Hyundai Santa Fe 2010 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: HYUNDAI, Model Year: 2010, Model line: Santa Fe, Model: Hyundai Santa Fe 2010Pages: 409, PDF Size: 30.88 MB
Page 101 of 409

Kenmerken van uw auto
28
4
Handmatige ontgrendeling tankdopklep Als de tankdopklep niet met de afstandsbediening opengaat, kunt u hem
met de hand openen. Verwijder het
paneel in de bagageruimte. Trek de
hendel iets naar buiten.
OPMERKING
Tank alleen de brandstof die in
paragraaf 1 vermeld is onder
“Vereiste brandstof”.
Gebruik, als de tankdop vervangen moet worden,uitsluitend een originele
HYUNDAI-dop of een andere, voor uw auto geschikte dop. Eenverkeerde tankdop kan een ernstige storing in het
brandstofsysteem of hetemissieregelsysteem veroorzaken.
Mors geen brandstof op de buitenzijde van de auto.Brandstof kan de lak aantasten.
Controleer altijd of de tankdop goed vastgedraaid is, om morsenvan brandstof in geval van eenaanrijding te voorkomen.
OCM052017
OPMERKING
Trek niet te hard aan de hendel omdat anders de bekleding in de
bagageruimte of de hendel beschadigd kan raken.
Page 102 of 409

429
Kenmerken van uw auto
D110000AUN
Indien uw auto is uitgerust met deze
optie, kunt u het schuif-/kanteldak met
behulp van de schakelaars in de
dakconsole openschuiven of kantelen.
1. Toets schuiven
2. Toets kantelen
3. Toets sluiten
Het schuif-/kanteldak kan elektrisch
geopend, gesloten en gekanteld worden
wanneer het contact in stand ON staat.
✽✽AANWIJZING
In een koud en nat klimaat werkt het schuif-/kanteldak mogelijk niet door
bevriezingsverschijnselen.
Veeg na het wassen van de auto en na
een regenbui het schuif-/kanteldak
eerst droog alvorens het te openen. ✽✽
AANWIJZING
Het schuif-/kanteldak kan niet
opengeschoven worden wanneer het
gekanteld is en niet gekanteld worden
als het geopend is.
SCHUIF-/KANTELDAK (INDIEN VAN TOEPASSING)
OPMERKING
Houd de schakelaars niet langer ingedrukt als het schuif-/kanteldak volledig is geopend, gesloten ofgekanteld. Hierdoor kunnen de
motor en andere onderdelen beschadigd raken.
WAARSCHUWING
Verstel het zonnescherm niet
tijdens het rijden. Hierdoor kunt u
de controle over de auto verliezen
waardoor een ongeluk met ernstig
letsel of schade het gevolg kan zijn.
OCM052020
Page 103 of 409

Kenmerken van uw auto
30
4
D110100ACM
Open-/dichtschuiven van het
schuif-/kanteldak Houd de toets SLIDE (1) in de dakconsole gedurende meer dan 0,5
seconden ingedrukt om het schuif-/kanteldak automatisch te openen.
Druk op een van de schakelaars om het
openschuiven van het schuif-/kanteldak
in een willekeurige stand te onderbreken. Houd de toets CLOSE (3) in dedakconsole gedurende meer dan 0,5
seconden ingedrukt om het schuif-/kanteldak automatisch te sluiten.
Het schuif-/kanteldak zal volledig sluiten.
Druk op een van de schakelaars om het
openschuiven van het schuif-/kanteldak
in een willekeurige stand te onderbreken.
D110101AUN
Automatisch omkeren vanbewegingsrichting
Als tijdens het automatisch sluiten van
het schuif-/kanteldak het dak weerstand
ondervindt omdat er een voorwerp of
lichaamsdeel door het dak naar buiten is
gestoken, schuift het dak automatisch
een stukje terug en stopt het met
bewegen.
Het automatisch omkeren van de
bewegingsrichting vindt niet plaats als er
een plat obstakel tussen het glaspaneel
en de schuifdakrand aanwezig is.
Controleer voor het sluiten of er geenlichaamsdelen of objecten door het
schuif-/kanteldak naar buiten zijn
gestoken.
OUN026027OCM040023
Page 104 of 409

