TOYOTA SUPRA 2020 Instructieboekje (in Dutch)
Page 261 of 476
261
4
Handleiding Supra 4-1. BEDIENING
BEDIENING
2
Kantel de controller naar rechts.
3 “Settings” (instellingen)
4 “Cross-traffic alert” (waarschuwing
kruisend verkeer)
5 “Cross-traffic alert” (waarschuwing
kruisend verkeer)
Of via Toyota Supra Command:
1 “My vehicle” (mijn auto)
2 “Vehicle settings” (instellingen auto)
3 “Parking” (parkeren)
4 “Cross-traffic alert” (waarschuwing
kruisend verkeer)
5 “Cross-traffic alert” (waarschuwing
kruisend verkeer)
Als het systeem is geactiveerd op het
regeldisplay, wordt het automatisch
ingeschakeld zodra Parking Sensors of
Panorama View actief is en een ver-
snelling wordt ingeschakeld.
Het systeem wordt achter ingeschakeld
als de achteruitversnelling wordt inge-
schakeld.
Het systeem wordt au tomatisch uitge-
schakeld in de volgende situaties:
Als sneller dan stapvoets wordt
gereden.
Als een bepaalde afstand wordt
overschreden.
Tijdens het parkeren met het Parking
Assist-systeem. Het regeldisplay schakelt over op de
desbetreffende weergave, er klinkt
eventueel een geluidssignaal en het
lampje in de buitenspiegel knippert.
Het lampje in de buitenspiegel knippert
als tijdens het achteruitrijden andere
voertuigen worden gedetecteerd door
de sensoren achter.
In het scherm van Parking Sensors
knippert de desbetreffende zijde van de
weg rood als de sensoren voertuigen
detecteren.
Automatisch inschakelen
Automatisch uitschakelenWaarschuwing
Algemeen
Lampje in de buitenspiegel
Weergave in het scherm van Parking
Sensors
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page 261 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 262 of 476
262
Handleiding Supra4-1. BEDIENING
Naast de optische weergave klinkt ook
een geluidssignaal wanneer uw auto in
de betreffende richting beweegt.
Het systeem werkt in
de volgende situ-
aties mogelijk niet optimaal:
Bij zeer snel naderende voertuigen.
In dichte mist, onder natte omstan-
digheden of bij sneeuw.
In scherpe bochten.
Als de bumper vuil is of is bedekt
met sneeuw of bijvoorbeeld stickers.
Als het zichtveld van de sensoren
wordt gehinderd, bijvoorbeeld door
garagewanden, hagen of sneeuwho-
pen.
Bij het vervoer van uitstekende
lading.
Als kruisende objecten zeer lang-
zaam bewegen.
Als de sensoren kruisend verkeer
niet kunnen detecteren doordat zich
andere objecten in het detectiebe-
reik bevinden. Dit hoofdstuk beschrijft alle standaard,
landspecifieke en speciale uitrusting
die beschikbaar is voor de modelserie.
Daardoor worden mogelijk uitrusting en
functies beschreven die niet in uw auto
aanwezig zijn, bijvoorbeeld als gevolg
van de geselecteerde optionele uitrus-
ting of de landenspecificatie. Dit geldt
ook voor functies en systemen met
betrekking tot veiligheid. Houd u bij het
gebruik van de bijbehorende functies
en systemen aan de
desbetreffende
wet- en regelgeving.
Het Adaptive Variable Suspension-sys-
teem is een instelbare sportieve wielop-
hanging. Dit systeem beperkt
ongewenste bewegingen van de auto
bij een sportieve rijstijl of bij het rijden
op een onregelmatig wegdek.
Afhankelijk van de wegsituatie en de
rijstijl verbetert dit systeem de weglig-
ging en het rijcomfort.
Het systeem biedt keuze uit verschil-
lende schokdemperinstellingen.
De schokdemperinstellingen zijn
gekoppeld aan de rijmodi van de
SPORT-modusschakelaar, zie blz. 159.
Geluidssignaal
Beperkingen van het systeem
Rijcomfor t
Uitrusting
Adaptive Variable
Suspension-systeem
Principe
Algemeen
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page 262 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 263 of 476
263
4
Handleiding Supra 4-1. BEDIENING
BEDIENING
Dit hoofdstuk beschrijft alle standaard,
landspecifieke en speciale uitrusting
die beschikbaar is voor de modelserie.
Daardoor worden mogelijk uitrusting en
functies beschreven die niet in uw auto
aanwezig zijn, bijvoorbeeld als gevolg
van de geselecteerde optionele uitrus-
ting of de landenspecificatie. Dit geldt
ook voor functies en systemen met
betrekking tot veiligheid. Houd u bij het
gebruik van de bijbehorende functies
en systemen aan de
desbetreffende
wet- en regelgeving.
