OPEL VIVARO C 2020 Gebruikershandleiding (in Dutch)
Manufacturer: OPEL, Model Year: 2020, Model line: VIVARO C, Model: OPEL VIVARO C 2020Pages: 297, PDF Size: 10.28 MB
Page 31 of 297
Sleutels, portieren en ruiten29U ontgrendelt het bestuurdersportier
handmatig door de sleutel in de slot‐
cilinder te steken en te draaien.
De andere portieren kunnen worden
geopend door aan de binnenhand‐
greep te trekken.
Als u het contact inschakelt, wordt het
vergrendelingssysteem uitgescha‐
keld.
Handmatig vergrendelen
U vergrendelt de deuren, de achter‐
klep en de tankklep handmatig door de sleutel in het cilinderslot van de
bestuurdersdeur te steken en te
draaien.
Automatisch vergrendelen
Automatisch vergrendelen na
wegrijden
Dit systeem biedt de mogelijkheid om
de portieren en de achterklep auto‐ matisch te vergrendelen zodra de
snelheid van de auto is opgelopen tot
boven 10 km/u.
Als een van de portieren of de achter‐ klep openstaat, vindt geen automati‐
sche centrale vergrendeling plaats. Dit wordt kenbaar gemaakt door het
geluid van opnieuw ontgrendelende
sloten, het oplichten van N op de
instrumentengroep, de weergave van
een geluidssignaal en het verschijnen
van een waarschuwingsbericht.
Deze functies is op ieder gewenst moment te activeren of te deactive‐
ren. Druk, bij ingeschakeld contact,
op - totdat een geluidssignaal klinkt
en het bijbehorende bericht
verschijnt.
De stand van het systeem wordt bij
uitschakeling van het contact in het
geheugen opgeslagen.
Page 32 of 297
30Sleutels, portieren en ruitenAutomatische hervergrendeling
na ontgrendeling
Deze functie vergrendelt automatisch
alle portieren, de bagageruimte en de tankvulklep kort nadat u deze met de
handzender of elektronische sleutel
heeft ontgrendeld, vooropgesteld dat
er geen portier openstaat.
Kindersloten9 Waarschuwing
Gebruik de kindersloten wanneer
kinderen op de achterste zitplaat‐
sen worden vervoerd.
Mechanische kindersloten
Om te activeren, het kinderslot
omhoog draaien. De schuifdeur kan
niet van binnenuit worden geopend.
Om te deactiveren, het kinderslot omlaag draaien. De schuifdeur kan
van binnenuit worden geopend.
Elektrische kindersloten
Op afstand bediend systeem om
openen van de schuifdeuren via de
binnenhandgrepen te voorkomen.
Inschakelen
Druk op >. Het lampje in de knop
gaat branden en er verschijnt een
bevestigingsbericht. Het lampje blijft
branden totdat het kinderslot wordt
uitgeschakeld.
Page 33 of 297
Sleutels, portieren en ruiten31Uitschakelen
Toets > nogmaals indrukken. Het
lampje in de knop dooft en verschijnt
een bevestigingsbericht. Dit lampje
blijft branden zolang het kinderslot
ingeschakeld is.Portieren
Schuifdeuren Openen
Trek na het ontgrendelen aan de
deurhandgreep buiten en schuif de
deur naar achteren tot voorbij het
weerstandspunt.
U opent de deur van binnen door
tegen de handgreep te duwen en de
deur naar achteren tot voorbij het
weerstandspunt te schuiven.
Page 34 of 297
32Sleutels, portieren en ruitenSluiten
U sluit de deur van buiten door aan de
deurhandgreep te trekken en de deur
naar voren te schuiven totdat deze
vergrendelt.
U sluit de deur van binnen door tegen de handgreep te duwen en de deur
naar voren te schuiven totdat deze
vergrendelt.
Voorzichtig
Controleer vóór het wegrijden of
de zijschuifdeur geheel gesloten is en dicht zit.
Voorzichtig
Open de zijschuifdeur nietwanneer de tankklep nog open is.
9 Gevaar
Niet met een geopende of op een
kier staande zijschuifdeur rijden,
bijv. bij het vervoer van omvang‐
rijke bagage, omdat er dan giftige, onzichtbare en reukloze uitlaat‐
gassen de auto kunnen binnen‐
dringen. Hierdoor kunt u bewuste‐ loos raken en zelfs sterven.
Tanken 3 211.
Elektrische schuifdeuren
9 Waarschuwing
Wees voorzichtig wanneer u de
elektrische schuifdeuren bedient.
Er bestaat verwondingsgevaar,
met name voor kinderen.
Wees met name voorzichtig
wanneer de auto op een helling
geparkeerd staat: open of sluit de
deur volledig totdat deze in de
vergrendeling valt.
Page 35 of 297
Sleutels, portieren en ruiten33Houd de bewegende deuren goedin de gaten wanneer u deze
bedient. Zorg ervoor dat er niets
beklemd raakt tijdens de bedie‐
ning en dat er niemand in de
bewegingszone staat.
U kunt de elektrische schuifdeuren
als volgt bedienen:
● door op N of M op de handzender
te drukken
● door op N of M op de elektroni‐
sche sleutel te drukken
● door op P of O op het instru‐
mentenpaneel te drukken
● door op P of O op het portier‐
frame te drukken
● handsfree bediening met behulp van de bewegingssensoren
onder de achterbumper
● door aan de betreffende deur‐ handgreep te trekken.
Bediening met de elektronische
sleutel
Druk iets langer op N of M om de
betreffende elektrische schuifdeur te
openen of te sluiten.
Handsfree bediening
Afhankelijk van de configuratie van
de auto kan de auto één of twee
handsfree bediende schuifdeuren
hebben.
Om een schuifdeur te openen of te
sluiten, de voet onder de achterbum‐
per aan de betreffende zijde naar
achteren en naar voren bewegen.
Page 36 of 297
34Sleutels, portieren en ruitenDe elektronische sleutel moet zich
binnen een bereik van ongeveer
1 meter van de bewegingssensoren
buiten de auto bevinden. Afhankelijk
van de configuratie van de auto moet
de elektronische sleutel zich in de
betreffende zone bevinden. Houd uw voet niet langer onder de bumper en
beweeg niet te langzaam.
U kunt de handsfree bediening in- of
uitschakelen op het Info-Display
3 123.
Bagageruimte
Achterklep
Achterklepruit 3 45.Openen
Druk, na ontgrendeling, op de achter‐
klepknop en open de achterklep.
Druk afhankelijk van de versie op
' om de achterklep van binnen te
ontgrendelen.
Sluiten
Gebruik om de achterklep te sluiten
de binnenhandgreep. Duw van boven
op de achterklep totdat deze geheel
gesloten is.
Duw niet op de achterklepknop
tijdens het sluiten, omdat de achter‐
klep dan weer wordt ontgrendeld.
Page 37 of 297
Sleutels, portieren en ruiten35
Druk met de elektronische sleutel
buiten de auto en binnen een bereik
van ongeveer 1 m van de achterklep
op de rechterachterklepknop om de
auto te vergrendelen.
Centrale vergrendeling 3 25.
Algemene tips voor de
achterklepbediening
9 Gevaar
Niet met een geopende of op een
kier staande achterklep rijden,
bijv. bij het vervoer van omvang‐
rijke bagage, omdat er dan giftige,
onzichtbare en reukloze uitlaat‐
gassen de auto kunnen binnen‐
dringen. Hierdoor kunt u bewuste‐ loos raken en zelfs sterven.Voorzichtig
Voordat u de achterklep opent,
moet u belemmeringgen in de
hoogte controleren, zoals een
garagedeur, om schade aan de
achterklep te voorkomen. Contro‐
leer altijd het bewegingsgebied
boven en achter de achterklep.
Let op
Afhankelijk van het gewicht van
eventueel gemonteerde accessoi‐
res blijft de achterklep mogelijk niet
in geopende stand staan.
Let op
Bij lage buitentemperaturen gaat de
achterklep wellicht niet vanzelf
geheel open. Til de achterklep in dat
geval met de hand tot in de normale eindstand.
Achterklep in noodsituaties van
binnenuit openen
Via een toegangsopening tussen het
portier en de vloer kan de achterklep‐
grendel met een geschikt gereed‐
schap worden ontgrendeld. Druk op
de hendel links om de achterklep te
ontgrendelen en te openen.
Scharnierdeuren Ontgrendel de scharnierdeuren met
de bediening op afstand of door aan
de sleutel in het achterdeurcilinder‐
slot te draaien.
Centrale vergrendeling 3 25.
Page 38 of 297
36Sleutels, portieren en ruiten
Om de scharnierdeuren te openen,
aan de buitenkruk trekken.
Om de scharnierdeur rechts te
ontgrendelen, aan de hendel trekken.
Om het portier van binnen in de auto
te openen, aan de binnenhandgreep
trekken.
9 Waarschuwing
Wanneer de auto langs de kant
van de weg geparkeerd is en de
achterportieren openstaan, zijn de
achterlichten mogelijk niet te zien.
Medeweggebruikers attent makenop de auto door een gevarendrie‐
hoek te gebruiken of andere appa‐
ratuur zoals aanbevolen door het
verkeersreglement in uw land.
De deuren worden met deurvangers onder een hoek van 90° gehouden.
Open de deuren 180° door op de klink
te drukken en deze in de gewenste
stand te openen. Controleer vóór het
sluiten van de portieren of de vergren‐
delstangen in de stand 90º staan.
9 Waarschuwing
Ver openslaande deuren goed
vastzetten bij maximale opening.
Geopende deuren kunnen door de wind met kracht dichtslaan!
Altijd eerst de rechter deur sluiten en
daarna de linker deur.
Page 39 of 297
Sleutels, portieren en ruiten37Centrale vergrendeling 3 25.Antidiefstalbeveiliging
Vergrendelingssysteem9 Waarschuwing
Niet inschakelen als er zich perso‐
nen in de auto bevinden! Ontgren‐ delen van de binnenzijde is niet
mogelijk.
Alle deuren worden tegen openen
beveiligd. Voor activering van het
systeem moeten alle portieren geslo‐
ten zijn.
Bij het ontgrendelen van de auto
wordt de mechanische diefstalbevei‐ liging uitgeschakeld. Dit is niet moge‐
lijk met de centrale vergrendelings‐
knop.
Inschakelen
Fysieke sleutel: Steek de sleutel erin en draai deze twee keer binnen 5
seconden rechtsom.
Afstandsbediening: Druk binnen vijf
seconden tweemaal op - van de
handzender.
Elektronische sleutel: Druk binnen vijf
seconden tweemaal op een van de
portierkrukken
Diefstalalarmsysteem9 Waarschuwing
Niet inschakelen als er zich perso‐
nen in de auto bevinden! Ontgren‐ delen van de binnenzijde is niet
mogelijk.
Het diefstalalarmsysteem is bedoeld
om de auto te beschermen tegen dief‐
stal en inbraken.
Het alarmsysteem is gecombineerd
met het vergrendelingssysteem.
Het systeem bewaakt portieren/
deuren, achterklep, motorkap en het
interieur.
Afhankelijk van de versie van de auto
bewaakt het mogelijk niet de naast‐
gelegen bagageruimte.
Page 40 of 297
38Sleutels, portieren en ruitenInschakelen
Contact moet uitgeschakeld zijn. Alle
portieren moeten gesloten zijn en de
elektronische sleutel mag niet in de
auto blijven. Anders kan het systeem
niet worden geactiveerd.
● Handzender: De bewaking van de deuren, achterklep en motor‐kap wordt geactiveerd wanneer
er 5 seconden zijn verstreken na vergrendeling van de auto door
op e te drukken. De bewaking
van het interieur wordt geacti‐
veerd wanneer er 45 seconden
zijn verstreken na vergrendeling
van de auto door op e te drukken.
● Elektronisch sleutelsysteem: De bewaking van de deuren, achter‐klep en motorkap wordt geacti‐
veerd wanneer er 5 seconden
zijn verstreken na vergrendeling
van de auto door met een vinger
of duim het gemarkeerde gebied
van een van de voorportiergre‐
pen aan te raken. De bewaking
van het interieur wordt geacti‐
veerd wanneer er 45 seconden
zijn verstreken na vergrendeling
van de auto door met een vingerof duim het gemarkeerde gebied
van een van de voorportiergre‐
pen aan te raken.
De activering wordt bevestigd door
het knipperen van de status-led en
het kort oplichten van de richtingaan‐
wijzers.
Als een deur of de achterklep niet
correct is gesloten en de auto is
vergrendeld via de bediening op
afstand of het elektronische sleutel‐ systeem, blijft de auto ontgrendeld.
Echter, het diefstalalarmsysteem
wordt na 45 seconden geactiveerd.
Let op
Bij wijzigingen in het interieur, zoals
het gebruik van stoelhoezen en bij
open ruiten, werkt de bewaking van
het interieur wellicht minder goed.Inschakelen zonder bewaking
van passagiersruimte
Schakel de bewaking van het interi‐
eur uit als u dieren in de auto achter‐ laat, om te voorkomen dat hoge ultra‐
sone tonen of bewegingen het alarm
activeren. Schakel ze ook uit
wanneer de auto op een veerboot of
een trein staat.
1. Ontsteking uitschakelen.
2. Druk binnen 10 seconden op ! totdat de led in de toets
permanent brandt.