display MAZDA MODEL 3 HATCHBACK 2016 Handleiding (in Dutch)

Page 334 of 819

4–170
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
Weergave van verzoek opschakelen/terugschakelen (handgeschakelde
versnellingsbak)
Het is mogelijk dat tijdens de werking van het Mazda Radar Cruise Control (MRCC)
systeem de weergave van het verzoek opschakelen of terugschakelen op de Active Driving
Display getoond wordt. Wanneer dit gebeurt dient u de versnelling over te schakelen omdat
de schakelstand niet juist is.
Verzoek Display
Opschakelen
Terugschakelen
OPMERKING
  Als de versnelling niet opgeschakeld wordt hoewel de verzoekindicatie voor het
opschakelen wordt getoond, wordt de motor overbelast en bestaat de kans dat het
Mazda Radar Cruise Control (MRCC) systeem automatisch geannuleerd wordt omdat
anders motorschade zou kunnen ontstaan.
  Als versnelling niet teruggeschakeld wordt hoewel de verzoekindicatie voor het
terugschakelen wordt getoond, bestaat de kans dat het Mazda Radar Cruise Control
(MRCC) systeem automatisch geannuleerd wordt omdat anders de motor zou kunnen
afslaan.


Page 336 of 819

4–172
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
Overschakelen naar de
kruissnelheidsregelaarfunctie
Wanneer de MODE schakelaar wordt
ingedrukt terwijl het Mazda Radar Cruise
Control (MRCC) systeem is ingeschakeld,
schakelt het systeem over naar de
kruissnelheidsregelaarfunctie.
Wanneer het systeem overschakelt naar
de kruissnelheidsregelaarfunctie, stelt de
indicator en de Active Driving Display de
bestuurder als volgt op de hoogte:
 


 De instelindicatie (groen) van het Mazda
Radar Cruise Control (MRCC) systeem
of de hoofdindicatie (wit) van het Mazda
Radar Cruise Control (MRCC) systeem
gaat uit en de hoofdindicatie van de
kruissnelheidsregelaar (wit) licht op.
WAARSCHUWING
Schakel de
kruissnelheidsregelaarfunctie altijd uit
wanneer deze niet wordt gebruikt:
Het ingeschakeld laten van de
kruissnelheidsregelaarfunctie wanneer
deze niet wordt gebruikt is gevaarlijk,
aangezien deze onvoorzien in werking
zou kunnen treden wat een ongeluk
kan veroorzaken.
Instellen van de snelheid
Stel het systeem af op de gewenste
rijsnelheid met behulp van het gaspedaal.
Wanneer de SET
of SET schakelaar
wordt ingedrukt, licht de instelindicatie
(groen) van de kruissnelheidsregelaar op
en begint de volgafstandregeling.
OPMERKING
  Het is mogelijk dat het systeem de
ingestelde snelheid niet constant
kan aanhouden, afhankelijk van de
rijomstandigheden zoals bij steile
hellingen of afdalingen.
  Wanneer de SET schakelaar wordt
ingedrukt en vastgehouden zal de
snelheid blijven toenemen. Wanneer
de SET
schakelaar wordt ingedrukt
en vastgehouden zal de snelheid
blijven afnemen.
Verhogen van de ingestelde snelheid
Door het volgen van onderstaande
bedieningsstappen kan de ingestelde
snelheid worden verhoogd:
Verhogen van de snelheid met behulp
van de SET
schakelaar
Houd de SET
schakelaar ingedrukt en
laat de schakelaar bij de gewenste snelheid
los.
De ingestelde snelheid kan stapsgewijs
afgesteld worden (in stappen van 1 km/h)
door het indrukken en onmiddellijk
weer loslaten van de schakelaar. Als
bijvoorbeeld de schakelaar 4 maal wordt
ingedrukt, neemt de ingestelde snelheid
met ongeveer 4 km/h toe.
Verhogen van de snelheid met behulp
van het gaspedaal
Trap het gaspedaal in en druk de SET
of
SET
schakelaar bij de gewenste snelheid
in.
Als de schakelaar niet wordt bediend,
keert het systeem terug naar de ingestelde
snelheid nadat u uw voet van het
gaspedaal heeft afgehaald.