De luchtkwaliteit in het interieur wordt
verbeterd door de volgende componen-
ten:
Meetsysteem voor de luchtkwaliteit
in het interieur.
Microfilter.
Airconditioningssysteem voor de
regeling van de temperatuur, de
luchtstroom en de luchtcirculatie.
Automatische reci rculatieregeling
AUC.
Onafhankelijke ventilatie.
RijmodusSchokdemper-
instelling
NORMALEvenwichtig
SPORTStevig
Klimaat
Uitrusting
Luchtkwaliteit in het interieur
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page 263 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 264 of 476
264
Handleiding Supra4-1. BEDIENING
Veiligheidsaanwijzingen
WAARSCHUWING
Houd tijdens langdurig gebruik van de air-
conditioning, de stoelverwarming enz.
lichaamsdelen uit de buurt van de uit-
stroomopeningen en vermijd direct contact
met de stoelen, om lichte brandwonden of
bevriezing te voorkomen. Schakel de air-
conditioning of de stoelverwarming onmid-
dellijk uit of wijzig de instelling wanneer u
door het gebruik ervan een onprettig
gevoel ervaart.
Automatische airconditioning
Overzicht
Toetsen in de auto
Functies klimaatregeling
ToetsFunctie
Temperatuur, zie blz. 265.
Aircomodus, zie blz. 265.
Maximaal koelen, zie
blz. 266.
AUTO-programma, zie
blz. 266.
Recirculatiemodus, zie
blz. 267.
Uitschakelen, zie blz. 265.
Luchtverdeling, handmatig,
zie blz. 268.
De voorruit ontdooien en ont-
wasemen, zie blz. 268.
Achterruitverwarming, zie
blz. 268.
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page 264 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 265 of 476
265
4
Handleiding Supra 4-1. BEDIENING
BEDIENING
Druk op een willekeurige toets, behalve
de volgende:
Uitschakelen.
Achterruitverwarming.
Stoelverwarming.
Het volledige systeem:
De automatische airconditioning zorgt
ervoor dat de ingestelde temperatuur
zo snel mogelijk wordt bereikt, waarbij
indien nodig maximaal wordt gekoeld of
verwarmd. Deze temperatuur wordt
vervolgens gehandhaafd. Via Toyota Supra Command:
1
“My Vehicle” (mijn auto)
2 “Vehicle settings” (instellingen auto)
3 “Climate comfort” (klimaatregeling)
4 “Temperature adjustment, upper
body” (temperatuurregeling, boven-
lichaam)
5 Stel de gewenste temperatuur in.
Voorkom het snel achter elkaar instel-
len van verschillende temperaturen. De
automatische airconditioning heeft tijd
nodig om de ingestelde temperatuur te
bereiken.
De naar het interieur gevoerde lucht
wordt gekoeld en gedroogd, en afhan-
kelijk van de ingestelde temperatuur
weer verwarmd.
Het koelen van het interieur is alleen
mogelijk als de Drive Ready-modus is
ingeschakeld.
Stoelverwarming, zie
blz. 116.
Handmatige bediening lucht-
stroom, zie blz. 267.
In-/uitschakelen
Inschakelen
Uitschakelen
Houd de toets ingedrukt.
Temperatuur
Principe
ToetsFunctieInstellen
Draai de knop rechtsom om
de temperatuur te verhogen
en linksom om de temperatuur
te verlagen.
Koelfunctie
Principe
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page 265 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 266 of 476
266
Handleiding Supra4-1. BEDIENING
De koelfunctie wordt ingeschakeld bij
draaiende motor.
De koelfunctie wordt automatisch inge-
schakeld tijdens de recirculatiemodus
om de lucht te drogen en condensatie
te voorkomen.
Afhankelijk van de weersomstandighe-
den kunnen de voorruit en zijruiten
even beslaan als de Drive
Ready-modus wordt ingeschakeld.
In het AUTO-programma wordt de
koelfunctie automatisch ingeschakeld.
Als de automatische airconditioning in
werking is, vormt zich condens die
onder de auto wegloopt.
Als de Drive Ready-modus wordt inge-
schakeld, wordt het systeem ingesteld
op de laagste temperatuur in combina-
tie met een optimale luchtstroom en de
recirculatiemodus.
Deze functie is beschikbaar boven een
buitentemperatuur
van ongeveer 0°C
en als de Drive Ready-modus is inge-
schakeld. De led brandt om aan te geven dat het
systeem is ingeschakeld.
De lucht stroomt uit de buitenste uit-
stroomopeningen ter hoogte van het
bovenlichaam. Zet deze uitstroomope-
ningen daarom open.
De luchtstroom kan worden aangepast
terwijl dit programma actief is.
