airbag Peugeot 208 2017 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2017, Model line: 208, Model: Peugeot 208 2017Pages: 304, PDF Size: 11.54 MB
Page 90 of 304

88
Algemene informatie met
betrekking tot kinderzitjes
* De regelgeving met betrekking tot het vervoer van kinderen verschilt per land.
Raadpleeg de in uw land geldende
regelgeving.
Hoewel PEUGEOT bij het ontwerp van
uw auto veel aandacht heeft besteed aan
veiligheidsvoorzieningen voor uw kinderen, is
hun veiligheid natuurlijk ook afhankelijk van
uzelf.
Volg voor een optimale veiligheid de volgende
adviezen op:
-
c
onform de Europese wetgeving dienen
kinderen jonger dan 12
jaar of kleiner
dan 1,50
m in gehomologeerde, aan
het lichaamsgewicht aangepaste
kinderzitjes op met veiligheidsgordels of
ISOFIX-bevestigingen uitgeruste plaatsen
te worden vervoerd*.
-
d
e veiligste plaats voor het ver voeren
van een kind is volgens de statistieken
een plaats op de achterbank van uw
auto.
-
k
inderen tot 9
kg moeten zowel voor- als
achterin met de "rug in de rijrichting"
worden vervoerd.
PEUGEOT beveelt u aan kinderen op
de achterzitplaatsen van uw auto te
vervoeren:
-
t
ot 3
jaar "
met de rug in de
rijrichting ",
-
v
anaf 3
jaar " met het gezicht in de
rijrichting ".
Kinderzitje op de
passagiersstoel voor
Rug in de rijrichting
Zet als een kinderzitje "met de rug in de
rijrichting" op de voorpassagiersstoel is
geplaatst, deze stoel in de achterste stand
van de verstelling in lengterichting en zet de
rugleuning rechtop.
De airbag vóór aan passagierszijde
moet zijn uitgeschakeld. Anders kan
een kind bij het afgaan van de airbag
levensgevaarlijk gewond raken .
Raadpleeg de wettelijke bepalingen van uw
land alvorens een kinderzitje op deze plaats te
bevestigen.
Gezicht in de rijrichting
Zet als een kinderzitje "met het gezicht in
de rijrichting" op de voorpassagiersstoel
is geplaatst, de stoel in de achterste stand
van de verstelling in lengterichting en zet de
rugleuning rechtop. Schakel de airbag vóór aan
passagierszijde niet uit.
Controleer of de veiligheidsgordel goed is
aangetrokken.
Controleer bij kinderzitjes met een steun
of deze steun stabiel op de vloer staat.
Verstel indien nodig de passagiersstoel.
Veiligheid
Page 91 of 304

89
Passagiersstoel in de hoogste en achterste
stand.
Uitschakelen van de airbag
voor aan passagierszijde
Plaats nooit een kind in een kinderzitje
"met de rug in de rijrichting" op de
voorpassagiersstoel als de airbag vóór
aan passagierszijde is ingeschakeld. Het
kind kan in dat geval bij een aanrijding
ernstig en zelfs dodelijk gewond raken.
Dit voorschrift wordt tevens vermeld op de
waarschuwingssticker aan beide zijden van de
zonneklep aan passagierszijde.
Airbag passagierszijde UIT
Conform de wettelijke voorschriften vindt u op
de volgende tabellen deze waarschuwing in
alle benodigde talen.
5
Veiligheid
Page 92 of 304

90
Uitschakelen van de airbag vóór
aan passagierszijde
F Zet het contact af en steek de sleutel in de schakelaar voor het uitschakelen van de
airbag aan passagierszijde.
F
D
raai deze in de stand OFF .
F
V
er wijder de sleutel zonder de stand van de
schakelaar te veranderen.
Schakel voor de veiligheid van uw kind de
airbag aan passagierszijde altijd uit als u
een kinderzitje met de rug in de rijrichting
op de voorstoel plaatst.
Anders kan een kind bij het afgaan van de
airbag levensgevaarlijk gewond raken.
Opnieuw inschakelen airbag vóór
aan passagierszijde
Als u het met de rug in de rijrichting geplaatste
kinderzitje hebt verwijderd, zet dan met
afgezet contact de schakelaar weer op ON
om de airbag opnieuw in te schakelen en zo de
veiligheid van uw voorpassagier te garanderen.
Bij het aanzetten van het contact
gaat dit waarschuwingslampje op
het instrumentenpaneel gedurende
ongeveer één minuut branden
om aan te geven dat de airbag
vóór aan passagierszijde weer is
ingeschakeld.
Als het contact wordt aangezet, gaat
dit waarschuwingslampje branden.
Het lampje blijft branden zolang de
airbag is uitgeschakeld.
Veiligheid
Page 93 of 304

