YAMAHA YZF-R6 2002 Instructieboekje (in Dutch)

Page 51 of 116

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6
Boordgereedschapsset ........................................ 6-1
Periodiek smeer- en onderhoudsschema ............ 6-3
Stroomlijnpanelen en framepaneel
verwijderen en aanbrengen ............................... 6-6
Controleren van de bougies ................................. 6-8
Motorolie en oliefilterpatroon ............................... 6-9
Koelvloeistof ...................................................... 6-13
Controleren van het luchtfilterelement ............... 6-17
Luchtaanzuigkanaal ........................................... 6-19
Afstellen van de carburateurs ............................ 6-20
Afstellen van het stationair toerental .................. 6-20
Afstellen van de vrije slag van de gaskabel ....... 6-21
Afstellen van de klepspeling .............................. 6-21
Banden .............................................................. 6-21
Gietwielen .......................................................... 6-24
Vrije slag van koppelingshendel afstellen .......... 6-25
De stand van het rempedaal afstellen ............... 6-26
Afstellen van de remlichtschakelaar
achterrem ........................................................ 6-26
Controleren van de remblokken voor- en
achter ............................................................... 6-27
Controleren van remvloeistofniveau .................. 6-28
Verversen van remvloeistof ................................ 6-29
Doorbuiging aandrijfketting ................................ 6-29Smeren van de aandrijfketting .......................... 6-31
Controleren en smeren van de kabels .............. 6-31
Controleren en smeren van gasgreep en
gaskabel .......................................................... 6-32
Controleren en smeren van de rem- en
koppelingshendel ............................................ 6-32
Smeren van het rempedaal ............................... 6-32
Controleren en smeren van de
zijstandaard ..................................................... 6-33
Smeren van de achterwielophanging ................ 6-33
Controleren van de voorvork ............................. 6-33
Controle van stuursysteem ............................... 6-34
Controleren van wiellagers ................................ 6-35
Accu .................................................................. 6-35
Zekeringen vervangen ...................................... 6-37
Koplampgloeilamp vervangen ........................... 6-38
Remlicht/achterlicht ........................................... 6-39
Gloeilamp in richtingaanwijzer vervangen ......... 6-39
Ondersteunen van de motorfiets ....................... 6-39
Voorwiel ............................................................. 6-40
Achterwiel ......................................................... 6-41
Storingzoeken ................................................... 6-43
Storingzoekschema’s ........................................ 6-44
U5MTD1.book Page 1 Tuesday, July 31, 2001 10:20 AM

Page 52 of 116

6-1
6
DAU00462
6-PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
DAU00464
Veiligheid is de verantwoordelijkheid van de
eigenaar. Door periodiek inspecties, afstel-
lingen en smeerbeurten uit te laten voeren,
zorgt u ervoor dat uw machine in zo veilig
en efficiënt mogelijke conditie blijft. Op de
volgende pagina’s wordt de belangrijkste
informatie met betrekking tot inspecties, af-
stellingen en smeerbeurten gegeven.
De intervalperioden in het periodieke
smeer- en onderhoudsschema zijn slechts
te beschouwen als algemene richtlijn voor
normale rijomstandigheden. Het is echter
mogelijk dat de INTERVALPERIODEN
VOOR ONDERHOUD MOETEN WOR-
DEN VERKORT AFHANKELIJK VAN HET
WEER, HET TERREIN, DE GEOGRAFI-
SCHE LOCATIE EN INDIVIDUEEL GE-
BRUIK.
DW000060
WAARSCHUWING
_ Vraag een Yamaha dealer het onder-
houdswerk uit te voeren als u hiermee
niet echt vertrouwd bent. _
DAU01296
LET OP:_ Wanneer de toerenteller een foutcode
aangeeft, moet de motorfiets zo spoedig
mogelijk worden gecontroleerd om mo-
torschade te voorkomen. _
DAU04223
Boordgereedschapsset De boordgereedschapsset is te vinden in
het opbergcompartiment onder het duoza-
del. (Zie pagina 3-14. voor de werkwijze bij
verwijderen en aanbrengen van het duoza-
del.)
De onderhoudsinformatie in deze handlei-
ding en het gereedschap in de boordge-
reedschapsset zijn bedoeld om u te
ondersteunen bij het uitvoeren van preven-
tief onderhoud en kleinere reparaties. Het
gebruik van extra gereedschap zoals een
momentsleutel kan echter nodig zijn om be-
paalde onderhoudswerkzaamheden cor-
rect uit te voeren.1. Boordgereedschapsset
U5MTD1.book Page 1 Tuesday, July 31, 2001 10:20 AM

