CITROEN C5 2016 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 221 of 384

219
C5_nl_Chap08_information_ed01-2015
bescherming bij winterse omstandigheden*
HDi 160-dieselmotor
Normale omstandigheden
De klep 2 bevindt zich in horizontale stand in
h et luchtkanaal 3 .
Sneeuw
F Druk op de knop 1 e n verdraai deze een
kwartslag in de pijlrichting zodat de klep
2

v
erticaal komt te staan in het luchtkanaal 3 .
om t

erug te keren naar de stand voor normale
omstandigheden, drukt u op de knop 1 ,
alvorens deze in de tegengestelde richting te
draaien. Vergeet niet deze bescherming bij
winterse omstandigheden in de
volgende situaties te verwijderen:
-

b
uitentemperaturen boven de 10°C.
-
s
nelheid boven 120 km/uur.
Ver wijderbaar element dat voorkomt dat sneeuw die naar binnen wordt gezogen het luchtfilter verstopt.
* Volgens land van bestemming.
8
Praktische informatie

Page 222 of 384

220
C5_nl_Chap08_information_ed01-2015
sneeuwscherm*
Plaatsen
F Zet beide delen van het sneeuwscherm op het boven- en onderdeel van de
vo o r b u m p e r.
F

D
ruk op de omtrek van het sneeuwscherm
zodat dit met alle bevestigingsklemmen
vast komt te zitten aan de bumper.
Verwijderen
F neem met behulp van een schroevendraaier achtereenvolgens alle
bevestigingsklemmen los.
Voor het plaatsen
Na het plaatsen Vergeet niet het sneeuwscherm in de
volgende situaties te verwijderen:
-

b
uitentemperaturen boven de 10°C,
-
t
rekken van een aanhanger,
-
s
nelheid boven 120 km/uur.
Ver wijderbare voorziening die voorkomt dat er een opeenhoping van sneeuw ontstaat bij de koelventilator.
* Volgens land van bestemming.
Praktische informatie

Page 223 of 384

221
C5_nl_Chap08_information_ed01-2015
* om te voorkomen dat de mat onder de pedalen schuift:
-
c

ontroleer of de mat goed op zijn plaats ligt,
-

g
ebruik nooit meer dan één mat per plaats.
Accessoires
"Comfort":
parkeerhulp voor en achter, thermobox,
leeslamp, zonneschermen, kleerhangers aan
de hoofsteunen...
"Familie en recreatie":
kunststof bak bagageruimte, mat
bagageruimte, trekhaken, trekhaakbedrading,
allesdragers, fietsendrager, skidrager,
dakkoffers, steunen voor in de bagageruimte,
bagagenet, kofferbakorganiser, uitneembaar en
schuifbaar laadplateau voor de bagageruimte,
fietsenplateau voor op trekhaak...
"Styling":
lichtmetalen velgen, spoiler, verchroomde
buitenspiegelkappen, dorpelbeschermers,
sierknoppen...
"Veiligheid":
alarminstallatie, gevarendriehoek en
veiligheidsvest, alcoholtest, verbanddoos,
sneeuwkettingen en -sokken, wielbouten met
slot, lokalisatiesysteem voor gestolen auto's,
kinderzitjes, brandblusser, caravanspiegels,
kooi en veiligheidsriem voor het vervoeren van
een huisdier, hondenrek...
"Bescherming":
mattenset*, stoelhoezen,
spatlappen, bumperbeschermers,
autohoes, dorpelbeschermers en
kofferdrempelbeschermers...
ee

n ruime keuze aan accessoires en originele onderdelen wordt u aangeboden door het CI
t

ro
Ën-

netwerk.
Deze accessoires en onderdelen zijn volledig aangepast aan uw auto, zijn voorzien van een artikelnummer en beschikken over de garantie van
CI
tro
Ën.
8
Praktische informatie

Page 224 of 384

222
C5_nl_Chap08_information_ed01-2015
"Multimedia":
WIFI on board, 230V-aansluiting,
autoradio's, luidsprekers, semi-geïntegreerd
navigatiesysteem, portable navigatiesystemen,
handsfree kit, DVD-speler, usb b
o
x, CD-
r
o
M
v

oor het updaten van het navigatiesysteem,
rijhulp, hifi-module...
Het monteren van elektrische apparatuur of
accessoires die niet onder een artikelnummer
in het assortiment van CI
t

ro
Ën
voorkomen,
kan leiden tot storingen in het elektronisch
systeem van uw auto en een verhoogd
stroomverbruik veroorzaken.
Houd hier rekening mee en neem contact
op met een vertegenwoordiger van het merk
CI
t

