sensor Alfa Romeo 159 2008 Instructieboek (in Dutch)
Page 7 of 330
6
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
D D
A A
S S
H H
B B
O O
A A
R R
D D
E E
N N
B B
E E
D D
I I
E E
N N
I I
N N
G G
CRUISE-CONTROL............................................. 76
INTERIEURVERLICHTING ..................................... 78
BEDIENINGSORGANEN...................................... 81
UITRUSTING IN HET INTERIEUR........................... 83
OPENDAK......................................................... 93
PORTIEREN ...................................................... 96
ELEKTRISCHE RUITBEDIENING ............................. 99
BAGAGERUIMTE............................................... 101
MOTORKAP..................................................... 105
IMPERIAAL/SKIDRAGER..................................... 106
KOPLAMPEN.................................................... 106
ABS ............................................................... 108
VDC ............................................................... 110
EOBD ............................................................. 115
INBOUWVOORBEREIDING AUTORADIO ................. 116
EXTRA ACCESSOIRES ........................................ 116
INSTALLATIE VAN ELEKTRISCHE/ELEKTRONISCH
SYSTEMEN...................................................... 117
PARKEERSENSOREN .......................................... 118
BANDENSPANNINGSCONTROLESYSTEEM
(TPMS)........................................................... 122
TANKEN MET DE AUTO ...................................... 125
BESCHERMING VAN HET MILIEU ......................... 127 DASHBOARD.................................................... 7
INSTRUMENTENPANEEL...................................... 8
SYMBOLEN...................................................... 9
ALFA CODE....................................................... 9
ELEKTRONISCHE SLEUTEL .................................. 11
DIEFSTALALARM................................................ 17
STARTSYSTEEM................................................. 19
INSTRUMENTEN................................................ 21
MULTIFUNCTIONEEL DISPLAY .............................. 25
INSTELBAAR MULTIFUNCTIONEEL DISPLAY ............. 30
ZITPLAATSEN ................................................... 45
HOOFDSTEUNEN.............................................. 48
STUUR ........................................................... 49
SPIEGELS........................................................ 50
KLIMAATREGELING ............................................ 53
KLIMAATREGELING, HANDBEDIEND....................... 55
KLIMAATREGELING, AUTOMATISCH
BI-/TRIZONE................................................... 58
EXTRA VERWARMING........................................ 69
BUITENVERLICHTING......................................... 70
RUITENSPROEIERS-/WISSERS............................ 73
001-045 Alfa 159 NL 21-10-2008 9:56 Pagina 6
Page 19 of 330
ALARM UITSCHAKELEN
Druk op knop Ë. Het volgende gebeurt
(met uitzondering van bepaalde mark-
ten):
❒twee keer kort knipperen van de
richtingaanwijzers;
❒twee korte geluidssignalen (“BEEP”);
❒ontgrendeling van de portieren.
Bovendien kan het alarm worden uit-
geschakeld als de elektronische sleutel
in het startsysteem wordt geplaatst.
WAARSCHUWINGAls tijdens de be-
wakingsfase een diefstalpoging wordt
gesignaleerd, wordt bij enige uitvoerin-
gen, als de elektronische sleutel in het
startsysteem wordt geplaatst, een be-
richt op het display van het instrumen-
tenpaneel weergegeven.
VOLUMETRISCHE
BEVEILIGING/
HELLINGSHOEKDETECTIE
Voor een correcte werking van het
alarmsysteem moeten de ruiten en het
eventuele opendak (waar voorzien)
goed gesloten zijn.
Deze functie kan zo nodig worden uit-
geschakeld (als bijvoorbeeld dieren in
het interieur worden gelaten) door op
knopA-fig. 13op het plafondlamp-
je voor te drukken binnen 1 minuut na-
dat het instrumentenpaneel is uitge-
schakeld, alvorens de diefstalbeveiliging
in te schakelen.
Het lampje op de knop gaat branden als
deze functie wordt ingeschakeld. Het bui-
ten werking stellen van de volumetrische
beveiliging/kantelsensor moet telkens
worden herhaald als het instrumenten-
paneel uitgeschakeld is geweest. Bewaking
Na het inschakelen knippert de led A-
fig. 12om aan te geven dat het sys-
teem de auto bewaakt. De led knippert
gedurende de gehele tijd dat het sys-
teem de auto bewaakt.
WAARSCHUWINGHet alarm wordt
reeds in de fabriek aangepast aan de
normen van de diverse landen.