In het AUTO-programma wordt het inte-
rieur automatisch gekoeld, geventileerd
of verwarmd.
Het programma doet dit door afhanke-
lijk van de temperatuur in het interieur
en de ingestelde temperatuur automa-
tisch de luchtstroom, de luchtverdeling
en de temperatuur te regelen.
De led brandt om aan te geven dat het
AUTO-programma is ingeschakeld.
Afhankelijk van de geselecteerde tem-
peratuur en de omgevingscondities
wordt de lucht naar de voorruit, de
zijruiten, het bovenlichaam en de voe-
ten geleid.
In-/uitschakelen
Druk op de toets.
Maximaal koelen
Principe
Algemeen
In-/uitschakelen
Druk op de toets.
AUTO-programma
Principe
In-/uitschakelen
Druk op de toets.
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page 266 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 267 of 476
267
4
Handleiding Supra 4-1. BEDIENING
BEDIENING
In het AUTO-programma wordt de
koelfunctie (zie blz. 265) automatisch
ingeschakeld.
Het AUTO-programma wordt automa-
tisch uitgeschakeld als de luchtverde-
ling handmatig wordt ingesteld.
Bij stank of een slechte kwaliteit van de
buitenlucht kan de toevoer van buiten-
lucht naar het interieur worden afgeslo-
ten. De lucht wordt dan in het interieur
van de auto gerecirculeerd.
De led brandt om aan te geven dat de
recirculatiemodus is ingeschakeld.
Als de led links brandt: Automatische
recirculatiemodus
Als de luchtvervuilingssensor schadelijke
stoffen in de buitenlucht signaleert, wordt
automatisch van de buitenluchtmodus over-
geschakeld op de recirculatiemodus.
Als de led rechts brandt: Recirculatie-
modus
Er vindt een permanente recirculatie van de
lucht in het interieur plaats.
Wanneer de recirculatiemodus is uitge-
schakeld, wordt er frisse lucht in de
auto toegevoerd.
Afhankelijk van de omgevingscondities
wordt de recirculatiemodus na een
bepaalde tijd automatisch uitgescha-
keld om condensvorming te voorko-
men.
De koelfunctie wordt ook automatisch
ingeschakeld om condensatie te voor-
komen.
Het langdurig ingeschakeld houden van
de recirculatiemodu
s verslechtert de
luchtkwaliteit in het interieur en veroor-
zaakt condensvorming op de ruiten.
Als er sprake is van condensvorming,
schakel de recirculatiemodus dan uit of
verwijder de condens, zie blz. 268.
De luchtstroom voor de airconditioning
kan handmatig worden ingesteld.
Schakel om de luchtstroom handmatig
te kunnen instellen eerst het
AUTO-programma uit.
De geselecteerde instelling van de
luchtstroom wordt op het scherm van
de klimaatregeling weergegeven.
Indien nodig wordt de luchtstroom
beperkt om te voorkomen dat de accu
ontladen raakt.
Recirculatiemodus.
Principe
Bediening
Druk herhaaldelijk op de toets
tot de gewenste functie is
ingeschakeld.
Handmatige regeling van de
luchtstroom
Principe
Algemeen
Bediening
Druk op de linker- of rechter-
zijde van de toets om de lucht-
stroom te verkleinen of
vergroten.
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page 267 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 268 of 476
268
Handleiding Supra4-1. BEDIENING
De luchtverdeling voor de airconditio-
ning kan handmatig worden ingesteld.
Ruiten, bovenlichaam en voeten.
Bovenlichaam en voeten.
Voeten.
Ruiten en voeten.
Ruiten.
Ruiten en bovenlichaam.
Bovenlichaam.
De geselecteerde instelling van de
luchtverdeling wordt op het scherm van
de klimaatregeling weergegeven.
Verwijder eventuele condens van de
ruiten, zie blz. 268.
IJs en condens worden snel verwijderd
van de voorruit en voorste zijruiten. De led brandt om aan te geven dat het
systeem is ingeschakeld.
De luchtstroom kan
als het systeem is
ingeschakeld handmatig worden aan-
gepast.
Deze functie is beschikbaar bij draai-
ende motor.
De achterruitverwarming wordt na
enige tijd automatisch uitgeschakeld.
Het microfilter houdt stof en pollen in de
toegevoerde buitenlucht tegen.
Dit filter moet bij onderhoud van de
auto (zie blz. 331) worden vervangen.
Handmatige regeling van de
luchtverdeling
Principe
Bediening
Druk herhaaldelijk op de toets
om een programma te selec-
teren:
De voorruit ontdooien en
ontwasemen
Principe
In-/uitschakelen
Druk op de toets.
