benzine tank Peugeot 206 P 2010 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2010, Model line: 206 P, Model: Peugeot 206 P 2010Pages: 107, PDF Size: 3.94 MB
Page 1 of 107

15
INSTRUMENTENPANEEL BENZINE - DIESEL MET
HANDGESCHAKELDE VERSNELLINGSBAK
De klokken en verklikkerlampjes op het instrumentenpaneel geven informatie over
de werking van de auto.
4. Snelheidsmeter.
Geeft de wagensnelheid aan (km/h).
5. Display.
6. Knop nulstelling.
Knop voor de nulstelling van de ge- selecteerde functie (dagteller of on-
derhoudsindicator).
7. Dimmer dashboardverlichting.
Voor instelling van de lichtsterkte van de dashboardverlichting.
KLOKKEN
1. Toerenteller.
Geeft het motortoerental aan (x 1000 t/min).
2. Brandstofniveaumeter.
Geeft de resterende hoeveelheid brandstof in de tank aan.
3. Koelvloeistoftemperatuurmeter.
Geeft de koelvloeistoftemperatuur aan (°Celsius).
A. Snelheidsregelaar.
Snelheidsbegrenzer.
(km/h)
B. Dagteller.
(km)
C. Onderhoudsindicator.
(km), vervolgens,
Kilometerteller.
(km)
Deze drie functies worden achter- eenvolgens weergegeven als het
contact wordt aangezet.
Raadpleeg voor meer informatie over
de werking en de weergave van een
bepaalde functie het desbetreffende
hoofdstuk.
Display
Page 44 of 107

5151
Brandstofkwaliteit voor
benzinemotoren
Auto's met benzinemotoren kunnen
probleemloos rijden op biobrandstoffen
van het type E10 (deze bevatten 10%
ethanol) die voldoen aan de Europese
richtlijnen EN 228 en EN 15376.
Brandstoffen van het type E85 (deze
bevatten tot 85% ethanol) zijn uitslui-
tend geschikt voor auto's die speciaal
bestemd zijn voor dit type brandstof
(BioFlex-auto's). De kwaliteit van de
ethanol moet voldoen aan de Europese
richtlijn EN 15293.
Auto's die kunnen rijden op brandstof-
fen met een ethanolgehalte tot 100%
(type E100), worden alleen verkocht in
Brazilië. Brandstofkwaliteit voor
dieselmotoren
Auto's met dieselmotoren kunnen pro-
bleemloos rijden op biobrandstoffen die
aan de huidige en toekomstige Europe-
se richtlijnen voldoen (diesel die voldoet
aan de richtlijn EN 590 gemengd met
biobrandstof die voldoet aan de richtlijn
EN 14214) en die aan de pomp getankt
kan worden (met een gehalte aan me-
thyl-estervetzuren van 0 tot 7%).
Het gebruik van biobrandstof B30 is
mogelijk bij bepaalde dieselmotoren
op voorwaarde dat de bijzondere on-
derhoudsvoorschriften strikt worden
nageleefd. Raadpleeg het PEUGEOT-
netwerk.
Het gebruik van elk ander type
(bio)brandstof (zuivere of verdunde
plantaardige of dierlijke olie, stookolie ...)
is nadrukkelijk verboden (kans op scha-
de aan de motor en het brandstofcircuit).