Zelfdiagnose en controle
portieren/motorkap/bagager
uimte
Als na het inschakelen van het alarm
een tweede geluidssignaal klinkt, scha-
kel het systeem dan uit door op knop
Ë
te drukken, controleer of de portieren,
de motorkap en de bagageruimte goed
zijn gesloten en schakel het systeem op-
nieuw in door nogmaals op knop
Áte
drukken.
Een slecht gesloten portier of motorkap
wordt niet beveiligd door de diefstalbe-
veiliging. Als de portieren, de motorkap
en de bagageruimte goed zijn gesloten
en er klinkt een tweede geluidssignaal,
dan is een storing in de werking van het
systeem aanwezig. Wendt u zich in dit
geval tot het Alfa Romeo Servicenet-
werk.
18
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
A0E0480mfig. 13
001-045 Alfa 159 NL 21-10-2008 9:56 Pagina 18
Page 25 of 330
24
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
AUTOMATISCHE REGELING
VAN DE LICHTINTENSITEIT
Om de maximale zichtbaarheid en het
maximale comfort onder alle rij-omstan-
digheden te bereiken (bijv. als overdag
wordt gereden met ingeschakeld licht, als
wordt gereden in tunnels enz.) is in de
snelheidsmeter een sensor aanwezig,
waarmee automatisch, nadat de elek-
tronische sleutel in het startsysteem is ge-
plaatst en de START/STOP-knop is in-
gedrukt, de lichtintensiteit kan worden
geregeld van de symbolen/ het instru-
mentenpaneel, het autoradiodisplay
(waar voorzien), het display van de kli-
maatregeling, het display van het radio-
/navigatiesysteem (waar voorzien) en
de instrumenten (brandstofmeter, mo-
torolietemperatuurmeter (benzine-uit-
voeringen) of turbodrukmeter (dieseluit-
voeringen’ en de koelvloeistoftempera-
tuurmeter).
LICHTINTENSITEIT
INSTRUMENTENPANEEL
HANDMATIG INSTELLEN
Met deze functie kan de lichtintensiteit
(op 8 niveaus) van de symbolen/het in-
strumentenpaneel, het autoradiodisplay
(waar voorzien), het display van de kli-
maatregeling, het display van het radio-
/navigatiesysteem (waar voorzien) en
de instrumenten (brandstofmeter, olie-
temperatuurmeter (benzine-uitvoeringen)
of turbodrukmeter (dieseluitvoeringen) en
de koelvloeistoftemperatuurmeter worden
geregeld.
Druk, voor het regelen van de lichtin-
tensiteit, kort op knop +op de linker
hendel voor het verhogen of op knop
–voor het verlagen van de intensiteit:
op het display verschijnt een bericht en
een getal dat de op dit moment gese-
lecteerde lichtintensiteit aangeeft. Dit
scherm blijft enige seconden zichtbaar
en verdwijnt vervolgens.
KNOP VOOR OP NUL
ZETTEN VAN DE DAGTELLER
fig. 21
Druk voor het op nul zetten van de dag-
tellerstand enige seconden op knop A.
A0E0072mfig. 21
001-045 Alfa 159 NL 21-10-2008 9:56 Pagina 24
Page 30 of 330
WAARSCHUWINGWacht, om het
olieniveau op de juiste wijze te meten,
na het plaatsen van de sleutel ongeveer
2 seconden voordat de motor wordt ge-
start.
WAARSCHUWINGHet motorolie-
niveau kan hoger worden als de auto
langere tijd niet wordt gebruikt.
BERICHTEN BIJ HET
STARTEN VAN DE MOTOR
Als het olieniveau niet meer wordt weer-
gegeven, verschijnt gedurende enige se-
conden, een bericht om de bestuurder op
de startprocedure te attenderen (PRESS
PEDAL AND START: trap het rem- of
koppelingspedaal in en druk vervolgens
op de START/STOP-knop om de mo-
tor te starten).Als de functie NIGHT PANis inge-
schakeld, kan de functie als volgt wor-
den uitgeschakeld:
❒door de knop +lang in te drukken
(ook bij uitgeschakelde buitenver-
lichting);
❒verwijder de elektronische sleutel uit
het startsysteem.
Als de functie is uitgeschakeld, verschijnt
op het display “NIGHT PAN OFF”.
“NIGHT PAN ON” of “NIGHT
PAN OFF” blijft gedurende enige se-
conden zichtbaar en verdwijnt vervol-
gens. Druk om de weergave voortijdig
te onderbreken kort op de knop
MENU.