431
Kenmerken van uw auto
D110200AUN
Kantelen van het schuif- /kanteldak
Druk om het schuif-/kanteldak automatisch open te kantelen op de toetskantelen (2) in de dakconsole gedurende
meer dan 0,5 s.
Het schuif-/kanteldak zal volledig
omhoog kantelen. Druk op een van de
schakelaars om het omhoog kantelen
van het schuif-/kanteldak in een
willekeurige stand te onderbreken. Sluit het schuif-/kanteldak door de
schakelaar sluiten (3) in de dakconsole
ingedrukt te houden tot het dak volledig
gesloten is.
WAARSCHUWING -
Schuif-/kanteldak
Zorg ervoor dat er geen hoofden, handen of andere lichaamsdelen
tussen het schuif-/kanteldak en
de carrosserie bekneld kunnen
raken als het schuif-/kanteldak
gesloten wordt.
Steek tijdens het rijden de armen, het hoofd of andere
lichaamsdelen niet buiten deauto.
Zorg ervoor dat de handen en het hoofd zich op een veilige afstand
van het schuif-/kanteldak
bevinden, alvorens het schuif-/kanteldak te sluiten.OPMERKING
Verwijder van tijd tot tijd het vuil
dat zich verzameld heeft op de
geleiderail.
Wanneer u het schuif-/kanteldak probeert te openen bijtemperaturen onder het
vriespunt, of als het dak bedekt is met sneeuw of ijs, kan hetglaspaneel of de motor beschadigd raken.
Het zonnescherm schuift gelijktijdig met het schuif-/kanteldak open. Laat het zonnescherm niet dichtzitten als het schuif-/kanteldak geopend is.
OCM040030
Page 105 of 409

Kenmerken van uw auto
32
4
D110300AUN
Zonnescherm
Het zonnescherm wordt automatisch met
het glaspaneel geopend wanneer dit
openschuift. U moet het echterhandmatig sluiten. D110500ACM
Resetten van het schuif- /kanteldak
U moet het schuif-/kanteldak als volgt
resetten wanneer de accu losgenomen
of ontladen is geweest, of wanneer de
desbetreffende zekering doorgebrand is
geweest:
1. Zet het contact in stand ON en sluit het
schuif-/kanteldak volledig.
2. Laat de bedieningstoets los.
3. Kantel het schuif-/kanteldak met de toets TILT-UP.
4. Laat de toets los.
5. Houd de toets TILT-UP ingedrukt totdat het schuif-/kanteldak kantelt en iets
omhoog en omlaag beweegt. Laat de
toets vervolgens los.
6. Houd de toets TILT-UP ingedrukt totdat het schuif-/kanteldak als volgt
beweegt:
OMLAAG KANTELEN OPEN
SCHUIVEN DICHT SCHUIVEN
Laat vervolgens de bedieningstoets
los.
Hierna is het schuif-/kanteldak gereset. ❈
Neem voor meer informatie contact op
met een officiële HYUNDAI -dealer.
OPMERKING
Mogelijk werkt het schuif-
/kanteldak niet goed wanneer de accu losgenomen of ontladen is
geweest, of wanneer de desbetreffende zekeringdoorgebrand is geweest.
OHM048028
Page 106 of 409

433
Kenmerken van uw auto
D130200ACM
Stuurbekrachtiging
De stuurbekrachtiging reduceert de
benodigde stuurkracht door gebruik te
maken van het vermogen dat de motor
levert. Bij een niet-draaiende motor of bij
een defecte stuurbekrachtiging blijft de
auto bestuurbaar, maar is de benodigde
stuurkracht veel groter.
Indien u merkt dat onder normale
omstandigheden het sturen van de auto
zwaarder gaat dan normaal, moet u de
stuurbekrachtiging door een officiële
HYUNDAI-dealer laten controleren.✽✽AANWIJZING
Als de aandrijfriem van de
stuurbekrachtigingspomp breekt of de
pomp defect raakt, zal de benodigde
stuurkracht aanzienlijk groter worden.
✽
✽ AANWIJZING
Als de auto bij koud weer (temperatuur
lager dan -10°C) lange tijd buiten heeft
gestaan, dan functioneert de
stuurbekrachtiging mogelijk minder goed
wanneer de motor voor de eerste maal
wordt gestart. Dit wordt veroorzaakt
door een stijging van de viscositeit van de
stuurbekrachtigingsvloeistof en duidt niet
op een storing.
Als dit gebeurt, laat het toerental van de
motor dan oplopen tot 1.500 omw/min
en laat vervolgens het gaspedaal los, of
laat de motor twee tot drie minuten
stationair draaien om de
stuurbekrachtigingsvloeistof te laten
opwarmen.
D130300AFD
Verstelbare stuurkolom
Een verstelbare stuurkolom maakt hetmogelijk het stuurwiel af te stellen
voordat u gaat rijden. Daarnaast kunt u
het stuurwiel omhoog kantelen zodat uw
benen meer ruimte hebben bij het in- en
uitstappen (indien van toepassing).
Het stuurwiel moet zo worden afgesteld
dat u een tijdens het rijden een
comfortabele positie achter het stuur
kunt vinden en tegelijkertijd een goed
zicht heeft op de waarschuwingslampjesen meters/tellers in het
instrumentenpaneel.
STUURWIEL
WAARSCHUWING
Stel het stuurwiel nooit af tijdens het rijden. Als u dat wel doet, kunt
u de macht over het stuur
verliezen waardoor ongevallen en
letsel veroorzaakt kunnen
worden.
Controleer na het afstellen of het stuurwiel goed vastzit.
OPMERKING
Houd het stuurwiel bij een
draaiende motor nooit langer dan 5
seconden maximaal naar rechts oflinks. Als het stuurwiel langer dan 5s tegen de aanslag wordt gehouden,kan er schade aan de
stuurbekrachtigingspomp ontstaan.
Page 107 of 409

Kenmerken van uw auto
34
4
Beweeg de ontgrendeling (1) omhoog of
omlaag, zet het stuurwiel in de gewenste
hoek (2) en hoogte (3, indien van
toepassing) en laat de ontgrendeling los
of beweeg hem omhoog om het stuurwiel
te blokkeren. Stel het stuurwiel af voordat
u gaat rijden. D130500AUN Claxon
Om te claxonneren, drukt u op het claxonsymbool op het stuurwiel.
Controleer regelmatig de werking van de claxon.
✽✽
AANWIJZING
Om te claxonneren, drukt u het gedeelte
van het stuurwiel bij het claxonsymbool
(zie afbeelding). De claxon wordt alleen
bediend wanneer op dit gedeelte wordt
gedrukt.
OPMERKING
Om de claxon te bedienen hoeft u niet op het claxongedeelte te slaan.Druk het claxongedeelte niet in met
een scherp voorwerp.
OCM040034
OCM040180
OCM040033
Type A
Type B
Page 108 of 409

