YAMAHA XV125S 2000 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2000, Model line: XV125S, Model: YAMAHA XV125S 2000Pages: 88, PDF Size: 3.62 MB
Page 71 of 88

1
2
3
4
5
6
7
8
9
6-38
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
5. Druk het stuur enkele malen ste-
vig op en neer om te controleren
of de voorvork juist en soepel
beweegt.
6. Draai de wielas aan met het voor-
geschreven aantrekkoppel.
7. Installeer de klembouten en draai
ze aan met het voorgeschreven
aantrekkoppel.
8. Installeer de kabel van de snel-
heidsmeter.DAU01550Demonteren van het achterwielDW000122
X@
8Laat onderhoudswerkzaamheden
aan het wiel over aan uw Yamaha
dealer.
8Zorg dat de motorfiets stabiel
staat opgesteld, zodat deze niet
kan omvallen.
1. Verwijder de splitpen uit de
asmoer en de de splitpen uit de
remtorsiestang. Aantrekkoppel:
Wielas:
59 Nm (5.9 m·kg)
Klembout:
20 Nm (2.0 m·kg)
1
3 4
2
5
2. Draai de asmoer en de moer van
de remtorsiestang los.
3. Plaats een steun onder het motor-
blok, zodat het achterwiel van de
grond komt.
4. Maak de moer en de bout van de
remtorsiestang los van de rem-
plaat.
1. Remtorsiestang
2. Splitpen
3. Moer (Bout van reactiestang)
4. Remdrukstang
5. Astelmoer
5AJ-9-D3 6~9 (XV125S) 4/7/0 11:04 AM Page 69
Page 72 of 88

6-39
1
2
3
4
5
6
7
8
9
7. Stel het achterrempedaal in op de
juiste hoogte en speling. (Zie blz.
6-21.)
DW000103
X@
Kontroleer, na het afstelllen van de
achterrem, of het remlicht nog goed
funktioneert.
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
DAU01696Monteren van het achterwiel
1. Installeer het achterwiel en de
achteras.
2. Installeer de asmoer en laat de
motorfiets zakken.
3. Plaats de remstang in de remsleu-
telarm en breng de afstelmoer
voor de vrije slag van het rempe-
daal aan.
4. Breng de bout van de remtorsie-
stang aan en draai deze aan met
het voorgeschreven aantrekkop-
pel. Plaats vervolgens een nieume
splitpen.
5. Stel de speling van de ketting af.
(Zie blz. 6-25.)
6. Draai de asmoer aan met het
voorgeschreven aantrekkoppel. Voorgeschreven aantrekkoppel:
Bout van de remtorsiestang:
23 Nm (2,3 m·kg)
Voorgeschreven aantrekkoppel:
Asmoer:
105 Nm (10,5 m·kg)
435
12
5. Verwijder de afstelmoer voor de
vrije slag van het achterrempedaal
en de remdrukstang van de rem-
sleutelhefboom.
6. Draai aan beide kanten de borg-
moeren en de kettingspanmoeren
los.
7. Verwijder de asmoer zelf.
8. Trek de wielas uit en verwijder het
wiel met toebehoren.
1. Splitpen
2. Merktekens voor het richten
3. Borgmoer
4. Kettingspanmoer
5. Moeras
5AJ-9-D3 6~9 (XV125S) 4/7/0 11:04 AM Page 70
Page 73 of 88

1
2
3
4
5
6
7
8
9
6-40
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
DAU01008Verhelpen van storingen
Hoewel Yamaha motorfietsen een
uiterst grondige eindkontrole onder-
gaan, voordat ze de fabriek verlaten,
kan er natuurlijk altijd wel eens iets
mis gaan.
Problemen in het brandstofsysteem,
met de kompressie, of in het ontste-
kingssysteem, kunnen leiden tot moei-
lijkheden met het starten of verlies aan
vermogen. In deze paragraaf worden
snelle en gemakkelijke methodes
beschreven om de systemen te kontro-
leren.
Als uw motorfiets gerepareerd dient te
worden, breng deze dan naar een
Yamaha dealer. De ervaren vakmensen
van de Yamaha dealers beschikken
over de kennis, de ervaring en het juis-
te gereedschap om uw motorfiets
goed te onderhouden. Gebruik uitslui-
tend originele Yamaha onderdelen op
uw motorfiets. Veel imitatie-onderde-
len lijken wellicht op Yamaha onderde-
len maar zijn duidelijk van een inferieu-
re kwaliteit. Dit heeft als gevolg een
kortere levensduur en in vele gevallen
hogere reparatie-rekeningen.
5AJ-9-D3 6~9 (XV125S) 4/7/0 11:04 AM Page 71
Page 74 of 88

1
2
3
4
56
7
8
9
6-41
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
DAU01562
Lijst voor het opsporen van storingen
DW000125
X@Voer nooit kontrole- of onderhoudswerkzaamheden aan het brandstofssysteem uit terwijl u rookt of als er open vuur in de
buurt is.2. Kompressie
3. Outsteking
4. Accu 1. BrandstofKontroleer of er ben-Er is benzine.
Er is een beetje benzine.Vervolg met het kontroleren van de kompressie.
Vul benzine bij. Motor start niet: vervolg met compressiecontrole.
Laat de motor rond-Er is kompressie.
Er is geen kompressie.Vervolg met het kontroleren van de ontsteking.
Vraag uw Yamaha dealer om inspektie.
Verwijder de bougiesNat.
Droog.Veeg de bougies schoon met een droge doek en
Vraag uw Yamaha dealer om inspektie.Open de gasklep halverwege
Start de motor niet, Kontrol-
Laat de motor rond-De motor draair snel
De motor draait lang-De accu is in orde.
Motor start niet:
Kontroleer het electrolietnivo, laad dedraaien met de start-
motor. en Kontroleer de
elektroden-afstand.draaien met de start-
motor. zine in de tank zit.
stel de elektrodenafstand bij of vervang de bougie.
rond.
zaam rond. accu op en kontroleer de aansluitingen.verzoek een Yamaha
dealer om inspectie. eer dan de accu.en start de motor.
5AJ-9-D3 6~9 (XV125S) 4/14/00 12:31 PM Page 72
Page 75 of 88

1
2
3
4
5
6
7
8
9
DAU01517
ONDERHOUD EN OPSLAG VAN DE MOTORFIETS
7-1
Onderhoud
Dat al het technisch vernuft duidelijk
zichtbaar is, geeft een motorfiets zijn
charme, maar het vormt tegelijk een
kwetsbaar punt. Ook al zijn alle onder-
delen van hoge kwaliteit, absoluut
roestvrij zijn ze niet. En waar een uit-
laatpijp met roestplekken bij een auto
niet of nauwelijks opvalt, wordt een
motorfiets er ernstig door ontsierd.
Daarom is regelmatig en zorgvuldig
onderhoud van groot belang voor uw
motorfiets, voor de aanblik zowel als
de prestaties en de levensduur ervan.
Bovendien staat in de garantievoor-
waarden vermeld dat de motorfiets
goed moet worden onderhouden. Om
al deze redenen is het aanbevolen de
volgende aanwijzingen voor onder-
houd en opslag stipt op te volgen.
Voor het reinigen
1. Breng plastic zakken aan over de
uiteinden van de uitlaatpijpen.
2. Zorg dat alle beschermkappen en
deksels, vooral ook van de elektri-
sche aansluitingen zoals de bou-
giedoppen e.d. stevig vast zitten
en goed afsluiten.
3. Verwijder aangekoekt vuil, zoals
verbrande olieresten op het car-
terhuis, met een ontvettingsmid-
del en een borstel, maar gebruik
zulke middelen nooit op pakkin-
gen en wielassen. Spoel al het vuil
en het reinigingsmiddel zorgvul-
dig af met water.Reinigen
Na normaal gebruik
Verwijder het vuil met warm water,
een neutraal schoonmaakmiddel en
een schone zachte spons en spoel de
motorfiets af met volop schoon water.
Gebruik een tandenborstel of flessen-
borstel voor de moeilijk bereikbare
plaatsen. Hardnekkig vuil en insecten
zijn vaak gemakkelijker te verwijderen
als u voor het reinigen enkele minuten
lang een natte doek over de betreffen-
de delen laat liggen.
DCA00010
<>
8Gebruik geen zure of bijtende
wielreinigers, vooral op spaakwie-
len. Als het nodig mocht zijn een
dergelijk middel te gebruiken
voor erg hardnekkig vuil, laat het
middel dan vooral niet langer zit-
ten dan strikt noodzakelijk en
spoel het dan grondig af met
water. Droog het gereinigde deel
af en spuit er een roestwerend
middel op.
5AJ-9-D3 6~9 (XV125S) 4/7/0 11:04 AM Page 73
Page 76 of 88