ro
Ën
om u te laten informeren over
het assortiment uitrustingen en accessoires
voorzien van een artikelnummer.Installeren van
radiocommunicatiezenders
Voordat u radiozenders met
buitenantenne als uitrusting
achteraf monteert, kunt u bij het
CI
tro
Ën-
netwerk de technische
gegevens (frequentieband, maximaal
uitgangsvermogen, positie antenne,
specifieke installatievoorschriften) van
de voor montage geschikte zenders
opvragen, conform de
r
i
chtlijn
el

ektromagnetische Compatibiliteit
(2004/104/
eG

). Afhankelijk van de lokale wetgeving
kan de aanwezigheid van bepaalde
veiligheidsuitrusting verplicht zijn:
veiligheidsvesten, gevarendriehoeken,
alcoholtests, een set reservelampen,
reservezekeringen, een brandblusser,
een verbandtrommel, spatlappen aan
de achterzijde van de auto.
Praktische informatie

Page 225 of 384

223
C5_nl_Chap09_verification_ed01-2015
totAL & CItroËn
Partners in prestaties en
respect voor het milieu
Innovatie voor nog betere prestaties
sinds meer dan 40 jaar ontwikkelen de re search
& Development-teams van totA L voor CIt roËn
smeermiddelen die geschikt zijn voor de nieuwste
technologieën die in auto’s van het merk CI
t

ro
Ën

worden toegepast, zowel voor wedstrijddoeleinden als
gebruik in het dagelijkse leven.
Zo kunt u rekenen op de beste prestaties van de
motor.
Een optimale bescherming
van uw motor
Het gebruik van totA L smeermiddelen
bij het onderhoud van uw CIt roËn
zorgt voor een langere levensduur en
betere prestaties van de motor, waarbij
het milieu zo min mogelijk wordt belast.
9
onderhoud

Page 226 of 384

224
C5_nl_Chap09_verification_ed01-2015
Motorkap
Openen
F til de hendel B op en open de motorkap.F

n
e
em de motorkapsteun C
uit de houder
en klap hem uit om de steun in de met een
gele pijl aangegeven uitsparing D te kunnen
plaatsen.
F

b
e
vestig de motorkapsteun in de uitsparing
om de motorkap geopend te houden.
Sluiten
F Haal de motorkapsteun uit de uitsparing.
F b evestig de motorkapsteun in de houder.
F

L
aat de motorkap zakken en druk deze aan
het einde van de slag in het slot.
F
t
r
ek aan de motorkap om te controleren of
deze goed is vergrendeld.
F
o
p

en het linker voorportier.
F
t
rek

de hendel A aan de onderzijde van
het portierkader naar u toe.
sc

hakel het
s
t

op &
s
t

art-systeem
altijd uit als u handelingen onder de
motorkap wilt uitvoeren, om letsel
door het automatisch activeren van de
s

t
Ar

t
-

stand te voorkomen.
De plaats van de ontgrendelingshendel in
het interieur zorgt ervoor dat de motorkap
niet geopend kan worden als het portier
aan bestuurderszijde is gesloten.
Verricht deze handeling uitsluitend bij
stilstaande auto.
Mijd het openen van de motorkap bij
harde wind.
Als de motor heet is, let dan goed op. De
hendel en de motorkapsteun kunnen in dat
geval ook heet zijn (brand uw handen niet).
In verband met de aanwezigheid van
elektrische uitrustingen in de motorruimte
wordt geadviseerd om blootstelling aan
water (regen, wassen, ...) te beperken.
De koelventilator kan ook nog gaan
draaien nadat de motor is afgezet:
houd daarom voor werpen en kleding
uit de buur t van de ventilator.
onderhoud

Page 227 of 384

225
C5_nl_Chap09_verification_ed01-2015
Dit overzicht is een hulpmiddel bij
het controleren van de verschillende
vloeistofniveaus en het vervangen van
bepaalde onderdelen.THP
benzinemotoren
1. reservoir ruiten- en koplampsproeiervloeistof.
2.


r
e
servoir vloeistof stuurbekrachtiging


of
r

eservoir vloeistof stuurbekrachtiging/
vering Hydractive III +.
3.


r
e
servoir koelvloeistof.
4.


o
l
iepeilstok.
5.
M

otorolie (bij)vullen.
6.


r
e
servoir remvloeistof.
7.


Accu.
8.


Luchtfilter.
9
onderhoud

Page 228 of 384

226
C5_nl_Chap09_verification_ed01-2015
Dieselmotoren
HDi 160
BlueHDi 150

/ BlueHDi 180
Dit overzicht is een hulpmiddel bij
het controleren van de verschillende
vloeistofniveaus, het vervangen van bepaalde
onderdelen en het ontluchten van het
brandstofcircuit.
1.


r
e

servoir ruiten- en
koplampsproeiervloeistof.
2.


r
e

servoir vloeistof stuurbekrachtiging


of
r

eservoir vloeistof stuurbekrachtiging/
vering Hydractive III +.
3.


r
e

servoir koelvloeistof.
4.


o
l

iepeilstok.
5.
M

otorolie (bij)vullen.
6.
Luchtfilter.
7.
re
servoir remvloeistof.
8.


