air condition JEEP WRANGLER 2021 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: JEEP, Model Year: 2021, Model line: WRANGLER, Model: JEEP WRANGLER 2021Pages: 292, PDF Size: 4.65 MB
Page 39 of 292

Beschrijvingen van automatische klimaatregeling
Pictogram Omschrijving
A/C-knop
Druk op de A/C-knop om de airconditioning in te schakelen. Er gaat een LED branden wanneer de airconditioning is in-
geschakeld.
Automatische werking
De automatische temperatuurregeling handhaaft automatisch het klimaat in de cabine op de niveaus zoals die door de
bestuurder en passagier zijn gewenst. De bediening van het systeem is vrij eenvoudig.
Draai de modusregelknop (rechts) en de aanjagerschakelaar (links) in de stand AUTO.
Raadpleeg "Automatische werking" in dit hoofdstuk voor meer informatie.
OPMERKING:
De stand AUTO levert alleen voor de inzittenden voorin de beste resultaten.
Recirculatieknop
Druk kort op deze toets om het systeem te laten wisselen tussen recirculatie- en buitenluchtmodus. Recirculatie kan
worden gebruikt om te voorkomen dat rook, vieze luchtjes, stof of vocht van buitenaf binnendringen.
OPMERKING:
• Langdurig gebruik van de recirculatiestand maakt de interieurlucht benauwd en daardoor kunnen de ruiten gaan be-
slaan. Langdurig gebruik van deze stand is niet verstandig.
• Door het gebruik van de recirculatiestand kunnen bij koud of vochtig weer de ruiten aan de binnenzijde beslaan, om-
dat zich in het voertuig te veel vocht verzamelt. Selecteer toevoer van buitenlucht voor maximale ontwaseming.
• Recirculatie kan worden gebruikt in alle modi, behalve voor ontdooien.
• De airco kan handmatig worden afgezet zonder dat de functiekeuze wordt verstoord.
Knop Ontdooien achter
Druk kort op de toets Ontdooien achter om de achterruitverwarming in te schakelen en de verwarmde buitenspiegels
(indien aanwezig). Een indicatielampje brandt wanneer de achterruitverwarming is ingeschakeld. De achterruitverwar-
ming wordt na ongeveer tien minuten automatisch uitgeschakeld.
37
Page 43 of 292

Ontwasemen
Bij zacht maar regenachtig of vochtig weer
kunnen de autoruiten aan de binnenzijde
gemakkelijk beslaan. Om de autoruiten
schoon te maken, kiest u de stand Ontwase-
ming of Gemengd en verhoogt de snelheid
van de aanjager voorin. Gebruik de
recirculatiestand niet langdurig zonder inge-
schakelde airconditioning, omdat dan de rui-
ten kunnen beslaan.
LET OP!
Het negeren van de volgende waarschu-
wingen kan leiden tot schade aan de ver-
warmingselementen:
•
Wees voorzichtig bij het wassen van de
binnenkant van de achterruit. Gebruik
geen schurende schoonmaakmiddelen
om de binnenzijde van de ruit te reinigen.
Gebruik een zachte doek en een mild
schoonmaakmiddel en wrijf evenwijdig
aan de verwarmingselementen. U kunt
stickers verwijderen met warm water.
• Gebruik geen schrapers, scherpe voor-
werpen of schurende schoonmaakmid-
LET OP!
delen om de binnenzijde van de ruit te
reinigen.
• Zorg ervoor dat alle voorwerpen zich op
veilige afstand van de ruit bevinden.
Luchtinlaat aan buitenzijde
Zorg dat de luchtinlaat, direct vóór de voor-
ruit, niet verstopt raakt door achtergebleven
bladeren e.d. Wanneer bladeren achterblij-
ven in de luchtinlaat wordt de luchtstroming
belemmerd en als ze in de luchtkamer te-
rechtkomen kunnen de waterafvoeren ver-
stopt raken. Zorg er in de wintermaanden voor
dat de luchtinlaat vrij is van ijs en sneeuw.
Interieurluchtfilter
Het klimaatregelsysteem filtert het stof en
pollen uit de lucht. Neem contact op met een
erkende dealer voor het onderhoud van het
interieurluchtfilter en laat deze vervangen
wanneer nodig.
ELEKTRISCH BEDIENDE
RAMEN — INDIEN
AANWEZIG
De schakelaars voor elektrische raambedie-
ning bevinden zich op het instrumentenpa-
neel, onder de radio. Druk de schakelaar
omlaag om het raam te openen en omhoog
om het raam te sluiten.
Met de schakelaar linksboven bedient u het
raam linksvoor en met de schakelaar rechts-
boven bedient u het raam rechtsvoor.
WAARSCHUWING!
Laat kinderen nooit zonder toezicht in een
auto achter en zorg dat kinderen niet met
de elektrisch bedienbare ramen spelen.
Laat de sleutelhouder niet achter in of in
de buurt van de auto of op een voor kinde-
ren bereikbare plaats. Inzittenden, en
vooral kinderen zonder toezicht, kunnen
bekneld raken in de raamopeningen wan-
neer ze de schakelaars voor elektrische
raambediening bedienen. Een dergelijke
beknelling kan ernstig of zelfs dodelijk
letsel tot gevolg hebben.
41
Page 189 of 292

