Hyundai Santa Fe 2017 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: HYUNDAI, Model Year: 2017, Model line: Santa Fe, Model: Hyundai Santa Fe 2017Pages: 735, PDF Size: 15.3 MB
Page 291 of 735

Kenmerken van uw auto
190
4
Stand OFF (1een 2ezitrij)
Druk op toets OFF om de airconditioning
uit te schakelen. Het is in dat geval nogsteeds mogelijk om de luchtcirculatie en
de luchttoevoer met de toetsen te
bedienen, zolang het contact in standON staat.
Selectie informatiescherm
verwarmings- en ventilatiesysteem(Type C,D)
Druk op de toets voor de selectie van het
informatiescherm voor het verwarmings-
en ventilatiesysteem om de informatie
over het systeem weer te geven op het
scherm. Airconditioning 3
e
zitrij
(indien van toepassing)
Airconditioningsysteem 3 e
zitrij
inschakelen
1. Druk op de toets ON/OFF voor de
airconditioning van de 3 e
zitrij. Deze
bevindt zich op het bedieningspaneel
van het verwarmings- en
ventilatiesysteem vóór. Stel de
aanjagersnelheid in op de gewenste
snelheid met de aanjagertoets voor de3 e
zitrij. (Het controlelampje op de
toets ON/OFF gaat branden.)
ODM042295
ODM042297ODM042296
Page 292 of 735

4 191
Kenmerken van uw auto
2. Om het airconditioningsysteem van de3e
zitrij uit te schakelen, druk u op de
toets ON/OFF voor de airconditioning
van de 3 e
zitrij. Deze bevindt zich op
het bedieningspaneel van het
verwarmings- en ventilatiesysteem
vóór. Of u stelt de aanjagersnelheid inop de stand OFF met de
aanjagertoets van de 3 e
zitrij.
(controlelampje op de toets ON / OFF
gaat niet branden.) Werking systeem
Ventilatie
1. Zet de luchtcirculatietoets in stand
() .
2. Schakel de stand BUITENLUCHT in met de luchttoevoertoets.
3. Stel de temperatuur in op de gewenste waarde.
4. Zet de aanjager op de gewenste snelheid.
Verwarmen
1. Zet de luchtcirculatietoets in stand() .
2. Schakel de stand BUITENLUCHT in met de luchttoevoertoets.
3. Stel de temperatuur in op de gewenste waarde.
4. Zet de aanjager op de gewenste snelheid.
5. Als u de uitstromende lucht gedroogd wil hebben, kunt u het
airconditioningssysteem aanzetten
(indien van toepassing).
• Schakel de stand ( ) of ( ) in wanneer de voorruit beslaat. Tips voor het gebruik
• Om te voorkomen dat stof of
onaangename geuren in het interieur
van de auto terechtkomen, kan de
schakelaar voor de luchttoevoer
tijdelijk in de stand RECIRCULATIE
worden gezet. Selecteer de stand
BUITENLUCHT weer zodra de bron
van irritatie gepasseerd is om weer
frisse lucht toe te laten tot het interieur.
Frisse lucht is beter voor de fysieke
gesteldheid van de bestuurder en
bovendien aangenamer.
• De lucht voor het verwarmings- en ventilatiesysteem wordt aangevoerd
via de roosters in de paravan onder de
voorruit. Zorg er daarom voor dat deze
roosters niet geblokkeerd zijn door
bladeren, sneeuw of andere objecten.
• Voorkom dat de voorruit beslaat door de stand BUITENLUCHT teselecteren, de aanjager in de
gewenste stand te zetten, de
airconditioning in te schakelen en de
gewenste temperatuur in te stellen.
Page 293 of 735