Page 53 of 116

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-2
6
OPMERKING:_ Laat een Yamaha dealer onderhoud ver-
richten als u niet beschikt over het gereed-
schap of de ervaring die voor bepaalde
werkzaamheden vereist zijn. _
DW000063
WAARSCHUWING
_ Door modificaties die niet door Yamaha
zijn goedgekeurd kan het motorvermo-
gen achteruitgaan of de machine te on-
veilig worden om nog te gebruiken
Raadpleeg een Yamaha dealer voordat u
zelf wijzigingen aanbrengt. _
U5MTD1.book Page 2 Tuesday, July 31, 2001 10:20 AM

Page 54 of 116

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-3
6
DAU03685
Periodiek smeer- en onderhoudsschema
OPMERKING:_ 
De jaarlijkse controles horen eenmaal per jaar te worden uitgevoerd, behalve wanneer in plaats daarvan een onder-
houdsbeurt op kilometerbasis wordt verricht.

Herhaal de intervalperioden vanaf 50.000 km, te beginnen bij 10.000 km.

Werkzaamheden gemarkeerd met een asterisk horen te worden uitgevoerd door een Yamaha dealer, omdat hiertoe speciaal ge-
reedschap, technische gegevens en vakmanschap vereist zijn.
_CP-03DNR. ONDERDEEL INSPECTIE- OF ONDERHOUDSBEURTKILOMETERSTAND (×
1.000 km)
JAARLIJKSE
CONTROLE
1 10203040
1
*Brandstofleiding•Controleer de brandstofslangen op scheuren of
beschadiging.√√√√ √
2*Brandstoffilter•Controleer de conditie.
√√
3 Bougies•Controleer de conditie.
•Reinigen en elektrodenafstand bijstellen.√√
•Vervangen.
√√
4*Kleppen•Klepspeling controleren.
•Afstellen.Na elke 40.000 km
5*Luchtfilterelement•Reinigen.
√√
•Vervangen.
√√
6 Koppeling•Werking controleren.
•Afstellen.√√√√√
7*Voorrem•Werking en vloeistofniveau controleren, machine
controleren op vloeistoflekkage.
(Zie OPMERKING op bladzijde 6-5.)√√ √ √ √ √
•Remblokken vervangen. Indien afgesleten tot aan slijtagelimiet.
8*Achterrem•Werking en vloeistofniveau controleren, machine
controleren op vloeistoflekkage.
(Zie OPMERKING op bladzijde 6-5.)√√ √ √ √ √
•Remblokken vervangen. Indien afgesleten tot aan slijtagelimiet.
U5MTD1.book Page 3 Tuesday, July 31, 2001 10:20 AM

Page 55 of 116

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-4
6
9
*Remslangen•Controleren op scheuren of beschadiging.√√√√ √
•Vervangen. (Zie OPMERKING op bladzijde 6-5.) Elke 4 jaar
10*Wielen•Controleren op slingering en schade.√√√√
11*Banden•Controleren op correcte profieldiepte en op schade.
•Zo nodig vervangen.
•Bandspanning controleren.
•Zo nodig corrigeren.√√√√ √
12*Wiellagers•Lager controleren op losheid of schade.√√√√
13*Swingarm•Controleren op werking en overmatige speling.√√√√
•Smeren met lithiumvet. Elke 50.000 km
14 Aandrijfketting•Kettingspanning controleren.
•Controleren of het achterwiel correct in lijn staat.
•Reinigen en smeren.Na elke 1.000 km en nadat de motorfiets is
gewassen of ermee in de regen is gereden
15*Balhoofdlagers•Controleren op lagerspeling en stroefheid in
stuurbeweging.√√√√√
•Smeren met lithiumvet. Elke 20.000 km
16*Framebevestigingen•Controleren of alle moeren, bouten en schroeven stevig zijn
vastgezet.√√√√ √
17 Zijstandaard•Werking controleren.
•Smeren.√√√√ √
18*Zijstandaardschakelaar•Werking controleren.√√√√√ √
19*Voorvork•Controleren op werking en olielekkage.√√√√
20*Schokdemperunit•Controleren op werking en schokdemper op olielekkage.√√√√
21*Scharnierpunten
tuimelaararm en
koppelarmen
achterwielophanging•Werking controleren.√√√√
•Smeren met lithiumvet.√√
22*Carburateurs•Chokebediening controleren.
•Stationair motortoerental afstellen en carburateurs
synchroniseren.√√√√√ √
NR. ONDERDEEL INSPECTIE- OF ONDERHOUDSBEURTKILOMETERSTAND (×
1.000 km)
JAARLIJKSE
CONTROLE
1 10203040
U5MTD1.book Page 4 Tuesday, July 31, 2001 10:20 AM