VERLICHTING
TOERENTELLER/
INSTRUMENTEN
(NIGHT PAN)
Met deze functie kan de verlichting van
de toerenteller en de instrumenten wor-
den in-/uitgeschakeld (ON/OFF).
De functie kan worden ingeschakeld (al-
leen als de elektronische sleutel in het
startsysteem is geplaatst, de buitenver-
lichting brandt en de sensor in de snel-
heidsmeter weinig buitenlicht meet)
door knop –lang in te drukken. Als de
functie is ingeschakeld, verschijnt op het
display “NIGHT PAN ON”.
29
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
001-045 Alfa 159 NL 21-10-2008 9:56 Pagina 29
Page 34 of 330
33
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
Druk, om vanaf het standaard scherm de navigatie te bereiken, kort op knop MENU. Druk op de knoppen +of–om in het menu
te navigeren. Bij een rijdende auto wordt om veiligheidsredenen alleen een beperkt menu weergegeven (“Snelheidslimiet instel-
len”). Bij een stilstaande auto wordt het volledige menu weergegeven. Als het radio-/navigatiesysteem aanwezig is, kunnen alleen
de volgende functies worden ingesteld: “Snelheidslimiet”, “Gevoeligheid schemersensor” (waar voorzien) en ‘waarschuwingszoe-
mer niet omgelegde veiligheidsgordel opnieuw inschakelen” (waar voorzien). De andere functies worden weergegeven op het dis-
play van het radio-/navigatiesysteem en kunnen daar worden ingesteld.
fig. 26
VOL. ZOEMERONDERHOUDMENU AFSLUITENAUTOMAT.
DIMLICHTRESET TRIP B
KLOKJE
12/24
DATUM
HERH. RADIO
BAGAGERUIMTE
ONAFH.
BEST.PORT.
ONTGR.
VERGR. PORT. EENHEID VOL. TOETSEN
TAALSNELHEIDS-
BEPERKING
A0E0218g
001-045 Alfa 159 NL 21-10-2008 9:56 Pagina 33
Page 35 of 330
34
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
Instelling gevoeligheid
schemersensor
(waar voorzien)
(Automat. dimlicht)
Met deze functie kan de gevoeligheid
van de schemersensor (op 3 niveaus)
ingesteld worden.
Ga voor het instellen als volgt te werk:
❒druk kort op de knop MENU: op het
display wordt de hiervoor ingestelde
gevoeligheid weergegeven;
❒druk op knop +of–om de instel-
ling uit te voeren;
❒druk kort op de knopMENUom te-
rug te keren naar het menuscherm
of druk lang op de knop om terug te
keren naar het standaard scherm.
Op nul zetten
Trip B (Reset Trip B)
Met deze functie kan de manier waar-
op Trip B op nul wordt gezet worden ge-
kozen (automatisch of handmatig).
Zie voor meer informatie de paragraaf
“Tripcomputer”. Snelheidslimiet (drempel )
Met deze functie kan de snelheidslimiet
van de auto (km/h of mph) worden in-
gesteld; als de snelheid wordt over-
schreden, klinkt een geluidssignaal en
wordt een bericht op het display weer-
gegeven (zie het hoofdstuk “Lampjes
en berichten”).
Ga voor het instellen van de snelheids-
limiet als volgt te werk:
❒druk kort op de knop MENU: op
het display verschijnt OFF;
❒druk op knop +: op het display ver-
schijntON;
❒druk kort op knop MENUen stel
vervolgens met de knoppen +/–de
gewenste snelheid in (tijdens het in-
stellen knippert de waarde).
❒druk kort op knop MENUom terug
te keren naar het menuscherm of
druk lang om terug te keren naar het
standaard scherm.WAARSCHUWINGDe instelling is
mogelijk tussen 30 en 250 km/h of
tussen 20 en 150 mph, afhankelijk van
de ingestelde eenheid (zie de paragraaf
“Eenheid” hierna. Elke keer als u de
knop+/–indrukt, wordt de waarde 5
eenheden verhoogd of verlaagd. Door
de knop +/–ingedrukt te houden,
wordt de verhoging/verlaging automa-
tisch snel uitgevoerd. Als de gewenste
waarde bijna bereikt is, moet de instel-
ling voltooid worden door steeds op-
nieuw op de knop te drukken.
Voer voor het wissen van de instelling
de volgende handelingen uit:
❒druk kort op de knop MENU: op
het display verschijnt ON;
❒druk op knop –: op het display ver-
schijntOFF;
❒druk kort op knop MENUom terug
te keren naar het menuscherm of
druk lang op de knop om terug te
keren naar het standaard scherm.
