sensor Peugeot 206 CC 2001.5 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2001.5, Model line: 206 CC, Model: Peugeot 206 CC 2001.5Pages: 123, PDF Size: 1.78 MB
Page 75 of 123

UW 206 CC IN DETAIL
75
* Volgens uitvoering
AUTOMATISCH INSCHAKELEN
VAN DE VERLICHTING* Het parkeerlicht en het dimlicht wor- den automatisch ingeschakeld als delichtsterkte van de omgeving onvol-doende is en als de ruitenwissers inwerking zijn. De verlichting wordt uitgeschakeld als de lichtsterkte van de omgeving weervoldoende is of het wissen is gestopt. Opmerking:
Bij mist kan de lichtsensor vol-
doende licht waarnemen en zullen de lich- ten niet automatisch worden ingeschakeld. Bij de aflevering van de auto is dezefunctie ingeschakeld. In- of uitschakelenvan de functie:
- zet het contact in de stand acces-
soires (1e stand van de sleutel) of AAN,
- zet de lichtschakelaar in de stand 0,
- houd het uiteinde van de lichtscha- kelaar 2 seconden ingedrukt.
Opmerking: Als het buiten donker is,
blijft de verlichting nadat het contact isafgezet nog ongeveer 45 secondenbranden.
Let op: De lichtsensor, gekoppeld aan
de regensensor, bevindt zich in hetmidden van de voorruit, achter de bin-nenspiegel. Deze sensor regelt deautomatische verlichting. Controle van werking Inschakelen Bij het inschakelen van de functie is een geluidssignaal te horen en verschijnt demelding
"Automatische verlichting
aan" op het multifunctionele display.
Uitschakelen Het uitschakelen van de functie gaat zonder geluidssignaal of melding. Opmerking: de functie wordt tijdelijk uitge-
schakeld als de bestuurder de verlichting handmatig inschakelt. Bij een storing in de lichtsensor wordt de functie ingeschakeld (de ver-lichting gaat aan) De bestuurder wordtgewaarschuwd door een geluidssig-naal en de melding "Defect in auto-
matische verlichting" op het multi-
functionele display.
Raadpleeg een PEUGEOT-servicepuntom het systeem te laten controleren.
Page 88 of 123

UW 206 CC IN DETAIL
88
AIRBAGS VOOR Deze zijn voor de bestuurder in het mid- den van het stuurwiel en voor de passa-gier in het dashboard aangebracht. Zeworden tegelijkertijd geactiveerd (behal-ve als de airbag aan passagierszijde isuitgeschakeld). Storing airbag voor Als dit verklikkerlampje gaat branden in combinatie met een geluidssignaal en demelding "Storing Airbag" op het multi-
functionele display, raadpleeg dan een
PEUGEOT-servicepunt om het systeemte laten controleren.
AIRBAGS De airbags zijn speciaal ontworpen voor een betere veiligheid van de inzit-tenden bij ernstige aanrijdingen: zevormen een aanvulling op de werkingvan de veiligheidsgordels met span-krachtbegrenzers. De elektronische schoksensors registre- ren een plotselinge vertraging van de auto:als de drempelwaarde voor het in werkingtreden wordt overschreden, worden de air-bags onmiddellijk opgeblazen en bescher-men de inzittenden van de auto. Direct na de aanrijding ontsnapt het gas zodat noch het zicht, noch heteventueel verlaten van de auto doorde inzittenden wordt belemmerd. De airbags treden niet in werking bij lichte aanrijdingen waarbij de vei-ligheidsgordels zorgen voor eenafdoende bescherming; de kracht vande aanrijding is afhankelijk van hetsoort obstakel en de snelheid van deauto op dat moment. De airbags werken alleen als het contact aan is. Opmerking:
Het uit het kussen onts-
nappende gas kan enigszins irriteren. Uitschakelen airbag aan passagierszijde* Als uw auto is voorzien van een air- bag aan passagierszijde, moet dezealtijd uitgeschakeld worden als u eenkinderzitje met de rugleuning in de rij-richting op de voorstoel plaatst.
Neem de sleutel uit het contact, steek deze in schakelaar 1, draai deze in de
stand "OFF" en verwijder de sleutel
zonder de stand van de schakelaar teveranderen.
Het verklikkerlampje op het in-strumentenpaneel brandtzolang de airbag is uitgescha-keld.
* Volgens uitvoering.
Page 106 of 123

PRAKTISCHE INFORMATIE
103
Zekeringen vervangen De zekeringenkasten bevinden zich onder het dashboard en onder demotorkap. Zekeringenkast dashboard Draai de schroef een kwart omwente- ling met een muntstuk los en verwijderde afdekplaat om bij de zekeringen tekomen.Verwijderen en plaatsen van een zekering
Voordat een zekering wordt vervangen, moet eerst de oorzaak van de storing opgespoord enverholpen worden. De nummers van de zekeringen zijn aangegeven op de zekeringenkast.
Vervang een defecte zekering (stroomsterkte vermeld op zekering) altijd dooreen zekering met dezelfde stroomsterkte.
Goed
Defect
* Volgens uitvoering.Zekering Amp Functies*
1 15A Stoelverwarming - sirene alarm
4 20A
Multifunctioneel display - elektronische eenheidnavigatiesysteem - ver-lichting bagageruimte -autoradio - regensensor
5 15A Diagnosesysteem automatische trans-missie
6 10A Koelvloeistofniveau- meter - automa-tische transmissie -autoradio
Page 107 of 123

PRAKTISCHE INFORMATIE
103
Zekeringen vervangen De zekeringenkasten bevinden zich onder het dashboard en onder demotorkap. Zekeringenkast dashboard Draai de schroef een kwart omwente- ling met een muntstuk los en verwijderde afdekplaat om bij de zekeringen tekomen.Verwijderen en plaatsen van een zekering
Voordat een zekering wordt vervangen, moet eerst de oorzaak van de storing opgespoord enverholpen worden. De nummers van de zekeringen zijn aangegeven op de zekeringenkast.
Vervang een defecte zekering (stroomsterkte vermeld op zekering) altijd dooreen zekering met dezelfde stroomsterkte.
Goed
Defect
* Volgens uitvoering.Zekering Amp Functies*
1 15A Stoelverwarming - sirene alarm
4 20A
Multifunctioneel display - elektronische eenheidnavigatiesysteem - ver-lichting bagageruimte -autoradio - regensensor
5 15A Diagnosesysteem automatische trans-missie
6 10A Koelvloeistofniveau- meter - automa-tische transmissie -autoradio
Page 108 of 123

PRAKTISCHE INFORMATIE
104
Zekering AmpFuncties*
7 15A Dubbele bediening lesauto - naderhand ingebouwd alarmsysteem - regensensor
9 30A Hydraulische pomp
10 40A Verwarming buitenspiegels 11 15A Ruitenwissers
12 30A Elektrisch bediende ruiten voor
14 10A Servicecentrale motor - airbags - stuurkolomschakelaars
15 15A
Instrumentenpaneel - multifunctioneel display - elektronische eenheid navigatiesysteem - airconditioning - autoradio
16 30A Bediening centrale portiervergrendeling
20 10A Remlicht rechts
21 15A Remlicht links - derde remlicht
22 30A Plafonnier voor - verlichting dashboardkastje - aansteker
S1 Shunt Shunt parc
* Volgens uitvoering.
Page 110 of 123

PRAKTISCHE INFORMATIE
106
* Volgens uitvoering.
Zekering AmpFuncties*
1 10A Schakelaar achteruitrijlicht - snelheidssensor
2 15A Elektroklep absorptievat - brandstofpomp
3 10A Elektronische eenheid ABS
4 10A Elektronische eenheid automatische transmissie - elektronische eenheid motor
5 Ñ Vrij
7 20A Pomp koplampsproeiers
8 20A Relais motorventilateur - elektronische eenheid motor - elektroklep motorcontrole
9 15A Dimlicht links
10 15A Dimlicht rechts
11 10A Grootlicht links
12 15A Grootlicht rechts
13 15A Claxon
14 10A Pomp ruitensproeiers voor
15 30A Voorverwarming smoorklephuis - lambdasonde - elektronische eenheid motor - luchthoeveel-
heidsmeter - bobine - elektroklep motorcontrole - verstuivers
16 30A Relais luchtpomp
17 30A Hoge en lage snelheid ruitenwissers
18 40A Aanjager