TOYOTA YARIS 2016 Instructieboekje (in Dutch)
Page 261 of 540
2614-6. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
YARIS_F_WE_52G04NL
Het controlelampje Traction Con-
trol knippert wanneer het TRC-/
VSC-systeem in werking is.
Als u met uw auto vast komt te zitten in modder of sneeuw, kan het
TRC-systeem het aandrijfvermogen van de motor naar de wielen
beperken. Door op de schakelaar VSC OFF te drukken om het sys-
teem uit te schakelen, is het makk elijker voor u om de auto vrij te
maken door te “schommelen”.
Schakel de TRC uit door de
schakelaar VSC OFF snel in te
drukken en weer los te laten.
Het controlelampje TRC OFF
gaat branden.
Druk nogmaals op de schake-
laar om het systeem weer in te
schakelen.
Als het TRC-/VSC-systeem in werking is
Uitschakelen van het TRC-systeem
YARIS F_OM_Europe_OM52G04E.book Page 261 Monday, August 31, 2015 2:42 PM
Page 262 of 540
2624-6. Gebruik van de ondersteunende systemen
YARIS_F_WE_52G04NL
■Zowel TRC als VSC uitschakelen
Houd de schakelaar VSC OFF meer dan 3 seconden ingedrukt, terwijl de
auto stilstaat, om de TRC en VSC uit te schakelen.
De controlelampjes TRC OFF en VSC OFF gaan branden.
Druk nogmaals op de toets om het systeem weer in te schakelen.
Bij auto's met het Pre-Crash Safety -systeem worden ook het Pre-Crash
Brake Assist-systeem en het Pre-Crash Brake-systeem uitgeschakeld. Het
waarschuwingslampje PCS gaat branden. ( →Blz. 233)
■ Wanneer het controlelampje TRC OF F zelfs gaat branden als de schake-
laar VSC OFF niet is ingedrukt
De TRC kan niet worden bediend. Neem contact op met een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
■ Bijgeluiden en trillingen veroorzaak t door het ABS, de Brake Assist, de
TRC en de VSC
● Het is mogelijk dat u tijdens het starten van de motor of bij het wegrijden een
geluid in de motorruimte hoort wanneer het rempedaal herhaaldelijk wordt
ingetrapt. Dit duidt niet op een storing in een van deze systemen.
● De volgende verschijnselen kunnen zich voordoen als bovenstaande syste-
men in werking zijn. Geen van deze verschijnselen duidt op een storing.
• Er kunnen trillingen gevoeld worden in de carrosserie en de stuurinrichting.
• Nadat de auto tot stilstand is gekomen, kan het geluid van een elektro-
motor hoorbaar zijn.
• Er kan een lichte trilling in het rempedaal voelbaar zijn als het antiblok-
keersysteem geactiveerd is.
• Het rempedaal kan iets verder naar beneden bewegen als het antiblok- keersysteem geactiveerd is.
■ Geluid EPS
Wanneer het stuurwiel bediend wordt, kan het geluid van een elektromotor
(zoemend geluid) hoorbaar zijn. Dit is normaal en duidt niet op een storing.
■ Automatisch opnieuw inschakelen van de TRC- en VSC-systemen
Als de TRC- en VSC-systemen zijn uitgeschakeld, worden deze automatisch
opnieuw ingeschakeld in de volgende situaties:
● Wanneer het contact UIT wordt gezet
● Als alleen het TRC-systeem wordt uitgeschakeld, wordt de TRC weer inge-
schakeld zodra de rijsnelheid toeneemt.
Als zowel het TRC- als het VSC-systeem is uitgeschakeld, worden deze niet
automatisch weer ingeschakeld als de rijsnelheid toeneemt.
■ Gereduceerde bekrachtiging door het EPS-systeem
De mate van bekrachtiging door het EPS-systeem wordt gereduceerd om het
systeem tegen oververhitting te beschermen als er gedurende langere tijd
veel stuurbewegingen worden uitgevoerd. Hierdoor kan de besturing zwaar
aanvoelen. Probeer als dat het geval is minder frequent te sturen of breng de
auto tot stilstand en zet de motor UIT. Het EPS-systeem moet binnen 10
minuten weer normaal werken.
