TOYOTA GR86 2022 Instructieboekje (in Dutch)
Page 211 of 582
209
4 4-5. EyeSight
Rijden
*: Indien aanwezig
●Als het gaspedaal gedurende ongeveer 3
seconden wordt ingetrapt, wordt de rege-
ling door de functie Pre-Collision Throttle
Management geleidelijk gestopt.
●Als het Pre-Crash Brake-systeem is uitge-
schakeld, is ook Pre-Collision Throttle
Management uitgeschakeld. (→Blz. 213)
Pre-Collision Throttle
Management*
Als een obstakel of een gestopt of
zeer langzaam rijdend voertuig
vóór uw auto wordt gesignaleerd
en het systeem vaststelt dat het
gaspedaal dieper is ingetrapt dan
in die situatie gewenst is (door een
inschattingsfout van de bestuur-
der), zorgt het systeem er door het
motorvermogen aanzienlijk te
beperken voor dat de auto langza-
mer gaat rijden dan normaal om de
bestuurder extra tijd te geven om
te remmen of uit te wijken.
Tijdens de werking van het sys-
teem klinkt een geluidssignaal
bestaande uit korte piepjes en
wordt een pop-updisplay weerge-
geven.
Deze functie kan alleen worden
geactiveerd als de selectiehendel
in stand D of M staat.
“Obstacle Detected” (obstakel
gesignaleerd)A
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 209 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
Page 212 of 582
2104-5. EyeSight
WAARSCHUWING
Vertrouw niet uitsluitend op Pre-Collision
Throttle Management. Pre-Collision Throt-
tle Management is niet ontworpen om in
alle situaties een aanrijding te helpen
voorkomen. Controleer altijd de stand van
de selectiehendel, de positie van de peda-
len en de omgeving van de auto voordat u
de auto start en gaat rijden. Uitsluitend
vertrouwen op Pre-Collision Throttle
Management kan leiden tot een ongeval.
●Pre-Collision Throttle Management is
niet ontworpen om uw eenmaal tot stil-
stand gekomen auto op zijn plaats te
houden.
●Pre-Collision Throttle Management
beperkt de acceleratie niet onder alle
omstandigheden. De functie is ook niet
ontworpen om aanrijdingen te voorko-
men.
●Pre-Collision Throttle Management
wordt geactiveerd als een obstakel vóór
uw auto wordt gesignaleerd. De functie
beperkt de acceleratie echter niet in kri-
tische situaties waarbij geen obstakel
wordt gesignaleerd (bijvoorbeeld bij het
naderen van een afgrond).
●Trap het gaspedaal niet met opzet diep
in bij het naderen van een obstakel. Als
de bestuurder voor het remmen volledig
vertrouwt op Pre-Collision Throttle
Management voor de regeling van de
acceleratie, kan een aanrijding ont-
staan.
●Als uw auto tot stilstand is gekomen op
een spoorwegovergang en u probeert
tussen de slagbomen door weg te
komen, kan de stereocamera de slag-
bomen als een obstakel interpreteren,
waardoor Pre-Collision Throttle
Management wordt geactiveerd. Blijf in
dat geval kalm en rijd verder door het
gaspedaal in te trappen of door de func-
tie Pre-Collision Throttle Management
uit te schakelen. (→Blz. 213)
Afhankelijk van de volgende criteria wordt
Pre-Collision Throttle Management moge-
lijk niet geactiveerd:
●De afstand, het snelheidsverschil en de
horizontale offset tussen uw auto en het
obstakel
●De signalering door de stereocamera
Met name in de volgende gevallen wordt
de functie mogelijk niet geactiveerd:
• Slecht weer (bijvoorbeeld zware regen-
val, een sneeuwstorm of dichte mist).
• Slecht zicht door opwaaiend zand of
rook.
• In de avond- of ochtendschemering of in
het donker.
• In een donkere omgeving (parkeerga-
rage, enz.)
• Er bevindt zich een obstakel buiten het
door de koplampen verlichte gebied.
• Fel licht vóór de auto (laagstaande zon,
grootlicht van een tegemoetkomende
auto, enz.).
• De voorruit is beslagen, gekrast of vet-
tig, bedekt met sneeuw, vuil, stof of rijp
of anderszins slecht doorzichtig. Dit
beperkt het zichtveld van de stereoca-
mera. Er kunnen ook reflecties door ont-
staan.
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 210 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
Page 213 of 582
211
4 4-5. EyeSight
Rijden
WAARSCHUWING
• Tijdens het gebruik van de ruiten-
sproeier of erna als nog niet alle ruiten-
sproeiervloeistof van de voorruit is
gewist.
• Obstakels kunnen niet goed worden
herkend doordat het zicht van de ste-
reocamera wordt gehinderd door drup-
pels regenwater of ruitensproeiervloei-
stof of de ruitenwisserbladen.
• Het zichtveld van de camera wordt afge-
dekt.
• Bij lage obstakels (lage muur, vangrail,
laag voertuig, enz.)
• Het obstakel is smaller en lager dan wat
de stereocamera kan signaleren (kleine
dieren, kinderen, voetgangers die zijn
gaan zitten of liggen, enz.).
• Het gedeelte van het obstakel dat zich
het dichtst bij uw auto bevindt is te klein
of te dichtbij (zoals bij een aanhangwa-
gen of tegenligger). Het systeem her-
kent mogelijk niet het gedeelte van dat
voertuig dat zich het dichtst bij uw auto
bevindt.
• Het obstakel is bijvoorbeeld een hek-
werk of muur met een uniform patroon
(gestreept patroon, bakstenen, enz.) of
zonder patroon vóór de auto.
• U nadert een wand of poort van (spie-
gel)glas.
• Een object (zoals een auto/vrachtwa-
gen, motorrijder, fietser, voetganger,
dier of kind) duikt plotseling van opzij op
of komt plotseling voor de auto langs.
• Direct na het wisselen van rijstrook duikt
een obstakel vlak voor uw auto op.
• In scherpe bochten en bij het op- of afrij-
den van een steile helling
●Het systeem bepaalt dat de stuurma-
noeuvre door de bestuurder is bedoeld
om de aanrijding te voorkomen.
●Probeer om veiligheidsredenen de func-
tie Pre-Collision Throttle Management
niet zelf uit. Mogelijk werkt het systeem
niet goed, waardoor een ongeval kan
ontstaan.
OPMERKING
Schakel voorafgaand aan de volgende
situaties Pre-Collision Throttle Manage-
ment uit. Anders kan Pre-Collision Throttle
Management onverwachts worden geacti-
veerd.
●Als de auto wordt gesleept.
●Bij het oprijden van bijvoorbeeld een
autotransporter of laaddek.
●Bij gebruik van een rollenbank o.i.d.
voor een controle, enz.
●Bij het vrij laten draaien van de aange-
dreven wielen als de auto op de brug
staat.
●Bij het rijden op een circuit.
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 211 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
Page 214 of 582
2124-5. EyeSight
OPMERKING
●Bij het rijden langs spandoeken, vlag-
gen of laaghangende takken.
●De auto wordt geraakt door dichte/hoge
begroeiing.
Pre-Collision Throttle Management kan in
de volgende situaties worden geactiveerd.
Let dus goed op om te zorgen dat u veilig
rijdt.
●Wanneer u dicht achter een voorligger
rijdt.
●Bij het passeren van een automatisch
hek.
●Wanneer de hellingshoek van de weg
sterk verandert.
●Bij het rijden door waterdamp of rook.
●Wanneer u door de waternevel van een
sprinklersysteem voor de weg rijdt.
●Onder barre weersomstandigheden,
zoals bij zware sneeuwval of een
sneeuwstorm.
●Er bevindt zich een obstakel langs een
bocht of op een kruispunt.
●Er wordt vlak langs een voertuig of
object gereden.
●Wanneer u de auto dicht bij een muur of
een voorligger tot stilstand brengt.
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 212 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
Page 215 of 582
213
4 4-5. EyeSight
Rijden
Display multimediasysteem
Schakel Pre-Collision Throttle Manage-
ment in/uit via het scherm van het multi-
mediasysteem. (→Blz. 377)
Multi-informatiedisplay
U kunt Pre-Collision Throttle Manage-
ment ook uitschakelen met de bedie-
ningstoets van het instrumentenpaneel.
(→Blz. 377)
Als Pre-Collision Throttle Management
is uitgeschakeld, brandt het controle-
lampje OFF van het Pre-Crash
Brake-systeem.
●De functie Pre-Collision Throttle Manage-
ment wordt altijd samen met het Pre-Crash
Brake-systeem in-/uitgeschakeld.
●Ook als Pre-Collision Throttle Manage-
ment is uitgeschakeld, wordt deze functie
na het UIT en weer AAN zetten van het
contact automatisch weer ingeschakeld.
Het systeem wordt standaard ingescha-
keld als de motor weer wordt gestart.
■Controlelampje OFF van het
Pre-Crash Brake-systeem
Dit controlelampje gaat branden als het
contact AAN wordt gezet en blijft nadat
de motor is gestart nog ongeveer 7
seconden branden. Het gaat branden
als het Pre-Crash Brake-systeem en de
functie Pre-Collision Throttle Manage-
ment worden uitgeschakeld. Het gaat
ook branden in de volgende situaties.
De TRC en het VSC-systeem zijn
uitgeschakeld. (→Blz. 257)
Er is een storing aanwezig in het
EyeSight-systeem. (→Blz. 222)
De werking van het EyeSight-sys-
teem is tijdelijk onderbroken.
(→Blz. 223)
Als het controlelampje OFF van het
Pre-Crash Brake-systeem brandt, werken het
Pre-Crash Brake-systeem (inclusief de
Pre-Crash Brake Assist-functie) en de functie
Pre-Collision Throttle Management niet.
In-/uitschakelen van
Pre-Collision Throttle
Management
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 213 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
Page 216 of 582
2144-5. EyeSight
*: Indien aanwezig
●In de volgende situaties werkt de signale-
ring van de rijstrook mogelijk niet goed
waardoor de Lane Departure Warning ten
onrechte wordt geactiveerd.
• Bandensporen op een natte of met sneeuw
bedekte weg.
• Overgangen tussen sneeuw en asfalt,
asfaltreparatiemarkeringen, enz.
• Schaduw van vangrails.
• Dubbele strepen als rijstrookmarkering.
• Achtergebleven rijstrookmarkeringen van
wegwerkzaamheden of een oude wegsitu-
atie.
●Als het controlelampje Lane Departure
Warning OFF brandt, is de Lane Departure
Warning-functie uitgeschakeld.
(→Blz. 215)
Lane Departure Warning*
Wanneer de rijsnelheid ongeveer
50 km/h of hoger is, waarschuwt
deze functie de bestuurder als het
systeem signaleert dat de auto de
rijstrook dreigt te verlaten.
Als de Lane Departure Warning
wordt geactiveerd, klinkt een
geluidssignaal bestaande uit 3
korte piepjes en wordt een
pop-updisplay weergegeven.
“Lane Departure” (auto verlaat rij-
strook)A
WAARSCHUWING
De Lane Departure Warning werkt niet
onder alle omstandigheden. De functie
stuurt de auto ook niet automatisch terug
naar de oorspronkelijke rijstrook. Als de
bestuurder zich volledig door de Lane
Departure Warning laat leiden om de auto
op de rijstrook te houden, kan de auto van
de rijstrook af raken wat tot een ongeval
kan leiden.
De Lane Departure Warning wordt geacti-
veerd op basis van de signalering van rij-
strookmarkeringen. De functie is echter
niet ontworpen om de rand van de weg
(stoeprand, greppel, enz.) te signaleren en
de bestuurder hiervoor te waarschuwen.
OPMERKING
In de volgende situaties wordt de Lane
Departure Warning mogelijk niet geacti-
veerd:
●De rijsnelheid is ongeveer 50 km/h of
lager.
●Er wordt een scherpe stuurbeweging
naar links of rechts gemaakt.
●De auto rijdt in een bocht met een
radius van minder dan 300 m.
●Het rempedaal wordt ingetrapt of is net
losgelaten.
●Er wordt kort achter een voorligger
gereden.
●De richtingaanwijzers zijn ingeschakeld.
●De richtingaanwijzerschakelaar is min-
der dan ongeveer 4 seconden geleden
teruggekeerd in de oorspronkelijke posi-
tie.
●De koers van de auto is niet gecorri-
geerd om op de rijstrook te blijven nadat
de Lane Departure Warning is geacti-
veerd.
●Bij het rijden op een smalle rijstrook.
●De camera kan de rijstrookmarkeringen
niet goed signaleren.
• Er zijn geen rijstrookmarkeringen of ze
zijn bijna volledig weggesleten.
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 214 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
Page 217 of 582
215
4 4-5. EyeSight
Rijden
Display multimediasysteem
Schakel de Lane Departure Warning
in/uit via het scherm van het multimedi-
asysteem. (→Blz. 377)
Multi-informatiedisplay
U kunt de Lane Departure Warning ook
uitschakelen met de bedieningstoets
van het instrumentenpaneel.
(→Blz. 377)
Als de Lane Departure Warning is uit-
geschakeld, brandt het controlelampje
Lane Departure Warning OFF.
●De Lane Departure Warning wordt altijd
samen met de Lane Sway Warning in-/uit-
geschakeld.
●Als u de motor opnieuw start, blijft de Lane
Departure Warning afhankelijk van uw
instelling van de functie in- of uitgescha-
keld.
■Controlelampje Lane Departure
Warning OFF
Dit controlelampje gaat branden als het
contact AAN wordt gezet en blijft nadat
de motor is gestart nog ongeveer 7
seconden branden. Afhankelijk van uw
instelling (in- of uitgeschakeld) gaat het
vervolgens uit of blijft het branden. Het
controlelampje gaat branden als de
Lane Departure Warning en de Lane
Sway Warning worden uitgeschakeld.
Het gaat ook branden in de volgende
situaties.
Het Pre-Crash Brake-systeem is uit-
geschakeld in de TRACK-modus.
(→Blz. 183, 257)
De TRC en het VSC-systeem zijn
uitgeschakeld. (→Blz. 257)
Er is een storing aanwezig in het
EyeSight-systeem. (→Blz. 222)
De werking van het EyeSight-sys-
teem is tijdelijk onderbroken.
(→Blz. 223)OPMERKING
• De rijstrookmarkeringen zijn geel.
• De kleur van de rijstrookmarkeringen
contrasteert te weinig met het wegdek.
• De rijstrookmarkeringen zijn te dun.
In-/uitschakelen van de Lane
Departure Warning
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 215 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
Page 218 of 582
2164-5. EyeSight
*: Indien aanwezig
●De Lane Sway Warning wordt pas geacti-
veerd nadat gedurende enkele minuten is
gesignaleerd dat de auto slingert. De waar-
schuwing wordt niet direct nadat de auto
begint te slingeren geactiveerd. Als het
slingeren is gestopt, kan de waarschuwing
nog even voortduren.
●De Lane Sway Warning is alleen bedoeld
om de bestuurder te waarschuwen. Onder-
breek de rit met een pauze wanneer u zich
moe voelt of wanneer uw concentratie
begint te verslappen.
●Als het controlelampje Lane Departure
Warning OFF brandt, werkt de Lane Sway
Warning-functie niet. (→Blz. 217)Lane Sway Warning*
Deze functie signaleert het slinge-
ren binnen een rijstrook en waar-
schuwt de bestuurder hiervoor.
Als de Lane Sway Warning wordt
geactiveerd, klinkt een geluidssig-
naal bestaande uit 3 korte piepjes
en wordt een pop-updisplay weer-
gegeven.
De functie kan worden geactiveerd
bij een rijsnelheid vanaf ongeveer
60 km/h en wordt gedeactiveerd
als de rijsnelheid lager wordt dan
ongeveer 40 km/h. Als de rijsnel-
heid vervolgens weer wordt ver-
hoogd tot meer dan ongeveer 60
km/h, wordt de functie weer geac-
tiveerd.
“Stay Alert” (blijf alert)A
WAARSCHUWING
De Lane Sway Warning werkt niet onder
alle omstandigheden. Het slingeren wordt
niet gecorrigeerd door deze functie. Als de
bestuurder zich volledig door de Lane
Sway Warning laat leiden om slingeren te
voorkomen, kan een ongeval ontstaan.
OPMERKING
Onder de volgende omstandigheden werkt
de Lane Sway Warning mogelijk niet.
●Op een slingerende weg.
●De rijsnelheid varieert sterk.
●Direct na het wisselen van rijstrook.
●De EyeSight-stereocamera kan de rij-
strookmarkeringen niet goed signale-
ren.
• Er zijn geen rijstrookmarkeringen of ze
zijn bijna volledig weggesleten.
• De rijstrookmarkeringen zijn geel.
• De kleur van de rijstrookmarkeringen
contrasteert te weinig met het wegdek.
• De rijstrookmarkeringen zijn te dun.
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 216 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
Page 219 of 582
217
4 4-5. EyeSight
Rijden
Display multimediasysteem
Schakel de Lane Sway Warning in/uit
via het scherm van het multimediasys-
teem. (→Blz. 377)
Multi-informatiedisplay
U kunt de Lane Sway Warning ook uit-
schakelen met de bedieningstoets van
het instrumentenpaneel. (→Blz. 377)
Als de Lane Sway Warning is uitge-
schakeld, brandt het controlelampje
Lane Departure Warning OFF.
●De Lane Sway Warning wordt altijd samen
met de Lane Departure Warning in-/uitge-
schakeld.
●Als u de motor opnieuw start, blijft de Lane
Sway Warning afhankelijk van uw instelling
van de functie in- of uitgeschakeld.
■Controlelampje Lane Departure
Warning OFF
Dit controlelampje gaat branden als het
contact AAN wordt gezet en blijft nadat
de motor is gestart nog ongeveer 7
seconden branden. Afhankelijk van uw
instelling (in- of uitgeschakeld) gaat het
vervolgens uit of blijft het branden. Het
controlelampje gaat branden als de
Lane Departure Warning en de Lane
Sway Warning worden uitgeschakeld.
Het gaat ook branden in de volgende
situaties.
Het Pre-Crash Brake-systeem is uit-
geschakeld in de TRACK-modus.
(→Blz. 183, 257)
De TRC en het VSC-systeem zijn
uitgeschakeld. (→Blz. 257)
Er is een storing aanwezig in het
EyeSight-systeem. (→Blz. 222)De werking van het EyeSight-sys-
teem is tijdelijk onderbroken.
(→Blz. 223)
In-/uitschakelen van de Lane
Sway Warning
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 217 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
Page 220 of 582
2184-5. EyeSight
*: Indien aanwezig
●De functie Lead Vehicle Start Alert kan in-
en uitgeschakeld worden. (→Blz. 377)
●Onder de volgende omstandigheden kan
de Lead Vehicle Start Alert ook worden
geactiveerd zonder dat de voorligger is
gaan rijden of juist niet worden geactiveerd
nadat de voorligger is gaan rijden:
• Er is bijvoorbeeld een motorrijder inge-
voegd tussen uw auto en uw gestopte
voorligger.
• De signalering van de voorligger wordt
gehinderd door de weersomstandigheden
of de toestand van de weg.
• De EyeSight-stereocamera signaleert de
voorligger niet meer.
●Onder de volgende omstandigheden wordt
de Lead Vehicle Start Alert niet geacti-
veerd.
• Het Pre-Crash Brake-systeem is uitge-
schakeld in de TRACK-modus.
(→Blz. 183, 257)
• De TRC en het VSC-systeem zijn uitge-
schakeld. (→Blz. 257)
• Er is een storing aanwezig in het Eye-
Sight-systeem. (→Blz. 222)
• De werking van het EyeSight-systeem is
tijdelijk onderbroken. (→Blz. 223)
Lead Vehicle Star t Alert*
Wanneer een gestopte voorligger
weer gaat rijden, waarschuwt de
Lead Vehicle Start Alert de
bestuurder via het display van het
instrumentenpaneel en een
geluidssignaal. Als de voorligger
enige tijd stilstaat (en de afstand
tot de voorligger maximaal onge-
veer 10 m is terwijl uw auto ten
minste enkele seconden stilstaat),
blijft het systeem de voorligger
signaleren en wordt deze waar-
schuwing geactiveerd als de voor-
ligger ten minste ongeveer 3 m
vooruitrijdt terwijl uw auto nog
stilstaat.
Deze functie kan alleen worden
geactiveerd als de selectiehendel
in stand D, M of N staat. Als de
Lead Vehicle Start Alert wordt
geactiveerd, klinkt een tweetonig
piepsignaal en wordt een
pop-updisplay weergegeven.
Voorligger
3 m of meer
“Vehicle Ahead Has Moved”
(voorligger is in beweging geko-
men)A
C
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 218 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM