CITROEN DS5 HYBRID 2012 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 31 of 358

29Hybridesysteem
Belangrijkste onderdelen van het Hybrid4-systeem

De voorin geplaatste HDi dieselmotor (1)
drijft de auto aan via de voor wielen en lever t onder normale omstandigheden het grootste deel van het vermogen om te kunnen rijden.
Deze motor is voorzien van het Stop & Start-systeem (5)
, dat het opladen van de tractiebatterij
regelt en indien nodig voor extra vermogen zorgt (stand 4x4).

Afhankelijk van de geselecteerde stand van het hybridesysteem zorgt de achterin geplaatste elektromotor (2)voor de aandrijving van alleen de achter wielen of vult deze de dieselmotor aan.
De elektromotor regelt de regeneratie van energie en het opladen van de tractiebatterij tijdens hetdecelereren en werkt tot 120 km/h.

E
en 200V-tractiebatterij (3)
(hoogspanningsaccu) van het type NI-MH bevat de energievoorraad
voor de achterin geplaatste elektromotor.
Het laadniveau wordt automatisch op peil gehouden wanneer de auto decelereer t.
De tractiebatterij bevindt zich in een compar timent van de bagageruimte dat alleen toegankelijk is
voor gekwalificeerde technici van de werkplaats.

H
et laadniveau
van de tractiebatterij wordt aangegeven door 8 horizontale of verticale streepjes (afhankelijk van het type display).

D
e normale 12V-accu
die zich in de motorruimte bevindt, zorgt voor de voeding van de elektrische
installatie van de auto. Deze accu wordt automatisch bijgeladen door het hoogspanningsnetwerk.

Page 32 of 358

De elektronische controle-eenheid vermogen (4) stuurt automatisch de verschillende
werkingsfasen van de twee motoren (dieselmotor en elektromotor) aan om een zo laag mogelijk
brandstofverbruik mogelijk te maken. Voor de regeling van het elektrische vermogen zijn een motorgenerator en een omvormer nodig.
De motorgenerator bepaalt het koppel van de elektromotor door de van de tractiebatterij afkomstige stroom te regelen. Het spanningsbereik van de motorgenerator ligt tussen 150 en 270 V.
De omvormer zet de hoogspanning van 200 V van de tractiebatterij om in een spanning van 12 V
voor de voeding van de elektrische installatie van de auto.
H
et Stop & Start-systeem (5)schakelt de dieselmotor uit als de auto tot stilstand komt (bijvoorbeeld voor een verkeerslicht, bij het naderen van een voorrangsweg of in een file) of in rijomstandigheden waarbij volledig elektrisch kan worden gereden.Het stoppen en starten van de dieselmotor gebeurt onmiddellijk en op een voor de bestuurder onmerkbare manier.
D
e EGS-versnellingsbak (6) zorgt in de automatische stand voor een aanzienlijk lager
brandstofverbruik ten opzichte van een conventionele handgeschakelde versnellingsbak, dankzij het elektronisch geregelde schakelprogramma.
Met behulp van de schakelflippers achter het stuur wiel kunt u bovendien op elk moment zelf schakelen, zowel in de automatische als de handgeschakelde stand.

Page 33 of 358

Hybridesysteem
Starten van uw auto



- Controleer of de selectiehendel in de stand Nstaat.

- Plaats de elektronische sleutel in de lezer o
f houd bij auto's met het keyless entry and star t-systeem de elektronische sleutel in de auto.

- Trap het rempedaal stevig in en druk de knop START/STOP
in om het hybridesysteem in teschakelen.




-
Het instrumentenpaneel wordt ingeschakeld en het controlelampje Readygaat branden. Deyvermogensmeter verschijnt geleidelijk om aan te geven dat het hybridesysteem is ingeschakeld. Dit wordt bevestigd door de melding "hybridesysteem ingeschakeld". De keuzeschakelaar op"de middenconsole staat in de stand AUTO
(standaardinstelling bij het star ten).

- Het hybridesysteem bepaalt of het nodig is om de dieselmotor te starten.



- Houd het rempedaal in
getrapt en zet de selectiehendel in de stand A
om vooruit te rijden of in de stand R
(door de hendel iets omhoog te bewegen) om achteruit te rijden.

- Laat het rempedaal los; u kunt nu het gaspedaal intrappen.

- De handrem wordt bij het wegrijden automatisch vrijgezet als deze in de automatische standstaat (zo niet, zet de handrem dan handmatig vrij).

Page 34 of 358

Stilzetten van de auto en uitschakelen van het
hybridesysteem
Wanneer u wegrijdt in de elektrische stand, maakt uw auto geen geluid. Let dus extra goed op voetgangers,die u mogelijk niet horen aankomen.
- Trap het rempedaal in tot de auto volledig tot stilstand is gekomen.
- Zet de selectiehendel in de stand N.- Druk terwijl de elektronische sleutel zich in de auto bevindt de knop START/STOP
in: dehandrem wordt automatisch aangetrokken als deze in de automatische stand staat.
- Zo niet, trek de handrem dan handmatig aan, het controlelampje P
moet beslist branden.