1
2
3
4
5
6
7
8
9
ONDERHOUD EN OPSLAG VAN DE MOTORFIETS
7-2
8Reinigen met de verkeerde mid-
delen kan schade toebrengen aan
het windscherm, stroomlijnkap-
pen, panelen en andere plastic
onderdelen. Gebruik voor het rei-
nigen van plastic onderdelen uit-
sluitend een zachte schone doek
of spons met water en mild
zeepsop.
8Gebruik voor het schoonmaken
van plastic nooit schuurmiddelen
of bijtende chemische middelen.
Gebruik ook nooit een doek of
spons die in aanraking is geweest
met bijtende schoonmaakmidde-
len, thinner en dergelijke oplos-
middelen, benzine (of andere
brandstoffen), roestwerende of -
verwijderingsmiddelen, remvloei-
stof, antivries of elektrolyt.8Spuit de motorfiets niet schoon
met een hogedrukstraal of een
stoomreiniger, want hierbij kan er
water binnendringen en schade
toebrengen aan de volgende
onderdelen: pakkingen (van de
wiellagers, zwaaiarmlagers, voor-
vork en remmen), elektrische
onderdelen (stekkers en aansluit-
bussen, instrumenten, schake-
laars en lampen), ontluchtingso-
peningen en -slangen.
8Voor motorfietsen met een wind-
scherm: Gebruik geen schuur-
spons of krachtige reinigingsmid-
delen, aangezien deze het
windscherm kunnen bekrassen of
vertroebelen. Ook sommige
schoonmaakmiddelen voor plastic
kunnen krassen achterlaten op
het windscherm. Mocht u een
speciaal schoonmaakmiddel wil-
len gebruiken, probeer dit dan
eerst uit op een klein deel waar u
normaal niet doorheen kijkt.
Krassen op het windscherm kunt
u na het wassen verwijderen met
een plastic-poetsmiddel van
goede kwaliteit.Na het rijden in de regen, langs de zee-
kust of over wegen waar pekel
gestrooid is
Aangezien zilte zeelucht en ‘s winters
strooizout in combinatie met water
extreem corrosief werken, dient u na
een rit in de regen, langs de zeekust of
over wegen met strooizout, altijd zo
spoedig mogelijk de volgende maatre-
gelen te treffen. (Niet alleen ‘s winters,
want strooizout kan nog tot ruim in het
voorjaar langs de weg blijven liggen.)
1. Maak uw motorfiets grondig
schoon met water en zeep, nadat
de motor is afgekoeld.
DCA00012
<>
Gebruik geen warm water aangezien
dit de corrosieve werking van het zout
versterkt.
2. Spuit een roestwerend middel op
alle metalen oppervlakken (ook
verchroomde en vernikkelde
onderdelen) om roestvorming
tegen te gaan.
5AJ-9-D3 6~9 (XV125S) 4/7/0 11:04 AM Page 74
Page 77 of 88

