MAZDA MODEL CX-30 2019 Handleiding (in Dutch)

Page 411 of 759

Vooruitrijcamera (FSC)*
▼Vooruitrijcamera (FSC)
Uw auto is uitgerust met een
vooruitrijcamera (FSC). De
vooruitrijcamera (FSC) is geplaatst
nabij de binnenspiegel en wordt
gebruikt door de volgende systemen.
xKoplampregelsysteem (HBC)xAdaptieve LED-koplampen (ALH)xRijstrookafwijkingswaarschuwingssyst
eem (LDWS)
xVerkeersbordherkenningsysteem
(TSR)
xDistance & Speed Alert (DSA)xVermoeidheidswaarschuwing (DAA)xMazda Radar Cruise Control
(MRCC)
xMazda Radar Cruise Control met
Stop & Go-functie (MRCC met Stop
& Go-functie)
xRijstrookassistent (LAS)xCruising & Traffic Support (CTS)xSmart Brake Support (SBS)
1. Vooruitrijcamera (FSC)

De vooruitrijcamera (FSC) bepaalt de
omstandigheden aan de voorzijde van
de auto bij het rijden in het donker en
herkent rijstroken. De afstand
waarover de vooruitrijcamera (FSC)
objecten kan herkennen varieert
afhankelijk van de
omgevingsomstandigheden.
WAARSCHUWING
Geen wijzigingen aan de vering
aanbrengen:
Als de hoogte van de auto of de
overhelling gewijzigd wordt, kan het
systeem voorliggende voertuigen niet
correct bespeuren. Dit heeft tot gevolg
dat het systeem niet normaal
functioneert of abusievelijk
functioneert, wat een ernstig ongeluk
kan veroorzaken.
OPGELET
¾Breng geen accessoires, stickers of
folie op de voorruit aan in de buurt
van de vooruitrijcamera (FSC).
Als het gedeelte voor de lens van de
vooruitrijcamera (FSC) door iets
geblokkeerd wordt, heeft dit tot
gevolg dat het systeem niet correct
functioneert. Dit kan tot gevolg
hebben dat de systemen niet
normaal kunnen functioneren wat
ongelukken kan veroorzaken.
¾De vooruitrijcamera (FSC) niet
demonteren of wijzigen.
Demonteren of wijzigen van de
vooruitrijcamera (FSC) heeft defect
raken of foutieve werking tot gevolg.
Dit kan tot gevolg hebben dat de
systemen niet normaal kunnen
functioneren wat ongelukken kan
veroorzaken.
¾Neem voor de juiste werking van de
vooruitrijcamera (FSC) de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht.
¾Wees voorzichtig de lens van de
vooruitrijcamera (FSC) niet te
beschadigen en voorkom dat deze
vuil wordt.
¾De afdekking van de
vooruitrijcamera (FSC) niet
verwijderen.
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
*Bepaalde modellen.4-241