Page 56 of 116

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-5
6
DAU03884
OPMERKING:_ 
Het luchtfilter dient vaker te worden gecontroleerd wanneer u in een extreem vochtige of stoffige omgeving rijdt.

Hydraulisch remsysteem
•Controleer regelmatig het remvloeistofniveau en vul zo nodig bij.
•Elke twee jaar moeten de inwendige onderdelen van de hoofdremcilinders en de remklauwen worden vervangen en de remvloei-
stof worden ververst.
•De remslangen dienen elke vier jaar te worden vervangen, of wanneer deze zijn gescheurd of beschadigd.
_ 23 Motorolie•Verversen.
•Olieniveau controleren en machine inspecteren op
olielekkage.√√√√√ √
24 Oliefilterpatroon•Vervangen.√√√
25
*Koelsysteem•Koelvloeistofniveau controleren en machine inspecteren op
koelvloeistoflekkage.√√√√ √
•Verversen. Elke 3 jaar
26*Remlichtschakelaars
voor- en achterrem•Werking controleren.√√√√√ √
27Bewegende delen en
kabels•Smeren.√√√√ √
28*Verlichting,
signaleringssysteem en
schakelaars•Werking controleren.
•Richthoek koplamplichtbundel afstellen.√√√√√ √
NR. ONDERDEEL INSPECTIE- OF ONDERHOUDSBEURTKILOMETERSTAND (×
1.000 km)
JAARLIJKSE
CONTROLE
1 10203040
U5MTD1.book Page 5 Tuesday, July 31, 2001 10:20 AM

Page 57 of 116

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-6
6
DAU03624
Stroomlijnpanelen en
framepaneel verwijderen en
aanbrengen Bij het uitvoeren van sommige onder-
houdswerkzaamheden beschreven in dit
hoofdstuk moeten de hierboven afgebeelde
stroomlijn- en framepanelen worden verwij-
derd. Neem deze paragraaf door wanneer
een stroomlijn- of framepaneel moet wor-
den verwijderd of aangebracht.
DAU01602
Stroomlijnpanelen A en B
Verwijderen van een stroomlijnpaneelVerwijder de schroeven, schuif het stroom-
lijnpaneel naar voren (bij A) of naar achte-
ren (bij B) en trek dan los zoals getoond.
1. Stroomlijnpaneel A (rechterzijde)
Stroomlijnpaneel B (linkerzijde)
2. Paneel A
1. Schroef (× 5)
2. Stroomlijnpaneel ARechterzijde
1. Schroef (× 6)
2. Stroomlijnpaneel BLinkerzijde
U5MTD1.book Page 6 Tuesday, July 31, 2001 10:20 AM

Page 58 of 116

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-7
6
Aanbrengen van het stroomlijnpaneel1. Breng de uitsteeksels en montage-
sleuven aan de achter/onder zijde van
het stroomlijnpaneel bij elkaar en
schuif dan het stroomlijnpaneel op zijn
plaats.2. Plaats het stroomlijnpaneel in de oor-
spronkelijke positie en breng dan de
schroeven aan.
OPMERKING:_ Controleer of de lippen vooraan beide
stroomlijnpanelen op de juiste wijze aanlig-
gen zoals in de afbeelding en of alle sleu-
ven en uitsteeksels in elkaar grijpen. _
1. Stroomlijnpaneel A
2. Stroomlijnpaneel B
1. Sleuf (× 2)
2. Uitsteeksel (× 2)
1. Nokje (× 2)
U5MTD1.book Page 7 Tuesday, July 31, 2001 10:20 AM

