audio CITROEN C5 AIRCROSS 2022 Instructieboekjes (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2022, Model line: C5 AIRCROSS, Model: CITROEN C5 AIRCROSS 2022Pages: 276, PDF Size: 7.91 MB
Page 211 of 276

209
In geval van pech
8Laden met behulp van een
acculader
Voor een optimale levensduur van de accu is het
noodzakelijk om ervoor te zorgen dat de accu
voldoende is opgeladen.
In sommige gevallen kan het dan ook nodig zijn
om de accu op te laden:
–
Als de auto vooral voor korte ritten wordt
gebruikt.
–
V
oordat de auto meerdere weken niet wordt
gebruikt.
Neem contact op met een CITROËN-dealer of
een gekwalificeerde werkplaats.
Als u de accu van uw auto zelf gaat opladen, gebruik dan uitsluitend een
lader die geschikt is voor loodaccu's en die
een nominale spanning van 12
V heeft.
Volg de aanwijzingen van de fabrikant
van de acculader.
Sluit de kabels nooit aan op de verkeerde
polen.
De accu hoeft niet te worden
losgekoppeld.
►
Zet het contact af.
►
Schakel alle stroomverbruikers uit
(audiosysteem, ruitenwissers, verlichting enz.).
► Schakel om gevaarlijke vonken te voorkomen
de lader B
uit alvorens de kabels op de accu aan
te sluiten.
►
Controleer of de kabels van de lader in goede
staat zijn.
►
Beweeg het kunststof kapje van de pluspool
(+) omhoog, wanneer uw auto hiermee is
uitgerust.
►
Sluit de kabels van lader B
als volgt aan:
•
de rode pluskabel (+) op de pluspool (+) van
de accu
A,
•
de zwarte minkabel (-) op het massapunt C
van de auto.
►
Zet na afloop van het laden eerst acculader B
uit voordat u de kabels loskoppelt van accu A.
Als deze sticker is aangebracht, mag er
uitsluitend een 12 V-lader worden
gebruikt. Anders kunnen elektrische
onderdelen van het Stop & Start-systeem
onherstelbaar beschadigd raken.
24V
12V
Probeer nooit om een bevroren accu te
laden - Risico op explosie!
Als de accu bevroren is geweest, laat deze
dan door het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats controleren op
beschadigingen van de inwendige delen en
op scheuren in de behuizing (kans op lekkage
van giftig en corrosief zuur).
Loskoppelen van de accu
Als u de auto gedurende langere tijd niet
gaat gebruiken, koppel dan de accu los. Op
deze manier blijft het laadniveau van de accu
voldoende om de motor weer te kunnen starten.
Voer de volgende handelingen uit alvorens de
accu los te koppelen:
►
Sluit alle te openen carrosseriedelen
(portieren, achterklep, ruiten, dak).
►
Schakel alle stroomverbruikers (autoradio,
ruitenwissers, verlichting, enz.) uit.
►
Zet het contact af en wacht 4 minuten.
U hoeft slechts de klem van de pluspool (+) los
te nemen.
Page 213 of 276

2 11
In geval van pech
8Laat accu's uitsluitend vervangen door een
CITROËN-dealer of een gekwalificeerde
werkplaats.
U mag geen andere auto starten met
behulp van de 12V-accu's van uw auto.
Toegang tot de accu's
Voor
De voorste accu bevindt zich onder de motorkap.
Voor toegang tot de pluspool (+):
► Ontgrendel de motorkap door de
ontgrendelhendel in het interieur en vervolgens
de veilighe
idshaak van de motorkap te bedienen.
►
Open de motorkap.
Pluspool (+)
met snelsluiting.
Minpool (-).
De minpool van de accu is niet bereikbaar en
daarom bevindt er zich vlak bij de accu een
afzonderlijk massapunt.
Achter
De achterste accu bevindt zich in de
bagageruimte.