Page 412 of 759

¾Plaats geen voorwerpen op het
instrumentenpaneel die licht
weerkaatsen.
¾Houd het gedeelte van de voorruit
rondom de vooruitrijcamera altijd
schoon door vuil of wasem te
verwijderen. Gebruik de
voorruitontwaseming om wasem
van de voorruit te verwijderen.
¾Raadpleeg een deskundige
reparateur (bij voorkeur een
officiële Mazda-reparateur) voor
wat betreft het reinigen van de
binnenzijde van de voorruit
rondom de vooruitrijcamera (FSC).
¾Raadpleeg een deskundige
reparateur (bij voorkeur een
officiële Mazda-reparateur)
alvorens reparaties rondom de
vooruitrijcamera (FSC) uit te
voeren.
¾De vooruitrijcamera (FSC) is aan
de voorruit gemonteerd.
Raadpleeg een deskundige
reparateur (bij voorkeur een
officiële Mazda-reparateur) voor
het repareren en vervangen van de
voorruit.
¾Zorg er voor bij het reinigen van de
voorruit dat er geen glasreiniger of
soortgelijke vloeibare
reinigingsmiddelen op de lens van
de vooruitrijcamera (FSC)
terechtkomen. Raak ook de lens
van de vooruitrijcamera (FSC) niet
aan.
¾Neem contact op met een
deskundige reparateur (bij
voorkeur een officiële
Mazda-reparateur) wanneer u
reparaties rondom de
binnenspiegel uitvoert.¾Raadpleeg een deskundige
reparateur (bij voorkeur een
officiële Mazda-reparateur)
betreffende het reinigen van de
cameralens.
¾De vooruitrijcamera (FSC) of het
gedeelte er om heen niet
blootstellen aan harde schokken of
stoten. Als er zeer hard tegen de
vooruitrijcamera (FSC) is gestoten
of als er barsten of beschadiging
als gevolg van bijvoorbeeld
steenslag in de buurt ervan
zichtbaar zijn, stoppen met het
gebruik van de volgende systemen
en een deskundige reparateur (bij
voorkeur een officiële
Mazda-reparateur) raadplegen.
¾Koplampregelsysteem (HBC)
¾Adaptieve
LED-koplampen
(ALH)
¾Rijstrookafwijkingswaarschuwing
ssysteem (LDWS)
¾Verkeersbordherkenningsysteem
(TSR)
¾Distance & Speed Alert (DSA)
¾Vermoeidheidswaarschuwing
(DAA)
¾Mazda Radar Cruise Control
(MRCC)
¾Mazda Radar Cruise Control met
Stop & Go-functie (MRCC met
Stop & Go-functie)
¾Rijstrookassistent (LAS)
¾Cruising & Traffic Support (CTS)
¾Smart Brake Support (SBS)
¾De richting waarin de
vooruitrijcamera (FSC) is geplaatst,
is met grote precisie afgesteld. De
installatiepositie van de
vooruitrijcamera (FSC) niet
veranderen en deze niet
verwijderen. Anders kan dit
beschadiging of defecten
veroorzaken.
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
4-242

Page 413 of 759

¾Gebruik altijd banden van het
voorgeschreven formaat voor alle
wielen en van hetzelfde merk, soort
en profielpatroon. Gebruik ook geen
banden met duidelijk verschillende
slijtagepatronen op dezelfde auto,
aangezien de kans bestaat dat het
systeem niet normaal functioneert.
¾De vooruitrijcamera (FSC) beschikt
over een functie die verontreiniging
van de voorruit bespeurt en de
bestuurder informeert, echter,
afhankelijk van de omstandigheden
is het mogelijk dat plastic zakken, ijs
of sneeuw op de voorruit niet
bespeurd worden. In dergelijke
gevallen kan het systeem niet
nauwkeurig een voorliggend voertuig
bepalen en bestaat de kans dat dit
niet normaal functioneert. Rijd altijd
voorzichtig en let op de weg vóór u.
OPMERKING
xIn de volgende gevallen kan de
vooruitrijcamera (FSC) doelobjecten
niet correct bespeuren, waardoor de
systemen niet normaal kunnen
functioneren.
xDe hoogte van het voorliggende
voertuig is laag.
xU rijdt met dezelfde snelheid als
het voorliggende voertuig.
xDe koplampen zijn bij avond of
tijdens het rijden door een tunnel
niet ingeschakeld.
xIn de volgende gevallen bestaat de
kans dat de vooruitrijcamera (FSC)
doelobjecten niet correct kan
bespeuren.
xBij slechte weersomstandigheden,
zoals regen, mist en sneeuw.
xDe ruitensproeier wordt gebruikt
of de voorruitenwissers worden
niet gebruikt wanneer het regent.
xIJs, mist, sneeuw, rijp, regen, vuil of
vreemde bestanddelen zoals een
plastic zak die op de voorruit
vastzit.
xVrachtwagens met lage
laadbodems en voertuigen met
een buitengewoon lage of hoge
opbouw.
xBij het rijden langs muren zonder
patronen (zoals hekwerken en in
de lengte gestreepte muren).
xDe achterlichten van het
voorliggende voertuig branden
niet.
xEr bevindt zich een voertuig buiten
het verlichtingsbereik van de
koplampen.
xBij het maken van een scherpe
bocht of het beklimmen of afdalen
van een steile helling.
xIn- of uitrijden van een tunnel.xDe auto is zwaar beladen zodat
deze achterover helt.
xEr schijnt fel licht aan de voorzijde
van de auto (achteruitrijlicht of
grootlicht van tegemoetkomende
voertuigen).
xHet voorliggende voertuig heeft
veel lichtbronnen.
xWanneer het voorliggende voertuig
niet uitgerust is met achterlichten
of de achterlichten bij donker niet
branden.
xWanneer lang uitstekende bagage
of lading op een gemonteerde
dakdrager vervoerd wordt die de
vooruitrijcamera (FSC) afdekt.
xUitlaatgas van het voertuig voor u,
zand, sneeuw of waterdamp dat
uit mangaten en goten opstijgt en
opspattend water.
xBij het slepen van een defect
voertuig.
xDe banden op de auto vertonen
duidelijk verschillende
slijtagepatronen.
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
4-243