1
2
3
4
5
6
7
8
9
ONDERHOUD EN OPSLAG VAN DE MOTORFIETS
7-3
Na het reinigen
1. Droog de motorfiets af met een
zemen lap of een goed absorberen-
de doek.
2. Droog de aandrijfketting en smeer
deze om roestvorming te voorko-
men.
3. Gebruik een chroompoetsmiddel
om alle roestvrij stalen, aluminium
en verchroomde onderdelen te
poetsen, inclusief de uitlaatpijpen.
(Zelfs de door hitte veroorzaakte
verkleuring van roestvrij stalen uit-
laatpijpen is door goed poetsen te
verhelpen.)
4. Om roestvorming tegen te gaan, is
het aanbevolen alle metalen opper-
vlakken (ook verchroomde en ver-
nikkelde onderdelen) te bespuiten
met een roestwerend middel.
5. Gebruik een spuitbus met olie als
universeelreiniger om de laatste
vuilresten te verwijderen.
6. Repareer krassen en lakschade ver-
oorzaakt door steenslag e.d.
7. Zet alle gelakte onderdelen in de
was.
8. Zorg dat de motorfiets geheel
droog is voordat u hem afdekt of
stalt.DWA00001
X@
Zorg dat er geen olie of was achter-
blijft op de remmen en de banden.
Indien nodig kunt u de remschijven en
voeringen reinigen met een gewone
remschijfreiniger of aceton, en de ban-
den kunt u wassen met warm water
en mild zeepsop. Controleer daarna
zorgvuldig de remwerking en het weg-
gedrag van de motorfiets in bochten.
DCA00013
<>
8Breng olie of was zo zuinig moge-
lijk aan en veeg de overtollige
hoeveelheid grondig af.
8Breng nooit olie of was aan op
rubber en plastic onderdelen,
maar reinig deze met speciale
onderhoudsmiddelen.
8Gebruik geen poetsmiddelen met
een schurende werking, want
deze zullen de laklaag aantasten.
OPMERKING:
Vraag uw Yamaha dealer om advies
over de juiste reinigingsmiddelen.
5AJ-9-D3 6~9 (XV125S) 4/7/0 11:04 AM Page 75
Page 78 of 88

1
2
3
4
5
6
7
8
9
ONDERHOUD EN OPSLAG VAN DE MOTORFIETS
7-4
Opslag
Korte tijd
Stal uw motorfiets altijd op een koele,
droge plaats en dek hem zonodig af
met een luchtdoorlatende hoes tegen
stof e.d.
DCA00014
<>
8Bij opslag van de motorfiets in
een slecht geventileerde ruimte of
afdekken van de motorfiets ter-
wijl deze nog nat is, kan er water
of vocht in binnendringen en
roest veroorzaken.
8Om roestvorming te voorkomen,
dient u vochtige kelders of stallen
(waar ammoniadamp hangt) te
vermijden, evenals plaatsen waar
krachtige chemicaliën zijn opge-
slagen.
Lange tijd
Alvorens uw motorfiets enkele maan-
den te stallen:
1. Volg alle aanwijzingen bij
“Onderhoud” in dit hoofdstuk.
2. Leeg de vlotterkamers van de car-
burateur door de aftapbouten los
te draaien; dit voorkomt dat er
brandstofresten aanslibben. Giet
de afgetapte benzine terug in de
brandstoftank.
3. Voor motorfietsen met een brand-
stofkraantje dat een “OFF” stand
heeft : Sluit het brandstofkraantje
in de “OFF” stand.
4. Vul de brandstoftank en voeg een
stabilisatiemiddel toe (indien
voorhanden) om roestvorming in
de tank en bederven van de
brandstof te voorkomen.
5. Volg de onderstaande aanwijzin-
gen om de cilinders, zuigerringen
e.d. tegen roest te beschermen.
a. Verwijder de bougiedoppen en de
bougies.
b. Giet door de bougie-openingen
een theelepel motorolie in elk van
de cilinders.c. Breng de bougiedoppen op de
bougies aan en plaats de bougies
op de cilinderkop zodat de elektro-
den geaard zijn. (Dit om het von-
ken van de bougies tijdens de vol-
gende stap te voorkomen.)
d. Laat nu met de starter de motor
enkele slagen ronddraaien.
(Hierdoor worden de cilinderwan-
den bedekt met een laagje motor-
olie.)
e. Verwijder de bougiedoppen van
de bougies en breng de bougies
en de bougiedoppen weer op hun
plaats aan.
DWA00003
X@
Voor het laten draaien van de motor
dient u de elektroden van de bougies
te aarden, om ongelukken of schade
door het vonken van de bougies te
voorkomen.
6. Smeer alle bedieningskabels en
de scharnierpunten van alle hen-
dels en pedalen, evenals de
zijstandaard/middenstandaard.
5AJ-9-D3 6~9 (XV125S) 4/7/0 11:04 AM Page 76
Page 79 of 88