Voor toegang tot de accu:
► Til de vloerplaat in de bagageruimte op.
Pluspool (+), beschermd door een rood kunststof
kapje (niet toegankelijk).
Minpool (-) met een zwarte snelsluitende
aansluiting.
De voorste accu laden met
behulp van een acculader
Voor een optimale levensduur van de voorste
accu is het noodzakelijk om ervoor te zorgen dat
de accu voldoende is opgeladen.
In sommige gevallen kan het dan ook nodig zijn
om de voorste accu op te laden:
–
Als de auto vooral voor korte ritten wordt
gebruikt.
–
Als de auto meerdere weken niet wordt
gebruikt.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Als u de voorste accu van uw auto zelf gaat opladen, gebruik dan uitsluitend een
lader die geschikt is voor loodaccu's en die
een nominale spanning van 12 V heeft.
Volg de aanwijzingen van de fabrikant
van de acculader.
Sluit de kabels nooit aan op de verkeerde
polen.
De accu hoeft niet te worden
losgekoppeld.
►
Zet het contact af.
►
Schakel alle stroomverbruikers uit
(audiosysteem, ruitenwissers, verlichting enz.).
Page 214 of 276

212
In geval van pech
• Trek de hendel ( A) zo ver mogelijk omhoog.
• Plaats de geopende accupoolklem ( B) op de
pluspool (+).
• Druk de accupoolklem B volledig omlaag.
• Beweeg de hendel A omlaag om de
accupoolklem B vast te zetten.
► Sluit de minpool (-) van de achterste
accu aan met de zwarte aansluiting met
snelkoppeling.
Na het aansluiten van de kabels
Als de accukabels weer zijn aangesloten,
moet u het contact aanzetten en vervolgens 1
minuut wachten voordat u de motor start, zodat
de elektronische systemen kunnen worden
geïnitialiseerd.
Wanneer er zich na deze handeling kleine
storingen blijven voordoen, neem dan contact op
met een CITROËN-dealer of een gekwalificeerde
werkplaats.
Aan de hand van het desbetreffende hoofdstuk
moet u bepaalde uitrustingselementen resetten:
– Afstandsbediening of elektronische sleutel
(afhankelijk van de uitvoering).
– Schuif-/kanteldak en elektrisch zonnescherm.
– Elektrische ruitbediening.
– Datum en tijd.
– Voorkeuzezenders.
► Schakel om gevaarlijke vonken te voorkomen
de lader B
uit alvorens de kabels op de accu aan
te sluiten.
►
Controleer of de kabels van de lader in goede
staat zijn.
►
Beweeg het kunststof kapje van de pluspool
(+) omhoog, wanneer uw auto hiermee is
uitgerust.
►
Sluit de kabels van lader B
als volgt aan:
•
de rode pluskabel (+) op de pluspool (+) van
de accu
A,
•
de zwarte minkabel (-) op het massapunt C
van de auto.
►
Zet na afloop van het laden eerst acculader B
uit voordat u de kabels loskoppelt van accu A.
Probeer nooit om een bevroren accu te
laden - Risico op explosie!
Als de accu bevroren is geweest, laat deze
dan door het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats controleren op
beschadigingen van de inwendige delen en
op scheuren in de behuizing (kans op lekkage
van giftig en corrosief zuur).
De accu's loskoppelen/
aansluiten
Procedure voor het loskoppelen/aansluiten
van de accu's als de auto langdurig niet wordt
gebruikt.
Voer de volgende handelingen uit alvorens de
accu's los te koppelen:
► Open het bestuurdersportier en de
achterklep.
►
Sluit alle andere portieren/deuren.
►
Schakel alle stroomverbruikers uit (zoals
audiosysteem, ruitenwissers en verlichting).
►
Zet het contact uit en wacht totdat het
controlelampje READY
uitgaat.
►
W
acht 4 minuten.
Voer het loskoppelen en aansluiten van
de accu's nooit in een andere dan de
aangegeven volgorde uit - kans op
onherstelbare schade!
Loskoppelen
► Koppel de minpool (-) van de achterste accu
los met de zwarte aansluiting met snelkoppeling.
► Koppel de pluspool (+) van de voorste accu
los door de rode klem met snelkoppeling los te
maken: •
T
rek de hendel A zo ver mogelijk omhoog
om de accupoolklem B te ontgrendelen.
•
Beweeg de accupoolklem B
omhoog om
hem te verwijderen.
Aansluiten
► Sluit de pluspool (+) van de voorste accu aan
door de rode klem aan te sluiten:
Page 223 of 276

221
CITROËN Connect Radio
10CITROËN Connect Radio
Multimedia-audiosysteem -
Apps - Bluetooth
®-telefoon
De beschreven functies en instellingen
zijn afhankelijk van de uitvoering van de
auto en het land waar de auto is verkocht.
Om veiligheidsredenen en omdat deze
handelingen de aandacht van de
bestuurder vereisen, moeten deze
handelingen worden uitgevoerd wanneer de
auto stilstaat en het contact is ingeschakeld:
–
De smartphone via Bluetooth met het
systeem koppelen.
–
De smartphone gebruiken.
–
V
erbinding maken met de apps CarPlay
®
of Android Auto (bepaalde apps worden niet
meer weergegeven als de auto rijdt).
–
De systeeminstellingen en de configuratie
wijzigen.
Het systeem is zodanig beveiligd dat het
uitsluitend in uw auto functioneert.
De melding Eco-mode
wordt weergegeven
wanneer het systeem in stand-by wordt gezet.
De broncodes van Open Source
Software (OSS) van het systeem zijn op
de volgende sites beschikbaar:
https://www.groupe-psa.com/fr/oss/
https://www.groupe-psa.com/en/oss/
De eerste stappen
Als u bij draaiende motor op de knop drukt, wordt het geluid gedempt.
Als u bij afgezet contact op de knop drukt, wordt
het systeem ingeschakeld.
Verhoog of verlaag het volume met het wieltje
of de toetsen "plus" of "min" (afhankelijk van de
uitvoering).
Gebruik de toetsen aan weerszijden van of
onder het touchscreen om de menu's te openen
en druk vervolgens op de virtuele toetsen op het
touchscreen.
Gebruik al naar gelang het model de toetsen
"Bron" en "Menu" aan de linkerkant van het
touchscreen om de menu's te openen en
druk vervolgens op de virtuele toetsen op het
touchscreen.
U kunt de rolmenu's altijd weergegeven door kort
met drie vingers op het scherm te drukken.
Alle aanraakgebieden op het scherm zijn wit.
Bij pagina's met meerdere tabbladen onder aan
het scherm kunt u tussen de pagina's wisselen
door op het gewenste tabblad voor de pagina te
tikken of door de pagina's met uw vinger naar
links of rechts te vegen.
Druk op het gearceerde gedeelte om een niveau
lager te gaan of om uw keuze te bevestigen.
Druk op de zwarte pijl om een niveau lager te
gaan of om uw keuze te bevestigen.
Het touchscreen is een capacitief
scherm.
Gebruik een niet-schurende zachte doek
(bijvoorbeeld een brillendoekje) zonder
schoonmaakmiddel om het scherm schoon
te maken.
Raak het scherm niet aan met scherpe
voorwerpen.
Raak het scherm niet aan met natte handen.
Bepaalde informatie wordt permanent
weergegeven in de bovenste balk van het
touchscreen:
–
Statusinformatie van de airconditioning
(afhankelijk van de uitvoering) en rechtstreeks
toegang tot het desbetreffende menu.
–
Menu statusinformatie Radio Media en
T
elefoon.
–
Statusinformatie Privacy
.
–
T
oegang tot de instellingen van het
touchscreen en het digitaal instrumentenpaneel.
Audiobronnen selecteren (afhankelijk van de
uitrusting):
Page 224 of 276

222
CITROËN Connect Radio
– FM/DAB/AM-radiozenders (afhankelijk van de
uitrusting).
–
T
elefoon verbonden via Bluetooth en
multimedia-uitzending Bluetooth (streaming).
–
USB-geheugenstick.
–
V
ia de AUX-aansluiting aangesloten
mediaspeler (afhankelijk van de uitrusting).
In het menu "Instellingen" kunt u een
individueel profiel of een profiel voor een
groep mensen met gedeelde interesses
aanmaken, en een groot aantal instellingen
(voorkeuzezenders, audio-instellingen, sfeer,
enz.) configureren. De instellingen worden
automatisch toegepast.
Als het zeer warm is in het interieur, kan het voorkomen dat het geluidsvolume
lager wordt gezet om het systeem te
beschermen. Het systeem kan dan
gedurende 5 minuten of langer in de
standby-modus (scherm en geluid worden
uitgeschakeld) staan.
Het systeem werkt weer normaal wanneer
de temperatuur in het passagiersgedeelte is
gezakt.
Stuurkolomschakelaars
Bedieningselementen op
het stuurwiel - Type 1
Radio:
Vorige/volgende voorkeuzezender
selecteren.
Vorige/volgende item uit een menu of lijst
selecteren.
Media:
Vorig/volgend nummer selecteren.
Vorige/volgende item uit een menu of lijst
selecteren.
Radio:
Kort indrukken: zenderlijst weergeven.
Lang indrukken: zenderlijst bijwerken.
Media:
Kort indrukken: bestandsoverzicht weergeven.
Lang indrukken: sorteermogelijkheden
weergeven.
Geluidsbron wijzigen (radio, USB-uitgang,
AUX-uitgang (indien draagbaar apparaat
is aangesloten), CD-speler, audiostreaming).
Een selectie bevestigen.
Verhogen van het geluidsvolume.
Verlagen van het geluidsvolume.
Geluid onderbreken/weer inschakelen
door het gelijktijdig indrukken van de
volumetoetsen.
Bedieningsfuncties op het
stuurwiel - Type 2
Gesproken commando's:
Deze toets bevindt zich op het stuurwiel
of op het uiteinde van de lichtschakelaar
(afhankelijk van de uitvoering).
Kort indrukken: gesproken commando's
smartphone via het systeem.
Verhogen van het geluidsvolume.
Verlagen van het geluidsvolume.
Geluid onderbreken door tegelijkertijd op
de toetsen voor het verhogen en verlagen van
het geluidsvolume te drukken (afhankelijk van de
uitrusting).
Geluidsweergave weer inschakelen door op één
van de twee volumetoetsen te drukken.
Page 227 of 276

225
CITROËN Connect Radio
10Druk op deze toets om de bestaande
tekst te bewerken en aan te passen.
Druk op deze toets om een nieuw bericht
te schrijven.
Druk op de prullenbak om het bericht te
verwijderen.
Radio
Een radiozender selecteren
Druk op RAD MEDIA om het
beginscherm weer te geven.
Druk op een van de toetsen om
automatisch naar radiozenders te zoeken.
Of
Verplaats de schuifbalk om handmatig
naar andere frequenties te zoeken.
Of
Druk op de frequentie.
Voer de waarden van de FM- en
AM-frequentieband in via het virtuele
toetsenbord.
Druk op "OK" om te bevestigen.
De radio-ontvangst kan worden verstoord
door het gebruik van elektrische
apparatuur die niet door het merk is
goedgekeurd, zoals een USB-lader die is
aangesloten op de 12 V-aansluiting.
