Hyundai Santa Fe 2010 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: HYUNDAI, Model Year: 2010, Model line: Santa Fe, Model: Hyundai Santa Fe 2010Pages: 409, PDF Size: 30.88 MB
Page 331 of 409

727
Onderhoud
G070000AFD
Het hogedruk-koelsysteem is voorzien
van een reservoir dat gevuld is met een
koelvloeistof die ook voldoende
bescherming biedt tegen bevriezing. Het
reservoir is in de fabriek gevuld.
Controleer de vorstbescherming en het
koelvloeistofpeil ten minste één keer per
jaar, aan het begin van het winterseizoen
en voordat u naar een kouder klimaatreist. G070100AFD
Koelvloeistofpeil controlerenControleer de toestand en de
aansluitingen van alle slangen van het
koelsysteem en van de verwarming.
Vervang beschadigde en slechteslangen.
Het koelvloeistofpeil in het expansievat
dient tussen de merktekens F en L te
liggen als de motor koud is.
Vul als het peil laag is voldoende
voorgeschreven koelvloeistof bij om het
systeem tegen vorst en corrosie te
beschermen. Vul bij tot de F, maar vul
niet te veel bij. Laat het koelsysteem door
een officiële HYUNDAI Erkend
Reparateur nakijken indien u het
reservoir regelmatig moet bijvullen.
KOELVLOEISTOF
WAARSCHUWING
-
Losdraaien van de
radiateurdop
Verwijder de radiateurdop nooit terwijl de motor draait of nog een
hoge temperatuur heeft.
Daardoor kan er schade aan het
koelsysteem en de motor
ontstaan; bovendien kunt u
ernstig letsel oplopen doordat er
hete koelvloeistof of stoomontsnapt.
(Vervolg)
(Vervolg)
Zet de motor uit en wacht tot dezeis afgekoeld. Verwijder de
radiateurdop uiterst voorzichtig.
Wikkel een dikke doek rond de
dop en draai hem voorzichtig
linksom tot de eerste aanslag. Ga
een stukje achteruit wanneer de
druk van het koelsysteem af gaat.
Pas als u zeker weet dat er geen
overdruk meer is, drukt u de dopmet de doek in en draait u hem
verder linksom om hem teverwijderen.
Verwijder de radiateurdop of de aftapplug niet als de motor en de
radiateur nog heet zijn, zelfs niet
als de motor niet loopt. Er kan
nog steeds hete koelvloeistof en
stoom ontsnappen, waardoor erernstig letsel kan ontstaan.
OXM079006
Page 332 of 409

Onderhoud
28
7
WAARSCHUWING -
Radiateurdop
Verwijder bij een warme motor en
radiateur de radiateurdop niet. Erkan nog steeds gloeiend hete
koelvloeistof en stoom
ontsnappen, waardoor er ernstigletsel kan ontstaan.
G070101AUN
Aanbevolen koelvloeistof
Gebruik alleen gedemineraliseerd of gedestilleerd water.
De motor van uw auto heeft aluminium onderdelen. Gebruik daarom een
koelvloeistof op ethyleen-glycolbasis
ter voorkoming van corrosie en
bevriezing.
Gebruik GEEN koelvloeistof op ethanol- of methanol-basis; meng ook
geen ethanol- of methanol-antivries
met de voorgeschreven koelvloeistof.
Gebruik geen mengsel met meer dan 60% of minder dan 35% antivries; in
dat geval is een optimale koelende
werking niet gewaarborgd. Zie de volgende tabel voor de
mengverhouding.
-15°C (5°F) 35 65
-25°C (-13°F) 40 60
-35°C (-31°F) 50 50
-45°C (-49°F) 60 40
Buiten-temperatuur Mengverhouding
(hoeveelheid))
Antivries Water
OCM070007
Page 333 of 409

729
Onderhoud
G070200AFD
Koelvloeistof verversen
Laat de koelvloeistof verversen door een
officiële HYUNDAI Erkend Reparateur
overeenkomstig het in het begin van dit
hoofdstuk beschrevenonderhoudsschema.
OPMERKING
Leg een flinke doek rond devulopening om te voorkomen dat
als er gemorst wordt, koelvloeistofterechtkomt of de dynamo ofandere onderdelen van de motor.
WAARSCHUWING
Gebruik geen koelvloeistof of antivries in het sproeierreservoir.
Koelvloeistof kan het zicht ernstig belemmeren wanneer dit
op de voorruit terecht komt
waardoor u de macht over de
auto kunt verliezen. Bovendien
kan het de lak beschadigen.
Page 334 of 409

