isofix FIAT TALENTO 2021 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: FIAT, Model Year: 2021, Model line: TALENTO, Model: FIAT TALENTO 2021Pages: 248, PDF Size: 4.87 MB
Page 125 of 248

ISOFIX-BEVESTIGINGS-
SYSTEEM
Geautoriseerde kinderzitjes zijn in de
volgende drie gevallen goedgekeurd
conform Richtlijn ECE-R44:
universele ISOFIX met 3 naar voren
gerichte koppelingen;
semi-universele ISOFIX met
2 koppelingen;
specifiek.
Controleer voor de twee
laatstgenoemde of het kinderzitje kan
worden gemonteerd door de lijst met
compatibele voertuigen te raadplegen.
Plaats het kinderzitje met de
ISOFIX-verankeringen, waar voorzien.
Het ISOFIX-systeem maakt een
eenvoudige, snelle en veilige installatie
mogelijk.
Het ISOFIX-systeem bestaat uit
2 ringen en, in sommige gevallen, een
derde ring.De twee ringen 1 fig. 200 die op een
etiket
worden weergegeven,
bevinden zich tussen de rugleuning en
het stoelkussen.
Naar voren gerichte
koppelingsringen kinderzitje voor
de achterste zijstoelen: de 3e ring
wordt gebruikt om de bovenste
veiligheidsgordel van bepaalde
kinderzitjes vast te haken.
Zet de hoofdsteun in de hoogste
stand of verwijder hem;
geleid riem 2 fig. 201 (meegeleverd
bij de stoel) tussen de twee stangen
van de hoofdsteun door;
bevestig haak 3 met ring 4 fig. 201,
aangeduid met symbool
op de
rugleuning van de stoel;
bevestig de gordel zodanig dat het
kinderzitje contact maakt met de
rugleuning van het voertuig.
i-Size-KINDERZITJES
Deze kinderzitjes, gefabriceerd en
typegoedgekeurd volgens de norm
i-Size (ECE R129), garanderen betere
veiligheidsomstandigheden voor het
vervoer van kinderen in een voertuig:
het kind moet in een tegen de
rijrichting in gemonteerd zitje vervoerd
worden tot de leeftijd van 15 maanden;
bescherming door het kinderzitje is
verbeterd in het geval van een
flankbotsing;
het gebruik van ISOFIX-systeem
wordt aanbevolen, om een onjuiste
montage van het kinderzitje te
voorkomen;
efficiëntie in de keuze voor het
kinderzitje, niet meer op basis van
gewicht maar op de lengte van het
kind, is verbeterd;
1
200T32862
2
3 4
201T36598
123
Page 126 of 248

compatibiliteit tussen voertuigstoelen
en kinderzitjes is beter: de
i-Size-kinderzitjes kunnen beschouwd
worden als "Super ISOFIX", dit betekent
dat ze uitstekend gemonteerd kunnen
worden in de typegoedgekeurde
i-Size-stoelen, maar ook gemonteerd
kunnen worden op de ISOFIX (ECE
R44) typegoedgekeurde stoelen.
202F1B0124C
124
VEILIGHEID
Page 128 of 248

Combi 5 zitplaatsen
137)
Stoel waarop dit type kinderzitje niet mag worden gemonteerd.
Kinderzitje bevestigd met ISOFIX-systeem
Stoel waarop een ISOFIX-kinderzitje mag worden gemonteerd.
De achterstoelen hebben een verankering waarmee een universeel ISOFIX-kinderzitje tegen de rijrichting in kan worden
gemonteerd. De verankeringen zitten in de bagageruimte en zijn zichtbaar.
De afmetingen van een ISOFIX-kinderzitje worden aangegeven door een letter:
A, B en B1: voor stoelen uit groep 1 (van 9 tot 18 kg) die in de rijrichting worden geplaatst;
C: voor stoelen uit groep 1 (van 9 tot 18 kg) die tegen de rijrichting in worden geplaatst;
D en E: voor stoelen uit groep 0 of 0+ (minder dan 13 kg) die tegen de rijrichting in worden geplaatst;
F en G: reiswiegen uit groep 0 (minder dan 10 kg).
203T36642
126
VEILIGHEID
Page 129 of 248

De volgende tabel bevat dezelfde informatie als de voorgaande diagrammen, om aan te geven hoe de huidige wetgeving moet
worden opgevolgd.
Combi-versies met 5 zitplaatsen
Kinderzitjes Gewicht kindAfmetingen
ISOFIX-
kinderzitjeVoorste
passagiersstoelAchterstoel aan
zijkantAchterstoel in
het midden
ReiswiegGroep 0 < 10 kgF
X IL (1) X
G
Tegen de rijrichting in geplaatst
kinderzitjeGroepen 0 en 0+<13kg E X IL(2) X
Tegen de rijrichting in geplaatst
kinderzitjeGroepen 0 en 1+<13kgenvan
9 tot 18 kgC, D X IL (2) X
In de rijrichting geplaatst
kinderzitjeGroep 1van 9 tot 18 kg A, B, B1 X IUF/IL (3) X
StoelverhogingGroepen 2 en 3van 15 tot 25 kg
en van 22 tot
36 kgX IUF/IL (3) X
X= Stoel waar geen ISOFIX-kinderzitje op mag worden gemonteerd.
IUF/IL= Voor voertuigen waarbij dat is toegestaan, kunnen dankzij de ISOFIX-bevestigingen "Universele/semi-universele of
voertuigspecifieke" goedgekeurde kinderzitjes worden gemonteerd; controleer of montage mogelijk is.
(1)De reiswieg wordt dwars in het voertuig gemonteerd en beslaat ten minste twee zitplaatsen. Het hoofd van het kind mag
niet naast het portier van het voertuig liggen.
(2)Zet de stoel zo ver mogelijk naar voren om het kinderzitje tegen de rijrichting in te monteren en zet de stoel vervolgens zo
ver mogelijk naar achteren zonder het kinderzitje te raken.
(3)In de rijrichting geplaatst kinderzitje: plaats de rugleuning van het kinderzitje tegen de rugleuning van de stoel. Verwijder in
ieder geval de hoofdsteun van de achterbank waar het kinderzitje tegenaan staat. Dit moet worden gedaan voordat het
kinderzitje wordt geplaatst (zie de paragraaf "Achterste hoofdsteun" in het hoofdstuk "Kennismaking met het voertuig"). Zet de
stoel vóór het kinderzitje niet meer dan een halve lengte naar achteren en kantel de rugleuning niet meer dan 25°.
127
Page 130 of 248

Combi 6 zitplaatsen
Stoel waarop dit type kinderzitje niet mag worden gemonteerd.
Kinderzitje bevestigd met ISOFIX-systeem
Stoel waarop een ISOFIX-kinderzitje mag worden gemonteerd.
De achterstoelen hebben een verankering waarmee een universeel ISOFIX-kinderzitje tegen de rijrichting in kan worden
gemonteerd. De verankeringen zitten in de bagageruimte en zijn zichtbaar.
De afmetingen van een ISOFIX-kinderzitje worden aangegeven door een letter:
A, B en B1: voor stoelen uit groep 1 (van 9 tot 18 kg) die in de rijrichting worden geplaatst;
C: voor stoelen uit groep 1 (van 9 tot 18 kg) die tegen de rijrichting in worden geplaatst;
D en E: voor stoelen uit groep 0 of 0+ (minder dan 13 kg) die tegen de rijrichting in worden geplaatst;
F en G: reiswiegen uit groep 0 (minder dan 10 kg).
204T36640
128
VEILIGHEID
Page 131 of 248

De volgende tabel bevat dezelfde informatie als de voorgaande diagrammen, om aan te geven hoe de huidige wetgeving moet
worden opgevolgd.
Combi-versies met 6 zitplaatsen
Kinderzitjes Gewicht kindAfmetingen
ISOFIX-
kinderzitjeVoorste passagiersstoel Achterbank
passagier in
het middenpassagier
zijkant- Midden
ReiswiegGroep 0 < 10 kgF
XXXX
G
Tegen de rijrichting in
geplaatst kinderzitjeGroepen
0en0+< 13 kg E X X IL (2) X
Tegen de rijrichting in
geplaatst kinderzitjeGroepen
0en1+<13kgenvan
9 tot 18 kgC
XXXX
D
In de rijrichting geplaatst
kinderzitjeGroep 1van 9 tot 18 kg A, B, B1 X X IUF/IL (3) X
StoelverhogingGroepen 2 en 3van 15 tot 25 kg
en van 22 tot
36 kgX X IUF/IL (3) X
X: stoel waarop dit type kinderzitje niet mag worden gemonteerd.
IUF/IL: deze stoel heeft ISOFIX-bevestigingen voor de bevestiging van een goedgekeurd "Universeel/semi-universeel of
voertuigspecifiek-kinderzitjessysteem; controleer of de montage mogelijk is.
(1): de reiswieg wordt dwars in het voertuig gemonteerd en beslaat ten minste twee zitplaatsen. Het hoofd van het kind mag
niet naast het portier van het voertuig liggen.
(2): zet de stoel zo ver mogelijk naar voren om het kinderzitje tegen de rijrichting in te monteren en zet de stoel vervolgens zo
ver mogelijk naar achteren zonder het kinderzitje te raken.
(3): in de rijrichting geplaatst kinderzitje: plaats de rugleuning van het kinderzitje tegen de rugleuning van de stoel. Verwijder in
ieder geval de hoofdsteun van de achterbank waar het kinderzitje tegenaan staat. Dit moet worden gedaan voordat het
kinderzitje wordt geplaatst (zie de paragraaf "Achterste hoofdsteun" in het hoofdstuk "Kennismaking met het voertuig"). Zet de
stoel vóór het kinderzitje niet meer dan een halve lengte naar achteren en kantel de rugleuning niet meer dan 25°.
129
Page 132 of 248

Combi/bestelwagen 8 zitplaatsen
Stoel waarop dit type kinderzitje niet mag worden gemonteerd.
Kinderzitje bevestigd met ISOFIX-systeem
Stoel waarop een ISOFIX-kinderzitje mag worden gemonteerd.
De achterstoelen hebben een verankering waarmee een universeel ISOFIX-kinderzitje tegen de rijrichting in kan worden
gemonteerd. De verankeringen zitten in de bagageruimte en zijn zichtbaar.
De afmetingen van een ISOFIX-kinderzitje worden aangegeven door een letter:
A, B en B1: voor stoelen uit groep 1 (van 9 tot 18 kg) die in de rijrichting worden geplaatst;
C: voor stoelen uit groep 1 (van 9 tot 18 kg) die tegen de rijrichting in worden geplaatst;
D en E: voor stoelen uit groep 0 of 0+ (minder dan 13 kg) die tegen de rijrichting in worden geplaatst;
F en G: reiswiegen uit groep 0 (minder dan 10 kg).
205T36641
130
VEILIGHEID
Page 133 of 248

De volgende tabel bevat dezelfde informatie als de voorgaande diagrammen, om aan te geven hoe de huidige wetgeving moet
worden opgevolgd.
Combi/bestelwagen 8 zitplaatsen
Kinderzitjes Gewicht kindAfmetingen
ISOFIX-
kinderzitjeVoorste
passagiers.Achterbank
zijkant
2e rijmidden
2e rijzijkant
3e rijmidden
3e rij
ReiswiegGroep 0 < 10 kgF
X IL (1) X X X
G
Tegen de rijrichting in
geplaatst kinderzitje
Groepen 0 en 0+<13kg E X IL(2) X X X
Tegen de rijrichting in
geplaatst kinderzitje
Groepen 0 en 1+<13kgenvan
9 tot 18 kgC, D X IL (2) X X X
In de rijrichting geplaatst
kinderzitjeGroep 1van 9 tot 18 kg A, B, B1 X IUF/IL (3) X X X
Stoelverhoging
Groepen 2 en 3van 15 tot 25 kg
en van 22 tot
36 kgX IUF/IL (3) X X X
X: stoel waarop dit type kinderzitje niet mag worden gemonteerd.
IUF/IL: deze stoel heeft ISOFIX-bevestigingen voor de bevestiging van een goedgekeurd "Universeel/semi-universeel of
voertuigspecifiek-kinderzitjessysteem; controleer of de montage mogelijk is.
(1): de reiswieg wordt dwars in het voertuig gemonteerd en beslaat ten minste twee zitplaatsen. Het hoofd van het kind mag
niet naast het portier van het voertuig liggen.
(2): zet de stoel zo ver mogelijk naar voren om het kinderzitje tegen de rijrichting in te monteren en zet de stoel vervolgens zo
ver mogelijk naar achteren zonder het kinderzitje te raken.
(3): in de rijrichting geplaatst kinderzitje: plaats de rugleuning van het kinderzitje tegen de rugleuning van de stoel. Verwijder in
ieder geval de hoofdsteun van de achterbank waar het kinderzitje tegenaan staat. Dit moet worden gedaan voordat het
kinderzitje wordt geplaatst (zie de paragraaf "Achterste hoofdsteun" in het hoofdstuk "Kennismaking met het voertuig"). Zet de
stoel vóór het kinderzitje niet meer dan een halve lengte naar achteren en kantel de rugleuning niet meer dan 25°.
131
Page 134 of 248

Combi/bestelwagen 9 zitplaatsen
Stoel waarop dit type kinderzitje niet mag worden gemonteerd.
Kinderzitje bevestigd met ISOFIX-systeem
Stoel waarop een ISOFIX-kinderzitje mag worden gemonteerd.
De achterstoelen hebben een verankering waarmee een universeel ISOFIX-kinderzitje tegen de rijrichting in kan worden
gemonteerd. De verankeringen zitten in de bagageruimte en zijn zichtbaar.
De afmetingen van een ISOFIX-kinderzitje worden aangegeven door een letter:
A, B en B1: voor stoelen uit groep 1 (van 9 tot 18 kg) die in de rijrichting worden geplaatst;
C: voor stoelen uit groep 1 (van 9 tot 18 kg) die tegen de rijrichting in worden geplaatst;
D en E: voor stoelen uit groep 0 of 0+ (minder dan 13 kg) die tegen de rijrichting in worden geplaatst;
F en G: reiswiegen uit groep 0 (minder dan 10 kg).
206T36639
132
VEILIGHEID
Page 135 of 248

De volgende tabel bevat dezelfde informatie als de voorgaande diagrammen, om aan te geven hoe de huidige wetgeving moet
worden opgevolgd.
Combi/bestelwagen 9 zitplaatsen
KinderzitjesGewicht
kindAfmetingen
ISOFIX-
kinderzitjeVoorste
passagiersstoelAchterbank
passagier
in het
middenpassagier
zijkantzijkant
2e rijmidden
2e rijzijkant
3e rijmidden
3e rij
ReiswiegGroep 0 < 10 kgF
XXXXXX
G
Tegen de rijrichting
in geplaatst
kinderzitje
Groepen 0 en 0+< 13 kg E X X IL (2) X X X
Tegen de rijrichting
in geplaatst
kinderzitje
Groepen 0 en 1+<13kgen
van 9 tot
18 kgC
XXXXXX
D
In de rijrichting
geplaatst kinderzitje
Groep 1van 9 tot
18 kgA, B, B1 X X IUF/IL (3) X X X
Stoelverhoging
Groepen 2 en 3van 15 tot
25 kg en van
22 tot 36 kgX X IUF/IL (3) X X X
X: stoel waarop dit type kinderzitje niet mag worden gemonteerd.
IUF/IL: deze stoel heeft ISOFIX-bevestigingen voor de bevestiging van een goedgekeurd "Universeel/semi-universeel of
voertuigspecifiek-kinderzitjessysteem; controleer of de montage mogelijk is.
(1): de reiswieg wordt dwars in het voertuig gemonteerd en beslaat ten minste twee zitplaatsen. Het hoofd van het kind mag
niet naast het portier van het voertuig liggen.
(2): zet de stoel zo ver mogelijk naar voren om het kinderzitje tegen de rijrichting in te monteren en zet de stoel vervolgens zo
ver mogelijk naar achteren zonder het kinderzitje te raken.
133