YAMAHA XV125S 2000 Instructieboekje (in Dutch)
Page 51 of 88
1
2
3
4
5
6
7
8
9
6-18
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
OPMERKING:
De voorwaarden voor de minimale
profieldiepte, kunnen van land tot land
verschillen. Houd u aan de plaatselijke
regelingen, en minimaal aan de voor-
waarden van Yamaha.Inspektie van de banden
Kontroleer de konditie van de banden
voordat u gaat rijden. Neem meteen
kontakt op met uw Yamaha dealer om
de band te laten vervangen als de pro-
fieldiepte in het midden van de band
de grenswaarde heeft bereikt (zie
afbeelding), als er nagels of stukjes
glas in de band zijn of als er scheuren
in de zijwand van de band zijn.
1. Zijwand
a. Profieldiepte
1a
DAU00681
X@
8Rijden met versleten banden is
bijzonder gevaarlijk. Versleten
banden leiden tot moeilijker
bediening van de motorfiets en
verlies aan wegligging. Laat een
versleten band onmiddellijk ver-
vangen door een Yamaha dealer.
Vervanging van remmen, banden
en andere onderdelen die met het
wiel te maken hebben dient u
over te laten aan een Yamaha
dealer.
8Het is niet raadzaam om een
lekke binnenband te plakken. Als
het door bepaalde omstandighe-
den noodzakelijk is om een bin-
nenband te repareren, ga dan zeer
zorgvuldig te werk en vervang de
binnenband hierna zo snel moge-
lijk door een nieuwe binnenband
van een goede kwaliteit.
Bandenmerk Bandenmaat Type
CHENG SHIN 3,00-18 47P C-916
Bandenmerk Bandenmaat Type
CHENG SHIN
130/90-15M/C 66PC-915
ACHTER
Minimale
profieldiepte 1,6 mm
(voor en achter)
VOOR
5AJ-9-D3 6~9 (XV125S) 4/7/0 11:04 AM Page 49
Page 52 of 88
6-19
1
2
3
4
5
6
7
8
9
12b
a
c
DAU00694Afstelling van de vrije slag van
de koppelingshendel
De vrije slag van de koppelingshendel
dient van 10 ~ 15 mm te bedragen.
1. Draai de borgmoer aan de koppe-
lingshendel los.
2. Draai de stelbout aan de koppe-
lingshendel in de richting aom
de vrije slag te vergroten of in de
richting bom de vrije slag te ver-
kleinen.
3. Draai de borgmoer aan de koppe-
lingshendel weer vast.
Kunt u op deze wijze de juiste vrije slag
niet instellen, ga dan als volgt te werk.
1. Borgmoer
2. Stelbout
c. Vríje
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
DAU00685Wielen
Let, voor goede rijprestaties, een lange
levensduur en veilig rijden, op de vol-
gende punten:
8Kontroleer de wielen altijd, voor-
dat u met de motorfiets wegrijdt.
Kontroleer de velgen op barsten,
vervorming en andere beschadi-
gingen; kontroleer of de spaken
niet loszitten of verbogen en/of
beschadigd zijn. Als er iets mis is
met de wielen, vraag uw Yamaha
dealer dan om dit te inspekteren.
Probeer nooit zelf iets aan een
wiel te repareren, zelfs geen kleine
reparaties. Als een wiel vervormd
is of barstjes vertoont, laat het
dan vervangen.
8Banden en wielen dienen altijd
uitgebalanceerd te worden nadat
deze nieuw gemonteerd zijn. Als u
dit niet doet, kan dit leiden tot
slechtere prestaties, een moeilij-
ker bediening van de motorfiets
en een kortere levensduur van de
banden.8Als u een nieuwe band heeft
gemonteerd, rijd dan in het begin
voorzichtig, zodat de band zich
naar de velg kan zetten en optima-
le prestaties kan leveren.
5AJ-9-D3 6~9 (XV125S) 4/7/0 11:04 AM Page 50
Page 53 of 88
1
2
3
4
5
6
7
8
9
6-20
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
12
a
b
4. Draai de borgmoer aan de koppe-
lingshendel los.
5. Draai de stelbout aan de koppe-
lingshendel in de richting aom
de kabel los te zetten.
6. Draai de borgmoer aan de kant
van het motorblok los.
