Peugeot 206 SW 2003 Handleiding (in Dutch)

Page 101 of 168

26-05-2003
UW 206 IN DETAIL95
Ruitenwissers v——r met intervalstand 2 Hoge snelheid (hevigeneerslag).
1 Normale snelheid (matigeregenval).
I Interval.
0 Uit.


EŽn keer wissen (omlaagduwen).
In de Intervalstand wordt de snel-
heid van de wissers aangepast aande rijsnelheid.
Ruitensproeiers en koplampsproeiers
Trek de ruitenwisserschakelaar naar u toe. De ruitensproeiers treden inwerking, waarna enige tijd de ruiten-wissers worden ingeschakeld om deruit schoon te wissen. De koplampsproeiers treden gelijk, gedurende twee seconden, met deruitensproeiers in werking indien de
dim-/grootlichten branden .
RUITENWISSERSCHAKELAAR
Ruitenwissers v——r met automatische stand2 Hoge snelheid (hevigeneerslag).
1 Normale snelheid (matigeregenval).
AUTO Automatisch wissen.
0 Uit.


EŽn keer wissen (omlaagduwen).
In de stand AUTOwordt de snelheid
van de wissers aangepast aan dehoeveelheid neerslag.Nadat het contact is afgezet met de ruitenwisserschakelaar in eenbepaalde stand, dient deze func-tie weer geactiveerd teworden: Ð zet de schakelaar in een willekeu- rige stand,
Ð zet de schakelaar vervolgens in de gewenste stand.

Page 102 of 168

26-05-2003
UW 206 IN DETAIL
96
Automatische ruitenwissers In de stand AUTOwerkt de ruiten-
wisser automatisch en wordt de
snelheid van de wissers aan de hoeveelheid neerslag aangepast. Controle van werkingInschakelen Bij het inschakelen van de automati- sche ruitenwissers verschijnt demelding "Automatisch wissen
aan" op het multifunctionele display.
In het geval van een storing wordt
de bestuurder gewaarschuwd meteen geluidssignaal en de melding"
Storing automatische ruitenwissers"
op het multifunctionele display.In het geval van een storing wer-
ken de ruitenwissers als de schake-laar in de stand AUTOstaat in de
intervalstand.
Raadpleeg een PEUGEOT-service-
punt om het systeem te laten controleren.
Dek de regensensor, op de voorruit achter debinnenspiegel, niet af.Zet het contact uit als de
auto gewassen wordt in een was-straat of controleer of de schakelaarniet in de stand voor automatischwissen staat.
Wacht 's winters met het inscha-kelen van het automatisch wissentot de voorruit ontdooid is.Ruitenwisser achter
Draai de ring Ain de eerste
stand voor de intervalscha- keling.
Ruitensproeier achter
Draai de ring Avoorbij de
eerste stand, zodat deruitensproeier in werking treedten vervolgens de ruitenwisserenige tijd wordt ingeschakeld.
206 SW: de ruitenwisser en -sproeier
achter kunnen niet worden ingescha-keld als de achterruit is geopend.

Page 103 of 168

26-05-2003
UW 206 IN DETAIL97
BOORDCOMPUTER Als de knop op het uiteinde van de ruitenwisserschakelaarmeermaals wordt inge-
drukt, worden achtereenvolgens aangegeven:
Display B
Ð de actieradius,
Ð de afgelegde afstand,
Ð het gemiddelde verbruik,
Ð het momentele verbruik,
Ð de gemiddelde snelheid. Op 0 zetten Druk meer dan 2 seconden op de knop. Display C
Ð het momentele verbruik en de actieradius;
Ð het gemiddelde verbruik, de afgelegde afstand en de
gemiddelde snelheid berekend over een periode "1";
Ð het gemiddelde verbruik, de afgelegde afstand en de gemiddelde snelheid berekend over een periode "2".
De periodes "1"en "2" worden bepaald door de frequentie
waarmee de teller op nul gezet wordt. Zo kan de periode "1" gelden voor een dagelijks verbruik en de periode "2"
voor een gemiddeld verbruik over een maand. Op 0 zetten Druk de knop meer dan 2 seconden in zodra de gewenste periode wordt aangegeven.