Onderhoud
30
7
REMVLOEISTOF
Controle van niveau remvloeistof
Controleer regelmatig het niveau in het
reservoir. Het vloeistofniveau dient zich
tussen de merktekens MAX en MIN aan
de zijkant van het reservoir te bevinden.
Reinig het gebied rondom de dop van het
reservoir grondig alvorens de dop te
verwijderen en vloeistof bij te vullen, om
te voorkomen dat deze vervuild raakt. Vul vloeistof bij tot aan het merkteken
MAX wanneer het niveau te laag is. Het
niveau van de remvloeistof zal na
verloop van tijd dalen. Dit is normaal en
wordt veroorzaakt door het slijten van de
remblokken. Laat het remsysteem
controleren door een officiële HYUNDAI-
dealer wanneer het niveau erg laag is.
Gebruik alleen de voorgeschreven
remvloeistof. (Zie "Aanbevolen
smeermiddelen en hoeveelheden" in hoofdstuk 8.)
Meng nooit verschillende soortenvloeistof door elkaar.
WAARSCHUWING -
Lekkage van remvloeistof
Als u het remvloeistofreservoir
regelmatig moet bijvullen, moet u
de auto laten controleren door een
officiële HYUNDAI-dealer.
OXM079008
WAARSCHUWING - Remvloeistof
Wees voorzichtig bij het vervangen
of bijvullen van remvloeistof. Zorg
ervoor dat de vloeistof niet in
contact komt met uw ogen. Spoel
uw ogen direct met een ruime
hoeveelheid leidingwater wanneer
u remvloeistof in uw ogen krijgt.
Laat uw ogen zo snel mogelijk
onderzoeken door een dokter.
OPMERKING
Zorg ervoor dat remvloeistof niet in contact komt met het lakwerk van
de auto. De lak kan hierdoor beschadigen. De kwaliteit vanremvloeistof die gedurende lange tijd blootgesteld is aan de
buitenlucht kan niet gegarandeerd worden. Vervang deze. Gebruik hetjuiste type vloeistof. Slechts een paar druppels minerale olie,
bijvoorbeeld motorolie, in het remsysteem kunnen de onderdelenvan het systeem beschadigen.
Page 335 of 409

731
Onderhoud
STUURBEKRACHTIGINGSVLOEISTOF
Controleren van vloeistofniveau
stuurbekrachtiging
Controleer regelmatig het niveau van het
reservoir van de
stuurbekrachtigingsvloeistof. Zet de auto
hiervoor op een vlakke ondergrond. Het
vloeistofniveau dient zich bij normale
temperaturen tussen de merktekens
MAX en MIN aan de zijkant van het
reservoir te bevinden.
Reinig het gebied rondom de dop van het
reservoir grondig alvorens
stuurbekrachtigingsvloeistof bij te vullen
om te voorkomen dat deze vervuild raakt.
Vul vloeistof bij tot aan het merkteken
MAX wanneer het niveau te laag is.
✽✽ AANWIJZING
Controleer of het vloeistofniveau zich in
het gebied HOT op het reservoir
bevindt. Als de vloeistof koud is,
controleer dan of het vloeistofniveau
zich in het gebied COLD bevindt.
Als u het reservoir regelmatig moet
bijvullen, moet u de stuurinrichting laten
controleren door een officiële HYUNDAI-
dealer.
Gebruik alleen de voorgeschreven
stuurbekrachtigingsvloeistof. (Zie "Aanbevolen smeermiddelen en
hoeveelheden" in hoofdstuk 8.)
Controle van de slangen van de
stuurbekrachtiging
Controleer voor het rijden de slangen van
de stuurbekrachtiging op loszitten,
lekkage, beschadigingen en verdraaiing.
OCM070009OPMERKING
Blijf niet te lang doorrijden met een te laag vloeistofniveau in hetreservoir om schade aan destuurbekrachtigingspomp tevoorkomen.
Start de motor nooit als het reservoir leeg is.
Voorkom bij het bijvullen van vloeistof dat er vuil in hetreservoir komt.
(Vervolg)
(Vervolg) Als het vloeistofniveau te laag is, kan het sturen zwaarder gaan enkunnen er vreemde geluiden tehoren zijn van de
stuurbekrachtiging.
Door niet de voorgeschreven vloeistof te gebruiken, zal destuurbekrachtiging minder effectief zijn en kan schade aan
de stuurinrichting ontstaan.
Page 336 of 409