Page 414 of 759

xBij het rijden op lange afdalingen
of hobbelige wegen.
xEr zijn waterplassen op de weg.xDe omgeving is donker, zoals bij
het rijden 's nachts, in de vroege
avond of ochtend, in een tunnel of
parkeergarage.
xDe helderheid van de
koplampverlichting is verminderd
of de koplampverlichting is
afgezwakt als gevolg van vuil of
een afwijkende optische as.
xHet doelobject komt in de dode
hoek van de vooruitrijcamera
(FSC).
xEen persoon of object springt
plotseling vlak voor uw auto de
weg op vanuit de berm.
xU verandert van rijstrook en nadert
een voorliggend voertuig.
xBij het buitengewoon dicht in de
buurt rijden van het doelobject.
xWanneer sneeuwkettingen of een
noodreservewiel zijn aangebracht.
xHet voorliggende voertuig heeft
een speciale vorm. Bijvoorbeeld
een voertuig dat een caravan of
bootaanhanger trekt, of een
autotransporter welke een voertuig
achterstevoren vervoert.
xAls de vooruitrijcamera (FSC) niet
normaal kan werken als gevolg van
regen, tegenlicht of mist, worden de
systeemfuncties die verband houden
met de vooruitrijcamera (FSC)
tijdelijk stopgezet en gaan de
volgende waarschuwingslampjes
branden. Dit duidt echter niet op
een defect.
xKoplampregelsysteem (HBC)
waarschuwingsindicatie/
waarschuwingslampje (oranje)
xAdaptieve LED-koplampen (ALH)
waarschuwingsindicatie/
waarschuwingslampje (oranje)
xi-ACTIVSENSE
waarschuwingsindicatie/
waarschuwingslampje
xAls de vooruitrijcamera (FSC) niet
normaal kan werken als gevolg van
hoge temperaturen, worden de
systeemfuncties die verband houden
met de vooruitrijcamera (FSC)
tijdelijk stopgezet en gaan de
volgende waarschuwingslampjes
branden. Dit duidt echter niet op
een defect. Laat het gedeelte
rondom de vooruitrijcamera (FSC)
afkoelen door bijvoorbeeld het
inschakelen van de airconditioning.
xKoplampregelsysteem (HBC)
waarschuwingsindicatie/
waarschuwingslampje (oranje)
xAdaptieve LED-koplampen (ALH)
waarschuwingsindicatie/
waarschuwingslampje (oranje)
xi-ACTIVSENSE
waarschuwingsindicatie/
waarschuwingslampje
xAls de vooruitrijcamera (FSC)
bespeurt dat de voorruit vuil of
beslagen is, worden de
systeemfuncties die verband houden
met de vooruitrijcamera (FSC)
tijdelijk stopgezet en gaan de
volgende waarschuwingslampjes
branden. Dit duidt echter niet op
een probleem. Verwijder het vuil van
de voorruit of druk op de
voorruitontwasemingsschakelaar en
ontwasem de voorruit.
xKoplampregelsysteem (HBC)
waarschuwingsindicatie/
waarschuwingslampje (oranje)
xAdaptieve LED-koplampen (ALH)
waarschuwingsindicatie/
waarschuwingslampje (oranje)
xi-ACTIVSENSE
waarschuwingsindicatie/
waarschuwingslampje
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
4-244