YARIS F_OM_Europe_OM52G04E.book Page 262 Monday, August 31, 2015 2:42 PM
Page 263 of 540
2634-6. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
YARIS_F_WE_52G04NL■
Als het controlelampje Traction Control gaat branden
Dit kan duiden op een storing in de systemen. Neem contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Voorwaarden voor werking noodstopsignaal
Als aan de volgende drie voorwaarden wordt voldaan, werkt het noodstopsig-
naal:
●De alarmknipperlichten zijn uit.
● De werkelijke rijsnelheid is hoger dan 55 km/h.
● Het rempedaal wordt op zo'n manier ingetrapt dat het systeem op basis van
de deceleratie van de auto oordeelt dat het om een noodstop gaat.
■ Automatisch uitschakelen van noodstopsignaal
Het noodstopsignaal wordt in de volgende situaties uitgeschakeld:
●De alarmknipperlichten worden ingeschakeld.
● Het rempedaal wordt losgelaten.
● Het systeem oordeelt op basis van de deceleratie van de auto dat het niet
om een noodstop gaat.
WAARSCHUWING
■Het ABS werkt niet effectief als
● De maximale grip van de banden overschreden wordt (bijvoorbeeld ver-
sleten banden op een weg die bedekt is met sneeuw).
● Er sprake is van aquaplaning bij hoge snelheid op een nat of glad wegdek.
■ De remweg met ABS in werking kan langer zijn dan onder normale
omstandigheden
Het ABS is niet ontworpen om de remweg van de auto te verkorten. Houd
altijd voldoende afstand tot uw voorligger, met name in de volgende gevallen:
● Als wordt gereden op wegen met grind, zand en dergelijke, of op
besneeuwde wegen
● Als wordt gereden met sneeuwkettingen
● Als wordt gereden op slechte wegen
● Als er gereden wordt over wegen met putdeksels of andere grote oneffen-
heden
■ De TRC werkt mogelijk niet effectief als
Het insturen van de juiste richting en het overbrengen van de aandrijfkracht
kunnen op een gladde weg niet onder alle omstandigheden gerealiseerd
worden, zelfs niet als het TRC-systeem in werking is.
Rijd voorzichtig met de auto onder omstandigheden waarbij de stabiliteit en
de aandrijfkracht verloren kunnen gaan.
YARIS F_OM_Europe_OM52G04E.book Page 263 Monday, August 31, 2015 2:42 PM
Page 264 of 540
2644-6. Gebruik van de ondersteunende systemen
YARIS_F_WE_52G04NL
WAARSCHUWING
■Als het Vehicle Stability Cont rol-systeem (VSC) geactiveerd is
Het controlelampje Traction Control knippert. Rijd altijd voorzichtig. Roeke-
loos rijgedrag kan leiden tot ongevall en. Wees bijzonder voorzichtig als het
controlelampje knippert.
■ Als het TRC/VSC-systeem is uitgeschakeld
Wees zeer voorzichtig en pas uw snelheid aan de conditie van het wegdek
aan. Schakel de TRC en de VSC alleen in geval van nood uit, aangezien deze
systemen zorgdragen voor de voertuig stabiliteit en het aandrijfvermogen.
■Vervangen van banden
Controleer of alle banden dezelfde maat hebben, van hetzelfde merk zijn en
hetzelfde profiel en draagvermogen hebben. Controleer verder of alle ban-
den de aanbevolen spanning hebben.
Het ABS-, TRC- en VSC-systeem werken niet goed als er verschillende
banden onder de auto gemonteerd zijn.
Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige voor
meer informatie over het vervangen van de banden of wielen.
■ Omgaan met banden en wielophanging
Problemen met de banden of wijzigingen aan de wielophanging hebben
een negatief effect op de ondersteunende systemen en kunnen een storing
veroorzaken.
YARIS F_OM_Europe_OM52G04E.book Page 264 Monday, August 31, 2015 2:42 PM
Page 265 of 540
265
4
4-6. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
YARIS_F_WE_52G04NL
Roetfilter∗
Het roetfilter wordt indien nodig gereinigd, afhankelijk van de rij-
omstandigheden.
Het roetfiltersysteem heeft de volgende eigenschappen:
●Het stationair toerental neem t tijdens het reinigen toe
● De geur van de uitlaatgassen verandert
● Wanneer de motor wordt gestart, wordt tijdens het reinigen mogelijk
witte stoom (waterdamp) uitgestoten
● Mogelijk zal de acceleratie tijdens het reinigen verslechteren
■Olie verversen
→Blz. 361
∗: Indien aanwezig
Als er zich een vooraf bepaalde hoeveelheid afzetting in het filter
bevindt, wordt het filter automatisch gereinigd.
Reinigen van het roetfilter
Eigenschappen
YARIS F_OM_Europe_OM52G04E.book Page 265 Monday, August 31, 2015 2:42 PM
Page 266 of 540
2664-6. Gebruik van de ondersteunende systemen
YARIS_F_WE_52G04NL
WAARSCHUWING
■Uitlaatpijp
Raak de uitlaatpijp tijdens het reinigen niet aan, aangezien de uitlaatpijp en
de uitlaatgassen erg warm kunnen worden. Zorg dat er zich geen personen
of ontvlambare materialen in de buurt van de uitlaatpijp bevinden wanneer
de auto stilstaat.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan brandwonden of
brand veroorzaken.
OPMERKING
■Storingen in het roetfiltersysteem voorkomen
● Gebruik geen andere brandstof dan het aangegeven type brandstof
● Gebruik geen andere motorolie dan het aanbevolen type motorolie
● Breng geen wijzigingen aan de uitlaatpijp aan
YARIS F_OM_Europe_OM52G04E.book Page 266 Monday, August 31, 2015 2:42 PM
Page 267 of 540
267
4
4-7. Rijtips
Rijden
YARIS_F_WE_52G04NL
Rijden in de winter
●Gebruik vloeistoffen die geschikt zijn voor winterse omstandigheden.
• Motorolie
• Koelvloeistof
• Ruitensproeiervloeistof
● Laat de toestand van de accu controleren door een monteur.
● Laat winterbanden onder uw auto monteren of schaf een set
sneeuwkettingen voor de voorwielen aan.
Zorg ervoor dat alle banden dezelfde maat hebben, van hetzelfde merk
zijn en een niet veel van elkaar verschillend slijtagepatroon hebben. Zorg
er ook voor dat de sneeuwkettingen bij het formaat van de banden passen.
Voer, afhankelijk van de omstandigheden, de volgende handelingen
uit:
●Probeer een vastgevroren ruit niet met kracht te openen en zet de
ruitenwissers niet aan als deze va stgevroren zijn. Giet warm water
over het bevroren gedeelte om het ijs te laten smelten. Veeg het
water direct weg om te vo orkomen dat het bevriest.
● Verwijder de eventueel aanwezige sneeuw van de luchtinlaten voor
de voorruit om zeker te kunnen z ijn van een juiste werking van de
aanjager van het airc onditioningsysteem.
● Controleer of er sprake is van ijs- of sneeuwophopingen op de ver-
lichting aan de buitenzijde, op het dak, op het chassis, rond de ban-
den of op de remmen, en verwijder deze indien dat het geval is.
● Verwijder sneeuw en modder van de onderzijde van uw schoenen
voordat u in de auto stapt.
Tref voor het aanbreken van de winter de noodzakelijke voorbe-
reidingen en voer de benodigde c ontroles uit. Pas uw rijgedrag
altijd aan de actuele weersomstandigheden aan.
Voorbereiding voor de winter
Voordat u met de auto gaat rijden
YARIS F_OM_Europe_OM52G04E.book Page 267 Monday, August 31, 2015 2:42 PM
Page 268 of 540
2684-7. Rijtips
YARIS_F_WE_52G04NL
Verhoog de snelheid geleidelijk, houd een veilige afstand tussen u en
uw voorligger en pas de snelheid aan aan de conditie van de weg.