001-045 Alfa 159 NL 21-10-2008 9:56 Pagina 34
Page 41 of 330
houd zeer binnenkort moet worden uit-
gevoerd, verschijnt als de elektronische
sleutel in het startsysteem wordt ge-
plaatst, op het display “Service” ge-
volgd door het resterende aantal kilo-
meters/mijlen. Wendt u tot het Alfa Ro-
meo Servicenetwerk waar men niet al-
leen het onderhoud zal uitvoeren dat
voorgeschreven wordt door het “Ge-
programmeerd onderhoud”, maar waar
de weergave ook zal worden gereset.
Zoemer niet omgelegde
veiligheidsgordel opnieuw
inschakelen
(Seat Belt Reminder)
(Beep gordel)
(waar voorzien)
Deze functie wordt alleen op het display
weergegeven als deze hiervoor is uit-
geschakeld door het Alfa Romeo Servi-
cenetwerk.
Menu afsluiten
Als deze optie wordt gekozen, wordt te-
ruggekeerd naar het standaard scherm.VERLICHTING
TOERENTELLER/INSTRUMEN
TEN (NIGHT PANEL)
Met deze functie kan de verlichting van
de toerenteller en de instrumenten wor-
den in-/uitgeschakeld (ON/OFF). De
functie kan worden ingeschakeld (alleen
als de elektronische sleutel in het start-
systeem is geplaatst, de buitenverlichting
brandt en de sensor in de snelheidsme-
ter weinig buitenlicht meet) door knop
–lang in te drukken. Als de functie is in-
geschakeld wordt op het display een waar-
schuwing weergegeven. Na inschakeling
kan de functie NIGHT PANELop de
volgende manier worden uitgeschakeld:
❒door de knop +lang in te drukken
(ook bij uitgeschakelde buitenver-
lichting);
❒verwijder de elektronische sleutel uit
het startsysteem.
Als de functie is ingeschakeld wordt op het
display een waarschuwing weergegeven.
De berichten blijven gedurende enige se-
conden zichtbaar en verdwijnen vervol-
gens. Druk om de weergave voortijdig te
onderbreken kort op de knop MENU. Geprogrammeerd onderhoud
(Service)
Met deze functie kunnen de meldingen
betreffende het bereiken van de kilo-
meterstand voor een servicebeurt wor-
den weergegeven.
Ga voor het raadplegen van deze be-
richten als volgt te werk:
❒druk kort op de knop MENU: op
het display wordt de interval in km
of mi aangegeven, afhankelijk van
de eerdere instelling (zie de para-
graaf “Eenheid”);
❒druk kort op de knopMENUom te-
rug te keren naar het menuscherm
of druk lang op de knop om terug te
keren naar het standaard scherm.
WAARSCHUWINGHet geprogram-
meerd onderhoudsschema houdt een
onderhoudsinterval van 35.000 km (of
21.000 mi) aan; deze weergave ver-
schijnt automatisch als de elektronische
sleutel in het startsysteem wordt ge-
plaatst, vanaf 2.000 km (of 1240 mi)
voor de betreffende kilometerstand. De
weergave vindt plaats in km of mijlen
afhankelijk van de instelling van de een-
heid. Als het geprogrammeerd onder-
40
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
001-045 Alfa 159 NL 21-10-2008 9:56 Pagina 40
Page 59 of 330
58
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
Gebruik,omdewerking
vandesensornietne-
gatieftebeïnvloeden,
geenzelfklevendevoorwerpen
(ttolvignetten,par
keerschijven
enz.)inhet“controle”-gebied
tussendesensorendevoorruit
wordenaaangebracht.Houdde
sensorendev
oorruitgoed
schoonenvoorkomophopen
vanstofenanderestoffen..
AUTOMATISCHE
LINKS/RECHTS OF
LINKSVOOR/
RECHTSVOOR/
ACHTER GESCHEIDEN
KLIMAATREGELING
(waar voorzien)
BESCHRIJVING
De auto is uitgerust met een links/
rechts gescheiden of linksvoor/rechts-
voor/achter gescheiden klimaatrege-
ling, waardoor de interieurtemperatuur
in twee/drie zones kan worden gere-
geld, zodat het gewenste comfort kan
worden bereikt.
Om de optimale temperatuur in twee/
drie zones in het interieur te regelen, is
het systeem voorzien van een buiten-
temperatuursensor, een interieurtempe-
ratuursensor en een dubbele zonlicht-
sensor.
