CITROEN C-ELYSÉE 2014 Instructieboekjes (in Dutch)
Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2014, Model line: C-ELYSÉE, Model: CITROEN C-ELYSÉE 2014Pages: 257, PDF Size: 7.92 MB
Page 91 of 257

89
5
Rijden
sensoren in de bumper obstakels in denabijheid van de auto (personen, auto's,
bomen, slagbomen, enz.) die binnen hetdetectiebereik vallen.
Bepaalde obstakels (paaltjes, pionnen, enz.)
die aanvankelijk wel worden gedetecteerd,
worden door dode hoeken in het detectiebereik mogelijk niet meer gedetecteerd als ze zich
vlak bij de auto bevinden.
Parkeerhulp achter
Deze functie is een hulpsysteem: de bestuurder dient altijd aler t te blijven enis zelf verantwoordelijk.
De
functie wordt geactiveerd zodra de achteruitversnelling wordt ingeschakeld. Hierbijklinkt een geluidssignaal.
Zodra de achteruitversnellin
g wordt uitgeschakeld, is de functie niet meer actief.
Geluidssignalen
De bestuurder wordt via een onderbrokengeluidssignaal gewaarschuwd bij het naderen van obstakels. De frequentie van het
geluidssignaal neemt toe naarmate de auto het
obstakel nadert. Aan de weergave van het geluidssignaal via de
luidspreker (rechts of links) is te herkennen aanwelke zijde van de auto het obstakel zich bevindt.Zodra de afstand tussen de auto en het
obstakel kleiner wordt dan der tig centimeter, klinkt het geluidssignaal ononderbroken.
Grafi sche weergave
De grafische weergave is een aanvulling op hetgeluidssignaal. Op het multifunctionele display
worden blokjes weergegeven die het pictogram
van de auto steeds dichter naderen. Als de auto
het obstakel zeer dicht genaderd is, verschijnt ook het symbool "Gevaar" op het display.
Page 92 of 257

90
Rijden
Controleer bij slecht weer of in winterseomstandigheden of de sensoren soms bedekt zijn met modder, ijsof sneeuw. Bij het inschakelen van de achteruitversnelling geeft een geluidssignaal (lange pieptoon) aan dat de sensoren vuil kunnen zijn.
De parkeerhulp kan geluidssignalen
geven als reactie op bepaaldeomgevingsgeluiden (motoren,vrachtwagens, drilboren, enz.).
Als er een storing optreedt, gaat bij het inschakelen vande achteruitversnelling dit
verklikkerlampje op het instrumentenpaneel
branden en/of wordt er een bericht op hetdisplay weergegeven, in combinatie met een
geluidssignaal (kor te pieptoon).
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een
gekwali
ficeerde werkplaats.
Storing
De functie wordt automatischuitgeschakeld zodra een aanhanger wordt aangekoppeld of een fietsendrager wordt gemonteerd (auto's voorzien van een door CITROËN aanbevolen trekhaak of fietsendrager).
Uitschakelen/activeren parkeerhulp achter
De parkeerhulp kan worden
geactiveerd o
f uitgeschakeld via het configuratiemenu van de auto.De status van de functie wordt opgeslagen
bij het afzetten van het contact.
Raadpleeg voor meer informatie over de
toegang tot het menu van de parkeerhulp het gedeelte "Persoonlijke instellingen - Configuratie" van het display in het hoofdstuk
"Controles tijdens het rijden".
Page 93 of 257

91
6
Zicht
Lichtschakelaar
Met de lichtschakelaar kunt u de verlichting van de auto selecteren en inschakelen.
Hoofdverlichting
De lichtschakelaar heeft verschillende standenom de zichtbaarheid van de auto en het zicht
van de bestuurder aan te passen aan de
omstandi
gheden:
- parkeerlicht: om gezien te worden,
- dimlicht: voor een optimaal zicht zonder medeweggebruikers te verblinden,
- grootlicht: voor een optimaal zicht
op wegen waar het omgevingslicht
onvoldoende is.
Aanvullende verlichting
Uw auto is voorzien van aanvullende verlichting
voor specifieke rijomstandigheden:
- mistachterlicht,
- mistlampen vóór.
Onder bepaalde weersomstandigheden(lage temperatuur, vochtigheid) kan zicheen laagje condens aan de binnenzijde van de koplampen en de achterlichten vormen; dit verdwijnt enkele minuten na het ontsteken van de koplampen.
Page 94 of 257

92
Zicht
Ring voor de selectie van de
stand van de hoofdverlichting
Draai aan de ring om het symbool van de gewenste stand tegenover het merkteken te zetten.
Lichten uit.
Alleen parkeerlicht.
Dimlicht of
grootlicht.
Grootlichtschakelaar
Trek de hendel naar u toe om over te schakelen
van dim- naar grootlicht en terug.
Als de verlichting is uitgeschakeld of wanneer
alleen de parkeerlichten zijn ingeschakeld, kunt
u een
lichtsignaal geven door de hendel naar u
toe te trekken.
Verklikkerlampjes
Een verklikkerlampje op het
instrumentenpaneel geeft aan dat degeselecteerde verlichting is ingeschakeld.
Page 95 of 257

93
6
Zicht
Ring voor de selectie van de mistverlichting
De mistverlichting werkt in combinatie met het dimlicht en het grootlicht.
Mistlampen vóór en mistachterlicht
Als het dimlicht handmatig wordt uitgeschakeld,
blijven de mistverlichting en de parkeerlichtenbranden. ) Draai de ring naar achteren om demistverlichting uit te schakelen.De parkeerlichten worden dan ook
uitgeschakeld. Verdraai de rin
g: ) één stand naar voren om de mistlampen
vóór in te schakelen, ) twee standen naar voren om het
mistachterlicht in te schakelen, ) één stand naar achteren om het
mistachterlicht uit te schakelen,
) twee standen naar achteren om de
mistlampen vóór uit te schakelen.
Uitsluitend éénmistachterlicht
)Draai de ring naar voren om hetmistachterlicht in te schakelen. )Draai de ring naar achteren om het mistachterlicht uit te schakelen.
Page 96 of 257