7. Draai de stelbout aan de kant van
het motorblok in de richting aom
de vrije slag te vergroten of in de
richting bom de vrije slag te ver-
kleinen.
8. Draai de borgmoeren aan het
motorblok en aan de koppelings-
hendel weer vast.
1. Borgmoer
2. Stelbout
1
2
a
bc
DAU00696Afstellen van de vrije slag van
de voorremhendel
De vrije slag aan het uiteinde van de
voorremhendel dient ongeveer 2 ~ 5
mm te bedragen.
1. Draai de borgmoer los.
2. Draai de afstelbout in richting a
om de vrije slag te vergroten of in
richting bom de vrije slag te ver-
kleinen.
3. Nadat u de afstelling heeft
gemaakt, draait u de borgmoer
weer aan.
1. Borgmoer
2. Afstelbout
c. Vríje
DW000099
X@
8Kontroleer de vrije slag van de
remhendel. Kontroleer tevens of
de rem goed funktioneert.
8Als de remhendel sponzig aan-
voelt, zit er waarschijnlijk lucht in
het remsysteem. In een dergelijk
geval dient u het remsysteem te
ontluchten. Rijd niet met de
motorfiets voordat het remsys-
teem ontlucht is. Als er lucht in
het remsysteem zit, gaat het rem-
vermogen bijzonder sterk achter-
uit, hetgeen kan leiden tot een
ongeluk. Vraag uw Yamaha
dealer om het remsysteem te
inspekteren en, indien nodig, te
ontluchten.
5AJ-9-D3 6~9 (XV125S) 4/7/0 11:04 AM Page 51
Page 54 of 88
6-21
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Vrije slag
De vrije slag aan het uiteinde van het
achterrempedaal moet ongeveer 20 ~
30 mm bedragen. Draai de stelmoer op
de remstand in de arichting voor
meer speling of in de brichting voor
minder speling.
1. Afstellmoer
1
a
b
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
DAU01199Afstellen van de pedaalhoogte
en de vrije slag van het
achterrempedaal
DW000104
X@
Het is raadzaam om deze afstelling
door een erkende Yamaha dealer te
laten uitvoeren.
Pedaalhoogte
Het rempedaal moet zo worden afge-
steld dat de bovenkant ervan ongeveer
60 mm boven de top van de voetsteun
uitkomt.
1. Voetsteun
a. Pedaalhoogte: 60 mm
b. Speling
1. Draai de borgmoer los.
2. Draai de afstelbout in de arich-
ting om het pedaal hoger te zetten
en in de brichting om het pedaal
lager te zetten.
3. Draai de borgmoer weer aan.
DW000108
X@
Nadat u de hoogte van het rempedaal
heeft afgesteld, dient u de vrije slag af
te stellen.
1. Vergrendelmotor
2. Afstelbout
1
2
ba1
ab
5AJ-9-D3 6~9 (XV125S) 4/7/0 11:04 AM Page 52
Page 55 of 88
1
2
3
4
5
6
7
8
9
6-22
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
DW000106
X@
8De vrije slag van het rempedaal
moet altijd gekontroleerd wor-
den, na het bijstellen van de ket-
tingspanning of het verwijderen
en weer installeren van het ach-
terwiel.
8Kontroleer, na het bijstellen van
de achterrem, het remlicht op een
juiste werking.
8Als het maken van de juiste
instelling niet mogelijk blijkt,
raadpleeg dan een Yamaha
dealer.
DAU00713Afstelling van de
remlicht-schakelaar
Het achterste remlicht wordt ingescha-
keld door het rempedaal; de schakelaar
ervan is juist ingesteld als het remlicht
gaat branden vlak voor de rem aan-
grijpt. Om de schakelaar van het ach-
terste remlicht bij te stellen, houdt u de
behuizing van de schakelaar vast zodat
deze niet meedraait wanneer u de
instelmoer verdraait.
Draai de instelmoer in de richting a
om het remlicht eerder te laten oplich-
ten.
Draai de instelmoer in de richting b
om het remlicht later te laten oplich-
ten.
1. Remlichtschakeraar
2. Stelmoer
1
2
a
b
DAU00720Kontrole van de remvoeringen
voor en de remschoenen achter
DAU00725Voorrem
Ieder remblok is voorzien van een slij-
tage-indikatiegroef. Aan de hand van
deze groef kan de slijtage van het rem-
blok worden gekontroleerd zonder dat
de rem wordt gedemonteerd. Als de
groef bijna geheel verdwenen is, dient
u naar uw Yamaha dealer te gaan om
de remblokken te laten vervangen.
1. Slijtage-indicatiegroef
1
5AJ-9-D3 6~9 (XV125S) 4/7/0 11:04 AM Page 53
Page 56 of 88
6-23
1
2
3
4
5
6
7
8
9
8Gebruik alleen de voorgeschreven
remvloeistof. Gebruik van andere
remvloeistof kan leiden tot aantas-
ting van de rubber dichtingen met
als gevolg lekkage en slecht funk-
tioneren van de remmen.
OPMERKING:
Als de DOT 4 remvloeistof niet ver-
krijgbaar is, kunt u DOT 3 remvloeistof
gebruiken.
8Vul altijd dezelfde remvloeistof bij.
Mengen van verschillende types
remvloeistof kan onverwachte
chemische reakties teweeg bren-
gen, met als gevolg slecht funktio-
neren van de remmen.
8Let goed op er geen water in de
hoofdcilinder terecht komt. Als er
water in de remvloeistof terecht
komt, wordt het kookpunt van de
remvloeistof verlaagd, met als
mogelijk gevolg gasstremming
(verstopt raken van de leidingen
door gasbellen). Aanbevolen remvloeistoffen:
DOT 4
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
DAU00727Achterrem
Trap het achterrempedaal in en kontro-
leer de positie van de slijtage-indikator.
Als de slijtage-indikator tot aan de slij-
tagegrens komt, vraag uw Yamaha
dealer dan om de remschoenen te ver-
vangen.
1. Slijtagegrens
2. Slijtagegrens-indikator
DAU00732Kontrole van het
remvloeistofnivo
Onvoldoende remvloeistof kan als
gevolg hebben dat er lucht in het rem-
systeem terecht komt, waardoor de
remmen kunnen weigeren.
Kontroleer het remvloeistofnivo, alvo-
rens te gaan rijden en vul indien nodig
remvloeistof bij.
Neem de volgende voorzorgsmaatre-
gelen in acht:
8Als u het remvloeistofnivo kontro-
leert, zorg dan dat de bovenkant
van de hoofdcilinder horizontaal
ligt, door het stuur te verdraaien.
1. Merkteken voor minimum-niveau
1
2
1
5AJ-9-D3 6~9 (XV125S) 4/7/0 11:04 AM Page 54
Page 57 of 88
1
2
3
4
5
6
7
8
9
6-24
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
8Remvloeistof kan lakwerk en plas-
tic onderdelen aantasten. Zorg dat
u geen remvloeistof morst. Mocht
u toch wat remvloeistof gemorst
hebben, spoel dit dan zo snel
mogelijk weg, met water.
8Als het remvloeistofnivo voortdu-
rend terugloopt is, raadpleeg dan
een Yamaha dealer.DAU00742Verversen van de remvloeistof
Het verversen van de remvloeistof
mag alleen maar uitgevoerd worden
door erkende Yamaha onderhouds-
monteurs.
Laat de onderstaande onderdelen door
een Yamaha dealer vervangen als deze
beschadigd zijn of lekken; tijdens de
periodieke onderhoudsbeurten.
8oliekeringen (om de twee jaar)
8remleidingen (om de vier jaar)
DAU00744Kontrole van de
kettingspanning
OPMERKING:
Draai het wiel enkele malen rond en
laat het staan in de stand waarin de
ketting het strakst gespannen is.
Kontroleer de kettingsspanning met
het wiel in deze stand. Als de ketting-
spanning net juist is, stelt u deze bij.
Om de kettingspanning te kontroleren,
zet u de motorfiets rechtop, onbelast
en met beide wielen op de grond.
Kontroleer de uitslag van de ketting
zoals in de afbeelding aangegeven. De
juiste speling is 30 ~ 40 mm. Als de
speling meer dan 40 mm is, stel deze
dan bij.
a. Kettingspeling
a
5AJ-9-D3 6~9 (XV125S) 4/7/0 11:04 AM Page 55
Page 58 of 88
6-25
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Om de kettingspanning te verho-
gen, draait u elke kettingspan-
moer in de arichting. Om de ket-
tingspanning te verlagen, draait u
elke kettingspanmoer in de b
richting en duwt u het wiel naar
voren. Draai de beide kettingspan
even ver in of uit zodat het achter-
wiel in lijn blijft. Op de beide zij-
den van de zwaaiarm vindt u een
merkteken. Gebruik deze voor het
juist uitlijnen van het achterwiel.
DC000096
<>
Als de ketting te strak staat zullen de
motor en andere belangrijke onderde-
len te zwaar belast worden. Zorg dat
de kettingspanning binnen de voorge-
schreven limieten blijft.
5. Zorg dat u na het afstellen van de
kettingspanning de borgmoeren
van de kettingspanners weer aan-
draait. Vervolgens draait u ook de
asmoer weer aan met het voorge-
schreven aantrekkoppel.
Aantrekkoppel:
Asmoer:
105 Nm (10,5 m·kg)
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
DAU00750Afstellen van de
kettingspanning
1. Draai de afstelmoer voor de vrije
slag van het achterrempedaal los.
1. Afstellmoer
2. Verwijder de splitpen uit de
asmoer.
3. Draai de asmoer los.
4. Draai de borgmoeren van de ket-
tingspanners aan beide zijden van
de zwaaiarm los.
1. Splitpen
2. Merktekens voor het richten
3. Borgmoer
4. Kettingspanmoer
5. Moeras
1
1
2
5
b
a
43
5AJ-9-D3 6~9 (XV125S) 4/7/0 11:04 AM Page 56
Page 59 of 88
1
2
3
4
5
6
7
8
9
6-26
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
7. Stel de vrije slag van het rempe-
daal af.
DW000103
X@
Kontroleer, na het afstelllen van de
achterrem, of het remlicht nog goed
funktioneert.
1
6. Steek een nieuwe splitpen in de
asmoer en buig het uiteinde ervan
om, zoals getoond. Als de uitspa-
ring in de moer niet overeenkomt
met het gaatje van de splitpen,
draai de moer dan iets strakker
aan.
DW000110
X@
Gebruik altijd een nieuwe splitpen
voor de asmoer.
1. Splitpen
DAU00769Smering van de ketting
Een ketting bestaat uit een groot aantal
schakels die allen, t.o.v. elkaar, bewe-
gen. Als de ketting niet goed wordt
onderhouden, zal deze bijzonder snel
versleten zijn. Zorg dus altijd voor een
goed onderhoud, met name als u veel
op stoffige wegen rijdt. De ketting op
deze motorfiets is een zogenaamde O-
ring ketting, met oliekeerringen van
speciale materialen. Het wassen van
de ketting met stoom, onder hoge druk
of met sterke oplosmiddelen zal deze
O-ringen beschadigen. Gebruik uitslui-
tend petroleum voor het reinigen van
de ketting. Droog de ketting en smeer
deze dan grondig met SAE 30 ~ 50W
motorolie. Gebruik geen andere
smeermiddelen voor de ketting. De
kans bestaat dat zich hierin oplosmid-
delen bevinden die de O-ringen kun-
nen aantasten.
5AJ-9-D3 6~9 (XV125S) 4/7/0 11:04 AM Page 57
Page 60 of 88
6-27
1
2
3
4
5
6
7
8
9
DAU00773Smering van de gaskabel en
van de gashendel
Als u de gaskabel smeert, dient u
tevens de gashendel te smeren. Voor
het smeren van de gaskabel moet de
gashendel verwijderd worden. Houd,
nadat u de schroeven heeft verwijderd,
de kabel vertikaal omhoog en laat
enkele druppels smeermiddel in de
buitenkabel lopen. Smeer nu het meta-
len oppervlak waarover de gashendel
loopt met universeel-vet.
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
DC000097
<>
Vergeet na het wassen van de motor-
fiets of na een rit in de regen niet om
de ketting te oliën.
DAU02962Inspektie en smering van de
kabels
DW000112
X@
Beschadiging van de buitenkabels kan
leiden tot roestvorming in de kabels
en kan een soepele beweging in de
weg staan. Vervang een beschadigde
kabel zo snel mogelijk om onnodig
risico te vermijden.
Smeer de binnenkabel en de uiteinden
van de kabel. Als een kabel niet soepel
beweegt, laat deze dan vervangen
door uw Yamaha dealer.
Aanbevolen smeermiddel:
Motorolie
5AJ-9-D3 6~9 (XV125S) 4/7/0 11:04 AM Page 58