De klimaatregeling werkt automatisch
m.b.v. de volgende parameters/functies:
❒luchttemperatuur naar uitstroomope-
ningen bestuurder-/passagierszijde;
❒aanjagersnelheid;
❒luchtverdeling bestuurders-/passa-
gierszijde;
❒inschakelen compressor;
❒luchtrecirculatie.
De volgende parameters/functies kun-
nen handmatig worden gewijzigd/in-
gesteld:
❒gewenste temperatuur;
❒aanjagersnelheid;
❒luchtverdeling in 7 verschillende standen;
❒in-/uitschakelen compressor;
❒ontwasemen/ontdooien ruiten;
❒luchtrecirculatie.
Het systeem is voorzien van AQS (Air
Quality System) (waar voorzien), dat
de recirculatie automatisch inschakelt als
vervuilde lucht wordt gesignaleerd, bij-
voorbeeld tijdens het rijden in de stad,
in een file en in tunnels.
Indien van toepassing, is in het systeem
voorzien van een wasemsensor A-
fig. 48, die achter de binnenspiegel is
gemonteerd. Deze sensor “controleert”
een bepaald gebied aan de binnenzijde
van de voorruit en bedient het systeem
automatisch, zodat wordt voorkomen dat
de ruiten beslaan. De sensor kan hand-
matig worden uitgeschakeld als de func-
tie is ingeschakeld.
A0E0091mfig. 48
De sensor wordt ingeschakeld telkens als
de elektronische sleutel in het startsys-
teem wordt geplaatst en als de bestuur-
der op een van de knoppen AUTO drukt.
046-082 Alfa 159 NL 21-10-2008 14:38 Pagina 58
Page 60 of 330
59
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
I- OFF-knop uitschakeling klimaatregeling;
L- drukknop in-/uitschakelen recirculatie;
M- drukknop in-/uitschakelen aircocompressor;
N- interieurtemperatuursensor Bedieningsorganen
GESCHEIDEN
KLIMAATREGELING fig. 49
A- drukknoppen luchtverdeling (links
en rechts);
B- draaiknop temperatuurregeling links;
C- drukknop inschakeling automatische
werking (AUTO);
D- display weergave informatie kli-
maatregeling;
E- draaiknop temperatuurregeling
rechts;
F- drukknop in-/uitschakelen achter-
ruit-/spiegelverwarming;
G- drukknop inschakelen MAX-DEF-func-
tie (snel ontwasemen/ontdooien voor-
ruit, zijruiten voor, achterruitverwarming
en buitenspiegelverwarming);
H- drukknoppen verhogen/verlagen
aanjagersnelheid;
fig. 49 - Samenstelling GESCHEIDEN KLIMAATREGELINGA0E0453m
046-082 Alfa 159 NL 21-10-2008 14:38 Pagina 59
Page 61 of 330
60
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
Bedieningsorganen
LINKSVOOR/RECHTSVOOR/
ACHTER GESCHEIDEN
KLIMAATREGELING fig. 50
Voor
A- drukknoppen luchtverdeling (links en
rechts);
B- draaiknop temperatuurregeling links;
C- drukknop inschakeling automatische wer-
king (AUTO);
D- display weergave informatie klimaatre-
geling;
E- draaiknop temperatuurregeling rechts;
F- drukknop in-/uitschakelen achterruit-
/spiegelverwarming (waar voorzien);
G- drukknop inschakelen MAX-DEF-functie
(snel ontwasemen/ontdooien voorruit, zij-
ruiten voor, achterruitverwarming en buiten-
spiegelverwarming (waar voorzien);
H- drukknoppen verhogen/verlagen aanja-
gersnelheid;
I- OFF-knop uitschakeling klimaatregeling;
L- drukknop in-/uitschakelen recirculatie;
M- drukknop in-/uitschakelen aircocom-
pressor;
N- interieurtemperatuursensor
Achter
P- draaiknop temperatuurregeling achter;
Q- drukknop inschakeling automatische wer-
king (AUTO) en onderbreken luchtstroom
naar zitplaatsen achter (OFF);
R- drukknoppen luchtverdeling;
S- display weergave temperatuur achter.
fig. 50 - Samenstelling LINKSVOOR/RECHTSVOOR/ACHTER GESCHEIDEN
KLIMAATREGELING - Bedieningsorganen voor en achterA0E0454m
046-082 Alfa 159 NL 21-10-2008 14:38 Pagina 60