service Lancia Voyager 2013 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: LANCIA, Model Year: 2013, Model line: Voyager, Model: Lancia Voyager 2013Pages: 404, PDF Size: 4.27 MB
Page 305 of 404

5. Zodra de oorspronkelijke band is
gerepareerd of vervangen en op de
auto wordt gemonteerd in plaats van
het noodreservewiel, wordt het TPMS
automatisch bijgewerkt. Bovendien
gaat het verklikkerlampje banden-
spanning uit en verschijnt op het
EVIC in plaats van de streepjes (- -)
een nieuwe spanningswaarde, tenzij
de spanning in een van de vier banden
tot onder de waarschuwingsgrens is
gedaald.
OPMERKING: Het is mogelijk dat
u eerst ongeveer 20 minuten met
een snelheid hoger dan 24 km/u
moet rijden, voordat het banden-
spanningscontrolesysteem deze
informatie ontvangt.
TPMS IN EN BUITEN
WERKING STELLEN
Het bandenspanningscontrolesys-
teem kan worden uitgeschakeld als
alle vier de wielen met banden worden
vervangen door wielen met banden
die geen bandenspanningssensoren
hebben, bijvoorbeeld wanneer winter-
banden op de auto worden gezet.Om het bandenspanningscontrolesys-
teem uit te schakelen, moeten alle vier
de (originele) banden met wielen met
bandenspanningssensoren weer ver-
vangen worden door banden zijn
voorzien van bandenspanningssenso-
ren. Rijd vervolgens minstens 20 mi-
nuten met een snelheid van meer dan
24 km/u. Het bandenspanningscon-
trolesysteem geeft een geluidssignaal
en het verklikkerlampje bandenspan-
ning knippert gedurende 75 seconden
en blijft daarna continu branden. Bo-
vendien verschijnt op het Elektro-
nisch voertuiginformatiecentrum
(EVIC) het bericht "SERVICE TPM
SYSTEM" (bandenspanningscontro-
lesysteem controleren) en op het dis-
play verschijnt "- -" in plaats van de
spanningswaarde van de vier banden.
Wanneer de auto opnieuw wordt ge-
start, geeft het bandenspanningscon-
trolesysteem geen geluidssignaal
meer, gaat het verklikkerlampje ban-
denspanning niet meer branden en
verschijnt er geen tekstbericht meer
op het EVIC. In de afeelding wordt
echter nog steeds “- -“ weergegeven
Om het bandenspanningscontrolesys-
teem weer in te schakelen, moeten alle
vier de banden met wielen weer ver-
vangen worden door banden die voor-
zien zijn van bandenspanningssenso-
ren. Rijd vervolgens maximaal 20
minuten met een snelheid van meer
dan 24 km/u. Het bandenspannings-
controlesysteem geeft een geluidssig-
naal, het verklikkerlampje banden-
spanning knippert gedurende 75
seconden, op het EVIC verschijnt het
bericht "SERVICE TPM SYSTEM"
(bandenspanningscontrolesysteem
controleren) en het grafisch display
toont de waarden voor de banden-
spanning om aan te geven dat het
systeem de sensorsignalen ontvangt.
BRANDSTOFVEREISTEN
— BENZINEMOTOR
Alle motoren voldoen aan alle
emissie-eisen, hebben een laag brand-
stofverbruik en bieden optimale rijei-
genschappen als u hoogwaardige
loodvrije benzine met een minimum
octaangehalte van 91 gebruikt. Het
299
Page 330 of 404