Kenmerken van uw auto
192
4
Airconditioning
(indien van toepassing)
HYUNDAI-airconditioningssystemen zijn
gevuld met milieuvriendelijk
koudemiddel*.
1. Start de motor. Druk op toets A/C.
2. Zet de luchtcirculatieknop in stand () .
3. Schakel de stand BUITENLUCHT of RECIRCULATIE in met de toets
luchttoevoer.
4. Stel de aanjagersnelheid en de temperatuur bij om een maximaal
comfort te bereiken.
*: Het aircosysteem in uw auto is gevuld met koudemiddel van het type R-134a
of R- 1234yf, in overeenstemming met
de wetgeving in uw land ten tijde van
de productie. Welk koudemiddel er in
uw auto wordt gebruikt kunt u zien op
een label aan de binnenzijde van de
motorkap. Zie hoofdstuk 8 voor meer
informatie over de locatie van het
koudemiddellabel.
✽AANWIJZING
• Houd de temperatuurmeter nauwlettend in de gaten wanneer de
airconditioning wordt gebruikt als u
lange hellingen oprijdt of als u in druk
verkeer rijdt bij hoge buitentem-
peraturen. Door het gebruik van het
airconditioningssysteem kan de motor
oververhit raken. Blijf de aanjager
gebruiken en schakel het aircondi-
tioningssysteem uit wanneer de
temperatuurmeter aangeeft dat de
motor oververhit raakt.
• Bij het openen van de ruiten bij vochtig weer kan de airconditioning
druppelvorming in het interieur
veroorzaken. Omdat te veel vocht in
het interieur schade aan elektrische
componenten kan veroorzaken, mag
de airconditioning alleen worden
gebruikt als de ruiten gesloten zijn.OPMERKING
• Onderhoud aan de aircondi-
tioning dient alleen te wordenuitgevoerd door geautoriseerdpersoneel om een juiste en
veilige werking te garanderen.
• Onderhoud aan het koudemiddel- systeem dient te wordenuitgevoerd in een goedge- ventileerde omgeving.
• De verdamper van de airconditioning (koelspiraal) mag
nooit worden gerepareerd ofworden vervangen door eengebruikt exemplaar en nieuwe
vervangende MAC-verdampers moeten conform SAE-norm J2842
zijn gekeurd en gemerkt.
Page 294 of 735

4 193
Kenmerken van uw auto
Aanwijzingen voor gebruik
airconditioning
• Open de ruiten een tijdje wanneer deauto tijdens warm weer in de volle zon
geparkeerd is geweest, zodat de
warme lucht naar buiten kan.
• Om het beslaan van de ruiten tijdens regenachtig weer te verminderen, kunt
u de vochtigheidsgraad in het interieur
terugbrengen door de airconditioning
in te schakelen.
• Tijdens de werking van de aircondi- tioning ziet u het motortoerental zo nu
en dan iets veranderen wanneer de
aircocompressor inschakelt. Dit is een
normaal verschijnsel tijdens de
werking van het systeem.
• Schakel de airconditioning iedere maand enkele minuten in om hetsysteem in een optimale staat tehouden. • Na gebruik van de airconditioning kan
onder de rechterzijde van de auto een
plas heldere vloeistof gelekt zijn. Dit is
een normaal verschijnsel tijdens de
werking van het systeem.
• Als de stand RECIRCULATIE wordt gebruikt wanneer het airconditionings-
systeem ingeschakeld is, wordt wel
een maximaal koeleffect bereikt, maar
kan het gebruik van deze stand
gedurende een langere tijd ertoe
leiden dat de lucht in het interieur muf
wordt.
• Tijdens de werking van de aircondi- tioning ziet u het motortoerental zo nu
en dan iets veranderen wanneer de
aircocompressor inschakelt. Dit is een
normaal verschijnsel tijdens de
werking van het systeem. Interieurfilter
Het interieurfilter, dat achter het
dashboardkastje is gemonteerd, filtert de
lucht die via het verwarmings- enairconditioningssysteem naar het
interieur wordt gevoerd. Als het filter in de
loop van de tijd verstopt raakt door stof
en andere verontreinigingen, neemt de
luchttoevoer via de uitstroomopeningen
af en kan de voorruit aan de binnenzijdebeslaan, ook al is de stand
BUITENLUCHT gekozen. Als dat het
geval is, adviseren we u het interieurfilter
te laten vervangen door een officiële
HYUNDAI-dealer.
1LDA5047
Buitenlucht
Gerecirculeerde lucht
Interieurfilter Aanjager
erdamper
Kachelradiateur
Page 295 of 735