Wanneer u de auto hebt stilgezet, dient u voordat u uitstapt het contact af te zetten en te wachten tot het controlelampje Readyuitgaat. Wanneer u dit niet doet, blijft hethybridesysteem ingeschakeld. Zie de paragraaf "Voorzorgsmaatregelen/waarschuwingen motorruimte".

Page 35 of 358

33Hybridesysteem











Diefstalbeveiliging
Elektronische startbeveiliging
In de sleutels is een chip aangebracht die over
een geheime code beschikt. Om te kunnen
starten, moet bij het aanzetten van het contact de code van de sleutel worden herkend door de
startbeveiliging.
Deze elektronische startbeveiliging blokkeerthet motormanagementsysteem zodra hetcontact wordt afgezet en voorkomt zo het
starten van de motor bij een inbraak. Bij een storing in het systeem wordt u gewaarschuwd door een melding op het display
van het instrumentenpaneel.
De auto kan dan niet gestart worden.
Raadplee
g zo snel mogelijk het CITROËN-netwerk.
Contact aan zonder starten
van
de motor
(accessoirestand)

Druk, met de elektronische sleutel van het
keyless entry and star t-systeem in de lezer of in het interieur van de auto, zonder een pedaal in
te trappen op de knop "START/STOP" om het
contact aan te zetten en zo de verschillende accessoires te activeren.
)
Druk op de knop "START/STOP":de verlichting en lampjes vanhet instrumentenpaneel gaanbranden zonder dat de motor
wordt gestar t.
) Druk nogmaals op de knop om
het contact af te zetten en deauto te kunnen vergrendelen.
Wanneer u de accessoirestandlangdurig gebruikt, loopt u het risico datde accu ontladen raakt.

Page 36 of 358

Noodprocedure voor het startenmet het keyless entry and
start-systeem
Als de elektronische sleutel zich in het
detectiegebied bevindt en uw auto niet start als
u op de knop "START/STOP" drukt:
)Steek de elektronische sleutel in de lezer. )Houd het rempedaal ingetrapt.)Druk op de knop "STA R T/STOP".
Het hybridesysteem wordt ingeschakeld.



Noodprocedure voor het afzetten van de motor

In noodgevallen kan de motor geforceerd
worden afgezet door de knop "START/STOP"
ongeveer drie seconden ingedrukt te houden.
In dat geval wordt het stuurslot ingeschakeldzodra de auto stilstaat.

Als de elektronische sleutel niet
wordt herkend door het keyless entry and start-systeem
Als de elektronische sleutel zich niet meer in het
detectiegebied bevindt tijdens het rijden of wanneer u (op een later moment) het hybridesysteem wiltuitschakelen, wordt een melding weergegeven ophet display van het instrumentenpaneel.
)Houd de knop "STA R T/STOP" ongeveer drie seconden ingedrukt als u hethybridesysteem geforceerd wilt uitschakelen(let op: zonder de elektronische sleutel inhet detectiegebied kan het systeem nietmeer ingeschakeld worden).

Page 37 of 358

35
Hybridesysteem








Hybrid4-keuzeschakelaar
Met de keuzeschakelaar kunt u een keuzemaken uit vier aandrijfstanden.
Draai de knop naar rechts of links: de geselecteerde stand wordt aangegeven door het branden van het desbetreffende
controlelampje.
Stand ZEV
: 100% elektrisch rijden. V

Stand Sport: voor maximale prestaties.

Stand 4WD
: aandrijving van zowel de
voorwielen als de achterwielen.

Stand AUTO
: voor normale rijomstandigheden
en een zo laag mogelijk brandstofverbruik. Starten van de auto: trap ter wijl de selectiehendel in de stand Nstaat het rempedaal in en druk de
knop STA R T/STOP in om het hybridesysteem in
te schakelen.
Dit controlelampje gaat branden zodra de auto
klaar is om te rijden (standaard is de stand "Auto" geselecteerd) en de bestuurder het gaspedaal
kan intrappen om weg te rijden.
Het controlelampje zal gewoonlijk vrijweldirect gaan branden, maar onder bepaalde
omstandigheden (wanneer bijvoorbeeld bij koud
weer de dieselmotor moet voorgloeien, ...) kan het
voorkomen dat u enkele seconden moet wachten.








Controlelampje Ready
Wanneer u de auto hebt stilgezet, dient uvoordat u uitstapt de knop STA R T/STOP in tedrukken en te wachten tot het controlelampjeReady
uitgaat. Wanneer u dit niet doet, yblijft het hybridesysteem ingeschakeld.Zie de paragraaf "Voorzorgsmaatregelen/waarschuwingen motorruimte".

Page 38 of 358

Stand ZEV *
(100% elek trisch)

De werking als Zero Emission Vehicle wordt
voor 100% verzorgd door de elektrische
aandrijving van de achterwielen.
Wanneer u deze stand kiest, kunt u geruisloos rijden
met een lage snelheid.
D
eze stand is beschikbaar als aan
alle noodzakelijke voor waarden
wordt voldaan. Het is vooral vanbelang dat de laadtoestand van
de tractiebatterij voldoende is
(minimaal 4 streepjes).