Page 338 of 819

4–174
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
*Bepaalde modellen.
Rijstrookassistent (LAS) en
rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem (LDWS)
*
De rijstrookassistent (LAS) en het rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem (LDWS)
waarschuwt de bestuurder dat de kans bestaat dat de auto van zijn rijstrook afwijkt en biedt
assistentie bij de besturing om de bestuurder te helpen binnen de rijstroken te blijven.
De vooruitrijcamera (FSC) bespeurt de witte strepen (gele strepen) van de rijstrook waarin
de auto zich op dat moment bevindt en als het systeem bepaalt dat de auto mogelijk van zijn
rijstrook afwijkt wordt de elektrische stuurbekrachtiging geactiveerd om de bestuurder bij
de besturing te assisteren. Het systeem waarschuwt de bestuurder ook door middel van de
activering van een rijstrookafwijkingwaarschuwingsgeluid, het trillen van het stuurwiel en
het tonen van een waarschuwing in de display.
Zie Vooruitrijcamera (FSC) op pagina 4-219 .
De stuurwielbediening van de rijstrookassistent (LAS) en het
rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem (LDWS) heeft “Laat” en “Vroeg” functies voor
instelling van het tijdstip van de besturingsassistentie.
Bij de “Laat” instelling assisteert het systeem de bestuurder bij de besturing als de
mogelijkheid bestaat dat de auto van zijn rijstrook afwijkt.
Bij de “Vroeg” instelling assisteert het systeem de bestuurder constant bij de besturing zodat
de auto in de buurt van het midden van de rijstrook blijft.
Het tijdstip voor “Laat” en “Vroeg” kan worden gewijzigd (tijdstip waarop
besturingsassistentie wordt verleend) door de instelling te wijzigen.
Zie Gebruikersinstellingen op pagina 9-17 .
De rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem (LDWS) speci¿ catie verschilt afhankelijk ervan of
de auto al dan niet met de rijstrookassistent (LAS) is uitgerust. Als uw auto niet is uitgerust met de
rijstrookassistent (LAS), zie Rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem (LDWS) op pagina 4-127 .
“Laat” instelling “Vroeg” instelling


Page 344 of 819

4–18 0
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
OPMERKING
 (Wanneer het tijdstip van de besturingsassistentie is ingesteld op “Laat”)




 De rijstrookassistent (LAS) en het rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem
(LDWS) functioneren niet totdat het systeem witte (gele) rijstrookstrepen aan de
linker- of rechterzijde bespeurt.
 


 Wanneer het systeem een witte (gele) rijstrookstreep enkel aan één zijde bespeurt,
zal het systeem geen waarschuwingen activeren voor de rijstrookstreep aan de zijde
die niet bespeurd wordt. De waarschuwing is enkel voor de rijstrookafwijking aan de
zijde die bespeurd wordt.
 
(Wanneer het tijdstip van de besturingsassistentie is ingesteld op “Vroeg”)




 Het tijdstip van de besturingsassistentie werkt alleen onder de “Vroeg” conditie
wanneer het systeem witte (gele) rijstrookstrepen aan zowel de linker- als de
rechterzijde bespeurt. Het tijdstip van de besturingsassistentie werkt alleen onder de
“Laat” conditie wanneer het systeem een witte (gele) rijstrookstreep aan de linker- of
de rechterzijde bespeurt.
 


 De besturingsassistentie wordt uitgevoerd zodat de auto om en nabij het midden
van de rijstrook blijft rijden, echter, afhankelijk van omstandigheden zoals bochten,
hellingsgraad, golvingen in de weg en rijsnelheid, bestaat de kans dat het systeem de
auto aan het begin van de bocht niet bij het midden van de rijstrook kan houden.
 
 Als u uw handen van het stuurwiel afneemt (het stuurwiel niet vasthoudt), wordt het
waarschuwingsgeluid geactiveerd en wordt een alarmmelding aangegeven in de multi-
informatiedisplay of Active Driving Display.
 Als u het stuurwiel licht vasthoudt, is het mogelijk dat het systeem afhankelijk van
de rijomstandigheden bespeurt dat u het stuurwiel heeft losgelaten (het stuurwiel niet
langer vasthoudt) ook al is dit niet het geval en dat er een bericht in de Active Driving
Display verschijnt.
  Het tijdstip waarbij de waarschuwing voor rijstrookafwijking wordt geactiveerd en de
besturingsassistentie wordt uitgevoerd varieert.
  Voor de rijstrookassistent (LAS) en het rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem
(LDWS) kunnen de volgende instellingen worden gewijzigd. Zie
Gebruikersinstellingen op pagina 9-17 .
 