Er kunnen storingen in de ontvangst optreden
door obstakels in de omgeving (bergen,
gebouwen, tunnels, parkeergarages, enz.),
ook als de RDS-functie is ingeschakeld. Dit
fenomeen is heel normaal bij de transmissie
van radiogolven, en geven in geen geval een
defect van het audiosysteem aan.
De frequentieband wijzigen
Druk op RAD MEDIA om het
beginscherm weer te geven.
Druk op de toets "OPTIES" om het
vervolgscherm weer te geven.
Druk op "Band" om de frequentieband te
wijzigen.
Druk op het gearceerde gedeelte om te
bevestigen.
Opslaan van een
radiozender
Selecteer een zender of een frequentie.Druk kort op de lege ster. Als de ster is
gevuld, is de radiozender al opgeslagen.
Of
Selecteer een zender of een frequentie.
Druk op "Opslaan".
Houd de toets waaronder u de zender wilt
opslaan lang ingedrukt.
RDS inschakelen/
uitschakelen
Als RDS is ingeschakeld, zoekt de radio steeds
naar de sterkste frequentie van een zender,
zodat u ernaar kunt blijven luisteren zonder dat u
zelf de frequentie hoeft te wijzigen.
Druk op RAD MEDIA om het
beginscherm weer te geven.
Druk op de toets "OPTIES" om het
vervolgscherm weer te geven.
Schakel "RDS" in of uit.
Druk op het gearceerde gedeelte om te
bevestigen.
Het kan zijn dat het volgen van een
RDS-zender niet in het hele land
beschikbaar is, omdat veel radiozenders geen
dekking hebben in het hele land. Daardoor
kan de zender tijdens het rijden wegvallen.
Tekstberichten weergeven
De functie "Radio-tekstberichten" toont
informatie die door de radiozender wordt
uitgezonden en die betrekking heeft op de
zender, of op het nummer wat op dat moment
wordt afgespeeld.
Druk op RAD MEDIA om het
beginscherm weer te geven.
Druk op de toets "OPTIES" om het
vervolgscherm weer te geven.
Page 228 of 276

226
CITROËN Connect Radio
Schakel "INFO" in of uit.
Druk op het gearceerde gedeelte om te
bevestigen.
Verkeersinformatie (TA)
beluisteren
De TA-functie (Traffic Announcement)
geeft voorrang aan het luisteren naar de
TA-verkeersinformatie. Voor een correcte
werking van deze functie is een goede ontvangst
van een radiozender nodig die deze berichten
uitzendt. Zodra een verkeersinformatiebericht
wordt uitgezonden, wordt de geluidsbron die op
dat moment wordt weergegeven automatisch
onderbroken voor de weergave van het
TA-verkeersinformatiebericht. Zodra dit bericht
is afgelopen, wordt het afspelen van de vorige
media hervat.
Druk op RAD MEDIA om het
beginscherm weer te geven.
Druk op de toets "OPTIES" om het
vervolgscherm weer te geven.
Schakel "TA " in of uit.
Druk op het gearceerde gedeelte om te
bevestigen.
Audio-instellingen
Druk op RAD MEDIA om het
beginscherm weer te geven.
Druk op de toets "OPTIES" om het
vervolgscherm weer te geven.
Druk op "Audio-instellingen ".
Selecteer het tabblad "Klank",
"Verdeling", "Geluid", "Spraak", of
"Beltonen" om de geluidsinstellingen te
configureren.
Druk op de pijl Terug om te bevestigen.
Op het tabblad "Klank" zijn de
geluidsinstellingen Equalizer, Bass,
Medium en Treble voor elke geluidsbron
verschillend en onafhankelijk van elkaar.
Op het tabblad "Verdeling" zijn de
instellingen Alle passagiers, Bestuurder en
Alleen vóór gelijk voor alle bronnen.
Schakel, op het tabblad, " Geluid",
"Snelheidsafhankelijke volumeregeling ",
"Extra ingang" en "Geluiden touchscreen "
in of uit.
De balans/verdeling (of spatialisatie met
het Arkamys©-systeem) verwerkt audio
zodanig dat de geluidskwaliteit wordt
afgestemd op het aantal personen in de auto.
Audio in de auto: Arkamys Sound Staging© optimaliseert de verdeling van
geluid in het passagiersgedeelte.
Digitale radio
(DAB, Digital Audio
Broadcasting)
Digitale radio
Digitale radio biedt een betere geluidskwaliteit.
De verschillende "multiplex/bundels" bieden
keuze uit radiozenders die op alfabetische
volgorde zijn gerangschikt.
Druk op RAD MEDIA om het
beginscherm weer te geven.
Druk op de toets "OPTIES" om het
vervolgscherm weer te geven.
Druk op "Band" om "DAB-band" te
selecteren.
Druk op het gearceerde gedeelte om te
bevestigen.
FM-DAB
"DAB" is niet overal in het land beschikbaar.
Als het digitale signaal zwak is, kunt u met
"FM-DAB" dezelfde zender blijven beluisteren
omdat het systeem automatisch overschakelt op
de desbetreffende analoge "FM"-zender (indien
beschikbaar).
Druk op RAD MEDIA om het
beginscherm weer te geven.
Druk op de toets "OPTIES" om het
vervolgscherm weer te geven.
Schakel "FM-DAB" in of uit.
Page 229 of 276

227
CITROËN Connect Radio
10Druk op het gearceerde gedeelte om te
bevestigen.
Als "FM-DAB" is geactiveerd, kan er een onderbreking van een paar seconden zijn
wanneer het systeem schakelt naar
"FM"-analoge radio, en in sommige gevallen
kan het volume veranderen.
Wanneer de kwaliteit van het digitale
signaal weer goed is, schakelt het systeem
automatisch weer over op "DAB".
Als de "DAB"-zender waarnaar u luistert niet beschikbaar is als "FM" of "FM-DAB"
niet is geactiveerd, wordt het geluid
onderbroken als het digitale signaal te zwak
wordt.
Media
USB-poort
Steek de USB-geheugenstick in de
USB-poort, of sluit het USB-apparaat via
een kabel (niet meegeleverd) op de USB-poort
aan.
Gebruik geen USB-verdeelstekker, om
beschadiging van het systeem te
voorkomen.
Het systeem maakt afspeellijsten aan (in het
tijdelijke geheugen). Het aanmaken van deze lijsten kan enkele seconden of soms enkele
minuten duren nadat het apparaat voor de eerste
keer is aangesloten.
Verminder het aantal niet-muziekbestanden en
het aantal mappen om de wachttijd te verkorten.
Elke keer wanneer het contact wordt
ingeschakeld of wanneer er een USB-
geheugenstick wordt ingestoken, worden de
afspeellijsten bijgewerkt. Het audiosysteem
slaat deze lijsten op, zodat deze sneller worden
geladen wanneer ze niet gewijzigd zijn.
Externe
(AUX)-jackaansluiting
Afhankelijk van de uitrustingSluit een draagbaar apparaat (MP3-
speler, enz.) met een audiokabel (niet
meegeleverd) aan op de jack-aansluiting.
Deze geluidsbron is uitsluitend beschikbaar
als "Extra ingang" in de audio-instellingen is
geselecteerd.
Stel eerst het volume van het draagbare
apparaat af (op een hoog geluidsniveau). Stel
dan het geluidsvolume van het audiosysteem in.
De bediening vindt plaats via het draagbare
apparaat.
Geluidsbron selecteren
Druk op RAD MEDIA om het
beginscherm weer te geven.
Druk op de toets "BRONNEN ".
Selecteer de geluidsbron.
BluetoothStreaming®
Met Streaming kunt u via uw smartphone naar
audio luisteren.
Het profiel Bluetooth moet hiervoor worden
geactiveerd.
Stel eerst het volume van het draagbare
apparaat af (op een hoog geluidsniveau). Stel
dan het geluidsvolume van het systeem in.
Als het afspelen niet automatisch begint, kan het
zijn dat u het afspelen van de audio moet starten
via de smartphone.
Bediening verloopt via het externe apparaat of
via de aanraaktoetsen van het systeem.
Als de Streaming eenmaal is gestart, wordt uw smartphone als een
geluidsbron beschouwd.
Apple®-speler aansluiten
Sluit een Apple®-speler met behulp van een
geschikte kabel (niet meegeleverd) aan op de
USB-aansluiting.
Het afspelen begint automatisch.
De bediening gebeurt via de audio-installatie in
de auto.
De beschikbare indeling is die van het
aangesloten apparaat (artiesten / albums
/ genres / playlists / audioboeken / podcasts).
U kunt ook een gestructureerde indeling in
bibliotheekvorm gebruiken.
De standaardindeling is de indeling per
artiest. Om dit te veranderen moet u terug
Page 230 of 276

228
CITROËN Connect Radio
naar het eerste niveau in de structuur en
kiest u een andere indeling (bijvoorbeeld
afspeellijsten). Bevestig uw keuze voordat u
in de structuur weer afzakt naar het gewenste
nummer.
De softwareversie van het audiosysteem kan
incompatibel zijn met de softwareversie van de
Apple
®-speler.
Informatie en tips
Het systeem ondersteunt USB-apparaten voor
massaopslag, BlackBerry®-apparaten of Apple®-
spelers via de USB-poorten. De adapterkabel
wordt niet meegeleverd.
U beheert de apparaten met de
bedieningstoetsen van het audiosysteem.
Andere apparaten, die bij het aansluiten niet
door het systeem worden herkend, moeten met
een kabel (niet meegeleverd) op de jack-plug
worden aangesloten of via Bluetooth-streaming
worden gekoppeld (indien compatibel).
Gebruik geen USB-verdeelstekker, om
beschadiging van het systeem te
voorkomen.
Het audiosysteem speelt alleen audiobestanden
af met de bestandsextensie ".wav", ".wma",
".aac", ".ogg" en ".mp3" met een bitrate tussen
32 Kbps en 320 Kbps.
Ook bestanden met een VBR (Variable Bit Rate)
kunnen worden afgespeeld.
Andere typen audiobestanden (".mp4", enz.)
kunnen niet worden afgespeeld.
Alle ".wma"-bestanden moeten standaard WMA
9-bestanden zijn.
De ondersteunde bemonsteringsfrequenties
(sampling rates) zijn 11, 22, 44 en 48 KHz.
Om problemen met lezen en weergeven te
voorkomen, raden wij aan om bestandsnamen
te kiezen van maximaal 20 tekens die geen
speciale tekens bevatten (zoals, " ? .
; ù).
Gebruik uitsluitend USB-geheugensticks met de
bestandsindeling FAT32 (File Allocation Table).
Wij raden aan om de originele USB-kabel
voor het draagbare apparaat te
gebruiken.
Telefoon
USB-aansluitingen
Deze hangen af van de uitrusting. Zie het
gedeelte "Ergonomie en comfort" voor meer
informatie over de USB-aansluitingen die
compatibel zijn met de apps CarPlay
® of
Android Auto.
Ga naar de website voor uw land van de
fabrikant om te zien welke smartphones
compatibel zijn.
Gebruikers kunnen een smartphone
synchroniseren zodat ze apps op het
scherm van de auto zien die de CarPlay®- of
Android Auto-technologie van de smartphone
ondersteunen. Om CarPlay
®-technologie te
kunnen gebruiken, moet de functie CarPlay®
eerst op de smartphone worden geactiveerd.
Ontgrendel de smartphone om het
communicatieproces tussen de smartphone
en het systeem te starten.
De technologie staat niet stil en daarom
raden wij aan om het besturingssysteem
van de smartphone, en de datum en de
tijd op de smartphone en van het systeem
up-to-date te houden .
CarPlay®-verbinding voor
smartphones
Verschilt per land.
Wanneer de USB-kabel wordt
aangesloten, schakelt de functie
CarPlay
® de Bluetooth®-modus van het
systeem uit.
De functie "CarPlay " werkt alleen in
combinatie met een compatibele smartphone
en compatibele apps.
Sluit de USB-kabel aan. De smartphone
wordt opgeladen als deze via een
USB-kabel is aangesloten.
Druk in het systeem op Telefoon om de
CarPlay®-interface weer te geven.
Of
Page 231 of 276

229
CITROËN Connect Radio
10Als de smartphone al via Bluetooth® is
verbonden.
Sluit de USB-kabel aan. De smartphone
wordt opgeladen als deze via een
USB-kabel is aangesloten.
Druk op het scherm van het systeem op
"Telefoon" om het beginscherm weer te
geven.
Druk op de toets "TEL" om de tweede pagina
weer te geven.
Druk op "CarPlay" om de CarPlay®-
interface weer te geven.
Wanneer de USB-kabel wordt ontkoppeld
en het contact uit en weer in wordt
geschakeld, schakelt het systeem niet
automatisch naar de RAD MEDIA-modus. De
bron moet handmatig worden gewijzigd.
De CarPlay®-navigatie is op elk moment
toegankelijk door op de Navigation-toets
van het systeem te drukken.
Android Auto-verbinding voor smartphones
Verschilt per land.Download de app Android Auto op de
smartphone.
De functie "Android Auto" werkt alleen in
combinatie met een compatibele
smartphone en compatibele apps.
Telefoon niet verbonden via
Bluetooth®
Sluit een USB-kabel aan. De smartphone
wordt opgeladen als deze via een
USB-kabel is verbonden.
Druk op het scherm van het systeem op
"Telefoon" om het beginscherm weer te
geven.
Druk op "Android Auto" om de app in het
systeem te starten.
Bij bepaalde smartphones moet de functie
"Android Auto" worden geactiveerd.
Tijdens de procedure verschijnen verschillende schermen gerelateerd aan
bepaalde functies.
Accepteer deze om de verbinding tot stand te
brengen en te voltooien.
Wanneer u een smartphone aansluit op
het systeem, raden wij u aan om
Bluetooth
® op de smartphone in te schakelen.
Telefoon verbonden via Bluetooth®
Druk op het scherm van het systeem op
"Telefoon" om het beginscherm weer te
geven.
Druk op de toets "TEL" om het vervolgscherm
weer te geven.
Druk op "Android Auto" om de app in het
systeem te starten.
Tijdens de Android Auto-weergave blijft het
selecteren van de audiobron mogelijk via de
aanraaktoetsen in de bovenste balk van het
scherm.
De menu's van het systeem kunnen op elk
moment worden geopend via de menutoetsen.
Afhankelijk van de kwaliteit van het netwerk, kan het zijn dat het even duurt
voordat de apps beschikbaar zijn.
Een Bluetooth®-telefoon
koppelen
De beschikbaarheid van de diensten is
afhankelijk van het netwerk, de simkaart
en de compatibiliteit van de gebruikte
Bluetooth-apparaten. Raadpleeg de
gebruikershandleiding van de telefoon om te
kijken welke diensten beschikbaar zijn.
De functie Bluetooth moet zijn
ingeschakeld, en de telefoon moet zijn
ingesteld op "zichtbaar voor alle apparaten"
(in de telefooninstellingen).
Voltooien van het koppelen, ongeacht of dit
vanaf de telefoon of het systeem wordt gedaan:
controleer of de door de telefoon en het systeem
weergegeven code identiek zijn.
Wanneer het koppelen niet lukt, raden wij
u aan om op de telefoon de functie
Bluetooth uit te schakelen en weer in te
schakelen.