sensor Alfa Romeo 159 2008 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: ALFA ROMEO, Model Year: 2008, Model line: 159, Model: Alfa Romeo 159 2008Pages: 330, PDF Size: 5.05 MB
Page 124 of 330

123
PLANCIA
E COMANDI
123
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
Als na het gebruik van de bandenrepa-
ratieset Fix&Go automatic de oorspron-
kelijke situatie is hersteld en de lekke
band blijft aangegeven op het instru-
mentenpaneel, wendt u dan tot het Al-
fa Romeo Servicenetwerk.
De bandenspanning is afhankelijk van
de buitentemperatuur. Het TPMS kan tij-
delijk een te lage bandenspanning aan-
geven. Controleer in dat geval de ban-
denspanning bij koude banden en her-
stel zonodig de spanning. Het TPMS vereist het gebruik van een
speciale uitrusting. Raadpleeg het Alfa
Romeo Servicenetwerk voor de acces-
soires die geschikt zijn voor het systeem
(wielen, wieldeksels enz.). Als andere
accessoires worden gebruikt, kan dit de
normale werking van het systeem ne-
gatief beïnvloeden. Omdat gebruik
wordt gemaakt van speciale ventielen,
kan uitsluitend de door Alfa Romeo
goedgekeurde afdichtvloeistoffen wor-
den gebruikt voor de reparatie van de
band; het gebruik van andere vloeistof-
fen zou de normale werking van het sys-
teem kunnen belemmeren.
Als de auto is uitgerust met TPMS en
een band wordt vervangen, moeten ook
het rubber van het ventiel en de beves-
tigingsring van de sensor worden ver-
vangen. Wendt u hiervoor tot het Alfa
Romeo Servicenetwerk.Als de auto is uitgerust met het TPMS,
moeten bij het monteren/ demonteren
van de banden en/of velgen speciale
voorzorgsmaatregelen in acht worden
genomen. Om te voorkomen dat de sen-
soren beschadigen of verkeerd gemon-
teerd worden, mogen de banden en/of
de velgen uitsluitend door gespeciali-
seerd personeel vervangen worden.
Wendt u tot het Alfa Romeo Service-
netwerk.
083-128 Alfa 159 NL 20-10-2008 14:13 Pagina 123
Page 125 of 330

124
PLANCIA
E COMANDI
124
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
Zie voor het verwisselen van de velgen/banden de volgende tabel voor het juiste gebruik van het systeem:
Aanwezigheid sensor
–
NEE
NEE
JA
JA
JASignalering storing
JA
JA
JA
NEE
NEE
NEE
(*) Als alternatief vermeld in het instructieboekje en die zijn gekozen uit Lineaccessori Alfa Romeo.
(**) Niet kruiselings (de banden dienen aan dezelfde kant van de auto te blijven).
Handeling
–
Het vervangen van een wiel
door het reservewiel
Wielen vervangen door wielen
met winterbanden
Wielen vervangen door wielen
met winterbanden
Vervangen van wielen door andere
wielen met een andere
afmeting (*)
Omwisselen van de
wielen (achter/voor) (**)Optreden door
Servicenetwerk
Wendt u zich tot het Alfa Romeo
Servicenetwerk.
Het repareren van een
beschadigd wiel
Wendt u zich tot het Alfa Romeo
Servicenetwerk.
–
–
–
083-128 Alfa 159 NL 20-10-2008 14:13 Pagina 124
Page 166 of 330

165
VEILIGHEID
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
LL L
A A
M M
P P
J J
E E
S S
E E
N N
B B
E E
R R
I I
C C
H H
T T
E E
N N
TE LAAG REMVLOEISTOFNIVEAU /
AANGETROKKEN HANDREM................................. 166
REMBLOKSLIJTAGE............................................ 167
NIET OMGELEGDE VEILIGHEIDSGORDEL ................. 167
STORING AIRBAG.............................................. 168
AIRBAG PASSAGIERSZIJDE UITGESCHAKELD............. 168
TE HOGE KOELVLOEISTOF-
TEMPERATUUR.................................................. 169
TE HOGE MOTOROLIETEMPERATUUR..................... 169
TE LAAG MOTOROLIENIVEAU............................... 170
TE LAGE MOTOROLIEDRUK/
ONVOLDOENDE OLIEKWALITEIT ........................... 170
ACCU WORDT NIET VOLDOENDE OPGELADEN ......... 170
PORTIEREN NIET GOED GESLOTEN........................ 171
GEOPENDE MOTORKAP....................................... 171
GEOPENDE BAGAGERUIMTE................................. 171
STORING INSPUITING /
STORING EOBD................................................. 171
STORING BEVEILIGINGSSYSTEEM/
UITSCHAKELING STUURSLOT .............................. 172
STORING ALARM/ INBRAAKPOGING/
ELEKTRONISCHE SLEUTEL NIET HERKEND .............. 172
KANS OP GLADHEID........................................... 173
VOORGLOEIEN/
STORING VOORGLOEISYSTEEM............................ 173
WATER IN BRANDSTOFFILTER .............................. 174
BRANDSTOFNOODSCHAKELAAR
GEACTIVEERD.................................................. 174
STORING IN ABS............................................... 175STORING IN EBD............................................... 175
VDC ................................................................ 175
STORING HILL HOLDER....................................... 176
ASR (ANTIDOORSLIPREGELING)........................... 176
STORING BUITENVERLICHTING............................. 176
STORING REMLICHTEN....................................... 177
MISTACHTERLICHT............................................. 177
MISTLAMPEN.................................................... 177
BUITENVERLICHTING/FOLLOW ME HOME............. 177
DIMLICHTEN..................................................... 177
GROOTLICHT..................................................... 177
RICHTINGAANWIJZER LINKS................................ 177
RICHTINGAANWIJZER RECHTS.............................. 177
STORING SCHEMERSENSOR................................. 178
STORING REGENSENSOR..................................... 178
STORING PARKEERSENSOREN.............................. 178
BRANDSTOFRESERVE – BEPERKTE ACTIERADIUS .... 178
CRUISE-CONTROL............................................. 178
VERSTOPT ROETFILTER ...................................... 178
STORING ANTI-BEKLEMMINGSFUNCTIE RUITEN....... 179
TE LAAG RUITENSPROEIERVLOEISTOFNIVEAU ......... 179
SNELHEIDSLIMIET OVERSCHREDEN ..................... 179
STORING TPMS................................................. 179
BANDENSPANNING CONTROLEREN....................... 179
TE LAGE BANDENSPANNING ................................ 180
BANDENSPANNING NIET AANGEPAST
AAN SNELHEID.................................................. 180
165-180 Alfa 159 NL 20-10-2008 14:56 Pagina 165
Page 168 of 330

167
VEILIGHEID
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
VEILIG-
HEIDSGORDEL NIET
OMGELEGD (rood)
Bij stilstaande auto gaat het lampje con-
tinu branden als:
❒de bestuurdersgordel niet juist is om-
gelegd;
❒de passagiersgordel niet juist is om-
gelegd en zich een gewicht op de pas-
sagiersstoel bevindt;
❒de bestuurders- of de passagiersgor-
del worden afgedaan.
Bij een rijdende auto gaat het lampje on-
der dezelfde omstandigheden knipperen
en klinkt tegelijkertijd een geluidssignaal
(zoemer) gedurende een korte periode.
Vervolgens blijft het lampje continu bran-
den.
REMBLOKSLIJTAGE
(geel)
Het lampje (waar voorzien)
gaat branden (bij enkele uitvoeringen
wordt ook een bericht op het display
weergegeven) als de remblokken voor
zijn versleten; vervang in dat geval de
remblokken zo snel mogelijk.
WAARSCHUWINGDe auto is uit-
gerust met een slijtagesensor voor de
voorste remblokken; als deze moeten
worden vervangen, moeten ook de rem-
blokken achter worden gecontroleerd.
d<
De zoemer kan tijdelijk op de volgende
wijze worden uitgeschakeld:
❒leg de veiligheidsgordels voor om;
❒plaats de elektronische sleutel in het
startsysteem;
❒wacht langer dan 20 seconden en
korter dan 1 minuut en doe een van
de gordels af.
Hierdoor blijft de zoemer uitgeschakeld,
totdat de motor wordt uitgezet.
Wendt u voor het permanent uitschake-
len van dit systeem tot het Alfa Romeo
Servicenetwerk. Het “signaleringssys-
teem niet omgelegde veiligheidsgordel”
kan uitsluitend m.b.v. het Setup-menu
van het display opnieuw worden inge-
schakeld (zie de paragraaf “Instelbaar
multifunctioneel display” in het hoofdstuk
“Dashboard en bediening”).
165-180 Alfa 159 NL 20-10-2008 14:56 Pagina 167
Page 174 of 330

