TOYOTA PROACE VERSO EV 2024 Instructieboekje (in Dutch)

Page 231 of 360

231
Praktische informatie
7
Als het remsysteem vrij is van lekkages, duidt een te laag remvloeistofniveau erop dat de remblokken versleten zijn.
NOTIC E
Na het wassen van de auto kan zich een laagje vocht, of onder winterse omstandigheden ijs, vormen op de remschijven en remblokken: de
remwerking neemt mogelijk af. Rem een paar keer lichtjes om de remmen vocht- en ijsvrij te maken.
Slijtage remschijven/
remtrommels
Neem voor informatie over het controleren van slijtage van de remschijven/remtrommels contact op met een erkende Toyota-dealer of Toyota-hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Velgen en banden
De bandenspanning van alle wielen, inclusief het reservewiel, moet worden gecontroleerd bij “koude” banden.De op het bandenspanningslabel aangegeven bandenspanningen gelden voor “koude” banden. Als u langer dan 10 minuten of meer dan 10 km hebt gereden met een snelheid van meer dan 50 km/h, moet u de bandenspanning 0,3 bar (30
kPa) verhogen ten opzichte van de op het label aangegeven waarden.
WARNI NG
Het rijden met een te lage bandenspanning verhoogt het brandstofverbruik. Een onjuiste bandenspanning veroorzaakt voortijdige slijtage van de banden en heeft een negatieve invloed op het weggedrag van de auto - kans op een ongeval!
Het rijden met versleten of beschadigde banden vermindert de remwerking en heeft een negatieve invloed op het weggedrag van de auto. Het verdient aanbeveling om een regelmatige inspectie van de staat van de banden (loopvlak en wangen) en velgen uit te voeren en om te controleren of de ventielen zijn voorzien van een ventieldopje.Als het loopvlak van de banden tot aan de slijtage-indicatoren is afgesleten, is de diepte van de groeven in het profiel kleiner dan 1,6 mm. De banden moeten dan worden vervangen.Het gebruik van andere dan de voorgeschreven velg- en bandenmaten kan effect hebben op de levensduur van de banden, de bewegingsvrijheid van de wielen, de bodemvrijheid en de snelheidsmeteraanduiding, en kan tevens een negatieve invloed hebben op het weggedrag van
de auto.De montage van verschillende banden op de voor- en op de achteras kan leiden tot onjuist ingrijpen van het VSC.
Geef op banden die worden opgeslagen als winter- of zomerbanden worden gemonteerd altijd de draairichting aan. Bewaar ze op een koele, droge plaats en stel ze niet direct bloot aan zonlicht.Winter- en all-seasonbanden zijn te herkennen aan dit symbool op de wang van de band.
Schokdempers
Het is voor bestuurders niet eenvoudig om te signaleren wanneer schokdempers versleten zijn. Desalniettemin hebben de schokdempers een grote invloed op de wegligging en remprestaties.Voor uw veiligheid en rijcomfort is het belangrijk om ze regelmatig te laten nakijken door een erkende Toyota-dealer of Toyota-hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Distributieset
De distributieset wordt belast vanaf het moment dat de motor wordt gestart totdat hij UIT wordt gezet. Het is daarom normaal dat de set na verloop van tijd slijt.Een defecte distributieset kan de motor beschadigen, waardoor deze onbruikbaar wordt. Neem de aanbevolen vervangingsfrequentie in acht, aangegeven in afgelegde afstand of verstreken tijd, afhankelijk van wat het eerst wordt bereikt.

Page 232 of 360

232
AdBlue® (dieselmotoren)
Om het milieu zo min mogelijk te belasten en om aan de Euro 6-norm te voldoen, heeft TOYOTA ervoor gekozen zijn auto's met dieselmotor te voorzien van een systeem waarbij SCR (Selective Catalytic Reduction) wordt gecombineerd met een roetfilter (DPF) voor de nabehandeling van de uitlaatgassen zonder dat de prestaties verminderen
of het brandstofverbruik toeneemt.
SCR-systeem
Met behulp van een vloeistof die AdBlue® wordt genoemd en ureum bevat, kan een katalysator tot 85% van de stikstofoxide (NOx) omzetten in stikstof en water (stoffen die niet schadelijk zijn voor de gezondheid en het milieu).De AdBlue® bevindt zich in een speciaal reservoir van ongeveer 20 liter.Hiermee is een actieradius van ongeveer 5.000 km mogelijk (zeer afhankelijk van uw rijstijl en het type auto). Wanneer u met de resterende hoeveelheid nog maximaal ongeveer 2.400 km kunt rijden, oftewel wanneer het reserveniveau is bereikt, wordt automatisch een waarschuwingssysteem geactiveerd.Tijdens de resterende 2.400 km worden achtereenvolgens verschillende waarschuwingen weergegeven voordat het reservoir helemaal leeg is en de motor niet meer gestart kan worden.Wanneer de geschatte afgelegde afstand tussen twee onderhoudsbeurten meer is dan 5.000 km, moet AdBlue worden bijgevuld.
NOTIC E
Zie de desbetreffende hoofdstukken voor meer informatie over de waarschuwings- en controlelampjes en de bijbehorende waarschuwingsmeldingen, of de indicatoren.
WARNI NG
Als het AdBlue®-reservoir leeg is, zorgt een wettelijk verplicht systeem ervoor dat de motor niet opnieuw kan worden gestart.Als het SCR-systeem niet goed werkt, stoot uw auto te veel schadelijke stoffen uit waardoor hij niet meer aan de Euro 6-emissienorm voldoet.Ga bij een bevestigde storing in het SCR-systeem zo snel mogelijk naar een erkende Toyota- dealer of Toyota-hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige. Na 1.100 km wordt automatisch een systeem geactiveerd dat het starten van de motor blokkeert.In beide gevallen geeft een actieradiusindicator aan hoever u nog kunt rijden voordat de motor niet meer gestart kan worden.
NOTIC E
Bevriezen van AdBlue®
AdBlue® bevriest bij temperaturen lager dan ongeveer -11°C.Het SCR-systeem is voorzien van een voorverwarmingssysteem voor het AdBlue®-reservoir waardoor u ook in zeer koude omstandigheden kunt blijven rijden.
Bijvullen van AdBlue®
Het is raadzaam om zo snel mogelijk AdBlue® bij te vullen zodra de eerste waarschuwing wordt gegeven dat het reserveniveau is bereikt.
WARNI NG
Voor een juiste werking van het SCR-systeem:– Gebruik alleen AdBlue®-vloeistof die aan de ISO 22241-norm voldoet.– Giet nooit AdBlue® in een andere houder, anders verliest de vloeistof zijn zuiverheid.– Verdun AdBlue® nooit met water.
AdBlue® is verkrijgbaar bij een erkende Toyota-dealer of Toyota-hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige, en bij tankstations met een AdBlue®-pomp die speciaal is bedoeld voor personenauto's.

Page 233 of 360

233
Praktische informatie
7
WARNI NG
Vul nooit bij vanuit een AdBlue®-dispenser die is bestemd voor vrachtwagens.
Adviezen voor opslag
AdBlue® bevriest bij temperaturen lager dan ongeveer -11°C en verliest aan kwaliteit bij
temperaturen vanaf 25°C. Het is raadzaam flacons en jerrycans koel en buiten direct zonlicht te bewaren.Onder deze omstandigheden is de vloeistof ten minste één jaar houdbaar.Als de vloeistof bevroren is geweest, kan deze weer worden gebruikt na bij kamertemperatuur volledig te zijn ontdooid.
WARNI NG
Bewaar de flacons of jerrycans AdBlue® nooit in uw auto.
Voorzorgsmaatregelen voor
het gebruik
AdBlue® is een oplossing op ureumbasis. Deze vloeistof is onontvlambaar, kleurloos en geurloos
(indien koel bewaard).Als de vloeistof in contact komt met de huid, moet u de huid wassen met kraanwater en zeep. Als de vloeistof in de ogen komt, spoel de ogen dan onmiddellijk gedurende ten minste 15
minuten met grote hoeveelheden kraanwater of een oogspoelmiddel. Raadpleeg een arts bij een blijvend branderig gevoel of blijvende irritatie.Als de vloeistof wordt ingeslikt, spoel de mond dan met schoon water en drink vervolgens een ruime hoeveelheid water.Onder bepaalde omstandigheden (bijvoorbeeld bij een hoge omgevingstemperatuur) kan het risico van het vrijkomen van ammoniakdampen
niet worden uitgesloten: adem deze niet in. Ammoniakdampen werken irriterend op de slijmvliezen (ogen, neus en keel).
WARNI NG
Bewaar AdBlue® buiten het bereik van kinderen, in de originele flacon of jerrycan.
Procedure
Controleer voordat u gaat bijvullen of de auto op een vlakke en horizontale ondergrond staat.Controleer 's winters of de omgevingstemperatuur van de auto hoger is dan -11°C. Als het kouder is, bevriest AdBlue® waardoor u de vloeistof niet in het reservoir kunt gieten. Laat uw auto enkele uren op een warmere plaats staan en vul vervolgens het reservoir bij.
WARNI NG
Giet nooit AdBlue® in de brandstoftank.
WARNI NG
Als er AdBlue® op de zijkant van de auto of op een andere plaats is gemorst, spoel het dan onmiddellijk weg met koud water of veeg het weg met een vochtige doek.Gekristalliseerde vloeistof moet worden verwijderd met een spons en warm water.
WARNI NG
Belangrijk: als u AdBlue hebt bijgevuld nadat het reservoir leeg is geraakt, dient u ongeveer 5 minuten te wachten voordat u het contact weer AAN zet, zonder het bestuurdersportier te openen, de auto te ontgrendelen, de sleutel in het contactslot te steken of de “Smart Entry & Start”-sleutel in het interieur te brengen.Zet vervolgens het contact AAN en start na 10 seconden wachten de motor.
► Zet het contact UIT en verwijder de sleutel uit het contactslot om de motor uit te zetten.of► Druk bij een auto met Smart Entry & Start op de knop “START/STOP” om de motor uit te zetten.

Page 234 of 360

234
Toegang tot het AdBlue®-reservoir

► Open het voorportier links voor toegang tot het AdBlue®-reservoir.► Draai de blauwe dop 1/6 slag linksom.► Verwijder de dop door hem omhoog te trekken.► Als u in het bezit bent van een flacon of jerrycan met AdBlue®: controleer eerst de houdbaarheidsdatum en lees vervolgens aandachtig de instructies op het etiket voordat u de inhoud van de flacon/jerrycan in het AdBlue-reservoir van uw auto giet.► Als u een AdBlue®-pomp gebruikt: steek het vulpistool in de vulopening en vul bij tot het vulpistool automatisch afslaat.► Voer na het vullen dezelfde reeks handelingen in omgekeerde volgorde uit.
WARNI NG
Om te voorkomen dat het AdBlue®-reservoir overstroomt, wordt aanbevolen:– Om 10 tot 13 liter bij te vullen met behulp van de AdBlue®-flacons of jerrycans.– Om bij een tankstation bij te vullen tot het vulpistool voor de eerste keer automatisch afslaat.
Alleen wanneer er ten minste 5 liter AdBlue® wordt bijgevuld, wordt dit door het systeem geregistreerd.
WARNI NG
Als het AdBlue®-reservoir volledig leeg is, wat wordt bevestigd door de melding “Vul AdBlue bij: starten onmogelijk”, moet u minimaal 5 liter bijvullen.
In de vrijloop zetten
In bepaalde situaties moet u de auto in de vrijloop zetten (tijdens slepen van de auto, op een rollenbank, in een wasstraat, bij vervoer als vracht via het spoor of over het water, enz.).De procedure varieert afhankelijk van het type transmissie en parkeerrem.
WARNI NG
Laat de auto nooit onbewaakt achter terwijl deze in de vrijloop is gezet.
Met handgeschakelde of
automatische transmissie
en handmatig bediende
parkeerrem /
In de vrijloop zetten
► Trap het rempedaal in terwijl de auto stilstaat en de motor draait.► Zet bij een handgeschakelde transmissie de selectiehendel in de neutraalstand.► Zet bij een automatische transmissie de
keuzeschakelaar in stand N.► Deactiveer de parkeerrem.► Laat het rempedaal los en zet de motor uit.

Page 235 of 360

235
Praktische informatie
7
Herstellen van de normale werking
► Activeer de parkeerrem.► Zet bij een automatische transmissie de keuzeschakelaar in stand P.
Bij handgeschakelde
transmissie en elektrisch
bedienbare parkeerrem /
In de vrijloop zetten
► Zet de selectiehendel bij draaiende motor en ingetrapt rempedaal in de neutraalstand.► Zet bij ingetrapt rempedaal de motor uit.► Laat het rempedaal los en zet het contact AAN.► Trap het rempedaal in en druk op de bedieningshendel om de parkeerrem te deactiveren.► Laat het rempedaal los en zet het contact UIT.
Herstellen van de normale werking
► Houd het rempedaal ingetrapt, start de motor opnieuw en activeer de parkeerrem.
Bij automatische transmissie
en elektrisch bedienbare
parkeerrem /
In de vrijloop zetten
► Zet de keuzeschakelaar bij draaiende motor en
ingetrapt rempedaal in de stand N.► Zet bij ingetrapt rempedaal de motor uit.► Laat het rempedaal los en zet het contact AAN.► Trap het rempedaal in en druk op de bedieningshendel om de parkeerrem te deactiveren.► Laat het rempedaal los en zet het contact UIT.
Herstellen van de normale werking
► Houd het rempedaal ingetrapt en start de motor opnieuw. Selecteer vervolgens stand P.
Met keuzeschakelaar
(elektrisch) en elektrisch
bedienbare parkeerrem /
Procedure voor in vrijloop zetten
► Trap het rempedaal in en selecteer stand N
terwijl de auto stilstaat en de motor draait.Binnen 5 seconden:► Houd het rempedaal ingetrapt en doe het volgende in de aangegeven volgorde: zet de motor uit (afhankelijk van de uitvoering: houd de toets START/STOP 2 seconden ingedrukt) en beweeg de keuzeschakelaar naar voren of achteren.► Laat het rempedaal los en zet het contact AAN.► Plaats uw voet op het rempedaal en druk op de hendel van de elektrisch bedienbare parkeerrem om de auto in de vrijloop te zetten.► Laat het rempedaal los en zet het contact UIT.
NOTIC E
Smart Entry & StartTrap het rempedaal niet in bij het AAN en weer UIT zetten van het contact. Als u dat wel doet zal de motor starten, waardoor u opnieuw moet beginnen met de procedure.

Page 236 of 360

236
WARNI NG
Er wordt een melding weergegeven op het instrumentenpaneel om het in de vrijloop zetten van de wielen gedurende 15 minuten te bevestigen.Tijdens het gebruik van de vrijloopfunctie kan het audiosysteem niet worden geüpdatet (er verschijnt een melding op het
instrumentenpaneel).
Herstellen van de normale werking
► Houd het rempedaal ingetrapt en start de motor opnieuw. Selecteer vervolgens stand P.
Onderhoudstips
Algemene adviezen
Houd u aan de volgende voorschriften om schade aan uw auto te voorkomen.
Exterieur
WARNI NG
Gebruik nooit een hogedrukreiniger voor het reinigen van de motorruimte, omdat hierdoor het elektrische systeem beschadigd kan raken!Was de auto niet in fel zonlicht of in extreem koude omstandigheden.
NOTIC E
Wanneer uw auto wordt gewassen in een wasstraat met rolborstels, sluit dan alle portieren en deuren en, afhankelijk van de uitvoering, verwijder de elektronische sleutel en schakel de handsfree-functie (Handsfree toegang) uit.Houd bij gebruik van een hogedrukreiniger de lans op een afstand van ten minste 30 cm van de auto (vooral bij het reinigen van delen met schilferende lak, sensoren of afdichtrubbers).Verwijder vlekken die chemische stoffen bevatten meteen van de auto, omdat die de lak kunnen beschadigen (dit geldt ook voor hars van bomen, vogelpoep, insectenuitwerpselen, pollen en teer).Was de auto vaker als de situatie hiertoe aanleiding geeft, bijvoorbeeld om zoutresten (in kustgebieden), roet (in industriegebieden) of modder/pekel (in natte of koude gebieden) te verwijderen. Deze resten kunnen leiden tot corrosie.Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of Toyota-hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige voor advies over het verwijderen van hardnekkige vlekken waarvoor speciale producten nodig zijn (zoals teer- of insectenverwijderaars).Laat lakbeschadigingen bij voorkeur bijwerken door een erkende Toyota-dealer of Toyota-hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

