TOYOTA CAMRY 2023 Instructieboekje (in Dutch)

Page 261 of 514

WAARSCHUWING!(Vervolg)
Voorkomen van schade aan de
stoelverwarming
Neem, om de kans op brandwonden of
oververhitting te beperken, de
volgende voorzorgsmaatregelen in
acht:
• Bedek de stoel niet met een kleed of
kussen als de stoelverwarming in
gebruik is.
• Gebruik de stoelverwarming niet
langer dan noodzakelijk is.
OPMERKING
• Plaats geen zware voorwerpen met
een ongelijkmatig oppervlak op de
stoel en leg geen scherpe
voorwerpen (naalden, punaises, enz.)
op de stoel.
• Gebruik de functies niet wanneer het
hybridesysteem niet is ingeschakeld,
om te voorkomen dat de 12V-accu
ontladen raakt.
Stuurwielverwarming
Schakelt de stuurwielverwarming in/uit
Auto's met linkse besturingAuto's met rechtse besturing
Wanneer de stuurwielverwarming in
werking is, gaat het controlelampje
branden.
Werkingsvoorwaarden
De stuurwielverwarming kan worden
gebruikt wanneer het contact AAN staat.
Stoelverwarming voor
Zonder stoelventilatoren
Met stoelventilatoren
Elke keer dat de schakelaar wordt
ingedrukt, wijzigt de werking als volgt.
5.1 Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
259
5
Voorzieningen in het interieur

Page 262 of 514

Hoog (3 segmenten branden)→midden
(2 segmenten branden)→laag
(1 segment brandt)→uit
De niveau-indicator (oranje) gaat tijdens
de werking branden.
Werkingsvoorwaarden
De stoelverwarming voor kan worden
gebruikt wanneer het contact AAN staat.
Stoelverwarming achter
1. Klap de armsteun achter omlaag.
2. Druk op
om het bedieningspaneel
achter in te schakelen.
3. Kies de toets
.
Wanneer de stoelverwarming achter
wordt ingeschakeld, gaat het
controlelampje branden.
• De stoelverwarming achter kan
worden gebruikt wanneer het contact
AAN staat.
• Het bedieningspaneel achter wordt
uitgeschakeld wanneer dit gedurende
ongeveer 10 seconden niet wordt
bediend.
• Wijzigen van de instellingen van het
bedieningspaneel achter (→blz. 256)Stoelventilatoren
Elke keer dat de schakelaar wordt
ingedrukt, wijzigt de werking als volgt.
Hoog (3 segmenten branden)→midden
(2 segmenten branden)→laag
(1 segment brandt)→uit
De niveau-indicator (groen) gaat tijdens
de werking branden.
Werkingsvoorwaarden
Het contact AAN staat.
Aan airconditioning gekoppelde
regelmodus
Wanneer het toerental van de
stoelventilator hoog is, wordt het
toerental hoger overeenkomstig de
aanjagersnelheid van de airconditioning.
5.1 Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
260

Page 263 of 514

5.2 Gebruik van de interieurverlichting
5.2.1 Overzicht interieurverlichting
1Interieurverlichting voor/leeslampjes
2Selectiehendelverlichting
3Verlichting binnenportiergreep
4Verlichting middenarmsteun
achterstoel
5Leeslampjes achter
6Instapverlichting
7Verlichting middenconsole voor
8Voetenruimteverlichting
Interieurverlichting
De leeslampjes achter worden samen met
de interieurverlichting voor
in-/uitgeschakeld.
1Schakelt de verlichting in/uit
(gekoppeld aan positie portieren).
2Schakelt de verlichting in/uit
Leeslampjes
Voor
Schakelt de verlichting in/uit
5.2 Gebruik van de interieurverlichting
261
5
Voorzieningen in het interieur