173
VEILIGHEID
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
Dit wordt slechts één keer uitgevoerd
nadat het systeem een temperatuur la-
ger of gelijk aan 3°C heeft gesignaleerd
en kan worden alleen herhaald als de
buitentemperatuur hoger is dan
6 °C en vervolgens weer lager of ge-
lijk wordt aan 3 °C.
WAARSCHUWINGIn geval van een
storing van de buitentemperatuursensor
worden op het display streepjes weer-
gegeven in plaats van de temperatuur.VOORGLOEI-
BOUGIES
(dieseluitvoeringen
- geel)
STORING
VOORGLOEI-
BOUGIES
(dieseluitvoeringen
- geel)
Voorgloeibougies
Als u de sleutel in het startsysteem
plaatst, gaat het lampje branden. Het
lampje dooft als de voorgloeibougies de
vooraf ingestelde temperatuur hebben
bereikt. Start de motor, zodra het lamp-
je gedoofd is.
WAARSCHUWINGAls de buiten-
temperatuur gemiddeld of hoog is, gaat
het lampje zeer kort branden (vrijwel
niet waar te nemen).
m
Elektronische sleutel
niet herkend
Een brandend lampje (waar voorzien) (bij
enkele uitvoeringen verschijnt een bericht
op het display) geeft aan dat bij een start-
poging de elektronische sleutel niet wordt
herkend door het systeem.
KANS OP GLADHEID
Als de buitentemperatuur lager of ge-
lijk is aan 3°C, worden op het display
het symbool
√en een waarschuwings-
bericht weergegeven en klinkt een ge-
luidssignaal, om de bestuurder te waar-
schuwen voor mogelijke ijsvorming op
de weg.
Bij enkele uitvoeringen kan de signale-
ringscyclus worden beëindigd door kort
op de knop MENUte drukken:
– het bericht op het display verdwijnt
en het daarvoor weergegeven scherm
wordt opnieuw weergegeven;
– de temperatuuraanduiding stopt met
knipperen;
– het symbool
√blijft weergegeven
rechtsonder op het display (totdat de
buitentemperatuur hoger of gelijk is aan
6°C).
165-180 Alfa 159 NL 20-10-2008 14:56 Pagina 173
Page 179 of 330

BRANDSTOF-
RESERVE –
BEPERKTE
ACTIERADIUS
(geel)
Het lampje gaat branden als in de brand-
stoftank nog ongeveer 10 liter brand-
stof aanwezig is. Als de actieradius min-
der dan ongeveer 50 km (of 31 mijl)
bedraagt, wordt op het display bij en-
kele uitvoeringen een waarschuwings-
bericht weergegeven.
CRUISE-CONTROL
(waar voorzien)
(groen)
Het lampje (bij enkele uitvoeringen ver-
schijnt ook een bericht op het display)
gaat branden als de draaiknop van de
cruise-control in de stand
Üwordt ge-
draaid.
STORING SCHEMER-
SENSOR
(waar voorzien)
(geel)
Het lampje (of in plaats daarvan bij en-
kele uitvoeringen een symbool en een
bericht op het display) gaat branden als
een storing van de schemersensor wordt
gesignaleerd.
STORING
PARKEERSENSOREN
(waar voorzien)
(geel)
Het lampje (of in plaats daarvan bij en-
kele uitvoeringen een symbool en een
bericht op het display) gaat branden als
een storing van de parkeersensoren
wordt gesignaleerd.
STORING REGEN-
SENSOR
(waar voorzien)
(geel)
Het lampje(waar voorzien)gaat bran-
den (bij enkele uitvoeringen verschijnt
een bericht op het display) als een sto-
ring van de regensensor wordt gesig-
naleerd.
178
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD EN
BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
1
u
t
K
Ü
ROET- FILTER
VERSTOPT
(dieseluitvoeringen)
(geel)
Het lampje (of in plaats daarvan bij en-
kele utvoeringen, een symbool en een
bericht op het display) gaat branden als
het roetfilter is verstopt en door het rij-
gedrag de automatische regeneratie-
procedure niet gestart kan worden.
Om de regeneratie en daarmee de rei-
niging van het filter mogelijk te maken,
moet met de auto gereden blijven wor-
den, totdat het lampje dooft (of bij en-
kele uitvoeringen, het symbool
h
op het display verdwijnt).
h
AlslampjeKtijdenshet
rijdenknippert,moetu
zichtothetAlfaRomeo
Servicenetwerkwenden.
165-180 Alfa 159 NL 20-10-2008 14:56 Pagina 178
Page 180 of 330

179
VEILIGHEID
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
STORING ANTI-
BEKLEMMINGSFUNC
TIE RUITEN
(geel)
Het lampje (of in plaats daarvan bij en-
kele uitvoeringen een symbool en een
bericht op het display) gaat branden als
een storing van de anti-beklemmings-
functie wordt gesignaleerd.
Wendt u zich in dit geval tot het Alfa Ro-
meo Servicenetwerk.
Voer voordat u zich tot het Alfa Romeo
Servicenetwerk richt eerst de initialisa-
tieprocedure van de ruiten uit (zie de pa-
ragraaf “Elektrisch bediende ruiten” in
het hoofdstuk “Dashboard en bedie-
ning”). Wendt u tot het Alfa Romeo Ser-
vicenetwerk als het probleem blijft be-
staan.
TE LAAG
RUITENSPROEIERVL
OEISTOFNIVEAU
(geel)
Het lampje (waar voorzien) gaat bran-
den (bij enkele uitvoeringen verschijnt
ook een bericht op het display) als het
ruitensproeiervloeistofniveau lager wordt
dan de minimale waarde.
5
)
SNELHEIDSLIMIET
OVERSCHREDEN
Als met de auto sneleer wordt
gereden dan de m.b.v. het “Setup-
menu” ingestelde snelheid (bijvoorbeeld
120 km/h) (zie de paragraaf “Multi-
functioneel display” of “Instelbaar mul-
tifunctioneel display” in het hoofdstuk
“Dashboard en bediening”), verschijnt
op het display een waarschuwingsbe-
richt + een rood symbool en klinkt een
geluidssignaal.
STORING TPMS
(waar voorzien)
Bij enkele uitvoeringen ver-
schijnt op het display een bericht + een
geel symbool als een storing van het
bandenspanningcontrolesysteem
(TPMS) wordt gesignaleerd: wendt u
zich in dit geval zo snel mogelijk tot het
Alfa Romeo Servicenetwerk.
Als bij een of meer wielen geen sensor
gemonteerd wordt, toont het display
een waarschuwingsmededeling, totdat
de oorspronkelijke situatie weer is her-
steld.
CONTROLE VAN DE
BANDENSPANNING
(waar voorzien)
Bij enkele uitvoeringen verschijnt op het
display een bericht + een geel symbool
om aan de te geven dat de banden-
spanning lager is dan de aanbevolen
waarde, om de optimale levensduur van
de band en een optimaal brandstofver-
bruik te garanderen en/of om een lang-
zaam spanningsverlies te signaleren.
Als twee of meer banden zich in een van
de hiervoor genoemde situaties bevinden,
zal het display achtereenvolgens de aan-
duidingen tonen die op elk van de ban-
den betrekking hebben. Herstel in dat ge-
val de juiste bandenspanning (zie hoofd-
stuk “Technische gegevens”).
X
n
n
165-180 Alfa 159 NL 20-10-2008 14:56 Pagina 179
Page 217 of 330

