OPEL ASTRA K 2016.5 Handleiding Infotainment (in Dutch)
Manufacturer: OPEL, Model Year: 2016.5, Model line: ASTRA K, Model: OPEL ASTRA K 2016.5Pages: 175, PDF Size: 3.02 MB
Page 31 of 175

Radio31RadioGebruik........................................ 31
Zender zoeken ............................. 31
Radio Data System (RDS) ...........32
Digital Audio Broadcasting ..........34Gebruik
De radiofunctie is geïntegreerd in de
AUDIO -toepassing.
Activeren van de radiofunctie
Selecteer AUDIO op het Startscherm
en selecteer vervolgens RADIO op de
interactieve selectiebalk.
Of druk op RADIO op het bedienings‐
paneel.
Golfband selecteren Selecteer herhaaldelijk RADIO, of
druk hier herhaaldelijk op om tussen de verschillende golfbanden te wis‐
selen.
Zender zoeken
Automatisch zender zoeken
Druk op Y of Z om de vorige of vol‐
gende zender te beluisteren.
Handmatig zender zoeken
Houd Y of Z ingedrukt. Laat de be‐
treffende toets los als de gewenste
frequentie bijna bereikt is.
Afstemmen op zender
Selecteer KIES op de interactieve se‐
lectiebalk. Er verschijnt een toetsen‐
blok.
Page 32 of 175

32RadioDruk op het veld Frequentie
invoeren en voer de gewenste fre‐
quentie in. Bevestig uw invoer.
Zenderlijsten
In de zenderlijsten ziet u alle ontvang‐
bare radiozenders in het huidige ont‐
vangstgebied die u kunt selecteren.
Om de zenderlijst van de actuele golf‐ band weer te geven kunt u:
● Druk op het scherm.
● Selecteer BLADEREN op de in‐
teractieve selectiebalk.
● Draai aan MENU.
De zenderlijst wordt weergegeven.Let op
Het huidige station wordt gemar‐
keerd.
Blader door de lijst en selecteer de
gewenste titel.
Categorielijsten Talloze RDS 3 32 en DAB 3 34
zenders zenden een PTY-code uit,
die het uitgezonden programmatype
aangeeft (bijv. nieuws). Sommige
zenders wijzigen afhankelijk van de inhoud die op dat moment wordt uit‐
gezonden ook de PTY-code.
Het infotainmentsysteem slaat deze
zenders, gesorteerd op programma‐
type, in de desbetreffende categorie‐
lijst op.
Let op
De lijstoptie Categorieën is alleen
beschikbaar voor de FM- en DAB- golfband.
Selecteer MENU op de interactieve
selectiebalk om de desbetreffende golfband weer te geven en selecteer
Categorieën .
Er verschijnt een lijst met momenteel
beschikbare programmacategorieën.Kies de gewenste categorie. Er ver‐
schijnt een lijst met zenders die een
programma van het geselecteerde
type uitzenden.
Selecteer de gewenste zender.
Zenderlijst bijwerken Kunnen de zenders uit de in de golf‐bandspecifieke zenderlijst niet langer
worden ontvangen, selecteer dan Zenderlijst bijwerken .
Let op
Bij het bijwerken van een lijst van
een zender op een specifiek fre‐
quentiebereik wordt de overeen‐
komstige categorielijst ook bijge‐
werkt.
Zenderlijst bijwerken verschijnt op het
scherm tot het zoeken is afgerond.
Radio Data System (RDS) RDS is een dienst van FM-zenders
die het vinden van de gewenste zen‐
der en een storingsvrije ontvangst
aanzienlijk verbetert.
Page 33 of 175

Radio33Voordelen van RDS● Op het display verschijnt de pro‐ grammanaam van de zender in
plaats van de frequentie.
● Tijdens het zoeken naar zenders
stemt het infotainmentsysteem
alleen af op RDS-zenders.
● Het infotainmentsysteem stemt altijd af op de zendfrequentie vande ingestelde zender met de
beste ontvangst via AF (alterna‐
tieve frequentie).
● Afhankelijk van de ontvangen zender verschijnen in het info‐
tainmentsysteem radioteksten, bijv. met informatie over het hui‐
dige programma.
RDS-instellingen
Activeer de radiofunctie en selecteer
vervolgens de FM-golfband om de
RDS-instellingsopties te configure‐ ren. Selecteer MENU op de interac‐
tieve selectiebalk om het FM-menu
weer te geven.
RDS
Selecteer RDS - Aan of RDS - Uit .
Verkeersinformatie (TP)
Zenders met radioverkeerinformatie‐
service zijn RDS-zenders die ver‐
keerinformatie uitzenden. Als ver‐
keersinformatie is ingeschakeld,
wordt de actieve functie voor de duur van het verkeersbericht onderbroken.
Als de verkeersinformatie geacti‐
veerd is, verschijnt [TP] op de boven‐
ste regel van alle menu's. Is de ac‐
tuele zender geen verkeersinforma‐
tiezender, dan wordt [ ] weergegeven
en wordt er automatisch naar de vol‐
gende beschikbare verkeersinforma‐
tiezender gezocht. Zodra er een ver‐
keersinformatiezender wordt gevon‐
den, licht [TP] op. Wordt er geen ver‐
keersinformatiezender gevonden,
dan blijft [ ] op het scherm staan.
Als er een verkeersbericht op de be‐
treffende verkeersinformatiezender
wordt uitgezonden, verschijnt er een
bericht.
Annuleer het alarm om de melding te
onderbreken en naar de laatst geac‐
tiveerde functie te gaan.
Selecteer Traffic Program (TP) - Aan
of Traffic Program (TP) - Uit .
Regio
Soms zenden RDS-zenders regio‐
naal verschillende programma's op
verschillende frequenties uit.
Als de regio-instelling ingeschakeld
is, worden er zo nodig andere fre‐
quenties met dezelfde regionale pro‐
gramma's geselecteerd. Is de regio-
instelling uitgeschakeld, worden al‐
ternatieve frequenties voor de zen‐
ders geselecteerd zonder rekening te houden met regionale programma's.
Selecteer Regio - Aan of Regio - Uit .
Page 34 of 175

34RadioDigital Audio Broadcasting
DAB zendt radiozenders digitaal uit.
Voordelen van DAB ● DAB-zenders worden aangeduid met de programmanaam i.p.v.
met de zendfrequentie.
● Met DAB kunnen verschillende programma's (diensten) op de‐
zelfde frequentie worden uitge‐
zonden (ensemble).
● Naast hoogwaardige diensten voor digitale audio is DAB ook in
staat om programmagerela‐
teerde gegevens en een veelheid aan andere dataservices uit te
zenden, inclusief reis - en ver‐
keersinformatie.
● Zolang een bepaalde DAB-ont‐ vanger een signaal van een zen‐
der op kan vangen (ook al is het
signaal erg zwak), is de geluids‐
weergave gewaarborgd.
● Bij een slechte ontvangst wordt het volume automatisch lager ge‐
zet om onaangename geluiden te
voorkomen.Als het DAB-signaal te zwak is
om door de radio te worden op‐
gevangen, wordt de weergave
geheel onderbroken. Dit kan wor‐ den vermeden door in het DAB-
menu DAB-DAB schakelen en/of
DAB-FM schakelen te activeren
(zie hieronder).
● Interferentie door zenders op na‐
burige frequenties (een ver‐
schijnsel dat typisch is voor AM-
en FM-ontvangst) doet zich bij
DAB niet voor.
● Als het DAB-signaal door natuur‐
lijke obstakels of door gebouwen
wordt weerkaatst, verbetert dit de ontvangstkwaliteit van DAB, ter‐
wijl AM- en FM-ontvangst in die
gevallen juist aanmerkelijk ver‐
zwakt.
● Na het inschakelen van DAB-ont‐
vangst blijft de FM-tuner van het
infotainmentsysteem op de ach‐
tergrond actief en zoekt dan con‐ tinu naar de FM-zenders met de
beste ontvangst. Als TP 3 32 ge‐
activeerd is, worden er verkeers‐ berichten doorgegeven van de
FM-zender die de beste ont‐vangst heeft. Deactiveer TP als u
niet wilt dat de DAB-ontvangst
door FM-verkeersmeldingen wordt onderbroken.
DAB-instellingen
Activeer de radiofunctie en kies ver‐
volgens de DAB-golfband om de
DAB-instellingsopties te configure‐
ren. Selecteer MENU op de interac‐
tieve selectiebalk om het DAB-menu
weer te geven.
Page 35 of 175

Radio35DAB-berichten
Naast hun muziekprogramma's zen‐
den veel DAB-zenders ook diverse
categorieën berichten uit. Als u som‐
mige of alle categorieën activeert, wordt de momenteel ontvangen DAB-
service bij een bericht uit deze cate‐
gorieën onderbroken.
Selecteer DAB-berichten om de DAB-
categorielijst weer te geven.
Kies de gewenste categorieën. De
geselecteerde categorieën zijn ge‐
markeerd met 9.
Let op
DAB-berichten kunnen alleen ont‐ vangen worden als de DAB-
golfband geactiveerd is.
DAB naar DAB koppeling
Als deze functie geactiveerd is, scha‐
kelt het systeem over op dezelfde ser‐
vice van een ander DAB-ensemble
(indien beschikbaar) als het DAB-sig‐ naal te zwak is om door de radio te
worden opgevangen.
Selecteer DAB-DAB schakelen -
Aan of DAB-DAB schakelen - Uit .DAB naar FM koppeling
Als deze functie geactiveerd is, scha‐
kelt het systeem over op eenzelfde
FM-zender van de actieve DAB-ser‐
vice (indien beschikbaar) als het
DAB-signaal te zwak is om door de
radio te worden opgevangen.
Selecteer DAB-FM schakelen - Aan
of DAB-FM schakelen - Uit .
L- Band
Is L Band geactiveerd, dan ontvangt
het infotainmentsysteem een extra
frequentiebereik. De frequenties van
de L-band bestaan uit aard- en satel‐ lietradio (1452 - 1492 MHz).
Selecteer L Band - Aan of L Band -
Uit .
Intellitext
Met de functie Intellitext kunt u extra
informatie zoals berichten, financiële informatie, sport, nieuws, enz. ont‐
vangen.
Selecteer één van de categorieën en
kies een specifieke optie om gedetail‐ leerde informatie weer te geven.
Page 36 of 175

36Cd-spelerCd-spelerAlgemene aanwijzingen...............36
Gebruik ........................................ 37Algemene aanwijzingen
In het handschoenenkastje bevindt
zich een cd-speler voor het afspelen
van audio-cd's en mp3/wma-cd's.Voorzichtig
Plaats in geen geval dvd's, single- cd's met een diameter van 8 cm of
speciaal vormgegeven cd's in de
audiospeler.
Plak nooit stickers op uw cd's. De
cd's kunnen in de speler vast blij‐
ven zitten en deze ernstig bescha‐
digen. Een vervanging van uw toe‐ stel is dan noodzakelijk.
Belangrijke informatie over audio-
en mp3/wma-cd's
● De volgende CD-formaten kun‐ nen worden gebruikt:
Cd, cd-r en cd-rw
● De volgende bestandsformaten kunnen worden gebruikt:
ISO9660 Level 1, Level 2, Ro‐
meo, Joliet
Het is mogelijk dat MP3- en
WMA-bestanden die in een an‐
der formaat zijn geschreven dan
hierboven vermeld niet correct
worden afgespeeld en dat hun
bestands- en mapnamen niet
correct worden weergegeven.
● Audio-cd's met kopieerbeveili‐ ging die niet voldoen aan de au‐
dio-cd-standaard, worden moge‐
lijk niet correct of zelfs helemaal
niet afgespeeld.
● Zelfgebrande cd-r's en cd-rw's zijn kwetsbaarder dan voorbe‐
speelde cd's. Ga op een correcte manier met de cd's om. Dit geldt
vooral voor zelfgebrande cd-r's
en cd-rw's.
● Zelfgebrande cd-r's en cd-rw's worden mogelijk niet correct of
zelfs helemaal niet afgespeeld.
● Bij Mixed-Mode-CD’s (met een combinatie van audio en data,
bijv. MP3) worden alleen de au‐
diotracks herkend en afgespeeld.
● Zorg dat er bij het wisselen van cd's geen vingerafdrukken op de
cd's komen.
Page 37 of 175

Cd-speler37● Berg cd's onmiddellijk na het uit‐nemen uit de audiospeler veilig
op om ze tegen beschadiging en
vuil te beschermen.
● Vuil en vloeistof op de cd's kun‐ nen de lens van de audiospeler
binnen in het apparaat vies ma‐
ken en storingen veroorzaken.
● Bescherm cd's tegen warmte en direct zonlicht.
● De volgende beperkingen zijn van toepassing op gegevens die
op een mp3/wma-cd zijn opge‐
slagen:
Maximaal aantal bestanden/
songs: 800
Maximaal aantal nestbare fol‐ ders: 8
Wma-bestanden met Digital
Rights Management (DRM) van online-muziekwinkels kunnenniet worden afgespeeld.
WMA-bestanden kunnen alleen
goed worden afgespeeld als
deze met Windows Media Player minimaal versie 9 zijn aange‐
maakt.Toepasbare afspeellijst-exten‐
sies: .m3u, .pls
De afspeellijstitems moeten als
relatieve paden zijn opgemaakt.
Let op
In dit hoofdstuk wordt alleen het af‐
spelen van mp3-bestanden behan‐
deld, omdat de werking voor mp3-
en wma-bestanden hetzelfde is. Bij
het laden van een cd met wma-be‐
standen verschijnen er mp3-gerela‐
teerde menu's.
Gebruik
Cd afspelen starten Duw een audio- of mp3-cd met de be‐schreven kant naar boven zo ver in de
cd-sleuf dat deze naar binnen wordt
getrokken.
Selecteer herhaaldelijk MEDIA op de
interactieve selectiebalk of druk op
MEDIA op het bedieningspaneel om
de cd-functie te activeren.
Een cd verwijderen
Druk op R. De cd wordt uit de cd-sleuf
geworpen.
Als de cd na het uitwerpen niet wordt
verwijderd, wordt deze na enkele se‐
conden weer naar binnen getrokken.
Functietoetsen
Cd afspelen pauzeren
Selecteer = om afspelen te pauzeren.
De schermtoets verandert in l.
Selecteer l om afspelen te hervat‐
ten.
Page 38 of 175

38Cd-spelerNaar vorige of volgende track
springen
Selecteer t of v om het vorige of
volgende nummer af te spelen.
U kunt ook aan MENU draaien om
naar vorige of volgende nummers te
gaan.
Snel vooruit of achteruit gaan
Houd t of v ingedrukt om snel
voor- of achteruit te spoelen.
Of verschuif de schuifbalk op de tijd‐
balk.
Titellijst Om de titellijst weer te geven kunt u: ● Druk op het scherm.
● Selecteer BLADEREN op de in‐
teractieve selectiebalk.
● Draai aan MENU.
De titellijst verschijnt.
Let op
Het nummer dat op dit moment
wordt afgespeeld wordt gemar‐
keerd.
Blader door de lijst en selecteer de
gewenste titel.Let op
Voor een gedetailleerde beschrij‐
ving van zoeken in mp3 cd's 3 41.
Afspeelvolgorde
Selecteer MENU op de interactieve
selectiebalk om het cd-menu weer te
geven.
Staat Wisselen ingesteld op Aan, dan
worden de nummers van de huidige
cd in willekeurige volgorde afge‐
speeld.
Selecteer Wisselen - Aan of Wisselen
- Uit .
Page 39 of 175

Externe apparaten39Externe apparatenAlgemene informatie....................39
Audio afspelen ............................. 41
Films afspelen .............................. 42
Smartphone-applicaties
gebruiken ..................................... 43Algemene informatie
De AUX- en USB-aansluiting voor ex‐ terne apparaten bevindt zich op de
middenconsole.
Aan de achterkant van de midden‐
console bevinden zich twee USB-
aansluitingen die speciaal zijn be‐ stemd voor oplaadapparaten.
Let op
Houd de aansluitingen altijd schoon en droog.
AUX-ingang
U kunt bijvoorbeeld een iPod of een
ander randapparaat op de AUX-in‐
gang aansluiten.
Het infotainmentsysteem kan de mu‐ ziekbestanden afspelen die op deze
apparaten staan.
Na het aansluiten op de AUX-ingang
wordt het audiosignaal van het rand‐
apparaat via de luidsprekers van het
infotainmentsysteem verzonden.
Het volume en de geluidsinstellingen kunnen via het infotainmentsysteem
worden aangepast. Alle andere be‐ dieningsfuncties werken via het ex‐
terne apparaat.Een apparaat aansluiten/loskoppelen
Gebruik de volgende kabel om het
externe apparaat op de AUX-ingang
van het infotainmentsysteem aan te
sluiten:
3-polig voor audiobron.
Ontkoppel het AUX-apparaat door
een andere functie te selecteren en
vervolgens het AUX-apparaat te ver‐
wijderen.
USB-poort
Op de USB-poort kunt u een MP3- speler, USB-opslagstation, iPod of
smartphone aansluiten.
Het infotainmentsysteem kan de mu‐
ziekbestanden en films afspelen die
op deze randapparatuur staan.
Eenmaal aangesloten op de USB-
poort, werken de bovengenoemde
apparaten via de toetsen en menu's
van het infotainmentsysteem.
Page 40 of 175

40Externe apparatenLet op
Niet alle modellen mp3-spelers,
USB-drives, iPods of smartphones
worden door het infotainmentsys‐
teem ondersteund. In de lijst op onze
website kunt u controleren welke
modellen geschikt zijn.
Een apparaat aansluiten/loskoppelen
Sluit het USB-apparaat of IPod aan
op de USB-poort. Gebruik voor de
iPod de juiste aansluitkabel.
Let op
Bij het verbinden van een niet-lees‐
baar USB-apparaat of een iPod ver‐ schijnt er een bijbehorende foutmel‐ ding en schakelt het Infotainment‐
systeem automatisch terug naar de
vorige functie.
Ontkoppel het USB-apparaat of de
IPod door een andere functie te se‐
lecteren en daarna het USB-opslag‐
medium te verwijderen.Voorzichtig
Koppel het toestel tijdens het af‐
spelen niet los. Hierdoor kan het
toestel of het Infotainmentsysteem beschadigd raken.
Bluetooth
Bluetooth-compatibele audiobronnen
(bijv. mobiele telefoons voor muziek, mp3-spelers met Bluetooth enz.) die
de Bluetooth-muziekprofielen A2DP
en AVRCP ondersteunen, werken
draadloos op het infotainmentsys‐
teem.
Het infotainmentsysteem kan de mu‐
ziekbestanden afspelen die op deze
apparaten staan.
Een apparaat aansluiten/loskoppelen Voor een gedetailleerde beschrijving
van de Bluetooth-verbinding 3 71.
Bluetooth-apparaatbeheer
Selecteer MENU op de interactieve
selectiebalk om het aangesloten
Bluetooth-apparaat te wijzigen.
Selecteer Bluetoothapparaten
beheren om de apparaatlijst weer te
geven.
Voor een gedetailleerde beschrijving
3 71.
Bestandsindelingen Er wordt alleen apparatuur onder‐
steund die volgens FAT32, NTFS of
HFS+ zijn geformatteerd.
Let op
Sommige bestanden worden wel‐
licht niet goed afgespeeld. Dit kan
worden veroorzaakt door een ander
opnameformaat of de staat van het
bestand.
Bestanden van online-winkels met digitaal rechtenbeheer (DRM) kun‐nen niet worden afgespeeld.
Het infotainmentsysteem kan de vol‐ gende audio- en filmbestanden op ex‐
terne apparaten afspelen/weerge‐
ven.
Audiobestanden
De afspeelbare audiobestandsinde‐ lingen zijn MP3, WMA, AAC, M4A en
AIF.