Onderhoud
32
7
RUITENSPROEIERVLOEISTOF
G120100AUN
Ruitensproeiervloeistofniveau
controleren
Het reservoir is transparant, zodat het
niveau snel visueel kan wordengecontroleerd. Controleer het vloeistofpeil in het
sproeierreservoir en vul indien nodig
vloeistof bij. Als u geen
ruitensproeiervloeistof bij de hand heeft,
kunt u het reservoir bijvullen met gewoon
water. Gebruik in koude klimaten echter
speciale ruitensproeiervloeistof om
bevriezing te voorkomen.
WAARSCHUWING
Gebruik geen koelvloeistof of antivries in het sproeierreservoir.
Koelvloeistof kan het zicht ernstig belemmeren wanneer dit
op de voorruit terecht komt
waardoor u de macht over de
auto kunt verliezen. Bovendien
kan het de lak beschadigen.
Ruitensproeiervloeistof bevat alcohol en kan onder bepaalde
omstandigheden licht
ontvlambaar zijn. Houd open
vuur en vonken uit de buurt van
de ruitensproeiervloeistof en het
sproeierreservoir. De auto kan
beschadigd raken en deinzittenden kunnen letseloplopen.
Ruitensproeiervloeistof is giftig voor mensen en dieren. Drink
geen ruitensproeiervloeistof envermijd contact met
ruitensproeiervloeistof. Hierdoorkan ernstig letsel ontstaan.
OXM079010
Page 337 of 409

733
Onderhoud
PARKEERREM
Controleer de parkeerraem
Type A
Controleer of de slag van het
parkeerrempedaal volgens de
specificatie is als het wordt ingetrapt met
294 N (30 kg, 66 lb). De parkeerrem
alleen moet de auto veilig op een vrij
steile helling kunnen houden. Laat de
parkeerrem afstellen door een officiële
HYUNDAI-dealer wanneer de slag van
het pedaal niet volgens de specificatie is.
Vrije slag : 8-9 tarden
Type B
Controleer de slag van de parkeerrem
door het aantal klikken te tellen wanneer
de hendel volledig wordt aangetrokken.
De parkeerrem alleen moet de auto veilig
op een vrij steile helling kunnen houden.
Laat de parkeerrem afstellen door een
officiële HYUNDAI-dealer wanneer de
slag van het pedaal niet volgens de
specificatie is.
Slag: 5~6 klikjes bij een kracht van 20 kg (44 lbs, 196 N).
OCM050015OCM050019
Page 338 of 409

Onderhoud
34
7
BRANDSTOFFILTER (DIESEL)
G150100AFD
Aftappen van water uit het brandstoffilter
De waterafscheider vangt het water uit
de brandstof op.
Het waarschuwingslampje gaat branden
wanneer het contact in stand ON staat
en water zich in de waterafscheider
verzameld heeft. Laat het brandstofsysteemcontroleren en het wateraftappen door een officiële
HYUNDAI-dealer als het
waarschuwingslampje gaat
branden. G150200AFD
Brandstoffilterelement vervangen
✽✽
AANWIJZING
Gebruik originele HYUNDAI-
onderdelen wanneer het
brandstoffilterelement wordt
vervangen.OPMERKING
Als het water in de afscheider niet of niet vaak genoeg wordt afgetapt,
kan er schade ontstaan aanbelangrijke onderdelen, zoals hetbrandstofsysteem, doordat er waterin het brandstoffilter komt.
OCM070011
Page 339 of 409

735
Onderhoud
LUCHTFILTER
G160100ACM
Filter vervangen
Dit moet indien nodig vervangen worden
en mag niet gereinigd worden.
U kunt het filter schoonmaken wanneer u
het luchtfilterelement controleert.
Reinig het filter met behulp van perslucht. 1. Neem de bevestigingsclips los om het
luchtfilterdeksel te verwijderen. 2. Veeg de binnenkant van het luchtfilter
schoon.
3. Vervang het luchtfilter.
4. Bevestig het deksel met de bevestigingsclips.
OXM079012OXM079013OXM079014
Page 340 of 409

Onderhoud
36
7
Vervang het filter overeenkomstig het onderhoudsschema.
Vervang het element vaker dan in het
onderhoudsschema is aangegeven alsde auto wordt gebruikt in gebieden met
zeer veel stof of zand. (Raadpleeg"Onderhoudsschema bij gebruik onderzware omstandigheden" in dit
hoofdstuk.)
OPMERKING
Rijd niet met de auto wanneer het luchtfilter verwijderd is; hierdoor
kan de motor overmatig slijten.
Zorg er om schade aan de motor te voorkomen voor dat bij hetverwijderen van het luchtfilter
geen stof en vuil in de luchtinlaat komt.
Gebruik een origineel HYUNDAI- onderdeel. Door het gebruik vanniet-originele HYUNDAI-
onderdelen kan de luchtmassameter ofturbocompressor beschadigdraken.