display CITROEN JUMPER MULTISPACE 2013 Instructieboekjes (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2013, Model line: JUMPER MULTISPACE, Model: CITROEN JUMPER MULTISPACE 2013Pages: 339, PDF Size: 15.12 MB
Page 123 of 339

 121
   
 
Niveaus  
 
ONDERHOU
D
6
 
 
Koelvloeistofniveau 
 
Gebruik om ernstige motorschade te 
voorkomen uitsluitend door de constructeur 
aanbevolen koelvloeistof. 
  Als de motor warm is, wordt de temperatuur 
van de koelvloeistof geregeld door de 
koelventilator. 
  Wacht voor werkzaamheden aan het 
koelsysteem ten minste 1 uur nadat 
de motor gedraaid heeft, omdat de 
koelventilator nog kan (gaan) werken als de 
sleutel uit het contactslot is verwijderd en 
het koelsysteem onder druk staat. 
  Draai de dop eerst een kwart omwenteling 
los om de druk te laten dalen en te 
voorkomen dat de hete koelvloeistof uit 
het koelsysteem spuit. Trek, als de druk 
eenmaal gedaald is, de dop los en vul 
koelvloeistof bij. 
  Laat het koelsysteem, als vaak koelvloeistof 
moet worden bijgevuld, zo snel mogelijk 
controleren door het CITROËN-netwerk of 
een gekwalificeerde werkplaats. 
Vloeistofniveau stuurbekrachtiging
  Controleer het niveau van de 
stuurbekrachtigingsvloeistof als de auto op 
een vlakke ondergrond staat en de motor 
koud is. Draai de dop met geïntegreerde 
peilstok los en controleer of het niveau 
tussen de merktekens MINI en MAXI staat.  
 
 
Niveau brandstofadditief (diesel met roetfilter) 
 
Een te laag additiefniveau 
wordt aangegeven door het 
verklikkerlampje service in combinatie met 
een geluidssignaal en een melding op het 
multifunctionele display. 
  Als dit bij draaiende motor gebeurt, komt 
dit doordat het roetfilter verstopt dreigt te 
raken (uitzonderlijke rij-omstandigheden: 
veelvuldig stadsverkeer, lage snelheid, 
lange files, ...). 
  Om het filter te regenereren, wordt 
geadviseerd zo snel mogelijk, indien de 
omstandigheden dit toelaten, gedurende 
minstens 5 minuten met een snelheid van 
60 km/uur of hoger te rijden (totdat de 
melding op het display verdwijnt en het 
verklikkerlampje service uit gaat). 
  Tijdens het regenereren van het roetfilter, 
kunnen enkele geluiden van het relais 
hoorbaar zijn onder het dashboard. 
  Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een 
gekwalificeerde werkplaats als de melding 
niet verdwijnt en het lampje service blijft 
branden.     
Bijvullen 
  Het niveau dient steeds tussen de 
merktekens MINI en MAXI van het 
expansievat te staan. Laat het koelsysteem, 
als meer dan 1 liter moet worden bijgevuld, 
controleren door het CITROËN-netwerk of 
een gekwalificeerde werkplaats.  
 
Vloeistofniveau ruiten- enkoplampsproeiers 
 
Wij adviseren u voor een optimale reiniging 
en voor uw eigen veiligheid de producten uit 
het CITROËN-gamma te gebruiken. 
  Inhoud reservoir ruitensproeiers: ongeveer 
4,5 liter. 
  Als uw auto is voorzien van 
koplampsproeiers, bedraagt de inhoud van 
het reservoir 7,5 liter. 
  Voor een optimale reiniging en om 
bevriezing te voorkomen is het (bij)vullen 
van het reservoir met water niet toegestaan.  
   
Bijvullen 
  Laat het bijvullen zo spoedig mogelijk 
uitvoeren door het CITROËN-netwerk of een 
gekwalificeerde werkplaats.  
  
Page 128 of 339

DIESEL
126
   
 
Brandstof  
 
 
BRANDSTOFTOEVOERUITGESCHAKELD 
 
Bij een zware aanrijding wordt de 
brandstoftoevoer automatisch door de 
brandstofafsluiter onderbroken. 
  HANDOPVOERPOMP DIESEL
 
 
 
In het geval van een lege brandstoftank is 
het noodzakelijk het brandstofsysteem te 
ontluchten: 
   
 
-   vul de brandstoftank met minimaal vijf 
liter diesel, 
   
-   bedien de handopvoerpomp van de 
ontluchting (onder de beschermkap in 
de motorruimte) tot u brandstof in de 
transparante slang ziet komen, 
   
-   houd de sleutel in de stand "D" (starten) 
tot de motor aanslaat.     Als dit verklikkerlampje gaat 
knipperen, verschijnt een melding 
op het display. 
  Controleer buiten de auto of u geen brandstof 
ruikt en of er geen brandstofl ekkage is en 
herstel de brandstoftoevoer als volgt: 
   
 
-   zet het contact af (stand STOP), 
   
-   neem de sleutel uit het contactslot, 
   
-   plaats de sleutel in het contactslot, 
   
-   zet het contact aan en start de motor.  
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Brandstofkwaliteit voor dieselmotoren Brandstofkwaliteit voor benzinemotoren
   
Auto's met dieselmotoren kunnen 
probleemloos rijden op biobrandstoffen die 
aan de huidige en toekomstige Europese 
richtlijnen voldoen (diesel die voldoet aan de 
richtlijn EN 590 gemengd met biobrandstof 
die voldoet aan de richtlijn EN 14214) en die 
aan de pomp getankt kunnen worden (met 
een gehalte aan methyl-estervetzuren 
van 0 tot 7%). 
  Het gebruik van biobrandstof B30 is mogelijk 
bij bepaalde dieselmotoren op voorwaarde 
dat de bijzondere onderhoudsvoorschriften 
strikt worden nageleefd. Raadpleeg het 
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde 
werkplaats. 
  Het gebruik van elk ander type 
(bio)brandstof (zuivere of verdunde 
plantaardige of dierlijke olie, stookolie ...) is 
nadrukkelijk verboden (kans op schade aan 
de motor en het brandstofcircuit).  
    
Auto's met benzinemotoren kunnen 
probleemloos rijden op biobrandstoffen van 
het type E10 en E24 (deze bevatten resp. 
10% en 24% ethanol) die voldoen aan de 
Europese richtlijnen EN 228 en EN 15376. 
  Brandstoffen van het type E85 (deze 
bevatten tot 85% ethanol) zijn uitsluitend 
geschikt voor auto's die speciaal bestemd 
zijn voor dit type brandstof (BioFlex-auto's). 
De kwaliteit van de ethanol moet voldoen 
aan de Europese richtlijn EN 15293. 
  Auto's die kunnen rijden op brandstoffen met 
een ethanolgehalte tot 100% (type E100), 
worden alleen verkocht in Brazilië.  
  
Page 131 of 339

 129
   
 Accu
SNEL WEER OP WE
G
7
 
ECO-MODUS 
 
Nadat de motor is afgezet wordt bij aangezet 
contact na 30 minuten een aantal elektrische 
voorzieningen (ruitenwissers, ruitbediening, 
plafonniers, autoradio, enz.) automatisch 
uitgeschakeld om te voorkomen dat de accu 
ontladen raakt. 
  Op dat moment knippert het verklikkerlampje 
voor het laden van de accu en verschijnt er 
een melding op het display. 
  Start de motor en laat deze enige 
tijd draaien om de bovengenoemde 
voorzieningen weer te kunnen gebruiken. 
  De beschikbare tijd bedraagt het dubbele 
van de tijd dat de motor heeft gedraaid. 
Deze tijd zal echter altijd tussen de 
5 en 30 minuten bedragen. 
  Als de accu ontladen is, kan de motor niet 
gestart worden.  
Page 145 of 339

 143
   
 
Zekering vervangen
SNEL WEER OP WE
G
7
 
ZEKERINGEN DASHBOARD(RECHTERZIJDE) 
 
 
 
-   Kantel het opbergvak omlaag en trek 
het met kracht naar buiten om bij de 
zekeringen te komen.     
 
Zekering  
   
 
A (Ampère) 
 
   
Functie  
   
 
1  
   
 
15  
  Ruitenwisser achter 
   
 
2  
   
 
-  
  Vrij 
   
 
3  
   
 
5  
  Elektronische eenheid airbags 
   
 
4  
   
 
10  
  Sensor verdraaiing stuurwiel, diagnoseaansluiting, sensor 
ESP, handbediende ventilatie, schakelaar koppelingspedaal, 
koplampverstelling, pomp roetfilter 
   
 
5  
   
 
30  
  Elektrisch verstelbare buitenspiegels, motor ruitbediening 
passagierszijde 
   
 
6  
   
 
30  
  Voeding ruitbediening vóór 
   
 
7  
   
 
5  
  Plafonniers en verlichting dashboardkastje 
   
 
8  
   
 
20  
  Multifunctioneel display, sirene inbraakalarm, autoradio, 
CD-wisselaar, autoradio/telefoon, servicecentrale 
trekhaakaansluiting (montage achteraf) 
   
 
9  
   
 
10  
  Diagnoseaansluiting 2e zitrij 
   
 
10  
   
 
30  
  Niveauregeling achter, stuurkolomschakelaars, 
instrumentenpaneel 
   
 
11     
 
15  
  Diagnoseaansluiting, contact-/stuurslot 
   
 
12  
   
 
15  
  Handsfree set, elektronische eenheid airbags, elektronische 
eenheid parkeerhulp 
   
 
13  
   
 
5  
  Servicecentrale motor, servicecentrale trekhaakaansluiting 
   
 
14  
   
 
15  
  Regensensor, ventilatie achter, automatische airconditioning, 
instrumentenpaneel 
   
 
15  
   
 
30  
  Vergrendeling/ontgrendeling/supervergrendeling te openen 
carrosseriedelen 
   
 
16  
   
 
-  
  Vrij 
   
 
17  
   
 
40  
  Achterruitverwarming, buitenspiegelverwarming  
Page 163 of 339

9.5
NaviDrive
   De NaviDrive is zodanig gecodeerd dat deze uitsluitend 
in uw auto functioneert.
   
Om veiligheidsredenen mag de bestuurder handelingen
die zijn volledige aandacht vragen uitsluitend uitvoeren
bij stilstaande auto. 
  Enk
ele minuten na het afzetten van de motor schakeltde NaviDrive zichzelf uit om te voorkomen dat de accu ontladen raakt.  
 
 
 
MULTIMEDIA AUTORADIO / TELEFOON 
  FUNCTIE JUKEBOX (10 Gb) / GPS (EUROPA)  
 
   
01 Basisfuncties  
   
02   
Spraakcommando's en 
stuurkolomschakelaars    
   
03  Display en algemeen menu    
   
04 Navigatie  
   
05  Verkeersinformatie    
   
06  Audio / Video  
   
07 Telefoon  
   
08 Boordcomputer  
   
09 Configuratie  
   
10 Menustructuren display  blz.  
blz.  
blz.  
blz.  
blz.  
blz.  
blz.  
blz.  
blz.  
blz.   9.6
 9.7
 9.9
 9.13
 9.23
 9.25
 9.34
 9.38
 9.40
 9.41    
INHOUD  
   
Veelgestelde vragen  blz.    9.47 
Page 164 of 339

9.6
01
   
 Aan/uit en
volumeregeling.
Selecteren van de geluidsbron: radio, Jukebox, CD en externe apparatuur (AUX, indien geactiveerd in 
het confi guratiemenu). 
Lan
g indrukken: de CD naar 
de harde schijf kopiÎren.  
Selecteren van
het golfbereik
FM1, FM2, 
FMast, AM.     
Annuleren van debewerking.
Lang indrukken:
teru
gkeren naar deactieve functie.    
Selecteren 
van de vorige/volgende MP3/USB/Jukebox-speellijst.
Selecteren en bevesti
gen.    
Audio-instellingen:
balans voor/achter,
links/rechts, loudness,geluidssferen.  
Opening voor SIM-kaart.  
Weer
gave van de lijst radiozenders, de
nummers van de CD of 
de MP3/USB/Jukebox-
speellijsten.
Lang indrukken: bijwerken 
van de lijst radiozenders.
Weergave van het 
hoofdmenu.    Automatisch zoeken naar zendersin afl opende/oplopende volgorde.
Selecteren van het vorige/volgende
nummer van de CD, MP3, USB of Jukebox.
Lan
g indrukken: snel vooruit ensnel achteruit.    
Alf
anumeriek
toetsenbord voor invoeren van 
omschrijvingen.    
Toegang tot het dienstenmenu"CITROÀN".    
TA-functie 
(verkeersinformatie)AAN/UIT.
 
Lang indrukken: toegang tot de PTY-functie (programmatypenradio).   Wi
jzigen van de weergave 
op het display. 
Lang indrukken: resetten 
van het systeem.      
Lan
g indrukken van de 
toets SOS: Urgence-oproep.    
Selecteren van de 
weergave op het display 
van de functies TRIP,
TEL, NAV en AUDIO.  
  
Page 167 of 339

9.9
03
°
SCHERM EN HOOFDMENU 
   
 
Het systeem werkt op basis van de complete en uitgebreide cartografi sche gegevens van NAVTEQ, die op de harde schijf van het systeem staan.De updates van onze Berlingo NAVTEQ voor de cartografi sche gegevens van de Europese landen zijn verkrijgbaar bij het CITROËN-netwerk.  
 yp pgggg , p j y
 
Met behulp van het bedieningspaneel van de autoradio kunt u op het displayde volgende informatie weergeven:
   
 
-  de ti
jd, 
   
-  de datum,
   
-  de buitentemperatuur 
(knippert bij kans op gladheid in combinatie met eenmelding op het display), 
   
-  de in
formatie van de autoradio (radio, CD, jukebox...), 
   
-  in
formatie van de datacommunicatiesystemen (telefoon, diensten, ...),
   
-  in
formatie over geopende portieren, achterklep, ..., 
   
-  waarschuwin
gen (bijv.: "Te laag brandstofniveau") of meldingen(bijv.: "Automatische koplampverlichting ingeschakeld") die tijdelijk worden
weergegeven,
   
-  informatie afkomsti
g van de boordcomputer, 
   
-  in
formatie van het GPS-navigatiesysteem (Europa). > KLEURENDI
SPLAY 
Telephone
Orange
Time:
Date: 
 Confi guratie van het display: raadpleeg het gedeelte "Menustructuur 
display". 
Page 168 of 339

9.10
03SCHERM EN HOOFDMENU
   
 
 
 
 
 
 
 Gebruik voor het schoonmaken van het displayeen zacht, niet-schurend 
doekje (bijvoorbeeld een
brillendoekje) zonder schoonmaakmiddel. 
   
MENU-toets even ingedrukthouden: Help.    
VERKEER
SINFORMATIE: 
TMC-informatie, meldingen.      
KAART: oriëntatie, details,
weergave.
NAVI
GATIE: GPS,
etappes, opties.  
DIAGN
OSE AUTO: logboek 
waarschuwingsmeldingen, status van functies.  VIDE
O: activeren, parameters.  C
ONFIGURATIE: parameters van
de auto, weergave, tijd, talen, stem,
AUX-aansluiting.    
TELEMATI
CA: telefoon, index,SMS.    
AUDI
O FUNCTIES: radio, CD-speler, Jukebox, opties.   
Page 183 of 339

9.25
06
1
2
4
3
1
2
4
3
AUDIO/VIDEO 
   
RADIO 
Druk op de toets BAND om het golfbereik te selecteren: FM1, FM2, FMast of AM.   Druk herhaalde malen op de toets 
SOURCE om de RADIO te selecteren.  
Druk op de toets LIST voor een li
jst
van de lokaal beschikbare zenders(maximaal 60). 
Druk lan
ger dan 2 seconden op de
toets om deze lijst bij te werken.  
  Druk op een van de toetsen om 
handmatig naar zenders te zoeken.   Druk kort op een van de toetsen om
automatisch naar zenders te zoeken.
   
RDS 
Selecteer "Audiofuncties" en druk 
op "OK".  
Druk op de toets MENU.
 
Als de RDS-functie is ingeschakeld, zoekt de radio steeds naar 
de sterkste frequentie van een zender, zodat u ernaar kunt blijven luisteren. Sommige RDS-zenders zijn echter niet in het hele land te 
ontvangen, omdat de frequenties van de zender niet het hele landdekken. Dit verklaart dat de zender tijdens het rijden kan wegvallen. 
Selecteer "RDS volgen activeren" en 
druk op "OK". Op het display verschijnt 
de aanduiding RDS.
Selecteer de functie "Voorkeuze FM" en druk op "OK".  Er kunnen storin
gen in de ontvangst optreden door obstakels in deomgeving (bergen, gebouwen, tunnels, parkeergarages, enz.), ook als de RDS-functie is ingeschakeld. Dit is een normaal verschijnsel en heeft gg(gg gg )g
niets te maken met een storing in de autoradio.
SELECTEREN VAN EEN ZENDER  
Voorkeuze FM
RDS volgen activeren 
Page 196 of 339

9.38
08
-  Het tabblad "auto": de actieradius,
het huidige brandstofverbruik en de 
resterende afstand. 
-   Het tabblad "1" 
(traject 1) met: de gemiddelde snelheid, het gemiddeldebrandstofverbruik en de berekendeafgelegde afstand op traject "1". 
-   Het tabblad "2" 
(traject 2) met dezelfde gegevens voor een tweede traject.
 
 
ENKELE DEFINITIES 
Actieradius:in deze stand geeft de computer aan hoeveel kilometer u
nog met de resterende hoeveelheid brandstof kunt rijden, berekend opbasis van het gemiddelde verbruik over de laatste afgelegde kilometers. 
De weergegeven waarde kan sterk vari
ëren door een verandering in de
wagensnelheid of het landschap. 
  Als de actieradius minder dan 
30 km bedraagt, verschijnen streepjes
op het display. Na het tanken van minimaal 10 liter brandstof wordt deactieradius opnieuw berekend en weergegeven zodra deze meer dan
100 km bedraagt. 
Raadplee
g het CITROËN-netwerk als tijdens het rijden voortdurend 
streepjes worden weergegeven in plaats van cijfers.
Momenteel verbruik:   dit verbruik wordt berekend en weergegeven vanaf 30 km/h. 
Gemiddeld verbruik
:dit is het gemiddelde verbruik sinds de laatste
nulstelling van de boordcomputer.
Afgelegde afstand:deze afstand wordt berekend sinds de laatste 
nulstelling van de boordcomputer.
No
g af te leggen afstand:dit is de afstand tot de door de gebruiker ingevoerde eindbestemming. Als het navigatiesysteem in gebruik is, wordt 
deze afstand op elk moment tijdens het rijden opnieuw berekend. 
Gemiddelde snelheid
:   dit is de gemiddelde snelheid sinds de laatste
nulstelling van de boordcomputer (contact aan).
Boordcomputer
Wegwijser
km
km/h Afstand
l/100
740
6.5
31