CITROEN C-ELYSÉE 2014 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 61 of 257

59
3
!
Comfort


Handmatig inklappen

U kunt de buitenspiegels handmatig inklappen (parkeren, smalle garage, ...).)Kantel de spiegel naar de auto.

Verstelbare spiegel voor het zicht recht achter
de auto.
De binnenspiegel is voorzien van eennachtstand waardoor de spiegel donkerder wordt en de bestuurder minder hinder ondervindt
van de zon en van koplampverlichting vanachteropkomend verkeer ...
Binnenspiegel

Binnenspiegel met handbediende dag-/nachtstand

Verstellen
)
Stel de spiegel af als deze in de dagstand staat.


Dag-/nachtstand
)
Trek aan het hendeltje om de spiegel in denachtstand te zetten. )
Duw het hendeltje naar voren om de spiegel terug te zetten in de dagstand.
Om veiligheidsrdenen moeten de spiegels zo zijn ingesteld dat de "dodehoek" zo klein mogelijk is.

Page 62 of 257

60
Comfort








Stuurwielverstelling
)Zorg dat de auto stilstaat
en duw de hendel omlaag om het stuur wiel te
ontgrendelen.
)Verstel het stuur wiel in hoogte voor een
optimale zithouding.)Trek aan de hendel om het stuurwiel te
vergrendelen.

Voer deze handelingen om veiligheidsredenen uitsluitend uit bijstilstaande auto.

Page 63 of 257

61
3
Comfort








Vent ilat ie


Luchtgeleiding

De lucht kan afhankelijk van de instellingen van de bestuurder via verschillende circuits worden
toegevoerd:


- rechtstreekse toevoer naar het interieur (toevoer van buitenlucht),

- toevoer via het ver warmingscircuit,

- toevoer via het circuit van deairconditioning.


Bedieningspaneel
Het systeem wordt bediend via het bedieningspaneel Avan de middenconsole.
1.Uitstroomopeningen voor het ontdooien of ontwasemen van de voorruit.
2. Uitstroomopeningen voor het ontdooien of
ontwasemen van de zijruiten. 3. Afsluitbare en verstelbare zijventilatieroosters.
4.Afsluitbare en verstelbare middelste
ventilatieroosters.
5.Uitstroomopeningen beenruimte
voorpassagiers.
6. Uitstroomopeningen beenruimte
achterpassagiers.
Luchtverdeling

Luchttoevoer
De lucht in het interieur, die overigens wordt gefilterd, wordt van buitenaf toegevoerd via het
luchtrooster onder de voorruit, of is lucht die in het interieur wordt gerecirculeerd.

Page 64 of 257

62
Comfort
Neem voor een optimale werking van de ver warming, ventilatie en airconditioning de volgende gebruiksadviezen in acht: )Let erop dat voor een gelijkmatige verdeling van de lucht naar het interieur de
uitstroomopening onder de voorruit, de verschillende luchtkanalen, ventilatieroostersen overige uitstroomopeningen alsmede de ventilatieopening in de bagageruimte vrijblijven. )Zet de airconditioning minstens één tot twee keer per maand vijf tot tien minuten aanom het systeem in per fecte staat te houden. )Controleer regelmatig de staat van het interieur filter en laat de filterelementen periodiekver vangen.)Laat de airconditioning regelmatig controleren zoals voorgeschreven in hetonderhoudsboekje, om het systeem in perfecte staat te houden.)Gebruik de airconditioning niet als deze niet koelt en raadpleeg het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Bij een zware belasting van de motor (trekken van een aanhanger op een steile helling bij een hoge buitentemperatuur) kan de airconditioning tijdelijk worden uitgeschakeld voor eenoptimale trekkracht van de motor.












Gebruiksadviezen voor de verwarming, ventilatie en airconditioning


Als de auto lange tijd in de zon heeft gestaan en de temperatuur in het interieur hoog is opgelopen, zet dan de
ruiten enige tijd open.Zorg ervoor dat de aanjagersnelheid voldoende hoog is ingesteld, zodat delucht in het interieur goed ververst wordt.