Kenmerken van uw auto
194
4
✽AANWIJZING
• Vervang het filter overeenkomstig het onderhoudsschema.
Als er onder ongunstige omstandig-
heden gereden wordt, bijvoorbeeld in
een stoffige omgeving of op slechte
wegen, moet het interieurfilter vaker
worden gecontroleerd en indien nodig
worden vervangen.
• We adviseren u het systeem te laten controleren door een officiële
HYUNDAI-dealer als de
luchtopbrengst plotseling afneemt.Sticker koudemiddel
airconditioning ❈ De werkelijke koudemiddelsticker kan
afwijken van de afbeelding. De symbolen en specificaties op de
koudemiddelsticker hebben de volgende
betekenis:
1. Type koudemiddel
2. Hoeveelheid koudemiddel
3. Type compressorolie
Welk koudemiddel er in uw auto wordt
gebruikt kunt u zien op een sticker in de
motorruimte.
Zie hoofdstuk 8 voor meer informatie
over de locatie van het
koudemiddellabel.
ODMECL2006
ODMECL2007
■
Voorbeeld
Type B
Type A
Page 296 of 735

4 195
Kenmerken van uw auto
Hoeveelheid koudemiddel en
compressorolie controleren
Als er te weinig koudemiddel in het
systeem zit, neemt de koelcapaciteit van
de airconditioning af. Een teveel aan
koudemiddel heeft ook nadelige effecten
op de werking van de airconditioning.
Daarom adviseren we u het systeem te laten controleren door een officiële
HYUNDAI-dealer als het systeem niet
normaal werkt.*: Het aircosysteem in uw auto is gevuldmet koudemiddel van het type R-134a
of R- 1234yf, in overeenstemming met
de wetgeving in uw land ten tijde van
de productie.
WAARSCHUWING
- Auto's met R-1234yf*
Omdat het koudemiddel
licht ontvlambaar is en
onder zeer hoge druk
staat, mag onderhoudaan het aircondi
-tioningssysteem alleen w orden uitgevoerd door
geschoolde en
gecertificeerde technici.
Het is belangrijk dat het juiste type
en de juiste hoeveelheid olie en
koudemiddel worden gebruikt.
Anders kan schade aan de auto en
persoonlijk letsel ontstaan.
WAARSCHUWING - Auto's met R-134a*
Omdat het koudemiddel
onder zeer hoge druk
staat, mag onderhoud
aan het aircondi-tioningssysteem alleen
worden uitgevoerd door
geschoolde en gecertificeerde
technici. Het is belangrijk dat het
juiste type en de juiste hoeveelheid
olie en koudemiddel worden
gebruikt.
Anders kan schade aan de auto en
persoonlijk letsel ontstaan.
Page 297 of 735

Kenmerken van uw auto
196
4
• Draai de temperatuurknop volledig
naar rechts (maximaal verwarmen) en
zet de aanjagerknop op de hoogstesnelheid om maximaal te ontdooien.
• Zet de knop voor de luchtcirculatie in stand VERWARMEN/ONTWASEMEN,
wanneer tijdens het ontdooien of
ontwasemen warme lucht in de
voetenruimte gewenst wordt.
• Verwijder voor het rijden alle sneeuw en ijs van de voorruit, de achterruit, de
buitenspiegels en alle zijruiten.
• Verwijder alle sneeuw en ijs van de motorkap en van de
luchtaanvoeropening in het
paravanrooster om de werking van de
kachel en het ventilatiesysteem te
verbeteren en de kans op het beslaan
van de voorruit te verminderen.
Verwarmings- en ventilatiesysteem, handbediend Verwarmings- en
ventilatiesysteem, handbediend
Binnenzijde voorruit ontwasemen
1. Stel de gewenste temperatuur in.
2. Stel de voorste aanjager in op de
gewenste snelheid.
3. Kies stand ( ) of ( ).
4. De stand BUITENLUCHT wordt automatisch geselecteerd. Als deze
stand ( ) geselecteerd is, zal ook de
airconditioning automatisch wordengeselecteerd.
Als de airconditioning en de stand
BUITENLUCHT niet automatisch worden
ingeschakeld, druk dan op de
desbetreffende toetsen.
VOORRUIT ONTDOOIEN EN ONTWASEMEN
WAARSCHUWING
- Voorruitverwarming
Gebruik de standen ( ) of ( )
niet in combinatie met koelen bij
een extreem hoge
luchtvochtigheid. Door het
temperatuurverschil tussen de
buitenlucht en de voorruit, kan de
voorruit plotseling beslaan,
waardoor het zicht wegvalt. Zet in
dat geval de modusselectie in de
stand ( ) en de aanjager op de
laagste stand.
ODM042298
Page 298 of 735