Stand Auto
In deze stand wordt de werking van dedieselmotor en de elektromotor automatisch afgestemd op ingeschakelde functies van deauto, de rijomstandigheden en de rijstijl voor een zo laag mogelijk brandstofverbruik
van de auto.
In deze stand kan onder bepaalde
omstandi
gheden automatisch worden
overgeschakeld op elektrisch rijden
(zero emission).
In de stand Auto geldt voor de elektromotorhet volgende:


- de auto kan in de stand elektrisch rijden"zero emission" door de elektromotor
worden aangedreven tot maximaalongeveer 60 km/h, indien de laadtoestand
van de tractiebatterij voldoende is, aan de
voor waarden met betrekking tot de auto
wordt voldaan en het gaspedaal niet te diep
wordt ingetrapt,

- de elektromotor assisteert de dieselmotorbij het wegrijden, bij hetrschakelen, tijdens het accelereren en
wanneer de voor wielen onvoldoende grip
hebben (de elektromotor zorgt automatisch
voor vierwielaandrijving ),

- de elektromotor werkt niet bij snelheden
hoger dan 120 km/h.

*
ZEV: Z
ero Emission Vehicle.
Deze stand wordt aanbevolenvoor normaal gebruik
en wordt automatischgeactiveerd bij het star ten van het hybridesysteem.

Page 39 of 358

37
Hybridesysteem

Stand Sport
(diesel en
elektrisch)


Stand 4WD **
(diesel en
elektrisch)
Deze stand maakt een spor tievere rijstijl
mogelijk dankzij extra prestaties.De auto accelereert sneller doordat devolledige capaciteit van de elektromotor is gekoppeld aan het vermogen van de dieselmotor.
Voor de progressiviteit van het gaspedaal, de aansturing van de EGS-versnellingsbak en het door de elektromotor geleverde vermogen zijn in deze stand specifieke regelingen van
toepassing.
In de stand Sport:
- Assisteert de elektromotor de dieselmotor
tot 120 km/h.



In deze stand is bij lage snelheden extra tractie***ebeschikbaar dankzij de permanente aandrijving
van de voor- en achterwielen van de auto: dedieselmotor (aandrijving van de voor wielen) en
de elektromotor (aandrijving van de achter wielen)
werken gelijktijdig en permanent.
De dieselmotor en de elektromotor wordenelektronisch op elkaar afgestemd, zodat de
tractie van de auto op een wegdek met weinig grip wordt verbeterd.
In de stand 4WD:


- Wordt de achterin geplaatste elektromotor
indien nodig gevoed door de dynamo/startmotor van de voorin geplaatstedieselmotor. De dieselmotor werkt permanent.

- Assisteert de elektromotor de dieselmotor
tot 120 km/h. In
de stand ZEV:


- Werkt het intrappen van het gaspedaalprogressief.

- Zijn de actieradius en de prestaties
beperkt. De maximumsnelheid in deze
stand is ongeveer 60 km/h.

- Wanneer veel vermogen wordt gevraagd
of de omstandigheden het starten van de
dieselmotor vereisen, schakelt het systeem
automatisch over op de stand AUTO.

Als niet aan de voorwaarden
voor deze stand wordt voldaan,
verschi
jnt een melding dat de stand ZEV niet beschikbaar is op het
display. Het controlelampje ZEV zal enkele seconden knipperen en ver volgens
uitgaan en het controlelampje AUTO van de
keuzeschakelaar gaat branden.
Deze stand dient gekozen te worden wanneer u op gladde wegen of op onverhard terrein (bijvoorbeeld modder en zand) rijdt.
Raadpleeg voor meer informatie over
het "Automatisch opnieuw starten van de dieselmotor" de desbetreffendeparagraaf.

**
4WD: 4 Wheel Drive (vierwielaandrijving).

***

Deze stand komt optimaal tot zijn recht als
de auto is voorzien van banden die geschikt
zijn voor de desbetreffende ondergrond (bijv. w i nte r b a n d e n).

Page 40 of 358









Energiemeter
Op de meter worden het actuele totale
vermogen van de elektromotor en de
dieselmotor weergegeven.
De energiemeter bevat drie werkingszones.

Zone ECO

Deze zone geeft aan dat wordt gereden met een optimaal brandstofverbruik, ongeacht of
100% elektrisch, met alleen de dieselmotor of
met een combinatie van beide wordt
gereden.
Deze zone is eenvoudig te bereiken door uwrijstijl aan te passen (m.b.v. het zogenaamde"Nieuwe Rijden"), waardoor het verbruik van
de elektromotor of de dieselmotor zo laag
mogelijk is. Ook als de auto uitsluitend door deelektromotor wordt aangedreven, bevindt de
naald zich in deze zone.

Zone CHARGE

Deze zone geeft aan dat elektrischeregeneratie van energie
plaatsvindt: bijdecelereren, remmen of het loslaten van het gaspedaal, ...
Hierbij wordt de tractiebatterij bijgeladen met "gratis" energie, die kan worden hergebruiktzodra weer energie nodig is.

Page:   < prev 1-10 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 ... 360 next >