1
2
3
4
5
6
7
8
9
ONDERHOUD EN OPSLAG VAN DE MOTORFIETS
7-5
7. Controleer de bandenspanning en
breng de banden zonodig op de
juiste spanning, en zet dan de
motorfiets op blokken zodat de
beide wielen van de grond komen.
In plaats hiervan kunt u de motor-
fiets laten staan, maar dan zult u
elke maand de wielen een klein
stukje moeten draaien, om te
voorkomen dat de banden op het
onderste punt teveel slijten.
8. Breng een plastic zak aan over het
uiteinde van de uitlaatpijpen,
zodat er geen vocht in kan komen.
9. Verwijder de accu en laad deze
volledig op. Plaats de accu in een
koele droge ruimte en laad de
accu eens per maand op. Bewaar
de accu niet op een extreem
warme of koude plaats (onder de
0°C of boven de 30°C). Zie voor
nadere bijzonderheden de aanwij-
zingen onder “Opslag van de
accu” in het hoofdstuk “PERIO-
DIEK ONDERHOUD EN EENVOU-
DIGE REPARATIES”.OPMERKING:
Zorg dat alle nodige reparaties worden
verricht vóór u de motorfiets stalt.
5AJ-9-D3 6~9 (XV125S) 4/7/0 11:04 AM Page 77
Page 80 of 88

1
2
3
4
5
6
7
8
9
DAU01038
TECHNISCHE GEGEVENS
Technische gegevens
Model XV125S
Afmetingen
Grootste lengte 2.190 mm
Grootste breedte 805 mm
Grootste hoogte 1.140 mm
Zadelhoogte 685 mm
Wielbasis 1.495 mm
Minimale grondspeling 145 mm
Minimale draaicirkel 2.800 mm
Basisgewicht (met olie en volle
benzinetank)147 kg
Motor
Type motor Luchtgekoeld, 4-takt
benzinemotor, SOHC
Cilinder-opstelling V-2 Cilinder
Verplaatsing 124 cm
3
Boring ´slag 41,0 ´47,0 mm
Kompressieverhouding 10,7:1
Startsysteem Elektrische starter
Smeersysteem Oliecarter-systeem (natte bak)Motorolie
Type
Aanbevolen klasse motorolie API service SE, SF SG type of
hoger
<>
Gebruik uitsluitend een motorolie die geen anti-frictie mid-
delen bevat. Een motorolie bedoeld voor personenauto’s
(vaak voorzien van het opschrift “Energy Conserving”)
bevat anti-frictie toevoegingen die slippen van de koppe-
ling en/of de startmotorkoppeling kunnen veroorzaken,
met een kortere levensduur van de componenten en slech-
te motorprestaties tot gevolg.
Aantal
Periodieke olieverversing 1,4 L
Met vervanging oliefilter 1,6 L
Totale hoeveelheid 1,7L
LuchtfilterNatte type filterelement
8-1
–10° 0° 10° 20° 30°
40°
SAE 10W/30
SAE 10W/40
SAE 20W/40
SAE 20W/50
–20°
SAE 15W/40 50°C
5AJ-9-D3 6~9 (XV125S) 4/7/0 11:04 AM Page 78