94
Zicht
Bij helder of regenachtig weer,zowel overdag als 's nachts, zijn de mistlampen vóór en het mistachterlichtverblindend voor medeweggebruikers en daarom niet toegestaan. Gebruik demistlampen vóór en het mistachterlichtuitsluitend bij mist of sneeuwval. Onder deze weersomstandighedendient u de mistlampen vóór en het dimlicht handmatig in te schakelen, omdat de lichtsensor voldoende lichtkan waarnemen. Vergeet niet de mistlampen uit te zettenzodra ze niet meer nodig zijn.
Inschakelen van de verlichting na het afzettenvan het contact
Draai om de lichtschakelaar weer te activeren ter wijl de verlichting uit is, de ring in de stand "0"
en vervolgens in destand van uw keuze.
Als het bestuurderspor tier wordt geopend,klinkt een geluidssignaal om aan te geven dat de verlichting nog brandt.
De verlichting, met uitzondering vanhet parkeerlicht, wordt na maximaal30 minuten automatisch uitgeschakeld om het ontladen van de accu te voorkomen.
Uitschakelen van deverlichting bij het afzetten van het contact
Bij het afzetten van het contact gaat alleverlichting onmiddellijk uit, behalve het dimlicht als de automatische follow me home-verlichting is geactiveerd.
Page 97 of 257

95
6
Zicht
Deze functie zorgt er voor dat na het afzetten
van het contact de dimlichten nog even blijven
branden om het uitsta
ppen in het donker te
vergemakkelijken.
Handbediende follow me
home-verlichtin
g
Inschakelen
) Geef bij afgezet contact een "lichtsignaal"
met de lichtschakelaar. ) Geef nogmaals een "lichtsignaal" om defunctie uit te schakelen.
Uitschakelen
Na het vergrendelen van de auto wordt de
handbediende follow me home-verlichting naeen bepaalde tijd automatisch uitgeschakeld.
Dagrijverlichting
*
Als de lichtschakelaar in de stand "0" staat,
gaat de dagrijverlichting automatisch branden
bij het starten van de auto.
*
Afhankelijk van het land van bestemming. De da
grijverlichting gaat uit als hetparkeerlicht, dimlicht of grootlichtwordt ingeschakeld.
Deze functie kan niet wordenuitgeschakeld.
Page 98 of 257

96
Zicht
Koplampen verstellen
Verstel de koplampen afhankelijk van de belading van uw auto om verblinding vanmedeweggebruikers te voorkomen.
Het verstellen kan worden uitgevoerd met de bediening:
- onder de motorkap,
- linksonder het stuur wiel
(volgens uitvoering).
Stand "0"
: basisinstelling. 01 o
f 2 personen op de voorstoelen.-5 personen. 15 personen + maximaal toegestane
belading in de bagageruimte.-Bestuurder + maximaal toegestane belading in de bagageruimte.2Niet gebruikt. -Niet gebruikt. 3Niet gebruikt.
Motorruimte
)Til de klep onder de motorkap op voor
toegang tot de bediening (één per lichtunit).Het verstellen geschiedt altijd rechtsom.
Reizen naar het buitenland
Wanneer u uw auto gaat gebruiken in een land waarin het verkeer aande andere kant van de weg rijdt, moet de afstelling van de dimlichtenworden gewijzigd om te voorkomen dat tegemoetkomend verkeer wordt verblind.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Links van het stuurwiel
Page 99 of 257

97
6
Zicht
Ruitenwisserschakelaar
Handmatige functies
De bestuurder schakelt de ruitenwissers handmatig in. De ruitenwissers voor zor
gen voor een
optimaal zicht voor de bestuurder, ongeacht de
weersomstandigheden.
Ruitenwissers vóór
Wissnelheid:
ho
ge snelheid (hevige neerslag),
normale snelheid
(matige regenval),
interval
(wissnelheid aangepast aan
de wagensnelheid),
uit
,
één keer wissen(duw de hendel even omlaag).
Ruitensproeiers voor
Trek de hendel naar u toe: de ruitensproeiers
treden in werking en na enige tijd worden ook
de ruitenwissers in
geschakeld.
De ruitensproeiers kunnen niet worden afgesteld. Raak ze niet aan (kans opschade).
Page 100 of 257

98
Zicht
Speciale stand van de
ruitenwissers voor
Deze stand maakt het mogelijk de ruitenwissers los te zetten van de voorruit. In deze stand kunnen de ruitenwisserbladen
worden gereinigd of de ruitenwissers worden
ver vangen. In de winter kan deze stand tevens
worden gebruikt om de ruitenwissers los te
zetten van de voorruit.
Om een goede werking van de flat-blade ruitenwissers te behouden,adviseren wij u:- voorzichtig met de ruitenwissers om te gaan, - de ruitenwissers regelmatig te reinigen met zeepsop,- de ruitenwissers niet te gebruiken om een stuk kar ton tegen de voorruit te houden,- de ruitenwissers te ver vangen zodra ze tekenen van slijtage ver tonen.
)Als de ruitenwisserschakelaar binnen eenminuut nadat het contact is afgezet wordt bediend, worden de ruitenwissers in de
ver ticale stand gezet. )Zet het contact aan en bedien deruitenwisserschakelaar om deruitenwissers na de werkzaamheden weer in de ruststand te zetten.