SERVICE EN ONDERHOUD
GEPLAND ONDERHOUD.......188
Gepland onderhoud — benzinemotor . .188
Gepland onderhoud — dieselmotor . . .193
MOTORCOMPARTIMENT......198
3.6-liter-motor................198
2.8-liter dieselmotor............199
Oliepeil controleren — benzinemotor . .200
Oliepeil controleren — dieselmotor . . .200
Koelsysteem.................200
Ruitensproeiervloeistof bijvullen.....201
Remsysteem.................201
Handgeschakelde versnellingsbak. . . .202
Automatische versnellingsbak.......203Onderhoudsvrije accu...........204
Onderhoud van de airconditioning. . . .205
DEALERSERVICE...........207
Ruitenwisserbladen............208
HET VOERTUIG OMHOOG TE
BRENGEN..................211
BANDEN..................211
Banden — Algemene informatie.....211
Type banden.................216
Reservewielen — indien aanwezig. . . .217
Verzorging van velgen en wieldoppen . .218
Sneeuwkettingen
(tractiehulpmiddelen)...........220Aanbevelingen voor het rouleren van
banden....................221
HET VOERTUIG STALLEN......221
CAROSSERIE...............221
Onderhoud carrosserie en bodem.....221
Behoud van de carosserie.........222
INTERIEUR................224
Stoelen en bekleding............224
Kunststof- en gelakte onderdelen. . . .225
Lederen onderdelen.............226
Ruitoppervlakken..............226
SERVICE EN ONDERHOUD
187
Page 193 of 292

Afstand of verstreken tijd (wat het
eerst komt)
7500
15.000
22.500
30.000
37.500
45.000
52.500
60.000
67.500
75.000
82.500
90.000
97.500
105.000
112.500
120.000
127.500
135.000
142.500
150.000
Of maanden: 12 24 36 48 60 72 84 96 108 120 132 144 156 168 180 192 204 216 228 240
Of kilometer:
12.000
24.000
36.000
48.000
60.000
72.000
84.000
96.000
108.000
120.000
132.000
144.000
156.000
168.000
180.000
192.000
204.000
216.000
228.000
240.000
Luchtfilter van motor vervangen. X X X X X
Airconditioning-/
interieurluchtfilter vervangen.XXXXXX
Bougies vervangen ** X X
Hulpaandrijfriem(en) vervangen.X
Koelsysteem doorspoelen en
koelvloeistof verversen na
10 jaar of 240.000 km
(150.000 mijl), afhankelijk van
wat eerst komt.XX
Automatische transmissievloei-
stof verversen en filter vervan-
gen.X
Vloeistof voor de automatische
versnellingsbak verversen en fil-
ter vervangen bij: trekken van
aanhanger, sneeuwschuiven,
zware belasting, gebruik als taxi
of politiewagen, besteldienst,
terreinrijden, gebruik in de woes-
tijn, of als meer dan 50% van de
tijd met hoge snelheid wordt ge-
reden bij temperaturen hoger
dan 32°C (90°F).XX
191
Page 198 of 292

Afstand of verstreken tijd (wat het eerst komt)15.000
30.000
45.000
60.000
75.000
90.000
105.000
120.000
135.000
150.000
Of maanden: 12 24 36 48 60 72 84 96 108 120
Of kilometer:
24.000
48.000
72.000
96.000
120.000
144.000
168.000
192.000
216.000
240.000
Handrem afstellen op voertuigen met schijfremmen op alle
vier de wielen.XXX X X
Luchtfilter van motor vervangen. X X X X X
Airconditioning-/interieurluchtfilter vervangen. X X X X X
Hulpaandrijfriem(en) vervangen. X X
Koelsysteem doorspoelen en koelvloeistof verversen na
10 jaar of 240.000 km (150.000 mijl), afhankelijk van
wat eerst komt.X
Automatische transmissievloeistof verversen en filter ver-
vangen.X
Vloeistof voor de automatische versnellingsbak verversen
en filter vervangen bij: trekken van aanhanger, sneeuw-
schuiven, zware belasting, gebruik als taxi of politiewagen,
besteldienst, terreinrijden, gebruik in de woestijn, of als
meer dan 50% van de tijd met hoge snelheid wordt gere-
den bij temperaturen hoger dan 32°C (90°F).XX
Vloeistof voor de handgeschakelde versnellingsbak verver-
sen bij: trekken van aanhanger, sneeuwschuiven, zware
belasting, gebruik als taxi of politiewagen, besteldienst,
terreinrijden, gebruik in de woestijn, of als meer dan 50%
van de tijd met hoge snelheid wordt gereden bij tempera-
turen hoger dan 32°C (90°F).XX
SERVICE EN ONDERHOUD
196
Page 207 of 292

LET OP!
• Let er bij het aansluiten van de accuka-
bels op dat de pluskabel op de pluspool
en de minkabel op de minpool aangeslo-
ten worden. De accupolen zijn gemar-
keerd met plus (+) en min (-) op de
accubehuizing. De kabelklemmen moe-
ten stevig op de aansluitpolen zitten en
mogen geen corrosie vertonen.
• Wanneer u een snellader gebruikt terwijl
de accu nog in de auto aanwezig is,
koppel dan beide accukabels in de auto
los voordat u de lader op de accu aan-
sluit. Gebruik een snellader nooit als
starthulp.
Onderhoud van de airconditioning
Voor optimale prestaties kunt u het aircosys-
teem het best laten controleren door een
erkende dealer aan het begin van het zomer-
seizoen. Bij deze onderhoudsbeurt moeten
ook de condensorribben worden gereinigd en
moet een werkingstest worden uitgevoerd.
Laat ook de spanning van de aandrijfriem
controleren.
WAARSCHUWING!
• Gebruik voor uw airco uitsluitend door
de fabrikant goedgekeurde compressor-
smeermiddelen en koudemiddelen.
Sommige niet-goedgekeurde koudemid-
delen zijn brandbaar en explosief en
kunnen daardoor ernstig letsel veroorza-
ken. Andere niet-goedgekeurde koude-
middelen of smeermiddelen kunnen het
systeem beschadigen, wat hoge repara-
tiekosten met zich meebrengt. Raad-
pleeg de Service- en garantiehandlei-
ding in uw informatie voor de eigenaar
voor meer informatie over de garantie.
• Het aircosysteem bevat een koudemid-
del onder hoge druk. Om persoonlijk
letsel of schade aan het systeem te voor-
komen mag het bijvullen van koudemid-
del, of andere reparaties waarbij leidin-
gen moeten worden losgekoppeld,
alleen worden uitgevoerd door een vak-
bekwame monteur.
LET OP!
Spoel het systeem van de airconditioning
niet met chemicaliën, omdat daardoor de
onderdelen van de airconditioning bescha-
digd kunnen raken. Dergelijke schade
wordt niet gedekt door de standaardgaran-
tie.
Koudemiddel opvangen en recyclen R-134a
— indien aanwezig
Het airconditioningssysteem van uw voertuig
bevat R-134A, een koudemiddel dat de ozon-
laag niet aantast. De fabrikant raadt u aan het
onderhoud aan het airconditioningsysteem te
laten uitvoeren door een erkende dealer of
een vakgarage die beschikt over de uitrusting
om het koelmiddel op te vangen en te laten
recyclen.
OPMERKING:
Gebruik voor het A/C-systeem uitsluitend
PAG-compressorolie en koelmiddelen die zijn
goedgekeurd door de fabrikant.
205
Page 208 of 292

Koudemiddel opvangen en recyclen —
R-1234yf
Het airconditioningsysteem van uw auto be-
vat R-1234yf, een koudemiddel van hydro-
fluor-olefine (HFO) dat de ozonlaag niet aan-
tast en een laag aardopwarmingsvermogen
(GWP) heeft. De fabrikant raadt u aan het
onderhoud aan het airconditioningsysteem te
laten uitvoeren door een erkende dealer die
beschikt over apparatuur om het koudemid-
del op te vangen en te recyclen.
OPMERKING:
Gebruik voor het A/C-systeem uitsluitend
PAG-compressorolie en koelmiddelen die zijn
goedgekeurd door de fabrikant.
Vervanging van het aircofilter (luchtfilter
aircosysteem)
WAARSCHUWING!
Verwijder het interieurluchtfilter niet ter-
wijl de motor loopt, of wanneer de contact-
schakelaar in de stand ACC of ON/RUN
staat. Als het interieurluchtfilter is verwij-
derd en de aanjager in werking is, kan de
aanjager in contact komen met uw handen
en vuil en deeltjes in uw ogen blazen, wat
kan leiden tot letsel.
Het luchtfilter van het aircosysteem bevindt
zich in de luchtinlaat achter het handschoe-
nenkastje. Volg de onderstaande procedure
om het filter te vervangen:
1. Open het handschoenenkastje en neem
alle voorwerpen eruit.
2. Druk op de zijwanden van het handschoe-
nenkastje en laat de klep zakken.3. Klap het handschoenenkastje naar
beneden.
4. Maak de twee houders los waarmee de
twee toegangsluikjes aan de behuizing
van het klimaatsysteem zijn bevestigd.
Handschoenenkastje
1 — Aanslagen handschoenenkastje
2 — Handschoenenkastje
SERVICE EN ONDERHOUD
206
Page 209 of 292

5. Open de twee toegangsluikjes naar het
luchtfilter.
6. Verwijder de twee luchtfilters uit het
luchtinlaathuis van het klimaatsysteem.
Trek de filterelementen, een voor een,
recht uit de behuizing.7. Monteer het aircoluchtfilter met de posi-
tiemarkering in de zelfde richting wijzend
als voor het verwijderen.
LET OP!
Het interieurluchtfilter is voorzien van een
pijl die de richting van de luchtstroom door
het filter aangeeft. Als het filter niet op de
juiste wijze wordt geïnstalleerd, moet het
wellicht vaker worden vervangen.
8.
Sluit de toegangsluikjes van het aircolucht-
filter en zet de bevestigingslipjes vast.
9. Draai de klep van het handschoenenkastje
weer op zijn plaats.
Raadpleeg het hoofdstuk "Onderhouds-
schema" voor de juiste onderhouds-
intervallen.
DEALERSERVICE
Een erkende dealer beschikt over goed opge-
leid servicepersoneel, speciale gereedschap-
pen en de nodige uitrusting om alle werk-
zaamheden met het nodige vakmanschap uit
te voeren. Er zijn servicehandleidingen ver-
krijgbaar met gedetailleerde gegevens voor
een correct onderhoud van uw auto. Raad-
pleeg deze servicehandleidingen voordat u
zelf probeert onderhoud uit te voeren.
Luchtfilterbevestigingslippen
1 — Linker sluitlip
2 — Rechter sluitlip
Luchtfiltertoegangsluik open
1 — Toegangsklep aircofilter
2 — Luchtfilter airconditioning
207
Page 284 of 292

waarschuwing uitlaatgassen......123
Motorkapontgrendeling............54
Motorkapsteun.................54
Motorolie,
aanbevelingen.............230
interval verversing............62
peilstok.................200
viscositeit................230
vulhoeveelheid.............230
waarschuwingslampje oliedruk.....65
Navigatie...................249
Navigatiesysteem (Uconnect GPS). . . .250
Neerklapbare achterbank........24, 26
Noodgevallen,
opkrikken.............170, 211
starten met startkabels.........176
Noodstop...................134
Octaangetal, benzine (brandstof).....229
Onderhoudsschema.........188, 193
Onderhoudsschema,
diesel...................193
Onderhoudsvrije accu...........204
Onderhoud van de airconditioning. . . .205
Onderhoud van wielen en velgen.....218
Ontgrendeling, motorkap..........54Ontkoppeling stabilisatorstang,
elektronisch................146
Ontwarringsprocedure, autogordel.....97
Ontwasemen..................41
Openen van de motorkap..........54
Opslag van het voertuig........40, 221
Oververhitting van de motor........179
Peilstokken,
(motor)olie................200
Portieren....................21
Radiaalbanden................213
Radio,
voorkeurzenders.........238, 243
Radio 130,
bedieningsinstructies radiomodus . .237
Radio Bediening...............238
Radio met aanraakscherm,
reinigen.................249
Ramen,
elektrisch bediend............41
Regeling afdaling...............83
Reinigen van glasoppervlakken......226
Reiniging,
wielen..................218
Rembekrachtiging..............75Remregelsysteem, elektronisch.......75
Remsysteem.................201
Remsysteem,
handrem.................134
hoofdremcilinder............201
remvloeistofpeil controleren.....201
Remvloeistof.............201, 232
Reservewiel...........170, 217, 218
Resetten controlelampje olie verversen . .62
Richtingaanwijzers .33, 69, 126, 164, 165
Rijden bij lage temperaturen.......130
Rotatie, banden...............221
Rugleuning bestuurdersstoel kantelen . .24
Ruitensproeiers.............34, 201
Ruitensproeiers,
vloeistof.................201
Ruitensproeiers voorruit..........201
Ruitenwisserbladen.............208
Ruitenwisserinterval.............34
Ruitenwissers, achter............35
Ruitenwissers vóór..............34
Ruitenwissers, wisbladen vervangen . . .208
Ruitontdooier................124
Schakelen..................138
Schakelen,
automatische versnellingsbak.....138
INDEX
282