Page 104 of 168

UW 206 IN DETAIL
98
Actieradius In deze stand geeft de computer het aantal kilometers dat met de reste-rende hoeveelheid brandstof geredenkan worden. Opmerking: dit getal kan verhoogd
worden door een verandering in de rijstijl of van het landschap, met alsgevolg een aanzienlijke verlagingvan het momenteel verbruik. Als de resterende hoeveelheid brand-
stof in de tank minder is dan 3 liter,
branden er slechts 3 streepjes op de
display.
Momenteel verbruik Dit is het verbruik dat geregistreerd is tijdens de laatste 2 seconden.Deze informatie verschijnt alleen alser met een snelheid hoger dan 20 km/h wordt gereden. Gemiddeld verbruik Het gemiddelde verbruik is de verhouding tussen de verbruiktebrandstof en het aantal afgelegdekilometers sinds de laatste nulstel-
ling van de boordcomputer.
Gemiddelde snelheid De gemiddelde snelheid wordt verkregen door de sinds de laatstenulstelling afgelegde afstand tedelen door de tijd dat de auto ingebruik is (contact aan). Afgelegde afstand In deze stand geeft de boordcomputer de afgelegde afstand sinds de laatstenulstelling aan. Na het op nul stellen van de boord- computer is de weergegeven actiera-
dius pas na enige tijd betrouwbaar.
Raadpleeg een PEUGEOT-service- punt wanneer er tijdens het rijdenhorizontale streepjes op de displayverschijnen, in plaats van cijfers.
26-05-2003

Page 105 of 168

26-05-2003
UW 206 IN DETAIL99
ZIJRUITEN ACHTER (3-DEURS) Kantel de hendel naar voren en duw de ruit open.
ELEKTRISCH BEDIENDE PORTIERRUITEN
1. Schakelaar ruitbediening bestuurderszijde
U heeft 2 mogelijkheden: Ð Handbediening:Duw of trek de schakelaar 1tot
het zware punt. De ruit stopt zodra de toets wordt losgelaten.
Ð Automatische bediening: Duw of trek de schakelaar 1tot
voorbij het zware punt. De ruit opent of sluit volledig.
Het automatisch sluiten werkt alleenbij de ruit van het bestuurdersportier
en bij draaiende motor. 2. Schakelaar ruitbediening
passagierszijde
3. Schakelaar ruitbediening links achter.
4. Schakelaar ruitbediening rechts achter.
Blokkeerschakelaar elektrischbediende ruiten achter(beveiliging voor kinderen) Met behulp van deze schakelaar kan de bediening van de elektrischbediende ruiten achter geblokkeerdworden. Druk 1 keer op de schakelaar (het lampje van de knop gaat branden)om de blokkering te activeren. Druknogmaals op de schakelaar (hetlampje gaat uit) om de blokkering tedeactiveren.
Neem bij het verlaten van de auto, zelfs voor eenkorte periode, altijd desleutel uit het contact.
Wanneer tijdens het bedienen vande ruit iets tussen de ruit en desponning bekneld raakt, moet deruit weer worden geopend. Drukdaarvoor op de desbetreffende
schakelaar.
Wanneer de bestuurder de ruit aan passagierszijde bedient, moet dezeervan verzekerd zijn dat niets hetcorrecte sluiten van de ruitverhindert. De bestuurder moet ervan verze- kerd zijn dat de passagiers op dejuiste manier gebruik maken vande elektrische ruitbediening. Zorg ervoor dat ook kinderen zich tijdens het bedienen van de ruitenniet kunnen bezeren.

Page 106 of 168

26-05-2003
UW 206 IN DETAIL
Binnenspiegel De binnenspiegel kent 2 standen:
Ð dagstand (normaal),
Ð nachtstand (antiverblinding).De spiegel kan in de dag- en nacht- stand gezet worden met behulp vanhet hendeltje aan de onderzijde.Handmatig verstelbare buitenspiegels Stel de spiegel met behulp van de hendel in de gewenste stand.
Tijdens het parkeren kunnen de
buitenspiegels handmatig ingeklaptworden.
ELEKTRISCH VERSTELBARE BUITENSPIEGELS Draai knop
1naar links of rechts om de
desbetreffende spiegel te selecteren. Duw knop 1in de 4 richtingen om de
spiegel af te stellen. Elektrisch inklapbare spiegels Draai, als het contact aan is, knop 1in
stand A.
Het uiteinde van het glas van de buitenspiegel aan bestuurderszijde is asferisch (dit gedeelte is door middel van een stippellijn afgetekend) om de "dode hoek" op te heffen.
De weergegeven objecten in de spiegels aan bestuurders- en passa-gierszijde lijken verder af dan ze in werkelijkheid zijn.
Hiermee moet rekening worden gehouden om de afstand ten opzichte van achter-opkomend verkeer goed in te schatten.
100

Page 107 of 168

26-05-2003
Plafonnier achter (206 SW)Aan zodra een portier, de achterklep of de achterruitwordt geopend. De plafon-nier knippert als tijdens het
rijden een portier, de achter-klep of achterruit niet goedgesloten is. Uit
Brandt constant als het contact aan is of in de standaccessoires staat.
UW 206 IN DETAIL
102
PLAFONNIERS
Plafonnier voor (knop A)
Aan zodra een portier, de achterklep (206 SW) of deachterruit (206 SW) wordt
geopend. De plafonnier
knippert als tijdens het
rijden een portier, de achter-klep of achterruit niet goedgesloten is. Uit Brandt constant als het con- tact aan is of in de standaccessoires staat. ZONNEKLEP De zonnekleppen zijn voorzien van make-upspiegels, aan bestuurders-zijde is deze met een klepje afgedekt.VENSTERS VOOR TOL-/
PARKEERKAARTEN De athermische voorruit bevat twee niet-reflecterende gedeelten aanweerskanten van de binnenspiegel. Hier kunnen de tol- en/of parkeer- kaarten worden bevestigd.
Kaartleeslampje Draai, als de sleutel in de stand accessoires staat of als het contactis aangezet, de knop
Brechts- of
linksom.

Page 108 of 168

26-05-2003
UW 206 IN DETAIL101
KOPLAMPVERSTELLING Afhankelijk van de belading kan de koplamphoogte afgesteld worden.
0- 1 of 2 personen op de voor- stoelen
Ð- 3 personen
1- 5 personen
2- 5 personen + maximaal toege-stane belading
3- Bestuurder + maximaal toege-stane belading
Oorspronkelijke koplamphoogte:stand 0
STUURWIEL IN HOOGTE VERSTELLEN Druk bij stilstaande auto de hendel naar beneden om het stuurwiel teontgrendelen. Zet het stuurwiel in de gewenste stand en trek aan de hendel om hetstuurwiel te vergrendelen. Claxon
Druk op een van de spakenof in het midden van hetstuurwiel.

Page 109 of 168

26-05-2003
UW 206 IN DETAIL103
ASBAK VîîR
Sluit de asbak om deze te verwijderen.
Trek aan de lip en trek de asbak omhoog.
AANSTEKER Druk de aansteker in en wacht enkele ogenblikken tot de aanstekeruit zichzelf terugspringt. Hij kan worden gebruikt als het contact in de stand accessoires (1 e
stand van
de sleutel) of AAN staat.
DASHBOARDKASTJE
Trek aan de handgreep om het dashboardkastje te openen. De verlichting van het dashboard- kastje gaat dan branden. 1. Vak voor boorddocumentatie.
2. Bekerhouder.
3. Pennenhouder.
4. Brillenvak.
5. Kaartenvak.
6. Muntenvak.

Page 110 of 168

26-05-2003
UW 206 IN DETAIL
104
Sjorogen Zet uw bagage vast met behulp van de sjorogen op de vloer van debagageruimte en op de achterbank-leuning. Bagagenet Het bagagenet is bevestigd aan de sjorogen en biedt de mogelijkheiduw bagage vast te zetten.
INDELING BAGAGERUIMTE (3-/5-DEURS)
Riemen Met behulp van een riem aan de zijkant van de bagageruimte kunnendiverse voorwerpen (bidons, ver-bandtrommel, ...) worden vastgezet.
Hoedenplank
Verwijderen van de hoedenplank:
Ð Maak de twee koorden 1los.
Ð Til de hoedenplank iets op en verwijder hem.
Er zijn meerdere mogelijkheden om de hoedenplank op te bergen:
Ð Achter de voorstoelen.
Ð Achter de achterbank, met behulpvan het bagagenet.
Ð Plat in de bagageruimte.

Page:   < prev 1-10 ... 61-70 71-80 81-90 91-100 101-110 111-120 121-130 131-140 141-150 ... 170 next >