Het airconditioningssysteem is chloor vrijen is niet schadelijk voor de ozonlaag.


Condensvorming in de airconditioning kan ertoe leiden dat zich een klein plasje water onder de auto vormt. Dit iseen normaal verschijnsel.

Page 65 of 257

63
3
Comfort
1. Temperatuur regeling
) Draai de knop van blauw (koel) naar rood (warm) om de
temperatuur naar behoefte in testellen.

Dit systeem werkt alleen als de motor draait.


2. Luchtopbrengstregeling
)Draai de knop in één
van devier
standen om de gewenste rluchtopbrengst te verkrijgen.



Wanneer de knop van de luchtopbrengstregeling in de stand 0staat(uitschakeling van het systeem), wordt het thermische comfort niet meer geregeld. Er blijft door de rijwind echter nog wel eenkleine luchtstroom gehandhaafd.

Handbediende airconditioning
(zonder display) Verwarming / ventilatie

Dit systeem werkt uitsluitend bij draaiende motor.

Page 66 of 257

64
Comfort
3. Luchtverdeling
Voorruit en zijruiten.

Voorruit, zijruiten en beenruimte.

Beenruimte.
Middelste ventilatieroosters,
zijventilatieroosters en beenruimte.

De luchtstroom kan worden
gevarieerd door de knop in een
mi
ddenstand te zetten of door de
v
entilatieroosters te sluiten.
)Verplaats de knop weer naar rechts in de stand "Toevoer van buitenlucht".
)
Verplaats de knop naar links inde stand "Luchtrecirculatie".



5. Airconditioning aan/uit
Het systeem stelt u in staat:


- de temperatuur in het interieur 's zomers te
verlagen,

- in de winter bij temperaturen boven 3°C beslagen ruiten snel te ontwasemen.



Aan
)Druk op de toets 5: het desbetreffendelampje gaat branden.


Uit
)Druk nogmaals op de toets 5: het
desbetreffende lampje gaat uit.
Door het uitschakelen van de airconditioningkan hinder ontstaan (vocht, beslaan van ruiten).
De airconditioning kan tijdens alle
seizoenen effectief gebruikt worden,
mits de ruiten zijn gesloten.
De airconditioning werkt niet als de aanjagerknop 2 in de stand "0"
staat .
Om de toevoer van koele lucht te versnellen kunt
u gedurende enkele ogenblikken de recirculatie
van de interieurlucht inschakelen. Schakel
daarna weer over op de toevoer van buitenlucht. Mi
ddelste ventilatieroosters enzijventilatieroosters.


4. Toevoer van buitenlucht/luchtrecirculatie
De recirculatiestand dient om de luchttoevoer
af te sluiten bij stank en stofoverlast.
Schakel zo snel mogelijk de toevoer vanbuitenlucht weer in om te voorkomen dat de luchtkwaliteit in het interieur achteruitgaat en de ruiten beslaan.

Page 67 of 257

65
3
Comfort
Elektronische airconditioning (met display)
Dit systeem werkt uitsluitend bij draaiende motor.


1. Toevoer van buitenlucht/luchtrecirculatie

De recirculatiestand dient om de luchttoevoer
af te sluiten bij stank en stofoverlast.

2. Temperatuurregeling
)



Druk op de toetsen "" (rood
voor warm) en "" (blauw voor koud) om de temperatuur naar
behoefte in te stellen.
Er verschijnen of verdwijnen
geleidelijk temperatuurbalkjes op het
displa
y van de airconditioning.
Schakel deze stand, zodra dit mo
gelijk is, weer uit om te voorkomen dat de luchtkwaliteit in het interieur achteruitgaat en de ruiten beslaan. )Druk op deze toets om de toevoer van buitenlucht uit te schakelen en de lucht
in het interieur te laten recirculeren.Het lampje op het display van de airconditioning gaat branden.
) Druk nogmaals op de toets omde toevoer van buitenlucht weer in te schakelen. Het lampje op
het display van de airconditioning gaat uit.



3. Ontdooiing - ontwaseming vóór

Zie de desbetreffende rubriek.

Page 68 of 257

66
Comfort
4. Aan / Uit airconditioning
) Druk op de toets "A /C "
, het "verklikkerlampje op het display vande airconditioning gaat branden.
Uitschakelen
Met deze toets wordt de lucht in hetinterieur snel gekoeld.


5. Airconditioning: toets A/C MAX

Aan
)
Druk op de toets "A/C MAX" , het
verklikkerlampje op het display van de
airconditioning gaat branden. )Druk opnieuw op de toets "A /C "
, het
verklikkerlampje op het display van deairconditioning gaat uit.
Als de airconditioning wordt uitgeschakeld,
wordt het thermische comfort niet meer geregeld (vocht, beslagen ruiten).
Inschakelen

Uit
)
Druk opnieuw op de toets "A/C MAX",
het verklikkerlampje op het display van de
airconditioning gaat uit.

6. Luchtverdeling
)
Druk herhaaldelijk op de toetsom de luchtstroom te verdelennaar:


- de voorruit en de zijruiten(ontwasemen of ontdooien),

- de voorruit, de zijruiten en de
ventilatieroosters,

- de voorruit, de zi
jruiten, de ventilatieroosters en debeenruimte,

- de voorruit, de zijruiten en debeenruimte,

- de beenruimte,

- de ventilatieroosters en debeenruimte,

- de ventilatieroosters.

Page 69 of 257

67
3
Comfort

7. L u c h t o p b r e ngstregeling
)
Druk op de toets "Grotepropeller" om de luchtopbrengst
te verhogen.
)
Druk op de toets "Kleinepropeller"
om de luchtopbrengst
te verlagen.
Uitschakelen van het systeem
) Druk op de toets "Kleine propeller"van de luchtopbrengstregeling totdat
alle balkjes op het display van de
airconditioning zijn verdwenen.
Hi
ermee worden alle functies van deairconditioning uitgeschakeld.De temperatuur wordt niet meer geregeld, maar
er blijft een kleine luchtstroom gehandhaafd.
Druk op de toets "Grote propeller"van deluchtopbrengstregeling om het systeem weer in
te schakelen. Er verschijnen geleidelijk balkjes van de
luchtopbren
gst.
Rijd niet te lang met een uitgeschakeld airconditioningssysteem (kans opbeslaan van de ruiten en vermindering van de luchtkwaliteit). De balk
jes van de luchtopbrengst verdwijnengeleidelijk.

Page 70 of 257

68
Comfort








Ontwasemen - Ontdooien voorzijde


Deze opdruk op het bedieningspaneel geeft aan in welke stand de knoppen moeten staan om de voorruit en de zijruiten snel te ontwasemen of te ontdooien.
Met verwarmings-/
ventilatiesysteem
Met handbediende
airconditioning
(zonder display)
Met elektronische
airconditioning
(met display)
)Zet de knoppen van de luchttemperatuur
en de aanjagersnelheid in de met de
desbetreffende opdruk weergegeven stand. )Zet de knop van de luchttoevoer in destand "Toevoer van buitenlucht" (knop naar rechts geschoven). )Zet de knop van de luchtverdeling in destand "Voorruit".
)
Druk op deze toets.
Het lampje van de toets gaatbranden.) Druk nogmaals op deze toets om
de airconditioning uit te zetten.
Het lampje van de toets gaat uit.

)
Zet de knoppen van de luchttemperatuur en de aanjagersnelheid in de met de
desbetreffende opdruk weergegevenstand.) Zet de knop van de luchttoevoer in de stand "Toevoer van buitenlucht"
(knop naar rechts geschoven).) Zet de knop van de luchtverdeling in destand "Voorruit". )
Schakel de airconditioning in door de
desbetreffende toets in te drukken; de
bijbehorende knop gaat branden.

Page:   < prev 1-10 ... 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 91-100 101-110 ... 260 next >