Page 415 of 759

xAls er duidelijk barsten of
beschadiging als gevolg van
bijvoorbeeld steenslag op de
voorruit zichtbaar zijn, de voorruit
altijd laten vervangen. Raadpleeg
een deskundige reparateur (bij
voorkeur een officiële
Mazda-reparateur) voor vervanging.
xDe vooruitrijcamera (FSC) herkent
voetgangers wanneer aan alle
onderstaande voorwaarden is
voldaan:
xDe lengte van een voetganger is
ongeveer 1 tot 2 meter.
xContouren, zoals die van het
hoofd, beide schouders of benen
kunnen worden bepaald.
xIn de volgende gevallen bestaat de
kans dat de vooruitrijcamera (FSC)
doelobjecten niet correct kan
bespeuren:
xEr lopen meerdere voetgangers of
groepen van personen.
xEen voetganger bevindt zich nabij
een afzonderlijk object.
xEen voetganger is gehurkt, zit of
ligt.
xEen voetganger springt plotseling
de weg op, vlak voor de auto.
xEen voetganger opent een paraplu,
of draagt een groot stuk bagage of
grotere voorwerpen.
xEen voetganger bevindt zich op
een donkere plek, zoals bij avond,
of is moeilijk te onderscheiden van
de achtergrond doordat zijn
kleding overeenkomt met de kleur
van de achtergrond.
Voorste radarsensor*
▼Voorste radarsensor
Uw auto is uitgerust met een voorste
radarsensor.
De volgende systemen maken
eveneens gebruik van de voorste
radarsensor.
xDistance & Speed Alert (DSA)xMazda Radar Cruise Control
(MRCC)
xMazda Radar Cruise Control met
Stop & Go-functie (MRCC met Stop
& Go-functie)
xCruising & Traffic Support (CTS)xSmart Brake Support (SBS)
De voorste radarsensor zendt
radiogolven uit die op hun beurt
weerkaatst worden door een
voorliggend voertuig of een obstakel.
De voorste radarsensor is gemonteerd
achter het voorembleem.
1. Voorste radarsensor

Als “Veiligheids- en bestuurdershulp-
systemen tijdelijk uitgeschakeld.
Voorste radar is bedekt. Rijd
voorzichtig.” wordt getoond op de
multi-informatiedisplay van de
instrumentengroep, het gedeelte
rondom de voorste radarsensor
reinigen.
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
*Bepaalde modellen.4-245

Page 416 of 759

OPGELET
Neem voor de juiste werking van elk
van de systemen de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht.
¾Breng geen stickers aan (inclusief
doorzichtige stickers) op de
buitenkant van de radiateurgrille en
het voorembleem in en rondom de
voorste radarsensor en vervang de
radiateurgrille en het voorembleem
niet door een product dat geen
origineel product is dat bestemd is
voor gebruik met de voorste
radarsensor.
¾De voorste radarsensor omvat een
functie voor het bespeuren van
verontreiniging van de voorzijde van
de radarsensor en het informeren
van de bestuurder. Echter afhankelijk
van de omstandigheden kan de
detectie van de verontreiniging enige
tijd duren en bestaat de kans dat
plastic zakken, ijs of sneeuw niet
bespeurd worden. In dit geval is het
mogelijk dat het systeem niet correct
functioneert. Houd de voorste
radarsensor dus altijd schoon.
¾Installeer geen grillebeschermplaat.
¾Als het voorste gedeelte van de auto
bij een botsing beschadigd is
geraakt, bestaat de kans dat de
voorste radarsensor uit zijn positie is
verschoven. Zet het systeem
onmiddellijk stop en laat de auto
altijd door een deskundige
reparateur (bij voorkeur een officiële
Mazda-reparateur) inspecteren.
¾Gebruik de voorbumper niet om
tegen andere voertuigen of obstakels
te duwen, zoals bij het wegrijden uit
een parkeerruimte. Anders bestaat
de kans dat tegen de voorste
radarsensor wordt gestoten en dat
de positie ervan gaat afwijken.
¾De voorste radarsensor niet
verwijderen, demonteren of
wijzigen.
¾Neem voor reparaties, vervangen van
onderdelen of spuitwerk rondom de
voorste radarsensor contact op met
een deskundige reparateur (bij
voorkeur een officiële
Mazda-reparateur).
¾Geen wijzigingen aan de vering
aanbrengen. Als er wijzigingen aan
de vering worden aangebracht, kan
dit de hoogte van de auto
veranderen en bestaat de kans dat
de voorste radarsensor het
voorliggende voertuig of een
obstakel niet correct kan bespeuren.
OPMERKING
xOnder de volgende omstandigheden
bestaat de kans dat de voorste
radarsensor voorliggende voertuigen
of obstakels niet correct kan
bespeuren en dat de systemen niet
normaal functioneren.
xDe radiogolven worden door de
achterzijde van een voorliggend
voertuig niet effectief weerkaatst,
zoals bij een ongeladen aanhanger
of een auto met een laadbak die
door een canvaszeil is afgedekt,
voertuigen met een achterklep van
hard plastic en voertuigen met
ronde vormen.
xVoorliggende voertuigen die laag
zijn met dus een kleiner gebied
voor het weerkaatsen van
radiogolven.
xHet uitzicht wordt verminderd als
gevolg van het opspatten van
water, sneeuw of zand van de
banden van een voorliggend
voertuig op uw voorruit.
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
4-246

Page 417 of 759

xWanneer de bagageruimte
beladen is met zware voorwerpen
of de achterpassagierszittingen
bezet zijn.
xIJs, sneeuw of verontreiniging op
de voorzijde van het voorembleem
aanwezig is.
xTijdens slechte
weersomstandigheden, zoals
regen, sneeuw of zandstormen.
xBij het rijden in de buurt van
installaties of voorwerpen die
krachtige radiogolven uitzenden.
xOnder de volgende omstandigheden
is het mogelijk dat de voorste
radarsensor voorliggende voertuigen
of obstakels niet kan bespeuren.
xHet begin en het einde van een
bocht.
xContinu bochtige wegen.xWegen met smalle rijstroken als
gevolg van wegwerkzaamheden of
afgesloten rijstroken.
xHet voorliggende voertuig komt in
de dode hoek van de radarsensor.
xHet voorliggende voertuig rijdt
abnormaal als gevolg van een
ongeluk of schade.
xWegen met herhaalde op- en
aflopende hellingen.
xRijden op slechte wegen of
onverharde wegen.
xDe afstand tussen uw auto en het
voorliggende voertuig is
buitengewoon kort.
xEen voertuig komt plotseling
dichtbij zoals bij het snijden in uw
rijstrook.
xGebruik om onjuiste werking van het
systeem te voorkomen banden van
dezelfde voorgeschreven maat,
fabrikant, merk en profiel op alle vier
wielen. Bovendien geen banden met
duidelijk zichtbaar verschillende
slijtagepatronen of
bandenspanningen op dezelfde auto
gebruiken (inclusief het
noodreservewiel).
xAls de accucapaciteit zwak is,
bestaat de kans dat het systeem niet
correct functioneert.
xBij het rijden op wegen met weinig
verkeer en weinig voorliggende
voertuigen of obstakels voor de
voorste radarsensor om te
bespeuren, bestaat de kans dat
“Veiligheids- en bestuurdershulp-
systemen tijdelijk uitgeschakeld.
Voorste radar is bedekt. Rijd
voorzichtig.” tijdelijk wordt getoond.
Dit duidt echter niet op een
probleem.
xDe radarsensoren zijn onderhevig
aan de betreffende
radiogolfbepalingen van het land
waarin met de auto wordt gereden.
Als de auto in het buitenland wordt
gebruikt, is er mogelijk goedkeuring
vereist van het land waarin met de
auto wordt gereden.
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
4-247

