Peugeot 508 2014 Handleiding (in Dutch)
Page 41 of 352
1
39
Controle tijdens het rijden
508_nl_Chap01_controle de marche_ed01-2014
Traject resetten
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats als tijdens het rijden de streepjes continu worden weergegeven.
Deze functie wordt alleen weergegeven bij snelheden vanaf 30 km/h.
Deze waarde kan variëren door een gewijzigde rijstijl of het rijden op een helling, waardoor het momentele brandstofverbruik aanzienlijk kan wijzigen.
Boordcomputer, enkele definities...
Actieradius
(km of miles) De actieradius geeft aan hoeveel kilometer u nog met de resterende hoeveelheid brandstof kunt rijden, berekend op basis van het gemiddelde verbruik over de laatste afgelegde kilometers.
Als de actieradius minder dan 30 km bedraagt, verschijnen streepjes op het display. Na het tanken van minimaal 5 liter brandstof wordt de actieradius opnieuw berekend en weergegeven als deze meer dan 100 km bedraagt.
Momenteel verbruik
(l/100 km, km/l of mpg) Dit is het gemiddelde brandstofverbruik over de laatste seconden.
Gemiddeld verbruik
(l/100 km, km/l of mpg) Dit is het gemiddelde verbruik sinds de laatste nulstelling van de boordcomputer.
Gemiddelde snelheid
(km/h of mph) Dit is de gemiddelde snelheid sinds de laatste nulstelling van de boordcomputer (contact aan).
Druk de toets langer dan twee seconden in zodra het gewenste traject wordt aangegeven of houd de linker draaiknop op het stuurwiel ingedrukt. De trajecten "1" en "2" zijn onafhankelijk en hebben dezelfde eigenschappen. Traject "1" kan bijvoorbeeld gebruikt worden voor een dagelijks verbruik en traject "2" voor een maandelijks verbruik.
Page 42 of 352
40
Controle tijdens het rijden
508_nl_Chap01_controle de marche_ed01-2014
Stop & Start-teller
(minuten/seconden of uren/minuten) Als uw auto is uitgerust met Stop & Start, registreert een teller hoelang de STOP-stand tijdens een traject is geactiveerd. De teller wordt, elke keer als u het contact met de sleutel aanzet, weer op nul gezet.
Page 43 of 352
1
41
Controle tijdens het rijden
508_nl_Chap01_controle de marche_ed01-2014
Datum en tijd instellen
Autoradio / Bluetooth
Druk op MENU .
Selecteer met de pijltjestoetsen " Persoonlijke instellingen - Configuratie " en bevestig uw keuze.
Selecteer met de pijltjestoetsen " Configuratie display " en bevestig uw keuze.
Selecteer met de pijltjestoetsen " Datum en tijd instellen " en bevestig uw keuze.
Selecteer de parameter die u wilt wijzigen. Bevestig uw keuze door op de toets OK te drukken, verander dan de waarde en bevestig dit nogmaals om de nieuwe instelling op te slaan.
Stel de parameters één voor één in en bevestig dit steeds door op de toets " OK " te drukken. Selecteer dan de tab " OK" op het display en bevestig uw keuze om het menu " Datum en tijd instellen " te verlaten.
Page 44 of 352
42
Controle tijdens het rijden
508_nl_Chap01_controle de marche_ed01-2014
Peugeot Connect Nav+
Druk op SETUP voor het menu " Configuratie ".
Selecteer " Configuratie display " en bevestig uw keuze.
Selecteer " Datum en tijd instellen " en bevestig uw keuze.
Selecteer " Minuten synchroniseren via GPS " om de instelling van de
minuten automatisch te laten doen door het systeem.
Selecteer het item dat u wilt wijzigen. Druk op de toets OK om de selectie te bevestigen, verander de instelling en bevestig de wijziging nogmaals om de nieuwe gegevens op te slaan.
Verander de instellingen één voor één. Selecteer vervolgens " OK " op het scherm en bevestig de wijzigingen om ze in het geheugen op te slaan.
Page 45 of 352
2
43
Toegang tot de auto
508_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2014
U kunt om de auto te ontgrendelen of vergrendelen de centrale vergrendeling bedienen met de sleutel in het portierslot of met de afstandsbediening. De sleutel met afstandsbediening dient tevens voor de lokalisatie en het starten van de auto en maakt deel uit van de diefstalbeveiliging.
Sleutel met afstandsbediening
Uitklappen van de sleutel
Druk op deze knop om de sleutel uit te klappen.
Inklappen van de sleutel
Druk op deze knop om de sleutel in te klappen. Wanneer u deze knop niet indrukt bij het inklappen van de sleutel, kan het mechanisme beschadigd raken.
Page 46 of 352
44
Toegang tot de auto
508_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2014
Systeem waarmee de auto geopend, gesloten en gestart kan worden zonder dat u de elektronische sleutel tevoorschijn hoeft te halen. Kan ook worden gebruikt als afstandsbediening.
"Keyless entry and start"-systeem
Openen van de auto
Volledig ontgrendelen
Met de sleutel
Draai de sleutel in de richting van de voorzijde van de auto om de auto te ontgrendelen.
Met de afstandsbediening
Druk op het geopende hangslot om de auto te ontgrendelen.
Met de elektronische sleutel
Als u de elektronische sleutel op zak hebt binnen de detectiezone, kunt u de auto ontgrendelen door uw hand op de achterzijde van de portiergreep te leggen. Trek vervolgens aan de portiergreep om het portier te openen. Ook uw passagiers kunnen de portieren (maar niet de achterklep) openen als de elektronische sleutel zich in de detectiezone bevindt.
Als deze knop ingedrukt wordt gehouden, worden de ruiten automatisch geopend.
Het ontgrendelen wordt bevestigd door het gedurende ongeveer 2 seconden snel knipperen van de
richtingaanwijzers. Tegelijkertijd worden, afhankelijk van de uitvoering van de auto, de buitenspiegels uitgeklapt.
Raadpleeg om te voorkomen dat na het vergrendelen de ruiten per ongeluk geopend kunnen blijven het PEUGEOT-netwerk om deze functie te laten uitschakelen.
Omwille van de veiligheid en ter voorkoming van diefstal: laat nooit de elektronische sleutel in de auto achter, ook niet wanneer u in de buurt bent. Het is raadzaam de sleutel bij u te houden, bijvoorbeeld in uw kleding of tas.
Page 47 of 352
2
45
Toegang tot de auto
508_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2014
Selectieve ontgrendeling
Alleen het bestuurdersportier ontgrendelen: druk één keer op het geopende hangslot.
Met de afstandsbediening
De selectieve ontgrendeling kan worden ingesteld met behulp van het configuratiemenu op het display van het instrumentenpaneel. Standaard is de volledige ontgrendeling geactiveerd.
Met de elektronische sleutel
Steek om alleen het bestuurdersportier te ontgrendelen, terwijl u de elektronische sleutel op zak hebt, uw hand achter de portiergreep van het bestuurdersportier en trek het portier open. Steek om de auto volledig te ontgrendelen uw hand achter de portiergreep van een van de andere portieren, aan de zijde waar de elektronische sleutel zich bevindt, en trek het portier open.
Het ontgrendelen wordt bevestigd door het gedurende ongeveer 2 seconden snel knipperen van de richtingaanwijzers. Tegelijkertijd worden, afhankelijk van de uitvoering van de auto, de buitenspiegels uitgeklapt.
De overige portieren en de achterklep ontgrendelen: druk nogmaals op het geopende hangslot.
Vuil (vocht, stof, modder, zout, ...) op de binnenzijde van de portiergreep kan de detectie negatief beïnvloeden. Als na het reinigen van de binnenzijde van de portiergreep met een doek het probleem niet is verholpen, raadpleeg dan het PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats. Plotseling contact met water (waterstraal, hogedrukspuit, ...) kan door het systeem worden beschouwd als een verzoek om ontgrendelen van de auto.
Page 48 of 352
46
Toegang tot de auto
508_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2014
Ontgrendelen van de bagageruimte
Met de afstandsbediening
Druk op deze knop om de auto te ontgrendelen en de bagageruimte te openen.
Met de elektronische sleutel
Druk als de elektronische sleutel zich binnen het detectiebereik bevindt op de knop 1 (Berline) of trek aan de handgreep 2 (SW) om de auto te ontgrendelen en de bagageruimte te openen.
Selectieve ontgrendeling bagageruimte geactiveerd
Het selectief ontgrendelen van de bagageruimte kunt u instellen met behulp van het configuratiemenu op het display van het instrumentenpaneel.
Standaard is deze functie uitgeschakeld. Met de afstandsbediening of de elektronische sleutel wordt dan alleen de bagageruimte ontgrendeld en/of geopend.
Vergeet niet de bagageruimte weer te vergrendelen.
Page 49 of 352
2
47
Toegang tot de auto
508_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2014
Sluiten van de auto
Normale vergrendeling
Met de sleutel
Draai de sleutel in de richting van de achterzijde van de auto om de auto volledig te vergrendelen.
Met de afstandsbediening
Druk op het gesloten hangslot om de auto volledig te vergrendelen.
Met de elektronische sleutel
Druk, als de elektronische sleutel zich binnen het detectiebereik bevindt, met een van uw vingers op de portiergreep (bij de merktekens) om de auto te vergrendelen. Druk, als de elektronische sleutel zich binnen het detectiebereik bevindt, bij de achterklep (alleen bij de SW) op een knop om de auto te vergrendelen.
Wanneer u de sleutel in de vergrendelstand gedraaid houdt, de knop van de afstandsbediening ingedrukt houdt of uw vinger op de portiergreep houdt, worden ook de ruiten en het schuifdak gesloten. Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk om deze functie te laten deactiveren.
Verlaat om veiligheidsredenen (kinderen in de auto) de auto nooit, zelfs niet voor een korte tijd, zonder de sleutel mee te nemen. Wees bedacht op diefstal als de elektronische sleutel zich binnen het detectiebereik bevindt terwijl uw auto ontgrendeld is.
Het vergrendelen wordt bevestigd door het gedurende ongeveer 2 seconden branden van de richtingaanwijzers. Tegelijkertijd worden, afhankelijk van de uitvoering van de auto, de buitenspiegels ingeklapt. De auto kan niet worden vergrendeld als een van de elektronische sleutels zich nog in de auto bevindt of het
contact aan is gezet.
Als één van de portieren of de achterklep geopend is of als een van de elektronische sleutels zich in de auto bevindt, werkt de centrale vergrendeling niet. Als de auto is vergrendeld en per ongeluk wordt ontgrendeld zonder dat binnen ongeveer 30 seconden een van de portieren wordt geopend, wordt de auto automatisch weer vergrendeld. Het in- en uitklappen van de buitenspiegels met de afstandsbediening kan worden uitgeschakeld door het PEUGEOT-netwerk.
Page 50 of 352
48
Toegang tot de auto
508_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2014
Supervergrendeling
De supervergrendeling blokkeert het van buitenaf en van binnenuit openen van de portieren. Als de supervergrendeling is ingeschakeld, is ook de vergrendelingsschakelaar in het interieur buiten werking. Schakel daarom nooit de supervergrendeling in als er zich iemand in de auto bevindt.
Met de sleutel
Draai de sleutel richting de achterzijde van de auto om de auto volledig te vergrendelen. Draai binnen 5 seconden de sleutel nogmaals richting de achterzijde van de auto om de supervergrendeling van de auto in te schakelen.
De supervergrendeling wordt bevestigd door het gedurende ongeveer 2 seconden branden van de richtingaanwijzers.
Met de afstandsbediening
Druk op het gesloten hangslot om de auto volledig te vergrendelen of druk langer dan 2 seconden op het gesloten hangslot om ook de ruiten te sluiten.
Met de elektronische sleutel
Via de portieren: Druk, als de elektronische sleutel zich vlak bij de auto bevindt, met een vinger op de portiergreep (bij de merktekens) om de auto te vergrendelen. Druk binnen vijf seconden nogmaals op de portiergreep om de supervergrendeling in te schakelen.
Via de achterklep (uitsluitend SW): Druk, als de elektronische sleutel zich binnen het bepaalde gebied bevindt, op de knop om de auto te vergrendelen. Druk binnen vijf seconden nogmaals op de knop om de supervergrendeling in te schakelen. Druk binnen 5 seconden nogmaals op het gesloten hangslot om de supervergrendeling van de auto in te schakelen.