dashboard Lancia Musa 2005 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: LANCIA, Model Year: 2005, Model line: Musa, Model: Lancia Musa 2005Pages: 338, PDF Size: 5.29 MB
Page 288 of 338

BELANGRIJK - Motorolie
Als de auto overwegend onder zware bedrijfsom-
standigheden rijdt, zoals:
❒trekken van aanhangers of caravans;
❒rijden op stoffige wegen;
❒veel korte ritten (minder dan 7-8 km) en bij
buitentemperaturen onder nul;
❒veel langdurig stationair draaiende motor of
lange ritten bij lage snelheden (bijv. bij gebruik
als taxi of bij huis-aan-huis bezorging) of als de
auto lang stilstaat;
moet de motorolie vaker worden vervangen dan in
het “Onderhoudsschema” staat aangegeven.
BELANGRIJK - Luchtfilter
Als de auto over stoffige wegen rijdt, moet het
luchtfilter vaker worden vervangen dan in het
“Onderhoudsschema” staat aangegeven.
Raadpleeg bij twijfel over de vervangingsinterval
van motorolie en luchtfilter in relatie tot het
gebruik van de auto de Lancia-dealer.BELANGRIJK - Pollenfilter
Als de auto veel over stoffige wegen rijdt of bij
geconcentreerde luchtvervuiling, moet het pollenfil-
ter vaker worden vervangen; dit is vooral raadzaam
als een beperking in de capaciteit van de ventilatie
wordt geconstateerd.
BELANGRIJK - Dieselfilter
Door het gebruik van dieselbrandstof van een kwa-
liteit die niet overeenkomt met de Europese specifi-
catie EN590, kan het noodzakelijk zijn het brand-
stoffilter vaker te vervangen dan in het
“Onderhoudsschema” staat aangegeven.
287
LAMPJES EN
BERICHTEN
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
Page 289 of 338

BELANGRIJK - Accu
Wij raden u aan de acculading voor het begin van
de winter te controleren, om de mogelijkheid van
bevriezing van het elektrolyt te voorkomen.Voer deze controle vaker uit als de auto overwegend
voor korte trajecten wordt gebruikt, of als accessoi-
res zijn gemonteerd die permanent, ook bij uitge-
schakeld contact, stroom verbruiken. Dit geldt in
het bijzonder voor achteraf aangebrachte accessoi-
res. Controleer de acculading (elektrolyt) vaker dan
is voorgeschreven in het “Onderhoudsschema” in
dit hoofdstuk, als de auto wordt gebruikt in warme
klimaten of onder zeer zware bedrijfsomstandighe-
den.
288
LAMPJES EN
BERICHTEN
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
Vertrouw het onderhoud in principe toe aan de Lancia-dealer. Als u toch zelf onderhoud of kleine
reparaties verricht, controleer dan of u over het juiste speciale gereedschap en de noodzakelijke
originele Lancia-onderdelen en de voorgeschreven bedrijfsvloeistoffen beschikt. Voer niet zelf
onderhoudswerkzaamheden uit, als u daarmee geen ervaring hebt.
Page 290 of 338

289
LAMPJES EN
BERICHTEN
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
NIVEAUS
CONTROLEREN
BELANGRIJK Let er tijdens
het bijvullen op dat de vloei-
stoffen met verschillende speci-
ficaties niet gemengd worden:
als de specificaties van de vloei-
stoffen verschillen, kan de auto
ernstig beschadigd worden.
BELANGRIJK Rook nooit tij-
dens werkzaamheden in de
motorruimte: er kunnen licht
ontvlambare gassen aanwezig
zijn; brandgevaar.
L0D0206m
L0D0259muitvoeringen 1.4 8V (indien aanwezig)
uitvoeringen 1.4
16V
1 Koelvloeistof - 2 Motorolie -
3 Remvloeistof - 4 Accu -
5 Ruitensproeiervloeistof
Page 291 of 338

290
LAMPJES EN
BERICHTEN
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
1 Motorolie - 2 Accu -
3 Remvloeistof -
4 Ruitensproeiervloeistof -
5 Koelvloeistof
L0D0325muitvoeringen 1.9 JTD
L0D0207muitvoeringen 1.3 JTD
1 Koelvloeistof - 2 Motorolie -
3 Remvloeistof - 4 Accu -
5 Ruitensproeiervloeistof
Page 292 of 338

MOTOROLIE
Motoroliepeil controleren
Controleer het oliepeil als de auto op een vlakke ondergrond staat en
enige minuten (circa 5) na het uitzetten van de motor.
Het oliepeil moet altijd tussen het MIN- en MAX-merkteken op de
oliepeilstok staan. Het verschil tussen het MIN- en MAX-merkteken
komt overeen met ongeveer 1 liter olie.
Motorolie bijvullen
Als het olieniveau dicht bij of onder het MIN-merkteken staat, moet
via de olievulopening motorolie tot aan het MAX-merkteken worden
bijgevuld. Het olieniveau mag nooit het MAX-merkteken overschrij-
den.
BELANGRIJK Als het motoroliepeil, na regelmatige controles, boven
het MAX-niveau blijft, laat dan door de Lancia-dealer het juiste
niveau herstellen.
BELANGRIJK Na het bijvullen of het verversen van de olie, moet u
de motor enige seconden laten draaien, vervolgens de motor uitzetten
en na enige minuten het olieniveau controleren.
291
LAMPJES EN
BERICHTEN
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
L0D0258m
L0D0208m
L0D0209m
uitvoeringen 1.4 16V
uitvoeringen 1.3 JTD uitvoeringen 1.9 JTDL0D0326m
uitvoeringen 1.4 8V (indien aan-
wezig)
Page 293 of 338

Motorolieverbruik
Als richtlijn geldt een maximaal motorolieverbruik
van ongeveer 400 gram per 1000 km.
De motor van een nieuwe auto moet nog worden
ingereden. Dit betekent dat het motorolieverbruik
pas na de eerste 5000 ÷ 6000 km stabiliseert.BELANGRIJK Het motorolieverbruik hangt af van
de rijstijl en de gebruiksomstandigheden van de
auto.
BELANGRIJK Vul nooit motorolie bij met andere
specificaties dan de olie waarmee de motor is
gevuld.
292
LAMPJES EN
BERICHTEN
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORGATTENTIEWees bij het uitvoeren van werkzaamheden in de motorruimte extra voorzichtig
als de motor nog warm is: gevaar voor verbranding. Onthoud dat bij een warme
motor de elektroventilateur onverwacht kan inschakelen: kans op verwonding.
Pas op als u sjaals, dassen of loszittende kledingstukken draagt: deze kunnen
door de bewegende onderdelen worden gegrepen.
Afgewerkte motorolie en het vervangen motoroliefilter bevatten stoffen die
schadelijk zijn voor het milieu.
Het is raadzaam om het verversen van de olie en het vervangen van het oliefilter
door de Lancia-dealer te laten uitvoeren.
Page 294 of 338

KOELVLOEISTOF VAN HET MOTORKOELSYSTEEM
Het niveau van de koelvloeistof moet gecontroleerd worden bij een
koude motor en moet tussen het MIN- en MAX-merkteken op het
expansiereservoir staan.
Een te laag niveau bijvullen door een mengsel van 50% gedeminera-
liseerd water en PARAFLU UP van FL Selenia, langzaam via de
vulopening van het expansiereservoir te gieten.
Een mengsel van PARAFLU UP en gedemineraliseerd water in een
mengverhouding van 50% beveiligt tot een temperatuur van –35°C.
BELANGRIJK Draai bij een warme motor de dop van het expansie-
reservoir nooit los: gevaar voor verbranding.
293
LAMPJES EN
BERICHTEN
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
L0D0210m
L0D0211m
uitvoeringen 1.4 8V(indien aanwezig)
1.4 16V
uitvoeringen 1.3 JTD en 1.9 JTD
ATTENTIE
ATTENTIEHet motorkoelsysteem gebruikt PARAFLU UP-koelvloeistof. Als eventueel moet
worden bijgevuld, gebruik dan vloeistof met dezelfde specificaties als waarmee
het motorkoelsysteem is gevuld. PARAFLU UP-koelvloeistof kan niet worden
gemengd met welke andere koelvloeistof dan ook. Als dit toch gebeurt, mag de
motor absoluut niet worden gestart en moet u zich tot de Lancia-dealer wenden. OLIE VOOR HYDRAULISCH SCHAKELMECHANISME VAN
DUAL FUNCTION SYSTEM VERSNELLINGSBAK
Wendt u voor controle van het oliepeil uitsluitend tot de Lancia-
dealer.
Vervang de dop zonodig alleen door een exemplaar van hetzelfde type, anders
kan de werking van het systeem in gevaar worden gebracht.
Page 295 of 338

RUITENSPROEIERVLOEISTOF
Verwijder de dop A en vul het reservoir met een mengsel van water
en TUTELA PROFESSIONAL SC 35 in de volgende mengverhou-
ding:
❒30% TUTELA PROFESSIONAL SC 35 en 70% water in de
zomer;
❒50% TUTELA PROFESSIONAL SC 35 en 50% water in de win-
ter.
Bij temperaturen onder –20°C TUTELA PROFESSIONAL SC 35
onverdund gebruiken.
Controleer visueel het niveau van de vloeistof in het reservoir.
294
LAMPJES EN
BERICHTEN
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
L0D0212m
ATTENTIERijd niet met een leeg ruitensproeierreservoir: de ruitensproeiers zijn van funda-
menteel belang voor een optimaal zicht.
ATTENTIEEnkele in de handel verkrijgbare ruitensproeiervloeistoffen zijn licht ontvlambaar.
In de motorruimte bevinden zich warme onderdelen die bij contact de vloeistof
kunnen doen ontbranden.
Page 296 of 338

REMVLOEISTOF
Controleer of het remvloeistofniveau nog op het maximum niveau
staat.
Voor het bijvullen mag uitsluitend remvloeistof worden gebruikt die
voldoet aan de DOT 4-specificaties. Het verdient aanbeveling TUTE-
LA TOP 4 remvloeistof te gebruiken; dezelfde remvloeistof, waarmee
het remsysteem door de fabriek is gevuld.
BELANGRIJK De remvloeistof is hygroscopisch (trekt water aan).
Daarom verdient het aanbeveling, als de auto overwegend wordt
gebruikt in gebieden met een hoge luchtvochtigheid, de vloeistof
vaker te vervangen dan in het “Onderhoudsschema” staat aangege-
ven.
295
LAMPJES EN
BERICHTEN
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
L0D0213m
Voorkom, als u de dop losdraait, contact tussen de zeer corrosieve vloeistof en de lak. Als rem-
vloeistof wordt gemorst, moet de lak onmiddellijk met water worden afgespoeld.
Het symbool πop het reservoir geeft aan dat synthetische remvloeistof en
geen minerale vloeistof moet worden gebruikt. Het gebruik van minerale
vloeistoffen moet absoluut worden vermeden, omdat de rubbers in het rem-
systeem door deze vloeistoffen worden beschadigd.ATTENTIE
ATTENTIEDe remvloeistof is giftig en zeer corrosief. Als per ongeluk remvloeistof wordt
gemorst, moeten de betreffende delen onmiddellijk worden gewassen met water
en neutrale zeep en daarna met veel water worden afgespoeld. Bij inslikken
dient onmiddellijk een arts te worden geraadpleegd.
Page 297 of 338

DIESELFILTER
(“green filter”)
CONDENS AFTAPPEN (JTD-uitvoeringen)
BELANGRIJK Water in het brandstofsysteem kan
het inspuitsysteem ernstig beschadigen en de motor
kan onregelmatig gaan draaien. Als het lampje
c
op het instrumentenpaneel gaat branden of als ereen waarschuwingsbericht op het multifunctionele
display verschijnt (bepaalde uitvoeringen), wendt u
dan zo snel mogelijk tot de Lancia-dealer om het
systeem te laten aftappen.
296
LAMPJES EN
BERICHTEN
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
ATTENTIEWater in het brandstofsysteem kan het inspuitsysteem ernstig beschadigen en de
motor kan onregelmatig gaan draaien. Als het lampje
cop het instrumentenpa-
neel gaat branden of als er een bericht op het instelbare multifunctionele display
verschijnt (bepaalde uitvoeringen), wendt u dan zo snel mogelijk tot de Lancia-
dealer om het systeem te laten aftappen. Als het lampje direct na het tanken gaat
branden, bestaat de mogelijkheid dat er tijdens het tanken water in de brandstof-
tank is gekomen: zet in dat geval onmiddellijk de motor uit en wendt u tot de
Lancia-dealer.