 Besturingsassistentie in werking/buiten werking



 Uitschakelgevoeligheid (waarschijnlijkheid van besturingsassistentie)


Page 345 of 819

4–181
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
Rijstrookstrependisplay
Wanneer de rijstrookassistent (LAS) en het rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem
(LDWS) van standby overgaan naar de geactiveerde toestand, worden de rijstrookstrepen
weergegeven in de multi-informatiedisplay of Active Driving Display.
Systeemvoorwaarde Indicatie op display
Multi-informatiedisplay Active Driving Display
Standby
Werkingstoestand
Automatische uitschakeling
In de volgende gevallen worden de rijstrookassistent (LAS) en het
rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem (LDWS) automatisch geannuleerd en
worden de rijstrookstrepen (standby) aangegeven in de multi-informatiedisplay of
Active Driving Display. Bovendien, wanneer de rijstrookassistent (LAS) en het
rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem (LDWS) operationeel zijn, wordt het systeem
weer automatisch ingeschakeld en worden de rijstrookstrepen (operationeel) weergegeven in
de multi-informatiedisplay of Active Driving Display.
 


 De temperatuur binnen in de camera is hoog of laag.



 De voorruit rondom de camera is beslagen.



 De voorruit rondom de camera wordt door een obstakel geblokkeerd, waardoor het
uitzicht naar voren belemmerd wordt.


Page 348 of 819

4–184
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
OPMERKING
  De rijstrookassistent (LAS) en het rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem (LDWS)
blijven standby totdat witte (gele) strepen aan zowel de linker- als de rechterzijde of
aan een van beide zijden worden bespeurd.
  Wanneer het systeem een witte (gele) rijstrookstreep enkel aan één zijde bespeurt, zal
het systeem geen waarschuwingen activeren voor de rijstrookstreep aan de zijde die
niet bespeurd wordt.
  De afstand- en waarschuwingsgevoeligheid die door het systeem wordt gebruikt om de
mogelijkheid van een rijstrookafwijking te bepalen kan gewijzigd worden.
 Zie Veranderen van de instelling (Gebruikersinstellingen) op pagina 9-17 .
Rijstrookstrependisplay
Wanneer de rijstrookassistent (LAS) en het rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem
(LDWS) vanuit de standby-toestand operationeel worden, worden de rijstrookstrepen
weergegeven in de Active Driving Display. Het systeem gaat over op weergave van de
geactiveerde toestand wanneer het systeem een witte (gele) streep aan de linker- of de
rechterzijde bespeurt.
Systeemvoorwaarde Indicatie op display
Standby
Werkingstoestand
Automatische uitschakeling
Onder de volgende omstandigheden, worden de rijstrookassistent (LAS) en het
rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem (LDWS) automatisch geannuleerd. De
rijstrookassistent (LAS) en het rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem (LDWS) worden
bij het operationeel worden automatisch opnieuw ingeschakeld.
 


 De temperatuur binnen in de camera is hoog of laag.



 De voorruit rondom de camera is beslagen.



 De voorruit rondom de camera wordt door een obstakel geblokkeerd, waardoor het
uitzicht naar voren belemmerd wordt.


Page 350 of 819

4–186
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
Uitschakeling van het systeem
Druk wanneer de
rijstrookassistent (LAS) en het
rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem
(LDWS) zijn uitgeschakeld,
de rijstrookassistent (LAS) en
rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem
(LDWS) OFF schakelaar in.
Het OFF indicatielampje van de
rijstrookassistent (LAS) en het
rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem
(LDWS) gaat branden.
OPMERKING
(Europees model)
 
 Wanneer het contact op OFF wordt gezet,
worden de rijstrookassistent (LAS) en het
rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem
(LDWS) operationeel de volgende keer
dat het contact weer op ON wordt gezet.
(Behalve Europese modellen)
 
 Wanneer het contact op OFF wordt
gezet, wordt de systeemtoestand
aangehouden die bestond alvorens
deze werd uitgeschakeld. Als
bijvoorbeeld het contact op
OFF wordt gezet terwijl de
rijstrookassistent gebruiksklaar is,
zal het systeem gebruiksklaar zijn
wanneer het contact de volgende keer
op ON gezet wordt.
  In de volgende gevallen worden
de rijstrookassistent (LAS) en het
rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem
(LDWS) automatisch geannuleerd
en gaat het OFF indicatielampje van
de rijstrookassistent (LAS) en het
rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem
(LDWS) branden. Laat uw auto bij een
deskundige reparateur, bij voorkeur een
of¿ ciële Mazda reparateur controleren.