Druk als er sprake is van con-
densvorming op de ruit op de
toets aan bestuurderszijde of
schakel de koelfunctie in. Zorg
ervoor dat lucht naar de voor-
ruit kan stromen.
Achterruitverwarming
Druk op de toets. De led gaat
branden.
Microfilter
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page 268 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 269 of 476
269
4
Handleiding Supra 4-1. BEDIENING
BEDIENING
De richting van de luchtstromen kan
individueel worden ingesteld.
De richting van de luchtstromen kan
voor directe of indirecte ventilatie wor-
den ingesteld.
Richt de luchtstroom direct op de inzit-
tenden. De luchtstroom zorgt voor een
merkbare verwarming of koeling,
afhankelijk van de ingestelde tempera-
tuur.
Richt de luchtstroom niet direct op de
inzittenden. Het interieur wordt indirect
gekoeld of verwarmd, afhankelijk van
de ingestelde temperatuur.
Hendel voor het regelen van de rich-
ting van de luchtstroom, pijlen 1.
Kartelwieltje voor het traploos ope-
nen en sluiten van de uitstroomope-
ningen, pijlen 2.
Met de onafhankelijke ventilatie kan het
interieur vóór vertrek op de gewenste
temperatuur worden gebracht. Afhan-
kelijk van de ingestelde temperatuur en
de omgevingstemperatuur wordt het
interieur geventileerd of met behulp van
de aanwezige restwarmte van de motor
verwarmd.
Het systeem kan direct worden in- of
uitgeschakeld of worden geprogram-
meerd voor een bepaalde vertrektijd.
De inschakeltijd wordt berekend op
basis van de buitentemperatuur. Het
systeem wordt voldoende tijdig vóór de
ingestelde vertrektijd ingeschakeld.
De auto bevindt zich in de inactieve
modus of de standby-modus en niet
in de Drive Ready-modus.
De laadtoestand van de accu is vol-
doende.
Als de onafhankelijke vent ilatie is ingescha-
keld, wordt deze gevoed door de accu van
de auto. Daarom wordt de functie na een
bepaalde tijd uitgeschakeld om de accu te
beschermen. Nadat de motor is gestart of
Ventilatie
Principe
Instellen van de ventilatie
Algemeen
Directe ventilatie
Indirecte ventilatie
Ventilatie voorin
Onafhankelijke ventilatie
Principe
Algemeen
Voorwaarden voor werking
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page 269 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 270 of 476
270
Handleiding Supra4-1. BEDIENING
nadat even met de auto is gereden, is het
systeem weer beschikbaar.
Zorg ervoor dat de datum en tijd cor-
rect in de auto zijn ingesteld.
Zet de uitstroomopeningen open om
lucht in het interi eur te laten stro-
men.
Het systeem kan op verschillende
manieren worden in- of uitgeschakeld.
Het systeem wordt na enige tijd auto-
matisch uitgeschakeld. Het blijft nadat
het is uitgeschakeld nog korte tijd wer-
ken.
■Algemeen
Als de auto in de standby-modus is,
kan de onafhankelijke ventilatie worden
in- of uitgeschakeld via de toetsen van
de automatische airconditioning.
■Inschakelen
Druk op een willekeurige toets,
behalve:
Achterruitverwarming.
Onderste deel van de luchtcirculatie-
toets.
Stoelverwarming.
■Uitschakelen
Het systeem wordt ui tgeschakeld nadat
u de auto hebt verlaten en vergrendeld.
Houd de schakelaar DOWN
ingedrukt. 1
“My Vehicle” (mijn auto)
2 “Vehicle settings” (instellingen auto)
3 “Climate comfort” (klimaatregeling)
4 “Auxiliary ventilation” (extra ventila-
tie)
5 “Activate now” (nu inschakelen)
Om ervoor te zorgen dat de tempera-
tuur in de auto al vóór vertrek op een
aangenaam niveau is, kunnen verschil-
lende vertrektijden worden ingesteld.
Eenmalige vertrektijd: stel de tijd in.
Het systeem wordt één keer ingeschakeld.
Vertrektijd met dag van de week: de
tijd en dag(en) van de week kunnen
worden ingesteld.
Het systeem wordt op de geselecteerde
dagen van de week tijdig vóór de ingestelde
vertrektijd ingeschakeld.
De voorselectie v an de vertrektijd
gebeurt in twee fasen:
Ingestelde vertrektijden.
Vertrektijd activeren.
Direct in-/uitschakelen
Algemeen
Met de toets
Via Toyota Supra Command
Display
SymboolBeschrijving
Symbool op de automatische
airconditioning geeft aan dat
het systeem is ingeschakeld.
Op het airconditioningsys-
teem wordt REST weergege-
ven. De restwarmte van de
motor wordt gebruikt.
Vertrektijd
Principe
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page 270 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM