BMW M4 2018 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 71 of 270

Correctgebruikvan
veiligheidsgordels'yDe gordel niet verdraaid en strak over het
bekken en de schouder aanbrengen.'yDe gordel in de bekkenzone laag over de heup aanbrengen. De gordel mag niet tej
gen het onderlichaam drukken.'yDe veiligheidsgordel mag niet langs
scherpe randen schuren, over harde of
breekbare voorwerpen in de kleding lopen
of worden ingeklemd.'yDikke kleding vermijden.'yDe gordel ter hoogte van het bovenlichaam
meerdere keren naar boven toe straktrekj ken.
Veiligheidsgordelsluiten
1.De gordel bij het omdoen langzaam uit dehouder halen.2.De slotlip in het gordelslot steken. Het gorjdelslot moet hoorbaar vastklikken.
Bij gesloten gordel wordt na het wegrijden degordelband eenmalig automatisch strak aanj
getrokken.
Veiligheidsgordelopenen
1.Veiligheidsgordel vasthouden.2.Rode toets in het slot indrukken.3.Veiligheidsgordel naar het oprolmechajnisme geleiden.Gordelherinneringvoorbestuurders-
enpassagiersstoel
Algemeen
De gordelherinnering wordt geactiveerd als de
veiligheidsgordel aan bestuurderszijde niet is
omgegespt.
In bepaalde landuitvoeringen wordt de gordelj
herinnering ook actief als de veiligheidsgordel aan passagierszijde niet is ingestoken en er
zich zware voorwerpen op de stoel bevinden.
Weergave Er wordt een Check-Control-melding
weergegeven. Controleren of de veiligj
heidsgordel correct is omgedaan.
Gordelwaarschuwingvoorachterbank Controlelampje in het instrumentenpajneel gaat branden nadat de motor gejstart is.'yGroen: De veiligheidsgordel van de betrefj
fende zitplaats op de achterbank is vastgej maakt.'yRood: De veiligheidsgordel van de betrefjfende zitplaats op de achterbank is niet
vastgemaakt.
De gordelwaarschuwing wordt ook geactiveerd wanneer een veiligheidsgordel op de achterj
bank tijdens het rijden wordt losgemaakt.
Seite 71InstellenBediening71
Online Edition for Part no. 01402981704 - VI/17

Page 72 of 270

Gordelhouder
Om het aanleggen van de gordel in de voorstezitposities te verlichten kan de gebruiker degordel even afleggen in de gordelhouder.
Veiligheidsfunctie In kritieke rij-omstandigheden, bijv. een noodjstop, worden de voorste gordels automatischvoorgespannen.
Wordt de rijsituatie afgesloten zonder ongelukj
ken, dan ontspant de gordel weer.
Als de gordelspanning niet automatisch losser
wordt, moet u stoppen en de gordel met de
rode toets in het slot openen. Alvorens verder
te rijden, de gordel opnieuw sluiten.
Hoofdsteunen
Veiligheidsvoorschriften WAARSCHUWING
Een ontbrekende beschermende werkj
ing door uitgebouwde of niet correct ingej
stelde hoofdsteunen kan letsel aan hoofd en
nek veroorzaken. Er bestaat kans op letsel.
'yGedemonteerde hoofdsteunen voor de rit
op alle bezette plaatsen monteren.'yDe hoofdsteun indien mogelijk zodanig inj
stellen, dat het midden van de hoofdsteun het achterhoofd ongeveer op ooghoogteondersteunt.'yDe afstand zodanig instellen dat de hoofdj
steunen zo dicht mogelijk tegen het achj
terhoofd aanliggen. De afstand eventueel
instellen door het aanpassen van de rugj
leuninghoek.'

Page 73 of 270

'yBuitenspiegelpositie.'yHoogte van het Head-Up Display.
Algemeen
Per bestuurdersprofiel, zie pagina 57, kunnen
twee geheugenplaatsen met verschillende inj
stellingen bezet worden.
Afhankelijk van de uitvoering worden de volj gende instellingen niet opgeslagen:
'yRugleuningbreedte.'yLendensteun.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Door het gebruik van de geheugenfuncj
tie tijdens het rijden kunnen onverwachte stoelbewegingen optreden. U kunt de controleover de auto verliezen. Er bestaat gevaar voor
ongevallen. De geheugenfunctie alleen oproej pen als de auto stilstaat.'

Page 74 of 270

De actuele buitenspiegelpositie kan met deGeheugenfunctie, zie pagina 72, opgeslagen
worden.
Veiligheidsaanwijzing WAARSCHUWING
De zichtbare objecten in de spiegel zijn
dichterbij dan het lijkt. De afstand tot achteropj
komende verkeersdeelnemers zou verkeerd
kunnen worden ingeschat, bijvoorbeeld bij het veranderen van rijstrook. Er bestaat gevaar
voor ongevallen. De afstand tot het achteropj komende verkeer met een blik over de schouj
der inschatten.'