Page 59 of 116

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-8
6
DAU01315
Paneel A
Verwijderen van het paneelVerwijder de schroeven en neem het pa-
neel af.Aanbrengen van het paneel
Plaats het paneel in de oorspronkelijke po-
sitie en breng dan de schroeven aan.
DAU01639
Controleren van de bougies Bougies vormen belangrijke onderdelen
van de motor die periodiek moeten worden
gecontroleerd, bij voorkeur door een
Yamaha dealer. Omdat bougies door ver-
hitting en neerslag altijd langzaam slijten,
moeten de bougies worden verwijderd en
gecontroleerd volgens de tijden genoemd
in het periodieke smeer- en onder-
houdsschema. De conditie van de bougies
kan daarnaast veel duidelijk maken over de
conditie van de motor.
De porseleinen isolator rond de centrale
elektrode moet licht tot gemiddeld bruin ver-
kleurd zijn (de ideale kleur als normaal met
de machine wordt gereden), en alle bou-
gies in de motor horen dezelfde verkleuring
te hebben. De motor is misschien defect als
een van de bougies een duidelijk andere
kleur heeft. Probeer dergelijke problemen
niet zelf vast te stellen. Laat in plaats daar-
van uw motorfiets nakijken door een
Yamaha dealer.
Vervang een bougie als de elektroden blij-
ken te zijn afgesleten en als overmatige
koolaanslag of andere neerslag gevonden
wordt.
1. Schroef (× 2)
1. Uitsteeksel
2. Sleuf
Voorgeschreven bougie:
CR10EK (NGK)
U5MTD1.book Page 8 Tuesday, July 31, 2001 10:20 AM

Page 60 of 116

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-9
6
Voordat een bougie wordt aangebracht
moet de elektrodenafstand met een draad-
voelmaat worden gemeten; breng als dat
nodig is de elektrodenafstand op specifica-
tie.
Reinig het oppervlak van de bougiepakking
en het pasvlak en verwijder eventueel vuil
uit de schroefdraad van de bougie.
OPMERKING:_ Als er geen momentsleutel voorhanden is
om de bougie te monteren, is het aanhaal-
moment ongeveer correct als een kwart-
slag tot een halve slag–verder dan
handvast wordt aangedraaid. De bougie
moet echter zo snel mogelijk met het juiste
aanhaalmoment te worden aangedraaid. _
DCA00021
LET OP:_ Gebruik geen gereedschap om de bou-
giedop te verwijderen of aan te brengen,
om de bobinekabel niet te beschadigen.
De bougiedop is mogelijk lastig te ver-
wijderen omdat de rubber afdichting aan
het uiteinde stevig vastzit. Haal de bou-
giedop los door hem heen en weer te
draaien en tegelijkertijd los te trekken;
breng de bougiedop aan door heen en
weer te draaien en tegelijkertijd aan te
drukken. _
DAU04224
Motorolie en oliefilterpatroon Voor iedere rit moet het motorolieniveau
worden gecontroleerd. Verder moet de olie
worden ververst en de oliefilterpatroon wor-
den vervangen volgens de intervalperioden
vermeld in het periodieke smeer- en onder-
houdsschema.
Om het motorolieniveau te controleren
1. Plaats de motorfiets op een vlakke on-
dergrond en houd hem verticaal.OPMERKING:_ Zorg dat de motorfiets rechtop staat bij het
controleren van het motorolieniveau. Wan-
neer de motorfiets iets schuin staat, kan het
koelvloeistofniveau al foutief worden afge-
lezen. _
a. ElektrodenafstandElektrodenafstand:
0,6–0,7 mm
Aanhaalmoment:
Bougie:
12,5 Nm (1,25 m·kgf)
U5MTD1.book Page 9 Tuesday, July 31, 2001 10:20 AM

Page:   < prev 1-10 ... 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 91-100 ... 120 next >