5. Voor auto's met wieldoppen ver-
wijdert u eerst de wielmoeren en
daarna handmatig de wieldop. Wrik
de wieldop niet los. Trek vervolgens
het wiel los van de wielnaaf.
6. Breng het noodreservewiel aan.
Haal de wielmoeren licht aan.LET OP!
Monteer het reservewiel met het
ventiel naar buiten gericht. De auto
kan beschadigd raken als het reser-
vewiel op een verkeerde manier
wordt gemonteerd.
WAARSCHUWING!
Om te voorkomen dat de auto door
de op de krik uitgeoefende kracht
verschuift, mogen de wielmoeren
pas definitief worden vastgezet als
de auto weer vast op de grond staat.
Als u deze waarschuwing niet op-
volgt, kan dit ernstig letsel tot ge-
volg hebben.
OPMERKING: Monteer geen
wieldop op het noodreservewiel.
7. Laat de auto zakken door de kri-
kas linksom te draaien.
8. Zet de wielmoeren stevig vast.
Duw de moersleutel aan het einde van
de hendel omlaag voor meer hef-
boomwerking. Trek de wielmoeren in
stervolgorde aan totdat iedere moer
twee keer aangetrokken is. Het juiste
aanhaalmoment voor de wielmoeren
is 138 Nm. Als u twijfelt of de moeren
goed zijn vastgezet, laat dit dan bij uw
dealer of een bandenservicebedrijf
nog eens controleren met een mo-
mentsleutel. 9. Laat de krik weer zakken tot de
sluitstand.
WAARSCHUWING!
Een losse krik of wiel kan bij een
noodstop of ongeval naar voren
schieten en zo de inzittenden ern-
stig letsel toebrengen. Berg de krik
en het reservewiel altijd op de daar-
voor bestemde plaatsen op. Laat de
leeggelopen (lekke) band onmid-
dellijk repareren of vervangen.
10. Leg de leeggelopen (lekke) band
en de noodreservewiel-/hoesmodule
in de bagageruimte. De lekke band
niet wegbergen op de plaats van de
reserveband. Laat de band zo snel
mogelijk repareren of vervangen.
11. De kabel en het afstandsstuk
wegbergen voordat u weer gaat rijden.
De uiteinden van de lierhendel op-
nieuw monteren in de vorm van een
"T" en de "T"-vormige lierhendel
aanbrengen op de aandrijfmoer.
Draai de moer naar rechts tot het lier-
mechanisme ten minste drie keer
klikt.
Reservewiel monteren
324
Page 333 of 404

WAARSCHUWING!
Om te voorkomen dat de auto door
de op de krik uitgeoefende kracht
verschuift, mogen de wielmoeren
pas definitief worden vastgezet als
de auto weer vast op de grond staat.
Als u deze waarschuwing niet op-
volgt, kan dit ernstig letsel tot ge-
volg hebben.
5. Laat de auto zakken tot op de
grond door de slinger linksom te
draaien.
6. Zet de wielmoeren stevig vast.
Duw de moersleutel aan het einde van
de hendel omlaag voor meer hef-
boomwerking. Trek de wielmoeren in
stervolgorde aan totdat iedere moer
twee keer aangetrokken is. Het cor-
recte aanhaalmoment voor de moeren
is 138 Nm. Als u twijfelt of de moeren
goed zijn vastgezet, laat dit dan bij uw
dealer of een bandenservicebedrijf
nog eens controleren met een mo-
mentsleutel. 7. Controleer na 40 km het aanhaal-
moment van de wielmoeren met een
momentsleutel om ervoor te zorgen
dat alle moeren goed tegen het wiel
aanliggen.
Auto's zonder wieldoppen
1. Monteer het originele wiel op de
as.
2. Breng de overige wielmoeren aan
met het conusvormige uiteinde van de
moer in de richting van het wiel. Haal
de wielmoeren licht aan.
WAARSCHUWING!
Om te voorkomen dat de auto door
de op de krik uitgeoefende kracht
verschuift, mogen de wielmoeren
pas definitief worden vastgezet als
de auto weer vast op de grond staat.
Als u deze waarschuwing niet op-
volgt, kan dit ernstig letsel tot ge-
volg hebben.
3. Laat de auto zakken tot op de
grond door de slinger linksom te
draaien. 4. Zet de wielmoeren stevig vast.
Duw de moersleutel aan het einde van
de hendel omlaag voor meer hef-
boomwerking. Trek de wielmoeren in
stervolgorde aan totdat iedere moer
twee keer aangetrokken is. Het cor-
recte aanhaalmoment voor de moeren
is 138 Nm. Als u twijfelt of de moeren
goed zijn vastgezet, laat dit dan bij uw
dealer of een bandenservicebedrijf
nog eens controleren met een mo-
mentsleutel.
5. Controleer na 40 km het aanhaal-
moment van de wielmoeren met een
momentsleutel om ervoor te zorgen
dat alle moeren goed tegen het wiel
aanliggen.
STARTEN MET
STARTKABELS
Wanneer de accu van uw auto leeg is,
kan de motor met behulp van een set
startkabels en een accu in een andere
auto, of met een draagbare snellader
weer worden gestart. Bij onjuist ge-
bruik kan het starten met startkabels
327
Page 345 of 404

BOORDDIAGNOSESYS-
TEEM — OBD II
Uw auto is uitgerust met een geavan-
ceerd diagnosesysteem genaamd OBD
II (On-Board Diagnostic). Dit systeem
bewaakt de regelsystemen voor uit-
laatgasemissie, de motor en de auto-
matische versnellingsbak. Als deze
systemen correct werken, zal uw auto
uitstekende prestaties leveren, brand-
stof besparen en lage emissiewaarden
hebben die aan de strengste eisen vol-
doen.
Als een van deze systemen onderhoud
nodig heeft, zorgt OBD II ervoor dat
het storingslampje gaat branden.
Daarnaast slaat het systeem diagnos-
tische codes en andere gegevens op die
monteurs kunnen helpen bij het uit-
voeren van reparaties. Hoewel u dan
meestal nog met de auto kunt rijden
en niet gesleept hoeft te worden, dient
u toch zo spoedig mogelijk uw er-
kende dealer te bezoeken voor service.
LET OP!
Als u lange tijd blijft rijden meteen brandend storingslampje,
kan het emissieregelsysteem ver-
der beschadigd raken. Het kan
ook van invloed zijn op het
brandstofverbruik en het rijge-
drag. De auto vereist onderhoud
om emissietests te kunnen uitvoe-
ren.
Als het lampje knippert wanneer de motor draait, zal de katalysa-
tor vrij snel ernstig defect raken
en zal het motorvermogen afne-
men. Raadpleeg dan onmiddellijk
uw dealer.
VERVANGENDE
ONDERDELEN
Het gebruik van originele onderdelen
voor normaal/periodiek onderhoud
en voor reparaties wordt ten zeerste
aanbevolen om zeker te zijn van de
gespecificeerde prestaties. Schade of
storingen die worden veroorzaakt
door het gebruik van onderdelen die niet van dezelfde kwaliteit zijn als ori-
ginele onderdelen voor onderhoud en
reparatie, worden niet gedekt door de
garantie van de fabrikant.
ONDERHOUDSPROCE-
DURES
De volgende pagina's bevatten de
vereiste
onderhoudswerkzaamheden
zoals vastgesteld door de fabrikant
van uw auto.
Naast de onderhoudsaspecten die
worden vermeld in het onderhouds-
schema zijn er mogelijk ook andere
componenten die op een later tijdstip
onderhoud vereisen of vervangen
moeten worden.
339
Page 370 of 404

GLOEILAMPEN –
Buitenver-
lichting Gloeilampnummer
Koplamp . . . . . . . . . . . . . . . H11
Koplamp (HID) (voor bepaalde
uitvoeringen/landen) . . . . . . D1S
Richtingaanwijzer
voor . . . . . . . . . . . . . PY27 / 7W
Parkeerlicht vóór . . . . . . . W5W
Mistlamp vóór . . . . . . . . . . . H11
Zijknipperlichten . . . . . . . W5W
Achteruitrijlicht . . . . . P27 / 7W
Achterlicht/remlicht . . . . . . LED(service bij erkende dealer)
Richtingaanwijzers
achter . . . . . . . . . . . . PY27 / 7W
Mistlampen achter . . . . . . . LED (service bij erkende dealer)
Derde remlicht (midden) . . LED (service bij erkende dealer)
Kentekenverlichting . . . . . W5W GLOEILAMPEN
VERVANGEN
LET OP!
Laat lampen voor zover mogelijk
vervangen door een LANCIA-
dealer. De juiste werking en rich-
ting van de buitenverlichting zijn
essentieel voor veilig rijden volgens
de verkeersregels.
HID-LAMPEN (voor
bepaalde uitvoeringen/
landen)
De koplampen zijn een soort hoog-
spanningsontladingsbuis. Zelfs wan-
neer de koplampen zijn uitgeschakeld
en de sleutel uit het contactslot is ver-
wijderd, kan er nog hoogspanning
aanwezig zijn in het circuit. Daarom
mag u niet zelf proberen een kop-
lamp te vervangen. Als een kop-
lamp defect raakt, laat deze dan
door een erkende dealer vervan-
gen.
WAARSCHUWING!
Wanneer de koplampschakelaar
wordt ingeschakeld, treedt er kort-
stondig hoogspanning op aan de
fittingen van de HID-koplampen.
Als het onderhoud niet correct
wordt uitgevoerd, kan deze hoog-
spanning een ernstige elektrische
schok of zelfs elektrocutie veroor-
zaken. Bezoek uw erkende dealer
voor service.
OPMERKING: Bij auto's met
HID-koplampen (High Intensity
Discharge) hebben de lichten een
blauwe tint wanneer ze worden in-
geschakeld. Na ongeveer 10 secon-
den, wanneer het systeem is opge-
laden, vermindert de intensiteit
van de tint en wordt de kleur wit-
ter.
364
Page 376 of 404