Page 75 of 270

Activeren1. Schakelaar in positie buitenspiegel
bestuurderskant schuiven.2.Keuzehendelstand R inschakelen.
Uitschakelen
Schakelaar in positie buitenspiegel bijjrijderskant schuiven.
Binnenspiegel,automatischdimmend
Overzicht
Voor de dimfunctie zitten er fotocellen:
'yIn het spiegelglas.'yAan de achterzijde van de spiegel.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking
'yFotocellen schoonhouden.'yGebied tussen binnenspiegel en voorruit
niet bedekken.
Stuurwiel
Veiligheidsaanwijzing WAARSCHUWING
Door het instellen van het stuurwiel tijj
dens het rijden kunnen onverwachte stuurbej wegingen optreden. U kunt de controle over deauto verliezen. Er bestaat gevaar voor ongevalj
len. Het stuurwiel alleen instellen als de auto
stilstaat.'

Page 76 of 270

Stuurwielverwarming
In-/uitschakelen Toets indrukken.'yAan: LED brandt.'yUit: LED dooft.Seite 76BedieningInstellen76
Online Edition for Part no. 01402981704 - VI/17

Page 77 of 270

KinderenveiligvervoerenUitrustingvandeautoIn dit hoofdstuk worden alle standaard, landsj
pecifieke en speciale uitrustingen beschreven
die in de modelserie aangeboden worden. Er worden daarom ook uitrustingen beschrevendie in een auto, bijvoorbeeld vanwege delandspecifieke of gekozen speciale uitrusting
niet beschikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligj heidsrelevante functies en systemen. Bij gej
bruik van deze functies en systemen moeten
de geldende wetten en voorschriften worden
nageleefd.
Dejuisteplaatsvoorkinderen
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Kinderen of dieren die zonder toezicht in
de auto worden achtergelaten kunnen de auto
in beweging zetten en zichzelf of het verkeer in
gevaar brengen, bijv. door de volgende handej lingen:'yIndrukken van de start/stop-knop.'yParkeerrem vrijzetten.'yPortieren of ruiten openen en sluiten.'yKeuzehendelstand N inschakelen.'yUitrustingen van de auto bedienen.
Er bestaat gevaar voor ongevallen of kans opletsel. Kinderen of dieren niet zonder toezicht
in de auto laten. Bij het verlaten van de auto de
afstandsbediening meenemen en de auto verj
grendelen.'

Page 78 of 270

GroepGewicht van
het kindLeeftijd bij
benaderingPassagiersj
stoel, airbag
ONPassagiersj
stoel, airbag
OFF m a)Achterbank,
buitenste
zitplaatsen m
b)Achterbank,
middenIII22 m 36 kgVanaf 7 jaarXUU, LXU: geschikt voor kinderveiligheidssystemen in de universele categorie die voor toepassing in deze gewichtsgroep geschikt zijn.
L: geschikt voor kinderveiligheidssystemen in de categorie semi-universeel, als de auto en de zitplaats in de voertuigtypelijst van de fabrikant van het kinderveiligheidssysteem zijn vermeld.
X: niet geschikt voor kinderveiligheidssystemen in de universele categorie die voor toepassing in
deze gewichtsgroep geschikt zijn.
b) De lengteverstelling van de passagiersstoel aanpassen en, indien nodig, in de hoogste stand zetten om een optimale ligging van de veiligheidsgordel te verkrijgen.
b) Bij gebruik van kinderveiligheidssystemen op de achterbank eventueel de lengte-instelling van de voorstoel aanpassen en de hoofdsteun van de achterbank aanpassen of verwijderen.Kinderenaltijdopdeachterbank
Algemeen
Ongevallenanalyse toont aan dat de achterj
bank de veiligste plek is voor kinderen.
Kinderen jonger dan 12 jaar of kleiner dan
150 cm alleen achterin vervoeren in geschikte kinderveiligheidssystemen die zijn afgestemd
op hun leeftijd, gewicht en lengte. Kinderen vanaf 12 jaar vastzetten met een veiligheidsj
gordel zodra een geschikt kinderveiligheidsj systeem voor kinderen op grond van hun leefj
tijd, gewicht en lengte niet meer in aanmerking komt.
Veiligheidsaanwijzing WAARSCHUWING
Kinderen kleiner dan 150 cm kunnen de
veiligheidsgordel zonder geschikte aanvulj
lende kinderveiligheidssystemen niet correct
dragen. De beschermende werking van de veij
ligheidsgordels kan beperkt zijn of wegvallen
als deze verkeerd worden gedragen. Een verj keerd gedragen veiligheidsgordel kan extra letjsel veroorzaken, bijvoorbeeld bij een ongevalof bij rem- en uitwijkmanoeuvres. Er bestaatkans op letsel of levensgevaar. Kinderen kleijner dan 150 cm in geschikte kinderveiligheidsj
systemen vastzetten.'

Page 79 of 270

WAARSCHUWING
Bij een verkeerde stoelinstelling of onj
juiste montage van het kinderzitje is de stabilij teit van het kinderveiligheidssysteem verminjderd of volledig afwezig. Er bestaat kans opletsel of levensgevaar. Erop letten dat het kinj
derveiligheidssysteem strak tegen de leuning
aan ligt. Bij alle betreffende rugleuningen zo
mogelijk de rugleuninghoek aanpassen en de
stoelen correct instellen. Erop letten dat de
stoelen en de leuningen correct vergrendeld
zijn. Indien mogelijk de hoogte van de hoofdj
steunen aanpassen of deze verwijderen.'

Page 80 of 270

bags uitgeschakeld zijn en het controlelampjePASSENGER AIRBAG OFF brandt.'

Page:   < prev 1-10 ... 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 91-100 101-110 111-120 ... 270 next >