CITROEN C5 2012 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 191 of 340

XI
189
PRAKTISCHE INFORMATIE

Vervangen van een achterlicht op
de achterklep


)
Open de achterklep.

)
Verwijder met een platte schroe-
vendraaier de kunststof afdek-
king F
.

)
Neem de stekker G
los.

)
Draai de bevestigingmoer H
los.

)
Verwijder het achterlicht uit de
behuizing.

























Verlichting achter (Tourer)

Ga na welke lamp defect is.


1.
Rem- en parkeerlichten:

P 21 W / 5 W

2.
Parkeerlichten:
R 5 W

3.
Achteruitrijlicht:
H 21 W

4.
Mistachterlichten:
H 21 W

5.
Richtingaanwijzers:
PY 21 W
)
Maak de fi ttingen J
los.

)
Vervang de lamp.

)
Zet de fi tting J
weer op zijn plaats
en controleer of deze goed is be-
vestigd.

)
Zet het achterlicht op zijn plaats
in de behuizing.

)
Schroef de bevestigingsmoer H

vast.

)
Sluit de stekker G
aan.

)
Breng de kunststof afdekking F

aan en klik deze vast.
U kunt de wielsleutel van het reserve-
wiel gebruiken om de bevestigings-
bouten H
los en vast te draaien.

Page 192 of 340

XI
190
PRAKTISCHE INFORMATIE

Vervangen van een achterlicht op
het scherm
Verwijder de klep in de zijbekleding
van de bagageruimte A
.
Ga als volgt te werk:


)
Trek de klep naar u toe.

)
Trek hem naar boven.
)
Neem de stekker B
los.

)
Draai de bevestigingsmoer C
los.

)
Verwijder de lichtunit uit de hou-
der.
)
Klik de fi tting D
los.

)
Vervang de defecte lamp.

)
Zet de fi tting D
weer op zijn
plaats.

)
Verwijder de verlichting uit de
houder.

)
Draai de bevestigingsmoer C
los.

)
Neem de stekker B
los.

)
Monteer de bekleding A
.
Gebruik de wielsleutel van het re-
servewiel om de bevestigingsmoer
C
los- of vast te draaien.

Page 193 of 340

XI
191
PRAKTISCHE INFORMATIE


Vervangen van de
kentekenplaatverlichting (W5W)







)
Steek een kleine schroevendraai-
er in een van de buitenste ope-
ningen van het lampglas.

)
Duw de schroevendraaier naar
buiten om het lampglas los te
maken.

Lamp derde remlicht vervangen
(LED's)
Raadpleeg het CITROËN-netwerk
of een gekwalifi ceerde werkplaats
om dit type LED-verlichting te ver-
vangen.

)
Verwijder het lampglas.

)
Vervang de defecte lamp.

Page 194 of 340

XI
192
PRAKTISCHE INFORMATIE











Lampen vervangen in het
interieur

Plafondlampjes


)

Wip het glaasje van de plafonnier
los om de lamp te kunnen bereiken.

Lamp:
W 5W

Leeslampje achter (Tourer)


)
Wip het glaasje van het lees-
lampje los om de lamp te kunnen
bereiken.

Lamp:
W 5W
Leeslampje


)
Wip het glaasje los.

)
Verwijder, indien nodig, om bij de
lamp te kunnen komen het schot
van het desbetreffende lees-
lampje.

Bagageruimteverlichting


)
Wip het glaasje los. Gebruik een
W 5W-lamp.


Dorpelverlichting


)
Wip het glaasje los. Gebruik een
W 5W-lamp.

Beenruimteverlichting


)
Wip het glaasje los. Gebruik een
W 5 W-lamp.


Dashboardkastje


)
Wip het glaasje los. Gebruik een
W 5W-lamp.

Page 195 of 340

XI
193
PRAKTISCHE INFORMATIE
ZEKERINGEN VERVANGEN
Werkwijze voor het vervangen van
een defecte zekering om een sto-
ring in de desbetreffende functie te
verhelpen.
De twee zekeringkasten bevinden
zich onder het dashboard, in het
motorcompartiment.

Zekering vervangen

Voordat u een defecte zekering ver-
vangt, moet u eerst de oorzaak van
de storing opsporen en verhelpen.
De nummers van de zekeringen
staan op de zekeringkast.
Vervang een defecte zekering al-
tijd door een zekering met dezelfde
sterkte (zelfde kleur).
Gebruik het speciale tangetje 1
dat
zich op het deksel van de zekering-
houder bevindt.

