig een functie aanpast, blijven de andere functies
automatisch geregeld. De hoeveelheid lucht die in het interieur wordt
gevoerd houdt geen verband met de snelheid van de auto; deze wordt
elektronisch geregeld door de ventilator.De luchttemperatuur in het interieur wordt altijd automatisch geregeld
op basis van de ingestelde temperatuur op de display (behalve
wanneer het systeem is uitgeschakeld of onder bepaalde
omstandigheden waarin de compressor is uitgeschakeld).
Het systeem biedt handmatige instelling van de volgende parameters
en functies:
❒luchttemperatuur aan bestuurderszijde/passagierszijde voor;
❒ventilatorsnelheid (traploze regeling);
❒luchtverdeling in 7 standen (bestuurder/passagier);
❒inschakelen van de compressor;
❒snel ontwasemen/ontdooien;
❒luchtrecirculatie;
❒achterruitverwarming;
❒uitschakeling van het systeem.
INSCHAKELING VAN DE
KLIMAATREGELINGHet systeem kan op verschillende manieren ingeschakeld worden: het
verdient echter aanbeveling om op een van de AUTO-knoppen te
drukken en de draaiknop te gebruiken om de gewenste temperatuur in
te stellen.
Er kunnen verschillende temperaturen ingesteld worden voor de
bestuurder en passagier, met een maximmaal verschil van 7°C.
Op die manier wordt de temperatuur, de hoeveelheid en de verdeling
van de lucht in het interieur volledig automatisch door het systeem
geregeld. Het systeem regelt ook de luchtrecirculatie en de inschakeling
van de aircocompressor.
Tijdens volledig automatische werking is het alleen mogelijk handmatig
in te grijpen op de volgende functies:
55WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER