TOYOTA RAV4 2014 Instructieboekje (in Dutch)

Page 71 of 760

711-1. Voor een veilig gebruik
1
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
Veiligheid en beveiliging
■Als er een baby- of kinderzitje op de voorpassagiersstoel wordt
geplaatst
Als u een zitje op de voorpassagiersstoel moet gebruiken, moet u deze stoel
als volgt instellen:
Indien de rugleuning in de weg zit wanneer u het kinderzitje op de steun-
voet wilt bevestigen, verplaatst u de rugleuning naar achteren tot er vol-
doende ruimte is.
Als het kind in het kinderzitje erg rechtop zit, zet u de rugleuning in een
comfortabelere stand.
●Verwijder de hoofdsteun indien deze de werking van het kinderzitje hindert.
■Kiezen van een geschikt baby- of kinderzitje
●Gebruik een passend baby- of kinderzitje tot het kind groot genoeg is om de
veiligheidsgordel van de auto op de juiste wijze te gebruiken.
●Als het kind te groot is voor een zitje, laat het dan plaatsnemen op de ach-
terstoel en gebruik de veiligheidsgordel in de auto. (Blz. 38) ●De zitting helemaal naar achteren
Als het schouderbevestigingspunt van
de veiligheidsgordel zich vóór de gor-
delgeleider van het kinderzitje bevindt,
verplaatst u de zitting naar voren.
●Klap de rugleuning naar voren en vervol-
gens weer terug naar de eerste stand
waarin hij vergrendelt (de stand waarin
de rugleuning het meest rechtop staat).
Klik de rugleuning vast in de 4e stand.
1e vergrendelstand
4e vergrendelstand
1
2

Page 72 of 760

721-1. Voor een veilig gebruik
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
WAARSCHUWING
■Gebruik van een baby- of kinderzitje
Het gebruik van een baby- of kinderzitje dat niet geschikt is voor deze auto
vormt geen goede bescherming voor het kind. Het kind kan dan (bij plotse-
ling remmen of bij een aanrijding) ernstig letsel oplopen.
■Voorzorgsmaatregelen bij baby- en kinderzitjes
●De meest effectieve bescherming van een kind tijdens een ongeval of bij
hard remmen, is het gebruik van een baby- of kinderzitje dat is afgestemd
op de grootte en het gewicht van het kind. Het vasthouden van een kind in
de armen is geen vervanging voor een baby- of kinderzitje. Bij een onge-
val kan een kind dan de voorruit raken of (als u geen veiligheidsgordel om
hebt) klem komen te zitten tussen u en het dashboard.
●Toyota adviseert met klem gebruik te maken van een geschikt zitje dat
past bij de lengte van het kind en dat achterin geplaatst is. In ongevallen-
statistieken is aangetoond dat kinderen minder verwondingen oplopen als
zij achterin zitten.
●Gebruik nooit een tegen de rijrichting in geplaatst baby- of kinderzitje op
de passagiersstoel als het handmatig in-/uitschakelsysteem voor de air-
bags ON staat. (Blz. 59)
Bij een ongeval kan het kind ernstig letsel oplopen door de kracht waar-
mee de passagiersairbag wordt geactiveerd.
●Plaats een in de rijrichting geplaatst baby- of kinderzitje alleen op de voor-
passagiersstoel als het niet anders kan. Plaats nooit een baby- of kinder-
zitje dat aan de bovenzijde vastgemaakt moeten worden, op de
voorpassagiersstoel, aangezien deze stoel niet van bovenste bevesti-
gingspunten is voorzien. Zet de stoel zo ver mogelijk naar achteren, omdat
de voorpassagiersairbag met aanzienlijke snelheid en kracht wordt geacti-
veerd. Als het schouderbevestigingspunt van de veiligheidsgordel zich
vóór de gordelgeleider van het kinderzitje bevindt, verplaatst u de zitting
naar voren. Hierdoor kan ernstig letsel ontstaan.

Page 73 of 760

731-1. Voor een veilig gebruik
1
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
Veiligheid en beveiliging
WAARSCHUWING
■Voorzorgsmaatregelen bij baby- en kinderzitjes
●Laat een kind niet met het hoofd of een ander lichaamsdeel tegen het por-
tier leunen of tegen dat deel van de stoel, de voor- en achterstijl of de dak-
stijl leunen waarin de side airbag of de curtain airbag is ondergebracht,
ook niet als het kind in een baby- of kinderzitje zit. Anders kan het kind
ernstig letsel oplopen als bij een aanrijding de side airbags of de curtain
airbags worden geactiveerd.
●Volg bij het plaatsen van een veiligheidssysteem voor kinderen altijd de
gebruiksaanwijzing van de fabrikant en controleer na het plaatsen van het
zitje of het stevig is bevestigd. Als het zitje niet stevig vastzit, kan het kind
bij hard remmen of uitwijken of bij een aanrijding letsel oplopen.
■Als er kinderen in de auto aanwezig zijn
Laat kinderen niet met de veiligheidsgordel spelen. Als de veiligheidsgordel
om de nek van het kind draait, kan het kind stikken of ernstig letsel oplopen.
Als de gordelsluiting niet kan worden losgemaakt, knip de gordel dan door
met een schaar.
■Als het baby- of kinderzitje niet in gebruik is
●Laat het baby- of kinderzitje goed vastzitten op de stoel, zelfs als het niet
wordt gebruikt. Plaats het baby- of kinderzitje niet los in het passagiers-
compartiment.
●Als het baby- of kinderzitje moet worden losgemaakt, verwijder het dan uit
de auto of berg het veilig op in de bagageruimte. Dit voorkomt dat inzitten-
den hierdoor bij hard remmen of uitwijken of bij een aanrijding letsel oplo-
pen.

Page 74 of 760

741-1. Voor een veilig gebruik
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
Plaatsen van een baby- of kinderzitje
Veiligheidsgordels (bij een drie-
puntsveiligheidsgordel met blok-
keerautomaat (ELR) is een blok-
keerclip noodzakelijk)
ISOfix-bevestigingen (ISOfix-zitje)
Voor de buitenste zitplaatsen ach-
ter zijn lage bevestigingspunten
aanwezig. (Knoppen geven aan
waar de bevestigingspunten zich in
de bank bevinden.)
Bevestigingssteunen (voor de bo-
venste gordel)
Voor de buitenste achterstoelen
zijn bovenste bevestigingspunten
aanwezig. (Labels geven de plaats
van de bevestigingssteun aan.)
Volg de aanwijzingen van de fabrikant van het zitje. Zet het vei-
ligheidssysteem voor kinderen stevig vast op de zitplaatsen met
de veiligheidsgordel of het ISOfix-bevestigingssysteem. Zet het
baby- of kinderzitje indien nodig ook aan de bovenzijde vast.

Page 75 of 760

751-1. Voor een veilig gebruik
1
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
Veiligheid en beveiliging
■Tegen de rijrichting in geplaatst baby- of kinderzitje
Klik de rugleuning vast in de
8e vergrendelstand vanaf de
volledig neergeklapte stand.
(Blz. 180)
Volledig neergeklapte
stand
8e vergrendelstand
Als het baby- of kinderzitje niet kan worden geplaatst omdat er
een hoofdsteun in de weg zit, verwijdert u de hoofdsteun en
plaatst u vervolgens het kinderzitje. (Blz. 184)
Plaats het zitje zodanig ach-
terin dat het kind naar achte-
ren kijkt.
Voer de veiligheidsgordel
door het zitje en steek de
gesp in de gordelsluiting.
Controleer of de gordel niet
gedraaid is.
Plaatsen van veiligheidssystemen voor kinderen met behulp van
een veiligheidsgordel
1
1
2
2
3

Page 76 of 760

761-1. Voor een veilig gebruik
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
Plaats een blokkeerclip bij de
gesp van de schouder- en
heupgordel en haal de gordel
door de openingen van de
blokkeerclip. Maak de gordel
weer vast. Maak de gordel
als deze niet goed strak
getrokken is weer los en
plaats de blokkeerclip weer.
■In de rijrichting geplaatst kinderzitje
Klik de rugleuning vast in de
8e vergrendelstand vanaf de
volledig neergeklapte stand.
(Blz. 180)
Volledig neergeklapte
stand
8e vergrendelstand
Als het baby- of kinderzitje niet kan worden geplaatst omdat er
een hoofdsteun in de weg zit, verwijdert u de hoofdsteun en
plaatst u vervolgens het kinderzitje. (Blz. 184)
Plaats het zitje zodanig op de
stoel dat het kind in de rijrich-
ting kijkt.
4
1
1
2
2

Page 77 of 760

771-1. Voor een veilig gebruik
1
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
Veiligheid en beveiliging
Voer de veiligheidsgordel
door het zitje en steek de
gesp in de gordelsluiting.
Controleer of de gordel niet
gedraaid is.
Plaats een blokkeerclip bij de
gesp van de schouder- en
heupgordel en haal de gordel
door de openingen van de
blokkeerclip. Maak de gordel
weer vast. Maak de gordel
als deze niet goed strak
getrokken is weer los en
plaats de blokkeerclip weer.3
4

Page 78 of 760

781-1. Voor een veilig gebruik
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)■
Zitkussen
Klik de rugleuning vast in de
8e vergrendelstand vanaf de
volledig neergeklapte stand.
(Blz. 180)
Volledig neergeklapte
stand
8e vergrendelstand
Als het baby- of kinderzitje niet kan worden geplaatst omdat er
een hoofdsteun in de weg zit, verwijdert u de hoofdsteun en
plaatst u vervolgens het kinderzitje. (Blz. 184)
Plaats het zitje zodanig op de stoel dat het kind in de rijrichting
kijkt.
1
1
2
2
ZittingverhogingMet hoge rugleuning

Page 79 of 760

791-1. Voor een veilig gebruik
1
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
Veiligheid en beveiliging
Plaats het kind in het zitje.
Zet het kind vast met de vei-
ligheidsgordel volgens de
aanwijzingen van de fabri-
kant en steek de gesp in de
gordelsluiting. Controleer of
de gordel niet gedraaid is.
Controleer of de schoudergordel
goed over de schouder van het
kind loopt en het heupgedeelte
zo laag mogelijk ligt. (Blz. 38)
Druk de ontgrendelknop op de
gordelsluiting in en laat de gordel
helemaal oprollen.
3
Verwijderen van een veiligheidssysteem voor kinderen dat is
vastgezet met een veiligheidsgordel

Page 80 of 760

801-1. Voor een veilig gebruik
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
Klik de rugleuning vast in de 8e
vergrendelstand vanaf de volle-
dig neergeklapte stand.
(Blz. 180)
Volledig neergeklapte stand
8e vergrendelstand
Wanneer het vergrendelen van een tegen de rijrichting in geplaatst
baby- of kinderzitje met ISOfix moeilijk gaat, stel de rugleuning dan
af door deze achterover te zetten.
Als het baby- of kinderzitje niet kan worden geplaatst omdat er een
hoofdsteun in de weg zit, verwijdert u de hoofdsteun en plaatst u
vervolgens het kinderzitje. (Blz. 184)
Bevestig de gespen aan de
speciale bevestigingsstangen.
Als het kinderzitje een lus aan de
bovenzijde heeft, moet deze wor-
den vastgezet aan het bovenste
bevestigingspunt.
Plaatsen met het ISOfix-bevestigingssysteem
1
1
2
2

Page:   < prev 1-10 ... 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 91-100 101-110 111-120 ... 760 next >