WANNEER HET VOERTUIG HET
EINDE VAN DE LEVENSDUUR
HEEFT BEREIKT
LANCIA spant zich al vele jaren in
voor de bescherming van het milieu
door voortdurend de productiepro-
cessen te verbeteren en producten te
vervaardigen die het milieu steeds
minder belasten.
LANCIA wil zijn klanten de best mo-
gelijke service bieden bij het naleven
van de milieuwetgeving en het vol-
doen aan de Europese richtlijn 2000/
53/EC inzake voertuigen aan het
einde van de levensduur. Daarom
biedt LANCIA klanten de mogelijk-
heid de auto* aan het einde van de
levensduur bij LANCIA in te leveren
zonder bijkomende kosten.De Europese richtlijn bepaalt dat
wanneer het voertuig overgedragen
wordt, de laatste houder of eigenaar
geen kosten hoeft te betalen omdat de
marktwaarde nul of lager is.
In alle landen van de Europese Unie
werden tot 1 januari 2007 alleen voer-
tuigen kosteloos ingenomen die waren
geregistreerd na 1 juli 2002. Sinds 1
januari 2007 is de inname gratis voor
alle voertuigen, onafhankelijk van het
jaar van registratie, zolang het voer-
tuig nog beschikt over de basisonder-
delen (met name de motor en de car-
rosserie) en geen additionele
vervuiling heeft.
Als uw auto aan het einde van de
levensduur is en u wilt hem zonder
extra kosten inleveren, gaat u naar
een LANCIA-dealer of een door
LANCIA erkend inzamelings- en
sloopbedrijf.Deze bedrijven zijn zorgvuldig gese-
lecteerd op de hoge kwaliteit van de
service bij het inzamelen, behandelen
en recyclen van sloopauto's, met in-
achtneming van het milieu.
Meer informatie over deze
inzamelings- en sloopbedrijven kunt
u krijgen bij een LANCIA-dealer of
een LANCIA-bedrijfswagendealer,
door te bellen met het gratis telefoon-
nummer 00800 526242 00 of op de
website van LANCIA.
(*) Voertuig geschikt voor het vervoer
van maximaal negen personen en een
totaal toegelaten gewicht van 3,5t
370
Page 402 of 404

Opmerking
Fiat Group Automobiles S.p.A. - Parts & Services - Technical Services - Service EngineeringLargo Senatore G. Agnelli, 3 - 10040 Volvera - Torino (Italia)
Print n. 530.02.263 - 09/2012 - Edition 1
Page 403 of 404

Als uitvinder, ontwerper en fabrikant kennen wij uw auto als geen ander: wij zijn vertrouwd met ieder detail. Bij erkende Lancia Service werkplaatsen werken monteurs die rechtstreeks door ons zijn opgeleid en alle soorten
onderhoud professioneel en kwaliteitsbewust uitvoeren.
Er is altijd een Lancia werkplaats in uw omgeving voor
regulier onderhoud, zomer- en winterchecks en praktisch advies door onze experts.
Met originele onderdelen blijven de betrouwbaarheid, het comfort en de prestaties van uw nieuwe auto ook in de loop van de tijd onveranderd. Vanwege deze eigenschappen hebt u de auto immers gekocht.
Vraag altijd om originele onderdelen voor uw auto. Wij raden deze onderdelen aan, omdat ze het resultaat zijn van ons vaste streven naar onderzoek en ontwikkeling van uiterst innovatieve technologieën.
Voldoende redenen om te vertrouwen op originele
onderdelen, omdat zijn speciaal zijn ontworpen voor uw auto.
KIES VOOR ORIGINELE ONDERDELEN