 Wanneer er een defect is in de
stuurbekrachtiging.
 


 Wanneer er een defect is in de DSC.



 Wanneer er een defect is in de
vooruitrijcamera (FSC).
Wanneer de rijstrookassistent (LAS) en het
rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem
(LDWS) worden geannuleerd, worden de
rijstrookstrepen niet langer in de multi-
informatiedisplay of Active Driving
Display aangegeven.


Page 351 of 819

4–187
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
Rijstrookafwijkingwaarschuwing
Als het systeem bepaalt dat de kans bestaat dat de auto van zijn rijstrook afwijkt, wordt
de rijstrookafwijkingwaarschuwing (pieptoon, dreunend geluid *1 of stuurwieltrilling)
geactiveerd en wordt de richting waarin het systeem bepaalt dat de auto afwijkt aangegeven
in de multi-informatiedisplay of Active Driving Display.
Bij voertuigen uitgerust met de multi-informatiedisplay, wordt de richting waarin het
systeem bepaalt dat de auto van zijn rijstrook gaat afwijken aangegeven op de multi-
informatiedisplay.
Bij voertuigen uitgerust met de Active Driving Display verandert de kleur van de
rijstrookstreep in de richting waarin het systeem bepaalt dat de auto van zijn rijstrook gaat
afwijken van wit naar oranje en gaat de rijstrookstreep knipperen.
Multi-informatiedisplay Actief rijden display


Page 353 of 819

4–189
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
*Bepaalde modellen.
Afstelbare snelheidsbegrenzer *
De afstelbare snelheidsbegrenzer is een functie die voorkomt dat er niet sneller met de auto
gereden kan worden dan een ingestelde snelheid. De rijsnelheid wordt geregeld zodat deze
onder de ingestelde snelheid blijft ook als het gaspedaal wordt ingetrapt.
De afstelbare snelheidsbegrenzer kan ingesteld worden tussen 30 km/h en 200 km/h.
Bij het afrijden van een helling is het mogelijk dat de rijsnelheid de ingestelde snelheid
overschrijdt. Het systeem waarschuwt de bestuurder echter door middel van het knipperen
van de display en het geven van een waarschuwingstoon.
WAARSCHUWING
Bij het wisselen van bestuurder het systeem altijd uitschakelen:
Als er van bestuurder wordt gewisseld en de nieuwe bestuurder niet op de hoogte is van
de afstelbare snelheidsbegrenzerfunctie, bestaat de kans dat de auto niet accelereert
wanneer de bestuurder het gaspedaal intrapt. Dit kan een ongeval veroorzaken.
Het systeem bestaat uit de afstelbare snelheidsbegrenzerdisplay en de
snelheidsbegrenzerschakelaar op het stuurwiel.
KruissnelheidsregelaarMazda Radar Cruise Control (MRCC) systeem Actief rijden display Display in de instrumentengroep
Met
multi-informatiedisplayZonder
multi-informatiedisplay
MODE schakelaar
RES/+ schakelaar
SET- schakelaar
OFF/CAN schakelaar
CANCEL schakelaar
RES schakelaar
OFF schakelaar MODE
schakelaar
SET- schakelaar SET+ schakelaar


Page 354 of 819

4–190
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
Display van afstelbare snelheidsbegrenzer
De status van de instelling van de afstelbare snelheidsbegrenzer wordt getoond in de Active
Driving Display (Type A instrumentengroep *1 ) of de display in de instrumentengroep (Type
B instrumentengroep *1 ).
*1 Zie Meters en tellers op pagina 4-27 om te bepalen met welke instrumentengroep uw
Mazda is uitgerust.
Standby display
Wordt getoond wanneer de snelheidsbegrenzerschakelaar wordt bediend en het systeem
wordt ingeschakeld.
Wordt uitgeschakeld wanneer het systeem wordt uitgeschakeld.
Actief rijden display Display in de instrumentengroep
Met
multi-informatiedisplayZonder
multi-informatiedisplay
Instellingsdisplay
Met kruissnelheidsregelaar
Wordt getoond wanneer de SET
schakelaar wordt bediend en de snelheid wordt ingesteld.
Met Mazda Radar Cruise Control (MRCC) systeem
Wordt getoond wanneer de SET
of SET schakelaar wordt bediend en de snelheid wordt
ingesteld.
Actief rijden display Display in de instrumentengroep
Met
multi-informatiedisplayZonder
multi-informatiedisplay


Page:   < prev 1-10 ... 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 91-100 101-110 ... 180 next >