Accu.
Het brandstofcircuit staat onder hoge druk:
-

V

oer nooit werkzaamheden aan dit
circuit uit.
-

I

n de HDi-motoren is veel
hoogwaardige technologie toegepast.
Laat werkzaamheden aan deze motoren
daarom altijd over aan het personeel van
het CI
t

ro
Ën-

netwerk, dat daar speciaal
voor is opgeleid.
onderhoud

Page 229 of 384

227
C5_nl_Chap09_verification_ed01-2015
niveaus controleren
Motorolieniveau
Het motorolieniveau kan bij aangezet
contact worden gecontroleerd
via de motorolieniveaumeter op
het instrumentenpaneel (volgens
uitvoering) of met de oliepeilstok.
Controleer deze niveaus regelmatig en respecteer de voorwaarden zoals vermeld in het onderhoudsschema van de fabrikant. Vul indien nodig bij, tenzij anders aangegeven.
Laat in het geval van een sterk gedaald niveau het desbetreffende circuit controleren door het CItroËn- netwerk of door een gekwalificeerde werkplaats.
Als u ziet dat het oliepeil boven het merkteken
A of onder het merkteken B ligt, star t de
motor dan niet.
-

A
ls het oliepeil boven het merkteken MAXI
ligt (kans op motorschade), neem dan
contact op met het CI
t

ro
Ën-
netwerk of
met een gekwalificeerde werkplaats.
-

A
ls het oliepeil lager is dan het merkteken
MINI , vul dan altijd motorolie bij.
Let bij werkzaamheden onder de
motorkap goed op, want bepaalde
delen van de motor kunnen zeer heet
zijn (kans op brandwonden) en de
motorventilateur kan ieder moment
aanslaan (zelfs bij afgezet contact).
De controle van het motorolieniveau is alleen
betrouwbaar als de auto op een horizontale
ondergrond staat en de motor ten minste
30

minuten niet heeft gedraaid.
Het is normaal dat u tussen twee
onderhoudsbeurten door olie moet bijvullen.
CI
t

ro
Ën

adviseert u om elke 5000

km het
olieniveau te controleren en, indien nodig, olie
bij te vullen.
Controle met de oliepeilstok
F kijk waar de oliepeilstok zich bevindt in de motorruimte van uw auto.
ra

adpleeg de rubriek "
be
nzinemotor" of
"Dieselmotor".
F
t
r
ek aan het gekleurde uiteinde om de
oliepeilstok volledig uit de schacht te
trekken.
F

V
eeg de peilstok af met een schone, niet
pluizende doek.
F
s
t
eek de oliepeilstok weer volledig in de
schacht en trek hem er weer uit om het
oliepeil te controleren: het oliepeil is correct
als het tussen de merktekens A en B ligt. A = MA XI
B = MI
nI
9
onderhoud

Page 230 of 384

228
C5_nl_Chap09_verification_ed01-2015
Eigenschappen van de olie
Controleer voordat u olie bijvult of ververst of
de motorolie die u wilt gebruiken overeenkomt
met de door de fabrikant aanbevolen motorolie
voor uw auto en motoruitvoering.
Motorolie bijvullen
F kijk waar de olievuldop zich bevindt in de motorruimte van uw auto.
ra

adpleeg de rubriek "
be
nzinemotor" of
"Dieselmotor".
F

D
raai de dop van de vulopening.
F

G
iet de olie voorzichtig in de opening om
morsen op motoronderdelen te voorkomen
(dit kan brand veroorzaken).
F

W
acht enkele minuten en controleer
vervolgens nogmaals het oliepeil met de
peilstok.
F

V
ul indien nodig nog olie bij.
F

D
raai nadat u het oliepeil nogmaals hebt
gecontroleerd de dop zorgvuldig op de
vulopening en steek de peilstok weer in de
schacht.
na

het bijvullen zal de olieniveaumeter
op het dashboard bij het aanzetten van
het contact na 30
minuten de juiste
waarde aangeven.
Olie ver versen
raadpleeg het onderhoudsschema van de
f abrikant voor het verversingsinterval voor uw
auto.
Maak om een verminderde betrouwbaarheid
van de motor en de emissieregeling te
voorkomen nooit gebruik van additieven in de
motorolie.
Onderhoud

Page:   < prev 1-10 ... 181-190 191-200 201-210 211-220 221-230 231-240 241-250 251-260 261-270 ... 390 next >