Parkeer de auto en zet de selectiehendel in stand P (Multidrive CVT),
de eerste versnelling of R (handgeschakelde transmissie), maar acti-
veer de parkeerrem niet. De parkeerrem kan vastvriezen en bij het
deactiveren niet vrij komen. Blokkeer de wielen indien nodig, om weg-
glijden of kruipen te voorkomen.
Gebruik de juiste maat sneeuwkettingen.
De maat van de sneeuwkettingen is afgestemd op de bandenmaat.
Zijketting
Behalve 175/65R14 banden:
diameter 3 mm
175/65R14 banden:
diameter 4 mm
Dwarsketting
Behalve 175/65R14 banden:
diameter 4 mm
175/65R14 banden:
diameter 5 mm
De wetgeving met betrekking tot het gebruik van sneeuwkettingen
verschilt per land en per soort weg. Stel u op de hoogte van lokale
voorschriften alvorens sneeuwkettingen te monteren.
Tijdens het rijden
Bij het parkeren
Keuze van sneeuwkettingen
1
2
Wetgeving met betrekking tot gebruik van sneeuwkettingen
YARIS F_OM_Europe_OM52G04E.book Page 268 Monday, August 31, 2015 2:42 PM
Page 269 of 540
2694-7. Rijtips
4
Rijden
YARIS_F_WE_52G04NL
■Monteren van sneeuwkettingen
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht bij het monteren en verwij-
deren van sneeuwkettingen:
●Monteer en verwijder de sneeuwkettingen op een veilige locatie.
● Monteer de sneeuwkettingen uitsluitend op de voorwielen. Gebruik geen
sneeuwkettingen om de achterwielen.
● Plaats de sneeuwkettingen zo strak mogelijk om de voorwielen. Zet de
sneeuwkettingen na 0,5 ⎯ 1,0 km opnieuw vast.
● Monteer de sneeuwkettingen volgens de meegeleverde gebruiksaanwijzing.
● Verwijder de eventueel aanwezige wieldoppen voordat u de sneeuwkettin-
gen monteert, om beschadigingen te voorkomen. ( →Blz. 450)
WAARSCHUWING
■Rijden met winterbanden
Neem om de kans op ongevallen te beperken de volgende voorzorgsmaat-
regelen in acht.
Als u dat niet doet, kunt u de macht over het stuur verliezen, waardoor ern-
stig letsel kan ontstaan.
● Gebruik winterbanden met de voorgeschreven maat.
● Zorg ervoor dat de bandenspanning aan de specificatie voldoet.
● Rijd niet harder dan de toegestane snelheid of harder dan de snelheids-
limiet die geldt voor de gebruikte winterbanden.
● Monteer winterbanden op alle wielen.
● Gebruik geen banden met verschillende slijtagepatronen.
■ Rijden met sneeuwkettingen
Neem om de kans op ongevallen te beperken de volgende voorzorgsmaat-
regelen in acht.
Anders kunnen een aanrijding en ernstig letsel het gevolg zijn.
● Rijd niet harder dan de maximaal toegestane snelheid voor de gebruikte
sneeuwkettingen of niet harder dan 50 km/h, afhankelijk van welke snel-
heid de laagste is.
● Vermijd het rijden over slechte wegdekken en over gaten.
● Vermijd plotseling accelereren, abrupte stuuracties, plotseling remmen en
schakelhandelingen die een plotselinge motorremwerking veroorzaken.
● Minder uw snelheid alvorens een bocht aan te snijden zodanig, dat u
zeker weet dat de auto bestuurbaar blijft.
● Gebruik de LDA (Lane Departure Alert) (indien aanwezig) niet.
YARIS F_OM_Europe_OM52G04E.book Page 269 Monday, August 31, 2015 2:42 PM
Page 270 of 540
2704-7. Rijtips
YARIS_F_WE_52G04NL
YARIS F_OM_Europe_OM52G04E.book Page 270 Monday, August 31, 2015 2:42 PM