435
Kenmerken van uw auto
D140100AUN
Binnenspiegel
Stel de binnenspiegel zo af dat u in het
midden van de spiegel het midden van
de achterruit ziet. Stel de spiegel af
voordat u gaat rijden.D140101AUN
Binnenspiegel met dag-/nachtstand
Stel de spiegel af voordat u wegrijdt en
deze in de dag stand staat.
Trek de hendel onder aan de spiegel naar u toe om de spiegel in de
nachtstand te zetten om verblinding door
de koplampen van achteropkomend
verkeer te voorkomen.
Houd er rekening mee dat het beeld in de spiegel in de nachtstand minder duidelijkis dan in de dagstand.D140102AUN
Elektrochromatische binnenspiegel
(ECM - Electric chromic mirror)
De elektrochromatische binnenspiegel
voorkomt automatisch verblinding door
achteropkomend verkeer. De sensor in
de spiegel registreert de lichtinval en
absorbeert de weerspiegelingen van de
koplampen van achteropkomende auto's.
Zodra de motor draait, worden de lichtreflecties automatisch gedimd. Als de selectiehendel in de
achteruitstand (R) wordt gezet, wordt debinnenspiegel in de helderste stand
gezet om het uitzicht naar achteren zo
duidelijk mogelijk te maken.
SPIEGELS
WAARSCHUWING -
Zicht
naar achteren
Zorg er indien mogelijk voor dat het
uitzicht door de achterruit niet
belemmerd wordt.
OPMERKING
Gebruik voor het reinigen van de spiegel een papieren doekje ofvergelijkbaar materiaal dat vochtig is gemaakt met glasreiniger. Spuitniet direct glasreiniger op de
spiegel. Hierdoor kan erglasreiniger in de spiegel komen.
OAM049023Dagstand
Nachtstand
Page 109 of 409

Kenmerken van uw auto
36
4
Bedienen van elektrische binnenspiegel:
Druk op de AAN/UIT-knop (1) om de
automatische dimfunctie in te schakelen. Het spiegelcontrolelampje zal gaan
branden. Druk op de AAN/UIT-knop (1)om de automatische dimfunctie uit te
schakelen. Het spiegelcontrolelampjedooft.
De standaardinstelling voor de binnenspiegel is AAN als het contact instand ON staat.
Conversatie-spiegel
(Indien geomonteerd)
M.b.v. deze spiegel kan de inzittende op
de voorstoel met de achterpassagiers
praten zonder het hoofd of het lichaam
naar achter te draaien.
Druk het deksel iets in en open het
deksel om de spiegel te gebruiken. Zet
de spiegel in de gewenste stand. Sluit
het deksel na gebruik.
OCM040035
OCM040036
Type A
Type B
ControlelampjeSensor
Controlelampje
Sensor
Achteruitrijscherm
(indien van toepassing)OCM052151
WAARSCHUWING -
Besteed als bestuurder niet veel
tijd aan het instellen van de spiegel
en praat niet gedurende lange tijd
met de achterpassagiers tijdens de
rit. U kunt de controle over de auto
verliezen en er kunnen ernstige
verwondingen of ongevallenontstaan.
Page 110 of 409

437
Kenmerken van uw auto
D140200AUN
Buitenspiegel
Stel de spiegels af voordat u gaat rijden.
Uw auto is uitgerust met zowel een linker
als een rechter buitenspiegel. De
spiegels kunnen elektrisch versteld
worden met de schakelaar. De spiegels
kunnen worden ingeklapt ombeschadigingen in een automatische
wasserette of bij het rijden door een
smalle straat te voorkomen.
WAARSCHUWING -
Buitenspiegel
De rechter buitenspiegel is convergerend. Bij uitvoeringen
voor sommige landen is ook de
linker buitenspiegel
convergerend. Objecten in de
spiegel zijn daardoor dichterbij
dan ze lijken.
Gebruik bij het veranderen van rijstrook daarom uw
binnenspiegel of kijk opzij om dewerkelijke afstand tot het
achteropkomende verkeer vast testellen
OPMERKING
Gebruik geen krabber om de
spiegel ijsvrij te maken; hierdoorkan het spiegelglas beschadigdraken. Forceer een bevroren spiegel
niet tijdens het verstellen. Verwijderijs met een ruitontdooier of met een spons of zachte doek en heet water.
OPMERKING
Forceer de buitenspiegel niet als deze vastgevroren is. Spuit de
buitenspiegel indien nodig in met ruitontdooier (gebruik geenkoelvloeistof) of zet de auto op eenwarme plaats om het ijs te laten
smelten.
WAARSCHUWING
Klap de buitenspiegels niet in en
verstel ze ook niet tijdens het
rijden. Hierdoor kunt u de controle
over de auto verliezen waardoor
een ongeluk met ernstig letsel of
schade het gevolg kan zijn.