ESP Hyundai Azera 2009 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: HYUNDAI, Model Year: 2009, Model line: Azera, Model: Hyundai Azera 2009Pages: 288, PDF Size: 11.36 MB
Page 69 of 288

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
57
1. Controlelamp elektronische motorregeling (MIL)
2. Controlelamp laadstroom
3. Controlelamp oliedruk
4. Controlelamp remsysteem/aangetrokken parkeerrem
5. Toerenteller
6. Controlelamp niet goed gesloten portieren
7. Controlelamp richtingaanwijzers
8. Kilometerteller / Boordcomputer / Waarschuwing
9. Snelheidsmeter
10. Controlelamp niet goed gesloten achterklep
11. Controlelamp automatische snelheidsregeling (Indien gemonteerd)
12. Indicator ingeschakelde cruise controle (Indien gemonteerd)
13. Controlelamp startbeveiliging 14. Koelvloeistoftemperatuurmeter
15. Waarschuwingslamp laag ruitensproeiervloeistofniveau
16. "Passagiersairbag OFF"-lamp (Indien gemonteerd)
17. Airbag systeem
18. Controlelamp ABS systeem
19. Controlelampen elektonisch stabiliteitsprogramma (ESP)
20. Gordel-waarschuwingslamp (Bestuurder)
21. Controlelamp grootlicht
22. Verlichting schakelkwadrant van automatische transmissie
23. Controlelamp mistlampen, voor
24. Controlelamp voorgloeien (Dieselmotor)
25. Waarschuwingslamp water in brandstoffilter
(Dieselmotor)
26. Controlelamp benzinereserve
27. Benzinemeter
Page 71 of 288

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
59
!
B260H02A-GXP
Controlelamp parkeerrem/remvloeistofpeil
WAARSCHUWING:
Bij storingen aan het remsysteem moet de oorzaak direct door eenHyundai dealer worden opgespoord. Het rijden met een defect remsysteem (in het elektrische of hydraulischegedeelte) is uiterst gevaarlijk. Werking van de controlelamp Deze lamp moet gaan branden als het contact wordt aangezet, de motor wordt gestart en als de parkeerrem wordtaangetrokken. Na het starten van de motor moet de lamp doven zodra de parkeerrem wordt vrijgezet. Als deparkeerrem niet is aangetrokken moet de lamp gaan branden bij het aanzetten van het contact of bij het starten van demotor. Als deze lamp tijdens het rijden gaat branden mag niet meer met de wagenworden gereden. Het remvloeistofpeil in het reservoir is dan beneden het minimum niveau gedaald.Vul remvloeistof bij die voldoet aan de DOT 3 of DOT 4 specificatie. Na hetbijvullen kan voorzichtig naar een dealer worden gereden voor nadere controle. Bij een ernstig defect moet de wagendoor een sleepbedrijf naar een dealer worden gesleept. Uw Hyundai is voorzien van eendiagonaal gescheiden remsysteem. Als één van beide circuits defect is, wordt de wagen nog op de andere wielenafgeremd. Is dit het geval dan is meer kracht voor het remmen vereist en is de remweg langer dan normaal. Bij eendefect aan het remsysteem moet worden teruggeschakeld zodat gebruik wordt gemaakt van het remvermogenvan de motor. B260J01TG-GXT
Controlelamp laadstroom
Deze controlelamp moet gaan branden als het contact wordt aangezet en dovenals de motor draait. Als deze lamp bij draaiende motor gaat branden is er een defect in het elektrische systeem. Alsdeze lamp onder het rijden gaat branden moet u stoppen, de motor afzetten en de aandrijfriem van de dynamocontroleren. Controleer of de aandrijfriem op zijn plaats zit. Als dit het geval is, controleer dan de spanning van de riem.Laat het systeem vervolgens door uw Hyundai dealer controleren.
LET OP:
Als met de wagen wordt gereden terwijl de aandrijfriem van de dynamo slap staat, gebroken is of ontbreekt, kan de motor oververhit raken omdatdeze riem eveneens de koelvloeistofpomp aandrijft.!
Page 77 of 288

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
65
B260P02TG
Als uw auto is uitgerust met een regeleenheid/instrumentenpaneel, dan wordt de waarschuwing op het displayherhaald. De waarschuwing blijft gedurende ongeveer 20 seconden aanwezig. Als de RESET-knop achterhet stuurwiel wordt ingedrukt, dan verdwijnt de waarschuwing.
B265C01NF-AXT Controlelampen elektronischstabiliteitsprogramma
De controlelampen van het elektronisch stabiliteitsprogramma treden in werking afhankelijk van de stand van decontactsleutel en of het systeem is ingeschakeld of niet. Ze gaan branden als het contact wordtaangezet, maar moeten na drie seconden doven. Indien de controlelampen van het ESP of ESP-OFF blijven branden, ga dan naar een geautoriseerde Hyundai dealer en laat het systeem controleren. Zie hoofdstuk2 voor meer informatie over het ESP.B260Q01NF-GXT Cruise control controlelamp(Indien gemonteerd)
De CRUISE-waarschuwingslamp in het instrumentenpaneel gaat branden als de AAN/UIT-schakelaar van desnelheidsregeling op het stuur wordt ingedrukt. De lamp gaat niet branden als de AAN/UIT-schakelaar nogmaals wordt ingedrukt. Vanaf pagina 1-109 wordt informatie verstrekt over het gebruikvan de automatische snelheidsregeling.
B260R01TG-GXT Indicator ingeschakelde cruise controle(Indien gemonteerd)
De SET-controlelamp in het instrumentenpaneel gaat branden als de "-/SET"- of de "RES/+"-schakelaarwordt ingedrukt. De SET-controlelamp gaat niet branden als de "CANCEL"- schakelaar van de snelheidsregelingwordt ingedrukt of als het systeem is uitgeschakeld. Zie pagina 1-110 "Snelheidsregeling uitschakelen".
Page 92 of 288

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
80KOPLAMPSPROEIER
B345G01TG-GAT (Indien gemonteerd) De koplampsproeier wordt bediend met de ruitensproeierhendel. Trek de hendel voor de ruitenwissers/-sproeiers gedurende ongeveer 1 seconde naarhet stuurwiel om de koplampsproeiers in te schakelen. De koplampsproeiers werken als de lichtschakelaar in detweede stand en het contactslot in de stand "ON" staat. De ruitensproeiervloeistof wordtvervolgens ongeveer 1 seconde op de koplampen gespoten. N.B.: Controleer regelmatig of de koplampsproeiers de vloeistof op de juiste wijze op de koplampen spuiten.
N.B.:
o Bedien de ruitensproeiers niet
langer dan 15 seconden achter elkaar en ook niet als het reservoirleeg is.
o Controleer bij vriezend weer of de
ruitenwissers niet aan de voorruitzijn vastgevroren.
o In de winter moet gebruik worden
gemaakt van een anti-vriesmiddel.
Enkele wisbeweging Voor een enkele wisbeweging, druk de wisserschakelaar omhoog. B350C01TG-AXT Regelbare intervalschakeling van de ruitenwissers Voor het gebruik van de intervalschakeling plaatst u de ruitenwisserschakelaar in de "---" stand. Met de schakelaar in deze stand kan deintervaltijd worden ingesteld van 1 tot 18 seconden. Dit varieert automatisch afhankelijk van de voertuigsnelheid.
B350B05TG
B350B06TG
B350C02TG
Page 125 of 288

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
113
D281400AFD (Indien gemonteerd)
Type A
Type B
OTG048700
OTG048701 Als uw auto is uitgerust met een AUX- aansluiting, een USB-aansluiting(Universal Serial Bus) en/of een iPod- aansluiting kunt u deze aansluitingen gebruiken voor het aansluiten vanrespectievelijk een extern audioapparaat, een apparaat met een USB-kabel of een USB-stick en eeniPod. N.B.: Als er een draagbaar audioapparaat op de elektrische aansluiting wordtaangesloten, is er tijdens het afspelen mogelijk ruis hoorbaar. Gebruik in dat geval de voedingsbron van hetdraagbare apparaat.
AUX-, USB- EN iPod-AANSLUITING
Page 146 of 288

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
134
1. CD-sleuf Plaats de CD met het etiket naar boven gericht en duw deze voorzichtig in desleuf. Wanneer het contact in stand ACC of ON staat en het audiosysteem uit staat, wordt dit automatischingeschakeld wanneer de CD wordt geplaatst. Deze CD-speler kan CD's met een diameter van 12 cm afspelen.Maar als VCD's of data-CD's worden geplaatst, verschijnt de foutmelding "Reading Error" en wordt de CDuitgeworpen. 2. Controlelampje CD Wanneer het contact in stand ACC of ON staat en er een CD wordt geplaatst, gaat dit controlelampje branden.Wanneer de CD wordt uitgeworpen, dooft het controlelampje. 3. Uitwerptoets CD Druk op deze toets
om de CD tijdens
het afspelen uit te werpen. Deze toets wordt uitgeschakeld wanneer hetcontact in stand LOCK staat. 4. Toets CD/AUX Als er een extern apparaat is aangesloten, wordt hiermee de AUX-modus ingeschakeld en wordt het geluid van dat apparaat afgespeeld. Als er geen CD is geplaatst of geen externapparaat is aangesloten, wordt gedurende 5 seconden "NO Media" weergegeven en keert het systeem terugnaar de vorige modus.
5. Toets automatisch
muziekstuk zoeken
o Druk gedurende maximaal 0,8 seconde op de toets [SEEK
] om
de cd vanaf het begin van het huidige muziekstuk af te spelen.
o Druk gedurende maximaal 0,8 seconde op de toets [SEEK
] en
druk vervolgens binnen 1 seconde nogmaals op de toets om het vorige muziekstuk af te spelen.
o Druk gedurende ten minste 0,8 seconde op de toets [SEEK
] om
het huidige muziekstuk versneld terug te spoelen.
o Druk gedurende maximaal 0,8 seconde op de toets [SEEK
] om
het volgende muziekstuk af te spelen. o Druk gedurende ten minste 0,8
seconde op de toets [SEEK
] om
het huidige muziekstuk versneld af te spelen.
6. Toets INFO Hiermee wordt informatie weergegeven over het huidige muziekstuk in de volgorde TITEL CD ➟ CD ARTIEST ➟
TITEL MUZIEKSTUK ➟ ARTIEST
MUZIEKSTUK ➟ TOTALE AANTAL
MUZIEKSTUKKEN ➟ Afspeelscherm
➟ TITEL CD ➟ ···. (Wordt niet
weergegeven wanneer deze informatieniet op de CD beschikbaar is.) 7. Knop TUNE/ENTER Draai deze knop rechtsom om de muziekstukken na het huidige muziekstuk weer te geven. Draai deze knop linksom om demuziekstukken vóór het huidige muziekstuk weer te geven. Druk op de knop om het weergegevenmuziekstuk af te spelen. Door op de toets TUNE/ENTER te drukken, kunt u schakelen tussen de BASS, MIDDLE, TREBLE, FADER of BALANCE-modi.
Page 147 of 288

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
135
De geselecteerde modus wordt weergegeven op het display.Draai de audioknop na het selecteren van de modus rechtsom of linksom.
o Instelling BASS Draai de knop rechtsom om de instelling voor BASS te verhogen en linksom omde instelling te verlagen.
o Instelling MIDDLE Draai de knop rechtsom om de instelling voor MIDDLE te verhogen en linksom om de instelling te verlagen.
o Instelling TREBLE Draai de knop rechtsom om de instellingvoor TREBLE te verhogen en linksom om de instelling te verlagen.
o Instelling FADER Draai de knop rechtsom om het geluid van de luidsprekers achter te versterken(het geluid van de luidsprekers vóór wordt gedempt). Draai de knop linksom om het geluid van de luidsprekers vóórte versterken (het geluid van de luidsprekers achter wordt gedempt). 10. Toets SCAN Hiermee worden de eerste 10 seconden van elk muziekstuk op de cd afgespeeld.Druk nogmaals op de toets om de modus uit te schakelen.
o Instelling BALANCE Draai de knop rechtsom om het geluidvan de luidsprekers rechts te versterken (het geluid van de luidsprekers links wordt gedempt). Draai de knop linksomom het geluid van de luidsprekers links te versterken (het geluid van de luidsprekers rechts wordt gedempt). 8. Toets REPEAT Wanneer de toets gedurende maximaal 0,8 seconde wordt ingedrukt, wordt hethuidige muziekstuk herhaald. Wanneer de toets gedurende ten minste 0,8 seconde wordt ingedrukt, wordt dehuidige map herhaald. (Als er geen map is, wordt de hele CD herhaald.) 9. Toets RANDOM Hiermee wordt het in willekeurige volgorde afspelen van demuziekstukken van de huidige CD in-/ uitgeschakeld. Druk nogmaals op de toets om demodus uit te schakelen.
!
OPMERKING BIJ GEBRUIK VANAPPARATEN MET USB-AANSLUITING
o Zorg dat u het USB-apparaat pas aansluit nadat u de motor hebt gestart.
o Als u de motor start terwijl het USB-apparaat is aangesloten, kanhet apparaat beschadigd raken. (De USB-aansluiting is nietbeveiligd tegen piekspanningen.)
o Als u de motor start of afzet terwijl
het externe USB-apparaat isaangesloten, functioneert het apparaat mogelijk niet.
o Niet-originele MP3- of WMA- bestanden kunnen mogelijk nietworden afgespeeld.
Page 148 of 288

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
136
1) Er kunnen uitsluitend MP3-bestanden met een bitsnelheid van 8Kbps - 320Kbps worden afgespeeld.
2) Er kunnen uitsluitend WMA- muziekbestanden met eenbitsnelheid van 8Kbps - 320Kbps worden afgespeeld.
o Voorkom statische elektriciteit tijdens het aansluiten ofloskoppelen van het externe USB-apparaat.
o Gecodeerde MP3 PLAYER wordt
niet herkend.
o Afhankelijk van de instellingen van het externe USB-apparaat, wordthet apparaat mogelijk niet herkend.
o Wanneer de byte/sector-instelling van het externe USB-apparaat niet512BYTE of 2048BYTE is, zal hetapparaat niet worden herkend.
o Uitsluitend USB-apparatuur van
het format FAT 12/16/32.
o USB-apparatuur zonder USB IF- authenticatie wordt mogelijk nietherkend. o Raak de USB-aansluiting niet met
uw vingers aan en steek geenvreemde voorwerpen in de aansluiting.
o USB-apparatuur zonder USB IF-
authenticatie (IF ImplementersForum) wordt mogelijk niet herkend.
o Bij het aansluiten of loskoppelen van een USB-apparaat zijnmogelijk geluiden hoorbaar.
o Als u het externe USB-apparaat loskoppelt tijdens het afspelen inde USB-mode kan het apparaatbeschadigd raken of niet goed functioneren. Koppel het USB- apparaat daarom uitsluitend loswanneer de motor afgezet is of wanneer u een andere mode van het audiosysteem gebruikt.
o Afhankelijk van het type en de opslagcapaciteit van het externeUSB-apparaat of het soortbestanden kan er een vertraging optreden tijdens het herkennen van het apparaat. Dit duidt niet opeen storing, maar zal na enkele ogenblikken verholpen zijn.
o Gebruik het USB-apparaat
uitsluitend voor het afspelen van muziekbestanden.
o Het gebruik van USB-accessoires
als bijvoorbeeld een lader of eenkachel die gebruik maken van USB I/F kan de prestaties beïnvloeden of problemen veroorzaken.
o Als u een los aangeschafte USB- hub gebruikt, kan hetaudiosysteem in uw auto het USB-apparaat mogelijk niet herkennen. Sluit het USB-apparaat rechtstreeks aan op demultimedia-aansluiting in de auto.
Page 150 of 288

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
138
Als het USB-apparaat aangesloten is op de multi-aansluiting in de consolerechts van de bestuurdersstoel. Wanneer het USB-apparaat wordt aangesloten, verschijnt het USB-symbool in de rechter bovenhoek van het scherm. 1.Toets AUX Schakelt het systeem van de cd-speler weergave over naar de USB-weergave en start het afspelen vanmuziekbestanden op het USB-apparaat als deze is aangesloten. Als er geen cd geplaatst is of geen USB-apparaat isaangesloten, wordt in de radioweergave "NO MEDIA" weergegeven. 2. Toets vooruitspoelen/
achteruitspoelen met of zonder geluid, volgend/vorigmuziekstuk
o Druk gedurende maximaal 0,8 seconde op de toets [SEEK
] om
vanaf het begin van het huidige muziekstuk af te spelen. Druk gedurende maximaal 0,8 seconde op deze toets en drukvervolgens binnen 1 seconde nogmaals op de toets om het vorige muziekstuk af te spelen.Druk gedurende minimaal 0,8 seconde op de toets om het muziekstuk versneld achter tespoelen met geluid.
o Druk gedurende maximaal 0,8
seconde op de toets [SEEK
] om
naar het volgende muziekstuk te gaan. Druk gedurende minimaal 0,8 seconde op de toets om hetmuziekstuk versneld vooruit te spoelen met geluid. 3. Toets INFO Geeft de informatie van het huidige afgespeelde bestand weer in devolgorde: FILE NAME (bestandsnaam) ➟
TITLE (titel) ➟ ARTIST (artiest) ➟
ALBUM (album) ➟ FOLDER (mapnaam)
➟ TOTAL FILE (volledig bestand) ➟
normale weergave ➟ FILE NAME
(bestandsnaam) ➟ … (geen weergave
als het bestand geen informatie bevat). 4. Toets mapselectie
o Selecteert de submap van de huidige map en geeft het eerste muziekstuk in de map weer. Druk op de knopTUNE/ENTER om de weergegeven map te selecteren. Het eerste muziekstuk in de map zal wordenafgespeeld.
o Selecteert de hoofdmap en geeft het
eerste muziekstuk in de map weer.Druk op de knop TUNE/ENTER om de weergegeven map te selecteren. Het eerste muziekstuk in de map zalworden afgespeeld.
Page 151 of 288

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
139
5. Knop TUNE/ENTER Draai deze knop rechtsom om de muziekstukken na het huidigemuziekstuk weer te geven. Draai de knop linksom om de muziekstukken voor het huidigemuziekstuk weer te geven. Druk de knop in om naar het gekozen muziekstuk te gaan en de weergave testarten. Door op de toets TUNE/ENTER te drukken, kunt u schakelen tussen de BASS, MIDDLE, TREBLE, FADER of BALANCE-modi.De geselecteerde modus wordt weergegeven op het display. Draai de audioknop na het selecterenvan de modus rechtsom of linksom. o Instelling BASS Draai de knop rechtsom om de instelling voor BASS te verhogen en linksom om de instelling te verlagen. o Instelling MIDDLEDraai de knop rechtsom om de instellingvoor MIDDLE te verhogen en linksom om de instelling te verlagen. o Instelling TREBLE Draai de knop rechtsom om de instelling voor TREBLE te verhogen en linksomom de instelling te verlagen. o Instelling FADER Draai de knop rechtsom om het geluid van de luidsprekers achter te versterken (het geluid van de luidsprekers vóórwordt gedempt). Draai de knop linksom om het geluid van de luidsprekers vóór te versterken (het geluid van deluidsprekers achter wordt gedempt). o Instelling BALANCE Draai de knop rechtsom om het geluid van de luidsprekers rechts te versterken (het geluid van de luidsprekers linkswordt gedempt). Draai de knop linksom om het geluid van de luidsprekers links te versterken (het geluid van deluidsprekers rechts wordt gedempt).6. Toets RANDOM Druk gedurende maximaal 0,8 seconde op de toets om het in willekeurigevolgorde afspelen van de muziekstukken in de huidige map te starten of te beëindigen.Druk gedurende minimaal 0,8 seconde op de toets om alle muziekstukken op het USB-apparaat in willekeurigevolgorde af te spelen. Druk nogmaals op de toets om de functie uit te schakelen. 7. Toets REPEAT Druk gedurende maximaal 0,8 seconde op de toets om het huidige muziekstuk te herhalen. Druk gedurende minimaal 0,8 secondeop de toets om alle muziekstukken op het USB-apparaat te herhalen. 8. Toets SCAN Hiermee worden de eerste 10 seconden van elk muziekstuk op het USB-appraat afgespeeld.Druk nogmaals op de toets om de functie uit te schakelen.