Page 264 of 514

Achter
Schakelt de verlichting in/uit
Verlichting middenarmsteun
achterstoel
Schakelt de verlichting in/uit (wanneer
de achterlichten zijn ingeschakeld)
Instapverlichting
De verlichting wordt automatisch in- en
uitgeschakeld, afhankelijk van de stand
van het contact, de aanwezigheid van de
elektronische sleutel, het vergrendeld/
ontgrendeld zijn van de portieren en het
geopend/gesloten zijn van de portieren.Voorkomen dat de 12V-accu te ver
ontladen raakt
Als de interieurverlichting blijft branden
nadat het contact UIT is gezet, gaat de
verlichting na 20 minuten automatisch
uit.
De interieurverlichting kan
automatisch gaan branden als
Als een van de airbags wordt geactiveerd
of bij een harde aanrijding van achteren
wordt de interieurverlichting
automatisch ingeschakeld.
De interieurverlichting wordt na
ongeveer 20 minuten automatisch
uitgeschakeld. De interieurverlichting
kan handmatig worden uitgeschakeld.
Om verdere aanrijdingen te voorkomen
verdient het echter aanbeveling de
verlichting te laten branden totdat de
veiligheid gegarandeerd is.
(De interieurverlichting wordt mogelijk
niet automatisch ingeschakeld,
afhankelijk van de kracht en de
omstandigheden van de aanrijding.)
Persoonlijke voorkeursinstellingen
Bepaalde functies kunnen worden
aangepast aan de persoonlijke voorkeur.
5.2 Gebruik van de interieurverlichting
262

Page 265 of 514

5.3 Gebruik van de opbergmogelijkheden
5.3.1 Overzicht van opbergmogelijkheden
1Extra opbergvak (indien aanwezig)
2Dashboardkastje
3Fleshouders/portiervakken
(→blz. 264)
4Bekerhouders (→blz. 265)
5Consolevak (→blz. 264)
6Extra opbergvak/open opbergvak
(→blz. 266, blz. 267)
7Muntenhouder (→blz. 264)
WAARSCHUWING!
• Laat geen brillen, aanstekers of
spuitbussen in de opbergvakken
liggen. Als u dat wel doet, kan dat bij
hoge temperaturen leiden tot het
volgende:
– Brillen kunnen vervormen als de
temperatuur in de auto te hoog
oploopt of barsten als ze in contact
komen met andere voorwerpen.
– Aanstekers en spuitbussen kunnen
exploderen. Als ze in contact komen
met andere voorwerpen, kunnen
aanstekers vlam vatten en kunnen
spuitbussen gas gaan lekken,
waardoor brand kan ontstaan.
WAARSCHUWING!(Vervolg)
• Houd de deksels gesloten tijdens het
rijden of als de opbergvakken niet in
gebruik zijn. Bij plotseling remmen of
uitwijken kan letsel ontstaan doordat
een inzittende wordt geraakt door de
open klep of door voorwerpen in het
opbergvak.
5.3 Gebruik van de opbergmogelijkheden
263
5
Voorzieningen in het interieur

Page 266 of 514

Dashboardkastje
1Ontgrendelen met de mechanische
sleutel
2Vergrendelen met de mechanische
sleutel
3Openen (trek aan de hendel)
De verlichting van het dashboardkastje
gaat branden als de achterlichten
branden.
Consolevak
Druk de knop in.Muntenhouder
Trek aan de hendel om hem te openen.
Fleshouders
Voor
Achter
• Sluit de kap als er een fles wordt
opgeborgen.
• De fles kan mogelijk niet worden
opgeborgen als gevolg van de grootte
of vorm ervan.
5.3 Gebruik van de opbergmogelijkheden
264

Page 267 of 514

WAARSCHUWING!
Zet niets anders dan flessen in de
fleshouders. Andere voorwerpen
kunnen bij een ongeval of plotseling
remmen uit de bekerhouders worden
geslingerd en letsel veroorzaken.
OPMERKING
Plaats alleen afgesloten flessen in de
fleshouder. Plaats geen flessen zonder
dop of glazen of papieren bekers met
vloeistof in de fleshouders. De inhoud
kan gemorst worden en de glazen
bekers kunnen breken.
Bekerhouders
Voor
Achter
Ty p e A
Trek de armsteun naar beneden.Ty p e B
Trek de armsteun naar beneden en til het
deksel op.
Ty p e C
Trek de armsteun naar beneden en druk
de knop in.
Het inzetstuk voor de bekerhouders
achter kan worden verwijderd, zodat het
kan worden schoongemaakt. (type B)
5.3 Gebruik van de opbergmogelijkheden
265
5
Voorzieningen in het interieur

Page 268 of 514

WAARSCHUWING!
• Zet niets anders in de bekerhouders
dan bekers of blikjes. Andere
voorwerpen kunnen bij een ongeval
of plotseling remmen naar buiten
worden geslingerd en letsel
veroorzaken.
• Dek indien mogelijk warme dranken
die in de bekerhouders staan af om
verbranding te voorkomen.
• Bekerhouders achter (behalve type
A): Houd de bekerhouders gesloten
wanneer deze niet worden gebruikt.
Anders kunt u in geval van een
ongeval of plotseling remmen letsel
oplopen.
OPMERKING
Bekerhouders achter (type C): Berg om
schade aan de bekerhouder achter te
voorkomen de bekerhouder op
alvorens de armsteun in te klappen.
Extra opbergvakken
Type A (indien aanwezig)
Druk op het deksel.Ty p e B
Openen:
Duw het vak naar voren tot het
vergrendelt.
Sluiten:
Duw het vak naar voren om de
vergrendeling ongedaan te maken. Het
vak sluit automatisch.
Wanneer er kleine voorwerpen op het
vak worden gelegd (type B)
Het vak kan worden geopend wanneer er
kleine voorwerpen op zijn gelegd.
WAARSCHUWING!
Wees voorzichtig tijdens het rijden
(type A)
Houd het extra opbergvak tijdens het
rijden gesloten.
Bij een ongeval of plotseling remmen
kan de inhoud eruit vallen en dodelijk
of ernstig letsel veroorzaken.
5.3 Gebruik van de opbergmogelijkheden
266

Page 269 of 514

WAARSCHUWING!(Vervolg)
Voorwerpen die niet geschikt zijn om
op te bergen (type A)
Berg geen voorwerpen op die zwaarder
zijn dan 0,2 kg.
Zwaardere voorwerpen kunnen ervoor
zorgen dat het extra opbergvak
opengaat, waardoor het voorwerp naar
buiten kan vallen en letsel kan
veroorzaken.
OPMERKING
Bij het openen of sluiten van het vak
(type B)
• Zorg er bij het openen van het vak
voor dat de kleine voorwerpen die
erop zijn gelegd niet klem komen te
zitten, anders kunnen de voorwerpen
beschadigd raken.
• Trek niet aan het vak om hem te
sluiten. Anders kan het vak
beschadigd raken.
Open opbergvak
Bij gebruik van een draadloze lader
(indien aanwezig)
→Blz. 270
WAARSCHUWING!
Neem bij het plaatsen van voorwerpen
in het open opbergvak de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht. Als u dit
niet doet, kunnen voorwerpen uit het
opbergvakje worden geslingerd bij
plotseling remmen of een
uitwijkmanoeuvre. Daarbij kunnen deze
voorwerpen het bedienen van de
pedalen hinderen of de bestuurder
afleiden, wat tot een ongeval kan
leiden.
• Plaats geen voorwerpen in het
opbergvakje die er gemakkelijk uit
kunnen schuiven of rollen.
• Stapel voorwerpen niet zodanig in
het opbergvak dat ze boven de rand
ervan uitkomen.
• Plaats geen voorwerpen in het
opbergvak die hoger zijn dan de rand
ervan.
5.3.2 Skiluik*
*: Indien aanwezig
Lange voorwerpen kunnen in de auto
worden vervoerd door het skiluik in de
leuning van de achterbank te openen.
1. Trek de armsteun naar beneden.
5.3 Gebruik van de opbergmogelijkheden
267
5
Voorzieningen in het interieur

Page 270 of 514

2. Open het skiluik.
WAARSCHUWING!
Controleer of het skiluik is gesloten
wanneer dit niet wordt gebruikt.
Anders kunnen er bij een aanrijding of
sterk afremmen voorwerpen uit de
bagageruimte in de cabine
terechtkomen, waardoor letsel kan
ontstaan.
5.3.3 Voorzieningen
bagageruimte
Tashaken
OPMERKING
Plaats geen al te zware last op de
haken om schade aan de haken te
voorkomen.
5.4 Overige voorzieningen
in het interieur
5.4.1 Overige voorzieningen in
het interieur
Zonnekleppen
1Klap de zonneklep omlaag om deze in
de vooruitgerichte stand te zetten.
2Klap de zonneklep omlaag, maak de
klep los en draai deze naar de zijkant om
de zonneklep in de zijdelingse stand te
zetten.
Make-upspiegels
Verschuif het klepje om de spiegel te
openen.
De verlichting gaat branden als het
afdekklepje opzij geschoven wordt.
Als de make-upverlichting gedurende
20 minuten blijft branden terwijl het
hybridesysteem is uitgeschakeld, wordt
de verlichting automatisch uitgeschakeld.
5.3 Gebruik van de opbergmogelijkheden
268

Page:   < prev 1-10 ... 221-230 231-240 241-250 251-260 261-270 271-280 281-290 291-300 301-310 ... 520 next >