Page 418 of 759

Voorste zijradarsensor*
▼Voorste zijradarsensor
Uw auto is uitgerust met een voorste
zijradarsensor. De volgende systemen
maken eveneens gebruik van de
voorste zijradarsensor.
xVooruitrijwaarschuwingssysteem
(FCTA)
De voorste zijradarsensor detecteren
de radiogolven die door de
radarsensoren worden uitgezonden en
op hun beurt weerkaatst worden door
een voertuig dat aan de voorzijde voor
nadert of door een obstakel.
1. Voorste zijradarsensor

De voorste zijradarsensoren zijn
geïnstalleerd in de voorbumper, één
aan elke kant.
Houd het oppervlak van de
voorbumper in de buurt van de voorste
zijradarsensoren altijd schoon zodat de
sensoren normaal kunnen
functioneren. Breng ook geen
voorwerpen zoals stickers aan.
Zie Verzorging van de carrosserie op
pagina 6-60.
OPGELET
Als de voorbumper aan een zware
schok wordt blootgesteld, is het
mogelijk dat het systeem niet meer
normaal functioneert. Zet het systeem
onmiddellijk stop en laat de auto door
een deskundige reparateur (bij
voorkeur een officiële
Mazda-reparateur) inspecteren.
OPMERKING
xHet detectievermogen van de
voorste zijradarsensor is beperkt. In
de volgende gevallen bestaat de kans
dat het detectievermogen is
verminderd en dat het systeem niet
normaal functioneert.
xDe voorbumper in de buurt van de
voorste zijradarsensor is vervormd
geraakt.
xSneeuw, ijs of modder heeft zich
vastgezet op de voorste
zijradarsensor op de voorbumper.
xBij slechte weersomstandigheden,
zoals regen, sneeuw en mist.
xOnder de volgende omstandigheden
kan de voorste zijradarsensor geen
doelobjecten bespeuren of kunnen
deze moeilijk bespeurd worden.
xKleine motorfietsen, fietsen,
voetgangers, dieren, winkelwagens
en stilstaande objecten op of langs
de weg.
xVoertuigen met vormen die
radargolven niet goed
weerkaatsen, zoals lege opleggers
met een lage voertuighoogte en
sportauto's.
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
4-248*Bepaalde modellen.

