JEEP PATRIOT 2021 Instructieboek (in Dutch)
Manufacturer: JEEP, Model Year: 2021, Model line: PATRIOT, Model: JEEP PATRIOT 2021Pages: 294, PDF Size: 6.66 MB
Page 11 of 294

7
Page 12 of 294

WAARSCHUWINGEN VOORZICHTIGDeze handleiding bevatWAARSCHUWINGEN
voor handelingen die kunnen leiden tot een
aanrijding of lichamelijk letsel. In het boekje
wordt ook duidelijk aangegeven waar uVOOR-
ZICHTIGmoet zijn bij handelingen die kunnen
leiden tot schade aan uw auto. Als u deze
handleiding niet in zijn geheel leest, kan het zijn
dat u belangrijke informatie over het hoofd ziet.
Let op als er in de tekst Waarschuwing of
Voorzichtig staat.CHASSISNUMMERHet voertuigidentificatienummer (VIN) bevindt
zich linksvoor op het instrumentenpaneel bij de
bestuurder en is van buitenaf zichtbaar. Dit
nummer is ook gegraveerd op het bovenopper-
vlak van de dwarsligger van de rechtervoor-
stoel onder een tapijtflap evenals op de voer-
tuigregistratie en het eigendomsbewijs.VOERTUIGWIJZIGINGEN/-
AANPASSINGEN
WAARSCHUWING!
Aanpassingen aan of wijzigingen van deze
auto kunnen de geschiktheid en veiligheid
ervan in ernstige mate beïnvloeden en leiden
tot ongevallen die ernstig letsel of de dood
veroorzaken.
Chassisnummer of
voertuigidentificatienummer (VIN)
8
Page 13 of 294

2
WAT U MOET WETEN VOOR U UW AUTO
START
•UW SLEUTELS............................ 13
•Uitnemen van de contactsleutel................ 13
•Portieren afsluiten met een sleutel............... 14
•Waarschuwingssysteem contactsleutel............ 14
•STUURSLOT — INDIEN AANWEZIG................ 14
•Handmatig het stuurwiel vergrendelen............ 14
•Het stuurwiel ontgrendelen................... 14
•SENTRY KEY............................. 14
•Reservesleutels.......................... 15
•Zelf nieuwe sleutels programmeren.............. 15
•Algemene informatie....................... 15
•ALARMSYSTEEM — INDIEN AANWEZIG............. 16
•Systeem activeren........................ 16
•Het systeem deactiveren..................... 16
9
Page 14 of 294

•Handmatige uitschakeling van het
voertuigbeveiligingsalarm.................... 16
•PREMIUM VOERTUIGALARMSYSTEEM — INDIEN
AANWEZIG............................... 16
•Systeem activeren........................ 17
•Het systeem deactiveren..................... 17
•Handmatige uitschakeling van het
voertuigbeveiligingsalarm.................... 18
•AFSTANDSBEDIENING........................ 18
•Portieren en achterklep ontgrendelen............. 18
•Remote Key Unlock, Driver Door/All First Press -
Bestuurdersportier/alle portieren ontgrendelen met
eerste druk op ontgrendeltoets afstandsbediening..... 18
•Naderingsverlichting — indien aanwezig........... 19
•Portieren en achterklep vergrendelen............. 19
•Flash Lights With Remote Key Lock/Unlock -
Knipperlichten aan bij vergrendelen/ontgrendelen met
afstandsbediening........................ 19
•Extra afstandsbedieningen programmeren.......... 19
•Batterij vervangen........................ 19
•Algemene informatie....................... 20
•PORTIERVERGRENDELING..................... 20
•Handmatige portiervergrendeling................ 20
10
Page 15 of 294

•Centrale portiervergrendeling.................. 21
•Kindersloten — achterportieren................ 23
•ELEKTRISCHE RAAMBEDIENING — INDIEN AANWEZIG.... 24
•Schakelaars voor elektrische raambediening......... 24
•Automatisch openen....................... 24
•Raamblokkeerschakelaar.................... 25
•ACHTERKLEP............................. 25
•VEILIGHEIDSGORDELSYSTEMEN................. 26
•Driepuntsgordels......................... 27
•Verstelbaar ankerpunt schoudergordel............ 30
•Gebruiksaanwijzing voor de heup-/schoudergordel op de
tweede rij in het midden..................... 31
•Corrigeren van gedraaide driepuntsgordel.......... 32
•Veiligheidsgordels op passagierszitplaatsen......... 32
•Functie vergrendelrolautomaten (ALR) — Indien
aanwezig.............................. 33
•Gordelspanners.......................... 33
•Extra actieve hoofdsteunen (AHR)............... 34
•Geavanceerd autogordelwaarschuwingssysteem
(BeltAlert) ............................. 36
•Spankrachtbegrenzer....................... 36
•Veiligheidsgordels en zwangerschap............. 37
11
Page 16 of 294

•Extra beveiligingssysteem (SRS) - Airbags.......... 37
•Kenmerken van de geavanceerde airbags voorin...... 38
•Sensors en regelknoppen voor ontvouwing van de
airbags............................... 41
•EDR (Event Data Recorder, Gebeurtenisrecorder)...... 46
•Veiligheidssystemen voor kinderen.............. 47
•AANBEVELINGEN BIJ INRIJDEN VAN DE MOTOR........ 54
•Aanvullende vereisten voor dieselmotoren — Indien
aanwezig.............................. 55
•VEILIGHEIDSTIPS........................... 55
•Passagiers meenemen...................... 55
•Uitlaatgassen........................... 55
•Veiligheidscontroles in de auto................. 56
•Periodieke veiligheidscontroles aan de buitenzijde..... 57
12
Page 17 of 294

UW SLEUTELSDe erkende dealer die u de auto verkocht,
beschikt over de sleutelcodes voor uw autoslo-
ten. Deze codes kunnen worden gebruikt om
sleutels bij te laten maken. Vraag uw erkende
dealer naar deze nummers en bewaar ze op
een veilige plek.
Uitnemen van de contactsleutel
1. Zet de hendel in PARK (indien uitgerust met
een automatische versnellingsbak).
2. Draai de contactsleutel in de stand ACC.3. Duw de sleutel en de cilinder in en draai de
sleutel in de stand LOCK.
4. Verwijder de sleutel uit de slotcilinder.
OPMERKING:
Als u de sleutel verwijdert voordat u de
keuzehendel in de stand PARK hebt gezet,
kan de sleutel tijdelijk in de slotcilinder vast
komen te zitten. Als dat gebeurt, moet u de
sleutel voorzichtig naar rechts draaien en
verwijderen, zoals eerder is beschreven.
Wanneer er een storing optreedt, zal het sys-
teem de sleutel in het contactslot blokkeren,
om u zo te waarschuwen dat deze beveiliging
niet meer werkt. U kunt de motor starten en
afzetten, maar u kunt de sleutel niet uit het
contactslot nemen zolang u de auto niet voor
onderhoud heeft aangeboden.
WAARSCHUWING!
•Kinderen nooit alleen in het voertuig laten.
Kinderen zonder toezicht achterlaten in
een auto is om verschillende redenen ge-
vaarlijk. Kinderen of derden kunnen ern-
stige of dodelijke verwondingen oplopen.
Laat de sleutel niet in het contactslot zitten.
Een kind zou de elektrische raambediening
of andere schakelaars kunnen bedienen of
de auto in beweging kunnen brengen.
•Laat nooit kinderen of dieren achter in een
in de zon geparkeerde en afgesloten auto.
De hitte in het interieur kan ernstige ge-
zondheidsproblemen veroorzaken en zelfs
dodelijk zijn.
Autosleutel
Stand contactsleutel
1 — LOCK 3 — ON/RUN
2 — ACC (ACCESSOI-
RESTAND)4—START
13
Page 18 of 294

LET OP!
Neem altijd de sleutel uit het contactslot en
vergrendel alle portieren als u de auto onbe-
heerd achterlaat.
Portieren afsluiten met een sleutelU kunt de sleutel met een willekeurige zijde
naar boven gebruiken. Draai de sleutel naar
achter om het portier te vergrendelen. Draai de
sleutel naar voor om het portier te ontgrende-
len. ZieOnderhoud van uw autovoor smering
van de portiersloten.
Waarschuwingssysteem
contactsleutel
Wanneer u het bestuurdersportier opent terwijl
de sleutel in het contact in de stand LOCK of
ACC zit, zal een geluidssignaal u erop attent
maken om de sleutel te verwijderen.
OPMERKING:
Als het bestuurdersportier openstaat terwijl
de sleutel in het contact zit, zullen zowel de
centrale portiervergrendeling als de af-
standsbediening niet werken.
STUURSLOT — INDIEN AANWEZIGUw auto is mogelijk uitgerust met een passief
stuurslot Dit slot zorgt ervoor dat de auto zon-
der contactsleutel niet kan worden bestuurd.
Wanneer het stuurwiel ongeveer een halve slag
in een willekeurige richting wordt gedraaid en
er geen sleutel in het contactslot zit, zal het
stuurslot het stuurwiel vergrendelen.
Handmatig het stuurwiel
vergrendelen
Draai het stuurwiel een halve slag bij draaiende
motor. Zet de motor af en verwijder de contact-
sleutel. Draai het stuur een beetje in een wille-
keurige richting tot het vergrendelt.
Het stuurwiel ontgrendelenSteek de sleutel in het contact en start de
motor. Als het moeilijk is om de sleutel te
draaien, draait u het stuur iets naar links of naar
rechts om het slot te ontgrendelen.
OPMERKING:
Als u het stuur naar rechts hebt gedraaid om
het slot te vergrendelen, moet u het stuur
iets naar rechts draaien om het te ontgren-
delen. Als u het stuur naar links hebt ge-draaid om het slot te vergrendelen, moet u
het stuur iets naar links draaien om het te
ontgrendelen.
SENTRY KEYHet startblokkeersysteem met Sentry Key
voorkomt ongeoorloofd gebruik van de auto
door derden door de motor te blokkeren. U
hoeft het systeem niet te activeren of in te
schakelen. Dit systeem werkt automatisch, on-
geacht of de auto is vergrendeld.
Het systeem werkt met een contactsleutel met
ingebouwde elektronische chip (transponder)
waardoor het ongeoorloofd gebruik van de
auto wordt verhinderd. De auto kan alleen
bediend en gestart worden met de sleutels die
specifiek voor de betreffende auto werden ge-
programmeerd. Het systeem schakelt de motor
na twee (2) seconden uit als iemand probeert
met een valse sleutel de motor te starten.
OPMERKING:
Een niet-geprogrammeerde sleutel wordt
ook als ongeldige sleutel gezien, zelfs als de
baard van de sleutel past op de slotcilinder
van het contactslot.
14
Page 19 of 294

Ter controle van het gloeilampje gaat bij nor-
maal gebruik het indicatielampje van het bevei-
ligingssysteem gedurende drie seconden aan
na inschakelen van het contact. Als het lampje
blijft branden, treedt er een storing in de elek-
tronica op. Als na de controle van het gloei-
lampje het indicatielampje blijft knipperen,
geeft dat aan dat iemand een valse sleutel
heeft gebruikt om de motor te starten. Elk van
deze twee condities schakelt de motor na twee
seconden uit.
Als het indicatielampje van het alarmsysteem
gaat branden tijdens normaal gebruik van de
auto (nadat deze langer dan tien seconden
heeft gereden), duidt dat op een storing in de
elektronica. Laat in dat geval het voertuig zo
snel mogelijk repareren door een erkende dea-
ler.
LET OP!
De Sentry Keystartonderbreker is niet com-
patibel met sommige niet-originele afstands-
bedieningen. Dergelijke systemen kunnen
startproblemen veroorzaken en de startblok-
kering van de auto tenietdoen.Alle sleutels die bij uw nieuwe auto zijn meege-
leverd zijn geprogrammeerd voor de elektro-
nica van uw auto. Ga naar een erkende dealer
als u reservesleutels of extra sleutels voor uw
auto wenst.
Reservesleutels
OPMERKING:
U kunt alleen starten met sleutels die speci-
aal werden geprogrammeerd voor de elek-
tronica van uw auto. Als de sleutel Sentry
Keyeenmaal voor een auto is geprogram-
meerd, kan deze niet opnieuw voor een
willekeurige andere auto worden gepro-
grammeerd.
LET OP!
Verwijder de Sentry Keysaltijd uit het voer-
tuig en sluit alle portieren af als het voertuig
onbeheerd wordt achtergelaten.
Ten tijde van de aankoop ontvangt de oor-
spronkelijke eigenaar een persoonlijk identifi-
catienummer (PIN-code) van vier cijfers. Be-
waar de PIN-code op een veilige plaats. Dit
nummer hebt u nodig om vervangsleutels tebestellen. Kopiëren van de sleutels betekent
een blanco sleutel programmeren voor de elek-
tronica van het voertuig. Een blanco sleutel is
een sleutel die nooit eerder is geprogram-
meerd. Ga naar een erkende dealer als u
reservesleutels of extra sleutels voor uw auto
wenst.
OPMERKING:
Als u werkzaamheden laat uitvoeren aan het
startblokkeersysteem met Sentry Key,
moeten alle sleutels van de auto aan de
erkende dealer worden overhandigd.
Zelf nieuwe sleutels programmerenGa naar een erkende dealer als u reservesleu-
tels of extra sleutels voor uw auto wenst.
Algemene informatieDe startblokkering met Sentry Keyis een
433,92MHz-systeem. Het wordt gebruikt in de
volgende Europese landen die Richtlijn 1999/
5/EG hanteren: België, Denemarken, Duitsland,
Finland, Frankrijk, Griekenland, Groot-
Brittannië, Hongarije, Ierland, Italië, Joegosla-
vië, Luxemburg, Nederland, Noorwegen, Oos-
15
Page 20 of 294

tenrijk, Polen, Portugal, Roemenië, Rusland,
Slovenië, Spanje, Tsjechië, Zweden en Zwitser-
land.
•De apparatuur mag geen hinderlijke storin-
gen veroorzaken.
•De apparatuur moet eventuele ontvangen
storingen kunnen verwerken, ook storingen
die een foutieve werking kunnen veroorza-
ken.
ALARMSYSTEEM — INDIEN
AANWEZIG
Het voertuigbeveiligingsalarm bewaakt de por-
tieren, motorkap, achterklep en het contact
tegen bediening door onbevoegden.
Als het voertuigbeveiligingsalarm afgaat, zal
de claxon gedurende 29 seconden klinken en
zullen de waarschuwingssignalen na nog eens
31 seconden worden uitgeschakeld. Als u het
activeringsapparaat niet uitschakelt, klinkt de
claxon na vijf seconden nogmaals gedurende
dertig seconden. Als het activeringsapparaat
blijft ingeschakeld, wordt deze cyclus gedu-
rende 5 minuten herhaald.
Systeem activeren
1. Verwijder de sleutel uit het contact en ver-
laat de auto.
2. Vergrendel het portier met de elektrische
vergrendelschakelaar of de afstandsbediening
en sluit alle portieren.
3. Het Indicatielampje voor de voertuigbeveili-
ging op het instrumentenpaneel knippert snel
gedurende 16 seconden. Dit geeft aan dat het
voertuigbeveiligingsalarm in paraatheid wordt
gebracht. Indien tijdens deze periode een por-
tier wordt geopend, de contactschakelaar op
aan wordt gedraaid of de portiervergrendeling
op enigerlei wijze wordt ontgrendeld, wordt het
voertuigbeveiligingsalarm automatisch uitge-
schakeld. Na circa 16 seconden gaat het indi-
catielampje voor de voertuigbeveiliging lang-
zaam knipperen. Dit geeft aan dat het
alarmsysteem volledig paraat is.
Het systeem deactiverenDruk op ONTGRENDELEN op de afstandsbe-
diening.
Handmatige uitschakeling van het
voertuigbeveiligingsalarm
Het alarmsysteem wordt niet geactiveerd als u
de portieren vergrendelt via de handbediende
vergrendelknop.
PREMIUM
VOERTUIGALARMSYSTEEM —
INDIEN AANWEZIG
Het voertuigalarmsysteem bewaakt de portie-
ren, motorkapvergrendeling, achterklep en de
contactschakelaar tegen bediening door onbe-
voegden.
Als het alarmsysteem afgaat, zal het geluids-
signaal gedurende 30 seconden klinken en
zullen de lampen gedurende 60 seconden
knipperen. Als het activeringsapparaat niet
wordt uitgeschakeld, klinkt het geluidssignaal
na vijf seconden nogmaals gedurende 30 se-
conden. Als het activeringsapparaat blijft inge-
schakeld, wordt deze cyclus gedurende 5 mi-
nuten herhaald.
Als de inbraaksensor is ingeschakeld, schakelt
het alarmsysteem het geluidssignaal gedu-
rende 29 seconden in. Als dit onderdeel van
16