4 197
Kenmerken van uw auto
Buitenzijde voorruit ontdooien
1. Stel de temperatuur in op maximaal.
2. Zet de aanjager in de hoogste stand.
3. Kies stand ( ).
4. Het systeem schakelt de toevoer vanbuitenlucht en de airconditioning automatisch in. Automatisch verwarmings- en ventilatiesysteem
Binnenzijde voorruit ontwasemen
1. Stel de gewenste temperatuur in.
2. Zet de aanjagerknop in de gewenste
stand.
3. Druk op de toets voorruitontwaseming () .
4. Op basis van de omgevingstemperatuur zal de
airconditioning automatisch worden
ingeschakeld en zullen de stand
BUITENLUCHT en een hogere
aanjagersnelheid worden gekozen. Als de airconditioning, de stand
BUITENLUCHT en de hogereaanjagersnelheid niet automatisch
worden ingeschakeld, druk dan op de
desbetreffende knoppen.
Als stand ( ) geselecteerd wordt,
wordt de aanjagersnelheid automatisch
verhoogd.
ODM042299
ODM042300
Page 299 of 735

Kenmerken van uw auto
198
4
Buitenzijde voorruit ontdooien
1. Stel de temperatuur in op maximaal.
2. Zet de aanjager in de hoogste stand.
3. Druk op de toets voorruitontwaseming
() .
4. Op basis van de omgevingstemperatuur zal de
airconditioning automatisch worden
ingeschakeld en de stand
BUITENLUCHT worden gekozen.
Automatisch ontwasemingssysteem
(alleen voor verwarmings- enventilatiesysteem, indien van
toepassing)
Het automatische ontwasemings-
systeem verkleint de kans op het
beslaan van de binnenzijde van de
voorruit doordat de aanwezigheid van
vocht aan de binnenzijde van de voorruit
automatisch gesignaleerd wordt.
Het automatische ontwasemings-
systeem werkt als de klimaatregeling
ingeschakeld is.
✽AANWIJZING
Het automatische ontwasemingssysteem
werkt mogelijk niet goed wanneer de
buitentemperatuur temperatuur lager is
dan -10 °C.
Deze indicator geeft aan dat
het automatische ontwa-semingssysteem heeft
geregistreerd dat er vocht
aanwezig is op de
binnenzijde van de voorruit
en dat het systeem in werking is.
Als er meer vocht in de auto aanwezig is,
gaat het systeem steeds een stap verder. Stap 1 : Inschakelen van de aircondi- tioning
Stap 2 : Stand toevoer buitenlucht Stap 3 : Blazen van lucht naar de
voorruit
Stap 4 : Vergroten van de luchtstroom naar de voorruit
ODM042301
ODM042303
Page 300 of 735

4 199
Kenmerken van uw auto
Als uw auto is uitgerust met een
automatisch ontwasemingssysteem, zal
dit systeem automatisch geactiveerd
worden als aan de voorwaarden voldaan
is. Als u echter het automatische
ontwasemingssysteem wilt uitschakelen,
drukt u binnen 2 seconden 4 keer op de
toets voor de voorruitontwaseming terwijl
u de toets AUTO ingedrukt houdt. (Het
controlelampje van de toets voor de
voorruitontwaseming knippert 3 keer om
aan te geven dat het systeem
uitgeschakeld is.)
Nadat de accu losgekoppeld is geweest
of te ver ontladen is geraakt, is de
automatische ontwaseming standaard
ingeschakeld.✽AANWIJZING
Als handmatig de stand airco uit
geselecteerd wordt terwijl het
automatische ontwasemingssysteem in
werking is, knippert het controlelampje
van het automatische ontwasemings-
systeem 3 keer om aan te geven dat de
stand airco uit niet kan worden
geselecteerd.
Wanneer het contact in stand ON wordt
gezet, wordt de schone-luchtfunctie
automatisch ingeschakeld.
De schone-luchtfunctie wordt
automatisch uitgeschakeld als het
contact in stand OFF wordt gezet.
OPMERKING
Verwijder de behuizing van de regensensor boven aan de voorruit
aan passagierszijde niet. Eventueleschade aan onderdelen die hierdoor kan ontstaan, valt niet
onder de fabrieksgarantie.
SCHONE LUCHT
(INDIEN VAN TOEPASSING)
ODMECL2005
ODMECL2009
■ Type A
■Type B