Page 419 of 759

xBij het verlaten van de fabriek is bij
alle voertuigen de richting van de
voorste zijradarsensor afgesteld voor
een voertuig in beladen toestand,
zodat de voorste zijradarsensor
naderende voertuigen correct
kunnen bespeuren. Laat de auto
door een deskundige reparateur (bij
voorkeur een officiële
Mazda-reparateur) laten inspecteren
als de richting van de voorste
zijradarsensor om een bepaalde
reden is afgeweken.
xRaadpleeg een deskundige
reparateur (bij voorkeur een officiële
Mazda-reparateur) voor reparatie of
vervanging van de voorste
zijradarsensor, of bumperreparaties,
lakherstellingen en vervanging van
onderdelen in de buurt van de
radarsensoren.
xDe radarsensoren zijn onderhevig
aan de betreffende
radiogolfbepalingen van het land
waarin met de auto wordt gereden.
Als de auto in het buitenland wordt
gebruikt, is er mogelijk goedkeuring
vereist van het land waarin met de
auto wordt gereden.
Achterste zijradarsensor*
▼Achterste zijradarsensor
Uw auto is uitgerust met een achterste
zijradarsensor. De volgende systemen
maken eveneens gebruik van de
achterste zijradarsensor.
xDodehoekmonitor (BSM)xAchteruitrijwaarschuwingssysteem
(RCTA)
xSmart Brake Support [Rear Crossing]
(SBS-RC)
De achterste zijradarsensoren zendt
radiogolven uit en detecteert
radarsensoren die worden weerkaatst
worden door een voertuig dat van
achteren nadert of door een obstakel.
1. Achterste zijradarsensor

De achterste zijradarsensoren zijn
geïnstalleerd in de achterbumper, één
aan elke kant.
Houd het oppervlak van de
achterbumper in de buurt van de
achterste zijradarsensoren altijd
schoon zodat de sensoren normaal
kunnen functioneren. Breng ook geen
voorwerpen zoals stickers aan.
Zie Verzorging van de carrosserie op
pagina 6-60.
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
*Bepaalde modellen.4-249

Page 420 of 759

OPGELET
Als de achterbumper een zware impact
ontvangt, is het mogelijk dat het
systeem niet meer normaal
functioneert. Zet het systeem
onmiddellijk stop en laat de auto door
een deskundige reparateur (bij
voorkeur een officiële
Mazda-reparateur) inspecteren.
OPMERKING
xHet detectievermogen van de
achterste zijradarsensor is beperkt. In
de volgende gevallen bestaat de kans
dat het detectievermogen is
verminderd en dat het systeem niet
normaal functioneert.
xDe achterbumper in de buurt van
de achterste zijradarsensor is
vervormd geraakt.
xSneeuw, ijs of modder heeft zich
vastgezet op de achterste
zijradarsensor op de
achterbumper.
xBij slechte weersomstandigheden,
zoals regen, sneeuw en mist.
xOnder de volgende omstandigheden
kunnen de achterste zijradarsensoren
geen doelobjecten bespeuren of
kunnen deze moeilijk bespeurd
worden.
xKleine motorfietsen, fietsen,
voetgangers, dieren, winkelwagens
en stilstaande objecten op of langs
de weg.
xVoertuigen met vormen die
radargolven niet goed
weerkaatsen, zoals lege opleggers
met een lage voertuighoogte en
sportauto's.
xBij het verlaten van de fabriek is bij
alle voertuigen de richting van de
achterste zijradarsensor afgesteld
voor een voertuig in beladen
toestand, zodat de achterste
zijradarsensoren naderende
voertuigen correct kunnen
bespeuren. Laat de auto door een
deskundige reparateur (bij voorkeur
een officiële Mazda-reparateur) laten
inspecteren als de richting van de
achterste zijradarsensor om een
bepaalde reden is afgeweken.
xRaadpleeg een deskundige
reparateur (bij voorkeur een officiële
Mazda-reparateur) voor reparatie of
vervanging van de achterste
zijradarsensor, of bumperreparaties,
lakherstellingen en vervanging van
onderdelen in de buurt van de
radarsensoren.
xDe radarsensoren zijn onderhevig
aan de betreffende
radiogolfbepalingen van het land
waarin met de auto wordt gereden.
Als de auto in het buitenland wordt
gebruikt, is er mogelijk goedkeuring
vereist van het land waarin met de
auto wordt gereden.
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
4-250

Page:   < prev 1-10 ... 371-380 381-390 391-400 401-410 411-420 421-430 431-440 441-450 451-460 ... 760 next >