Page 237 of 360

237
Praktische informatie
7
Interieur
WARNI NG
Reinig tijdens het wassen van uw auto nooit het interieur met een waterstraal.Vloeistof die in een beker of andere open houder wordt vervoerd en wordt gemorst, kan schade veroorzaken aan de instrumenten en bedieningselementen en de schakelaars in de middenconsole. Wees alert!Reinig het instrumentenpaneel, touchscreens en andere displays door ze voorzichtig af te nemen met een zachte, droge doek. Breng geen schoonmaakproducten (alcohol, desinfectiemiddel) of zeepsop rechtstreeks aan op deze oppervlakken - kans op beschadiging!
Carrosserie
Hoogglanslak
WARNI NG
Gebruik voor het reinigen van de carrosserie geen schurende producten of oplosmiddelen, benzine of olie.Gebruik nooit een schuurspons om hardnekkige vlekken weg te krijgen. Kans op krassen op het lakwerk!Gebruik geen autowas in fel zonlicht of op onderdelen van kunststof of rubber.
NOTIC E
Gebruik een zachte spons en zeepsop of een pH-neutraal product.Veeg de auto af met een schone microvezeldoek.Breng autowas aan op een schone en droge auto.Houd u aan de op het product vermelde gebruiksaanwijzing.
Getextureerde lak
Dit type lak reageert onder invloed van licht, door variaties in het uiterlijk en de afwerking die de lijnen en contouren van de auto accentueren. De afwerklaag is verrijkt met deeltjes die zichtbaar
blijven en zorgen voor een unieke satijnglans met
reliëf. Dankzij de licht korrelige structuur voelt de auto verrassend aan.
WARNI NG
Maak nooit schoon zonder water te gebruiken.Was uw auto nooit in een automatische wasstraat met rolborstels.Selecteer nooit het programma met
hotwaxafwerking.Gebruik nooit hogedruklansen met een borstel: kans op krassen in de lak!Breng nooit glanspolish of conserveringsmiddelen aan op de carrosserie of lichtmetalen velgen; deze producten leggen glanzende of gevlekte gebieden onherstelbaar bloot.
NOTIC E
Kies voor hogedrukreiniging of in elk geval een hogedrukwaterstraal.Spoel de auto af met gedemineraliseerd water.Gebruik alleen een schone microvezeldoek voor het schoonvegen van de auto. Beweeg hem over de auto zonder te wrijven.Veeg gemorste brandstof voorzichtig van de carrosserie met een zachte doek en laat de
carrosserie drogen.Maak kleine verontreinigingen (bijv. vingerafdrukken) schoon met een onderhoudsproduct dat wordt aanbevolen door TOYOTA.

Page 238 of 360

238
Stickers
(Afhankelijk van de uitvoering)
WARNI NG
Gebruik geen hogedrukreiniger voor het wassen van de auto. De kans bestaat dan dat de stickers beschadigd raken of losraken.
NOTIC E
Gebruik een sterk stromende waterstraal met een temperatuur tussen 25 en 40°C.Beweeg de waterstraal over het te reinigen oppervlak en houd de straal daarbij loodrecht op het oppervlak.Spoel de auto af met gedemineraliseerd water.
Leder
Leder is een natuurproduct. Op de juiste wijze regelmatig onderhouden is essentieel voor de levensduur.Het moet worden beschermd en gevoed met een speciaal lederproduct, zodat het soepel blijft en zijn originele uitstraling behoudt.
WARNI NG
Maak leder niet schoon met ongeschikte schoonmaakmiddelen, zoals oplosmiddelen, reinigers, benzine of pure alcohol.Zorg er bij het schoonmaken van componenten die gedeeltelijk van leder zijn voor dat de andere materialen niet beschadigd raken door het speciale lederproduct.
NOTIC E
Verwijder overtollig vet en overtollige vloeistoffen snel alvorens dergelijke vlekken te reinigen.Verwijder vóór het reinigen alle resten die het leder kunnen beschadigen met een doek die is bevochtigd met gedemineraliseerd water en goed is uitgewrongen.Reinig leder met een zachte doek die is bevochtigd met zeepsop of een pH-neutraal product.Droog na met een zachte, droge doek.

Page 239 of 360

239
In geval van pech
8
Gevarendriehoek
Dit reflecterende en demonteerbare object moet aan de kant van de weg worden geplaatst wanneer een auto pech heeft of beschadigd is.
WARNI NG
Voordat u uitstaptSchakel de alarmknipperlichten in, trek een veiligheidshesje aan en monteer en plaats de gevarendriehoek.
In elkaar zetten en plaatsen
van de gevarendriehoek

Zie de bovenstaande afbeeldingen voor uitvoeringen waarbij een gevarendriehoek als standaarduitrusting is geleverd.Raadpleeg bij andere uitvoeringen de instructies die zijn meegeleverd met de gevarendriehoek.
► Plaats de gevarendriehoek achter de auto, overeenkomstig de plaatselijke wettelijke voorschriften.
Als de brandstof opraakt
(diesel)
Bij auto's met een dieselmotor moet het brandstofsysteem worden ontlucht als u zonder
brandstof komt te staan.Vul vóór het ontluchten de brandstoftank met ten minste 5 liter diesel.
NOTIC E
Zie het desbetreffende hoofdstuk voor meer informatie over tanken en de tankbeveiliging (diesel).
NOTIC E
Raadpleeg het desbetreffende hoofdstuk voor meer informatie over de motorruimte en met name de plaats van deze onderdelen onder de motorkap.
1.5 D-4D dieselmotoren
► Zet het contact AAN (zonder de motor te starten).► Wacht ongeveer 1 minuut en zet het contact UIT.► Stel de startmotor in werking om de motor te starten.Als de motor de eerste keer niet start, blijf dan niet proberen, maar herhaal de procedure.
2.0 D-4D dieselmotoren
► Zet het contact AAN (zonder de motor te starten).► Wacht ongeveer 6 seconden en zet het contact UIT.► Herhaal de handeling 10 keer.► Stel de startmotor in werking om de motor te starten.Als de motor de eerste keer niet start, blijf dan niet proberen, maar herhaal de procedure.

Page 240 of 360

240
Gereedschapskoffer
Toegang

De gereedschapskoffer bevindt zich onder de linker voorstoel.

NOTIC E
Stang 1 en 2 hebben een veiligheidsfunctie; ze zorgen ervoor dat de koffer in het frame blijft zitten als hij niet goed is vastgezet.
Verwijderen

► Druk vergrendelingen A in en schuif ze naar binnen om de koffer te ontgrendelen.► Til de koffer, om hem voorbij stang 1 te brengen, iets op en trek hem dan zo ver mogelijk naar buiten.

► Til de koffer vervolgens op om hem voorbij stang 2 te brengen.
Openen

► Maak de bevestigingen B op het deksel los en open het deksel om het gereedschap te kunnen pakken.

Page:   < prev 1-10 ... 191-200 201-210 211-220 221-230 231-240 241-250 251-260 261-270 271-280 ... 360 next >