Goed

Defect


Tang 1




Zekeringen onder het dashboard


Toegang tot de zekeringen


)
open het kastje zo ver mogelijk
en trek er vervolgens stevig aan,
zodat het in horizontale stand
komt te staan,

)
verwijder de bekleding door kort
maar stevig aan het onderste
gedeelte te trekken.
Zekeringkast C
Zekeringkast A

Tang 1

Houd u bij het terugplaatsen van het
kastje aan de volgende voorzorgs-
maatregelen:


- Houd het kastje horizontaal,
plaats het onderste deel met de
inkepingen aan de onderkant te-
genover de asjes.

- Geef een tik tegen het geheel.

- Sluit het kastje en let erop dat de
veren aan de achterkant erover-
heen vallen.
Zekeringkast B

Page 196 of 340

XI
194
PRAKTISCHE INFORMATIE

Zekeringtabel



Zekeringnr.




Stroomsterkte




Functie




G29



-

Niet gebruikt


G30



5 A

Verwarmde buitenspiegels


G31



5 A

Regen-/lichtsterktesensor


G32



5 A

Waarschuwingslampjes niet-vastgemaakte autogordels


G33



5 A

Elektrochrome spiegels


G34



20 A

Blinderingspaneel (sedan)


G35



5 A

Instapverlichting voorpassagier - Verstelling buitenspiegel aan passagierszijde


G36



30 A

Elektrisch bediende achterklep (Tourer)


G37



20 A

Stoelverwarming vóór


G38



30 A

Elektrisch bediende bestuurdersstoel


G39



30 A

Elektrisch bediende passagiersstoel - Hifi -versterker


G40



3 A

Voedingsaansluiting aanhangermodule

ZEKERINGKAST B



Zekeringnr.



Stroomsterkte




Functie




G36



15 A

Automatische 6-versnellingsbak


5 A

Automatische 4-versnellingsbak


G37



10 A

Appèlverlichting - Diagnoseaansluiting


G38



3 A

ESP


G39



10 A

Hydraulische vering


G40



3 A

Remlichtschakelaar

Page 197 of 340

XI
195
PRAKTISCHE INFORMATIE
ZEKERINGKAST C



Zekeringnr.



Stroomsterkte




Functie




F1



15 A

Achterruitenwisser (Tourer)


F2



30 A

Relais vergrendeling en supervergrendeling


F3



5 A

Airbags


F4



10 A

Automatische versnellingsbak - Module extra verwarming (Diesel) - Elektrochrome spiegels


F5



30 A

Ruitbediening voor - Open dak - Instapverlichting voorpassagier - Verstelling buitenspiegel
aan passagierszijde


F6



30 A

Ruitbediening achter


F7



5 A

Verlichting make-upspiegel - Verlichting dashboardkastje - Plafonniers - Zaklamp (Tourer)


F8



20 A

Autoradio - CD-wisselaar - Bedieningstoetsen op het stuurwiel - Display -
Bandenspanningcontrole - Computer elektrisch bediende achterklep


F9



30 A

Aansteker - 12V-aansluiting vóór


F10



15 A

Alarm - Bediening op het stuurwiel, verlichting en ruitenwissers


F11



15 A

Contactslot met circuit lage stroomsterkte


F12



15 A

Elektrisch bediende bestuurdersstoel - Instrumentenpaneel - Waarschuwingslampjes
niet-vastgemaakte autogordels - Bediening airconditioning


F13



5 A

BSM - Onderbrekingsrelais pomp hydraulische vering - Voeding van de airbagcomputer


F14



15 A

Regen-/lichtsterktesensor - Parkeerhulp - Elektrisch bediende passagiersstoel -
Aanhangermodule - Computer hifi -versterker - Handsfree kit - Lane departure warning
System


F15



30 A

Relais vergrendeling en supervergrendeling


F17



40 A

Achterruitverwarming - Verwarmde buitenspiegels


FSH



SHUNT

TRANSPORT- EN OPSLAGSHUNT

Page 198 of 340

XI
196
PRAKTISCHE INFORMATIE

Zekeringen in het
motorcompartiment

Sluit de kap na afl oop van de werk-
zaamheden zorgvuldig.

Ingrepen aan de hoofdzekeringen
in de zekeringkasten, die zorgen
voor een extra bescherming, zijn
uitsluitend voorbehouden aan
het CITROËN -netwerk of een ge-
kwalifi ceerde werkplaats .
Toegang tot de zekeringen


)
Draai alle schroeven een kwart-
slag los.

)
Vervang de zekering.

Zekeringentabel



Zekeringnr.





Stroomsterkte




Functie




F1



20 A

Motormanagementcomputer


F2



15 A

Claxon


F3



10 A

Ruitensproeierpomp


F4



10 A

Pomp koplampsproeiers


F5



15 A

Bedieningsorganen motor


F6



10 A

Luchtdebietmeter - Meedraaiende koplampen -
Diagnoseaansluiting


F7



10 A

Blokkering van de selectiehendel van de
automatische versnellingsbak - Stuurbekrachtiging


F8



25 A

Startmotor


F9



10 A

Koppelingscontact - Remlichtschakelaar


F10



30 A

Bedieningsorganen motor


F11



40 A

Aanjager airconditioning


F12



30 A

Ruitenwissers


F13



40 A

Voedingsaansluiting BSI (+ na contact)


F14



30 A

-


F15



10 A

Grootlicht rechts


F16



10 A

Grootlicht links


F17



15 A

Dimlicht rechts


F18



15 A

Dimlicht links


F19



15 A

Bedieningsorganen motor


F20



10 A

Bedieningsorganen motor


F21



5 A

Bedieningsorganen motor

Page 199 of 340

XI
!
197
PRAKTISCHE INFORMATIE

Zekeringentabel




Zekeringnr.




Stroomsterkte




Functie




F6



25 A

12V-aansluiting achter (max. vermogen: 100 W)


F7



15 A

Mistachterlichten


F8



20 A

Standkachel (Diesel)


F9



30 A

Elektrische handrem

Het elektrische circuit van uw
auto is geschikt voor zowel
standaard als optionele voor-
zieningen.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk
of een gekwalifi ceerde werkplaats
alvorens u elektrische voorzienin-
gen of accessoires in uw auto in-
bouwt.
CITROËN is niet aansprakelijk voor
de kosten die voortvloeien uit her-
stelwerkzaamheden of storingen
als gevolg van de installatie van ex-
tra accessoires die door CITROËN
noch geleverd noch aanbevolen
worden en die niet zijn geïnstalleerd
volgens de voorschriften; dit geldt in
het bijzonder voor situaties waarbij
het stroomverbruik van alle aange-
sloten aanvullende apparatuur meer
dan 10 milliampère bedraagt.
De hoofdzekeringen bieden extra
bescherming voor de elektrische
systemen. Ingrepen mogen uit-
sluitend verricht worden door het
CITROËN-netwerk of een gekwa-
lifi ceerde werkplaats.
Sluit de kap na afl oop van de
werkzaamheden zorgvuldig.


Als het deksel niet goed ge-
plaatst of slecht gesloten is, kan
dit ernstige storingen aan uw
auto veroorzaken. Dit geldt even-
eens voor het binnendringen van
vocht in de zekeringkast.

Page 200 of 340

XI
!
198
PRAKTISCHE INFORMATIE
ACCU
Procedure voor het opladen van de
accu en het gebruik van een hulp-
accu voor het starten van de motor
met behulp van startkabels.

Toegang tot de accu

V6 HDi-motor
De accu bevindt zich in de motor-
ruimte.
Toegang tot de accu:


)
open de motorkap met de hen-
del in het interieur en vervolgens
de veiligheidshaak aan de bui-
tenzijde,

)
bevestig de motorkapsteun,

)
verwijder de kunststof afdekkap
voor toegang tot de twee accu-
polen,

)
maak indien nodig de zekering-
kast los om de accu te verwijde-
ren. De accu bevindt zich in de bagage-
ruimte achter de bekleding van het
linker achterscherm.
Toegang tot de accu:


)
open de achterklep,

)

open het luik en verwijder de accu.









Deze sticker hoort bij het Stop
& Start-systeem en geeft aan
dat er een speciale 12 V-lood-
accu is gebruikt die alleen los-
gekoppeld en/of vervangen mag
worden door een dealer van het
CITROËN-netwerk of een gekwa-
lifi ceerde werkplaats.
Het negeren van deze aanwijzing
kan ertoe leiden dat de accu vroeg-
tijdig aan vervanging toe is.

Na het monteren van de accu duurt
het even voordat het Stop & Start-
systeem weer zal werken, hoe lang
dit duurt is afhankelijk van klimato-
logische omstandigheden en de
laadtoestand van de accu (kan tot
ongeveer 8 uur duren).

Page:   < prev 1-10 ... 151-160 161-170 171-180 181-190 191-200 201-210 211-220 221-230 231-240 ... 340 next >