dashboard Lancia Musa 2005 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: LANCIA, Model Year: 2005, Model line: Musa, Model: Lancia Musa 2005Pages: 338, PDF Size: 5.29 MB
Page 268 of 338

267
LAMPJES EN
BERICHTEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
L0D0187m
L0D0188m
ACHTERLICHTUNITS
Gloeilamp vervangen:
❒open de achterklep;
❒draai het bevestigingsmechanisme A linksom (linker deksel) of
rechtsom (rechter deksel) en verwijder het deksel;
❒maak de stekker C los;
❒draai de 2 bevestigingsmoeren B los;
❒verwijder de lichtunit met behulp van de handgreep op lichtunit
zelf;
❒druk op de bevestigingslippen van de lamphouder en verwijder de
houder uit de zitting;
❒verwijder de lampen D - E - F - G door ze iets in te drukken en
linksom te draaien;
❒plaats de lamphouder in de lichtunit en controleer of de twee
bevestigingslippen goed geborgd zijn; plaats de lichtunit in de
daarvoor bestemde zitting en sluit de stekker C aan; draai de twee
bevestigingsmoeren B vast; maak het deksel vast, waarbij de
lippen in de zittingen moeten vallen, en draai het
bevestigingsmechanisme A linksom (linker deksel) of rechtsom
(rechter deksel).
Als zich een storing voordoet (doorgebrande lamp) in de
achterlichten, worden de remlichten automatisch met een lagere
lichtsterkte ingeschakeld, zodat de achterzijde van de auto toch
provisorisch verlicht blijft.
Als u de defecte lamp vervangt, werken de achterlichten weer
normaal.
Page 269 of 338

268
LAMPJES EN
BERICHTEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
DERDE REMLICHT
Gloeilampen vervangen:
❒open de achterklep en open de scharnierdoppen A van de
achterklepbekleding;
❒druk op de twee borglippen B in de twee openingen en maak de
unit los;
❒sluit de achterklep en verwijder de unit;
❒druk op de twee borglippen C en neem de lamphouder uit;
❒verwijder de geklemde lampen en vervang ze.
L0D0189m
De lampen zijn op de volgende wijze in de lichtunit geplaatst:
D: achterlichten/remlichten
E: richtingaanwijzers
F: achteruitrijlichten
G: mistachterlichten
L0D0355m
L0D0356m
Page 270 of 338

269
LAMPJES EN
BERICHTEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
KENTEKENPLAATVERLICHTING
Gloeilampen vervangen:
❒verwijder het lampenglas A op het door de pijl aangegeven punt;
❒maak de lamp B los uit de veercontacten aan de zijkant en vervang
hem; controleer of de nieuwe lamp goed vastzit in de
veercontacten;
❒monteer het lampenglas.
L0D0357m
GLOEILAMP INTERIEURVERLICHTING
VERVANGEN
Zie voor het type lamp en het bijbehorende vermogen de paragraaf
“Gloeilamp vervangen”.
PLAFONDVERLICHTING VOOR
Gloeilampen vervangen:
❒verwijder het plafondlampje A op de door de pijlen aangegeven
punten;
❒open het beschermdeksel B;
❒maak de lampen C los uit de veercontacten aan de zijkant en
vervang ze; controleer of de nieuwe lampen goed vastzitten in de
veercontacten;
❒sluit het beschermdeksel B en plaats het plafondlampje A in de
zitting; controleer of het goed geborgd is.
L0D0193m
L0D0194m
Page 271 of 338

270
LAMPJES EN
BERICHTEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
L0D0195m
PLAFONDVERLICHTING ACHTER
Gloeilampen vervangen:
❒verwijder het plafondlampje D op de door de pijlen aangegeven
punten;
❒open het beschermdeksel E;
❒maak de lamp F los uit de veercontacten aan de zijkant en vervang
hem; controleer of de nieuwe lamp goed vastzit in de
veercontacten;
❒sluit het beschermdeksel E en plaats het plafondlampje D in de
zitting; controleer of het goed geborgd is.
Page 272 of 338

271
LAMPJES EN
BERICHTEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
L0D0196m
L0D0197m
BAGAGERUIMTEVERLICHTING
Gloeilamp vervangen:
❒open de achterklep;
❒maak het plafondlampje A op het door de pijl aangegeven punt
los.
❒open het beschermdeksel B en vervang de geklemde lamp;
❒sluit het beschermdeksel B op het lampenglas;
❒monteer het plafondlampje A door het eerst aan een zijde in de
juiste stand te plaatsen en vervolgens de andere zijde aan te
drukken, totdat de borging inklikt.
Page 273 of 338

272
LAMPJES EN
BERICHTEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
L0D0198m
ZEKERINGEN VERVANGEN
ALGEMENE INFORMATIE
Het elektrische systeem wordt door zekeringen beveiligd: de zekering
brandt door bij een storing of bij oneigenlijk gebruik van het systeem.
Als een elektrisch onderdeel niet werkt, controleer dan eerst of de
zekering niet is doorgebrand: de verbindingsstrip A mag niet
onderbroken zijn. Is dit wel het geval, dan moet u de zekering vervangen
door een exemplaar met dezelfde stroomsterkte (zelfde kleur).
B: zekering in goede staat
C: zekering met doorgebrande strip.
Gebruik het tangetje D voor het vervangen van de zekeringen. Dit
tangetje is vastgehaakt in het zekeringenkastje op het dashboard.
Vervang een defecte zekering nooit door ander materiaal.
ATTENTIE
ATTENTIEAls een hoofdzekering (MEGA-FUSE, MIDI-FUSE, MAXI-FUSE) doorbrandt,
wendt u dan tot de Lancia-dealer. Controleer, voordat u een zekering vervangt, of
de contactsleutel uit het contactslot is genomen en alle stroomverbruikers uit
staan en/of zijn uitgeschakeld.
Als de zekering opnieuw doorbrandt, wendt u dan tot de Lancia-dealer.
ATTENTIEVervang een zekering nooit door een zekering met een hogere stroomsterkte
(ampère); BRANDGEVAAR.
Page 274 of 338

273
LAMPJES EN
BERICHTEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
TOEGANG TOT DE ZEKERINGEN
De zekeringen van de auto bevinden zich in twee zekeringenkastjes op
het dashboard aan de linkerkant van de stuurkolom en in de
motorruimte naast de accu.
Zekeringenkastje op het dashboard
De zekeringen in de zekeringenkast op het dashboard zijn bereikbaar
nadat de twee borgingen A zijn losgedraaid en de klep B is
verwijderd.
L0D0199m
L0D0200m
Page 275 of 338

274
LAMPJES EN
BERICHTEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
L0D0201m
L0D0202m
Zekeringenkastje naast de accu
De zekeringen in het zekeringenkastje naast de accu zijn bereikbaar
nadat het betreffende beschermdeksel B is verwijderd.
Page 276 of 338

275
LAMPJES EN
BERICHTEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ZEKERINGENTABEL
Zekeringenkast dashboard
VERBRUIKERSZEKERING AMPÈRE
Dimlicht rechtsF12 15
Dimlicht links/hoogteverstelling koplampenF13 15
Achteruitrijlichten/relais regeleenheid motorruimte/body computer F31 7,5
+30 Regeleenheden portieren bestuurderszijde/passagierszijde (*) F32 15
Ruitbediening linksachterF33 20
Ruitbediening rechtsachterF34 20
+15 Cruise-control, signaal op rempedaalschakelaar voor regeleenheden (*) F35 7,5
+30 Inbouwvoorbereiding regeleenheid aanhanger, sloten achter en voor met regeleenheid voor ieder portier (*) F36 20
+15 Derde remlicht, instrumentenpaneel, remlichten (*) F37 10
Ontgrendeling achterklepF38 15
+30 Diagnosestekker EOBD, autoradio, navigatiesysteem, regeleenheid bandenspanning (*)F39 10
AchterruitverwarmingF40 30
SpiegelverwarmingF41 7,5
+15 Regeleenheid ABS/ESP (*)F42 7,5
Ruitenwissers/-sproeiersF43 30
Aansteker/stekkerdoos op tunnelconsoleF44 20
StoelverwarmingF45 15
Stekkerdoos bagageruimteF46 20
Voeding regeleenheid bestuurdersportier (ruitbediening, slot) F47 20
Voeding regeleenheid passagiersportier (ruitbediening, slot) F48 20
+15 Servizi (verlichting bedieningsknoppen op het dashboard links en in het midden, elektrisch verstelbare spiegels,
verlichting bedieningsknoppen stoelverwarming,inbouwvoorbereiding mobiele telefoon, navigatiesysteem, regen-/
schemersensor, regeleenheid parkeersensoren, verlichting bedieningsknoppen opendak) (*) F49 7,5
Regeleenheid airbagF50 7,5
+15 Regeleenheid bandenspanning, bediening ECO/Sport (*) F51 7,5
Ruitenwisser/-sproeier achterF52 15
+30 Richtingaanwijzers, waarschuwingsknipperlichten, instrumentenpaneel (*) F5 10
(*) +30 = voedingsspanning vanaf accu (niet via contactslot)
+15 = voedingsspanning geschakeld via contactslot
Page 277 of 338

276
LAMPJES EN
BERICHTEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
Zekeringenkast in motorruimte
VERBRUIKERSZEKERING AMPÈRE
Regeleenheid dashboard 1F1 70
Regeleenheid elektrische stuurbekrachtigingF2 70
Start-/contactslotF3 20
Regeleenheid dashboard 2F4 50
Regeleenheid ABS / ESPF5 60
Elektroventilateur van motorkoelsysteem (lage snelheid) (alle uitvoeringen) F6 30
Elektroventilateur van motorkoelsysteem (hoge snelheid) (alle uitvoeringen behalve 1.4 16V met verwarming) F7 40
AanjagerF8 30
KoplampsproeiersF9 20
ClaxonF10 15
Secundaire verbruikers elektronische inspuitingF11 15
Grootlicht rechtsF14 10
Grootlicht linksF15 10
Primaire verbruikers elektronische inspuitingF17 10
+30 Regeleenheid motormanagementsysteem/ relais elektroventilateur motorkoelsysteem (1.9 JTD) (*) F18 7,5
CompressorF19 7,5
Verwarmd brandstoffilter (JTD)F20 30
BrandstofpompF21 15
Primaire verbruikers elektronische inspuiting (1.4 16V) F22 15
Primaire verbruikers elektronische inspuiting (JTD)F22 20
+30 Regeleenheid Dual FuNction System versnellingsbak (*) F23 15
+15 Regeleenheid Dual FuNction System versnellingsbak (*) F16 7,5
+15 Elektrische stuurbekrachtiging (*)F24 10
Mistlampen voorF30 15
(*) +30 = voedingsspanning vanaf accu (niet via contactslot)
+15 = voedingsspanning geschakeld via contactslot