VERBRUIKERS ZEKERING AMPÈRAGE FIGUUR
Voeding brandstofpomp F21 20 60
Verbruikers elektronisch inspuitsysteem F22 20 60
Voeding autoradio / radio-/navigatiesysteem / Blue&Me F23 15 60
+ vanaf startsysteem voor spoelen relais in zekeringen-/
relaiskast motorruimte/dashboardzekeringenkast, Bodycomputer F31 7,5 56
Knooppunt bestuurdersportier / knooppunt passagiersportier /
startsysteem F32 15 56
Ruitbediening linksachter / knooppunt bagageruimte F33 20 56
Ruitbediening rechtsachter / knooppunt bagageruimte F34 20 56
Waterdetectiesensor brandstoffilter / luchtkwantummeter /
Remlichtschakelaar / paneel op tunnel /
Cruise-control / AQS-sensor F35 7,5 56
Voeding knooppunt bagageruimte / slotactuatoren F36 20 56
Plus via startsysteem voor remlichten, derde remlicht,
instrumentenpaneel, koplampverstelling F37 7,5 56
Ontgrendeling bagageruimte F38 15 56
+ vanaf accu voor klimaatregeling, interieurverlichting,
bewegingsdetectie, EOBD-diagnosestekker F39 10 56
216
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD EN
BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
181-222 Alfa 159 NL 20-10-2008 15:33 Pagina 216
Page 218 of 330

217
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD EN
BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
IN
NOODGEVALLEN
GEBRUIKERS ZEKERING AMPÈRAGE FIGUUR
Achterruitverwarming F40 30 56
Buitenspiegelverwarming / spoel van relais voorruitverwarming F41 7,5 56
Voeding knooppunt remsysteem (ABS/VDC) –
Knooppunt stuurhoeksensor – Gierhoeksensor F42 7,5 56
Ruitenwissers/-sproeiers F43 30 56
Sigarenaansteker voor op middenconsole F44 10 56
Voeding stekkerdoos in bagageruimte F45 15 56
Opendak F46 20 56
Vermogensvoeding knooppunt bestuurdersportier F47 20 56
Vermogensvoeding knooppunt passagiersportier F48 30 56
+ vanaf startsysteem voor knooppunt stuur /
Opendakregeleenheid / Plafondlampje voor en achter / CVS /
Knooppunt Blue&Me /Bewegingsdetectie / Stoel links en rechts F49 7,5 56
Airbagsysteem F50 7,5 56
Voeding vanaf startsysteem voor Knooppunt Infotelematica /
Knooppunt automaat / Extra verwarming /Paneel links /
START/STOP-knop,Regeleenheid parkeersensoren /
Dimbare spiegel / Knooppunt Blue&Me /
Inbouwvoorbereiding autoradio / AQS / Cruise-control F51 7,5 56
181-222 Alfa 159 NL 20-10-2008 15:33 Pagina 217
Page 226 of 330

225
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN EN ONDERHOUD
35 70 105 140 175
●●●●●
●●●●●
●●●●●
●●●●●
●●●●●
●●●●●
●●●●●
●●●●●
●●●●●
●●●
●●
●
●
GEPROGRAMMEERD ONDERHOUDSSCHEMA
x 1000 km
Banden op conditie en slijtage controleren en bandenspanning eventueel herstellen
Werking van verlichting controleren (koplamp- en achterlichtunits,
richtingaanwijzers, alarmknipperlichten, bagageruimte-, dashboardkastje- en
interieurverlichting en lampjes op instrumentenpaneel enz.)
Werking van de ruitenwissers/-sproeiers controleren en eventueel
sproeiers afstellen
Stand wisserbladen voor/achter controleren en wisserbladen op slijtage
controleren
Remblokken van schijfremmen voor op conditie en slijtage controleren en
werking van remblokslijtagesensor controleren
Remblokken van schijfremmen achter op conditie en slijtage controleren
Visueel controleren: buitenzijde carrosserie, bodemplaatbescherming, leidingen,
pijpen en slangen (uitlaat, brandstofsysteem, remsysteem), rubber delen
(stofhoezen, moffen, bussen enz.)
Vergrendelmechanismen van de motorkap en achterklep/kofferdeksel
op vervuiling controleren en mechanismen smeren
Vloeistofniveaus controleren en eventueel bijvullen (hydraulisch rem-/
koppelingssysteem, stuurbekrachtiging, ruitensproeiers, accu, motorkoelsysteem enz.)
Handrem controleren en eventueel afstellen
Conditie van aandrijfriem(en) voor hulporganen visueel
controleren (behalve 1.8 uitvoeringen)
Conditie van aandrijfriem(en) voor hulporganen visueel controleren
(1.8 uitvoeringen)
Distributieriem visueel controleren (1.8 uitvoering)
223-248 Alfa 159 NL 20-10-2008 15:48 Pagina 225