91
AR
BG НИКОГА
НЕ инсталирайте детско столче на седалка с АКТИВИРАНА предна ВЪЗДУШНА ВЪЗГЛАВНИЦА. Това може да причини
С
МЪРТ или СЕРИОЗНО НАРАНЯВАНЕ на детето.
CS NIKDY
neumisťujte dětské zádržné zařízení orientované směrem dozadu na sedadlo chráněné AKTIVOVANÝM čelním AIRBAGEM. Hrozí
n
ebezpečí SMRTI DÍTĚTE nebo VÁ ŽNÉHO ZR ANĚNÍ.
DA Brug ALDRIG en bagudvendt barnestol på et sæde, der er beskyttet af en AKTIV AIRBAG. BARNET risikerer at blive ALVORLIGT
K VÆSTET eller DR ÆBT.
DE Montieren Sie auf einem Sitz mit AKTIVIERTEM Front-Airbag NIEMALS einen Kindersitz oder eine Babyschale entgegen der Fahrtrichtung,
das Kind könnte schwere oder sogar tödliche Verletzungen erleiden.
EL Μη
χρησιμοποιείτε ΠΟΤΕ παιδικό κάθισμα με την πλάτη του προς το εμπρός μέρος του αυτοκινήτου, σε μια θέση που προστατεύεται από
Μ
ΕΤΩΠΙΚΟ αερόσακο που είναι ΕΝΕΡΓΟΣ. Αυτό μπορεί να έχει σαν συνέπεια το ΘΑΝΑΤΟ ή το ΣΟΒΑΡΟ ΤΡΑΥΜΑΤΙΣΜΟ του ΠΑΙΔΙΟΥ
EN NEVER use a rear ward facing child restraint on a seat protected by an ACTIVE AIRBAG in front of it, DEATH or SERIOUS INJURY to the
CHILD can occur
ES NO INSTALAR NUNCA un sistema de retención para niños de espaldas al sentido de la marcha en un asiento protegido mediante un
AIRBAG
frontal ACTIVADO, ya que podría causar lesiones GR AVES o incluso la MUERTE del niño.
ET Ärge MITTE KUNAGI paigaldage "seljaga sõidusuunas" lapseistet juhi kõr valistmele, mille ESITURVAPADI on AKTIVEERITUD. Tur vapadja
avanemine võib last TÕSISELT või ELUOHTLIKULT vigastada.
FI ÄLÄ KOSK A AN aseta lapsen tur vaistuinta selkä ajosuuntaan istuimelle, jonka edessä suojana on käyttöön aktivoitu TURVAT Y YNY. Sen
laukeaminen voi aiheuttaa LAPSEN KUOLEMAN tai VAK AVAN LOUKK A ANTUMISEN.
FR NE JAMAIS installer de système de retenue pour enfants faisant face vers l'arrière sur un siège protégé par un COUSSIN GONFLABLE
frontal
ACTIVÉ. Cela peut provoquer la MORT de l'ENFANT ou le BLESSER GR AVEMENT.
HR NIK ADA
ne postavljati dječju sjedalicu leđima u smjeru vožnje na sjedalo zaštićeno UKLJUČENIM prednjim ZR AČNIM JASTUKOM. To bi
m
oglo uzrokovati SMRT ili TEŠKU OZLJEDU djeteta.
HU SOHA
ne használjon menetiránynak háttal beszerelt gyermekülést AKTIVÁLT (BEK APCSOLT) FRONTLÉGZSÁKK AL védett ülésen. Ez a
g
yermek HALÁLÁT vagy SÚLYOS SÉRÜLÉSÉT okozhatja.
IT NON installare MAI seggiolini per bambini posizionati in senso contrario a quello di marcia su un sedile protetto da un AIRBAG frontale
ATTIVATO. Ciò potrebbe provocare la MORTE o FERITE GR AVI al bambino.
5
Veiligheid
Page 94 of 304

92
LTNIEK ADA neįrenkite vaiko prilaikymo priemonės su atgal atgręžtu vaiku ant sėdynės, kuri saugoma VEIKIANČIOS priekinės ORO P
AGALVĖS. Išsiskleidus oro pagalvei vaikas gali būti MIRTINAI arba SUNKIAI TR AUMUOTAS.
LV NEK AD
NEuzstādiet uz aizmuguri vērstu bērnu sēdeklīti priekšējā pasažiera sēdvietā, kurā ir AKTIVIZĒTS priekšējais DROŠĪBAS GAISA
S
PILVENS. Tas var izraisīt BĒRNA NĀVI vai radīt NOPIETNUS IEVAINOJUMUS.
MT Qatt m’ghandek thalli tifel/tifla marbut f’siggu dahru lejn l-Airbag attiva, ghaliex tista’ tikkawza korriment serju jew anke mewt lit-tifel/tifla
NL Plaats NOOIT een kinderzitje met de rug in de rijrichting op een zitplaats waar van de AIRBAG is INGESCHAKELD. Bij het afgaan van de
airbag kan het KIND LEVENSGEVA ARLIJK GEWOND R AKEN
NO Installer ALDRI et barnesete med ryggen mot kjøreretningen i et sete som er beskyttet med en frontal AKTIVERT KOLLISJONSPUTE,
BARNET risikerer å bli DREPT eller HARDT SK ADET.
PL NIGDY
nie instalować fotelika dziecięcego w pozycji "tyłem do kierunku jazdy" na siedzeniu wyposażonym w CZOŁOWĄ PODUSZKĘ
P
OWIETRZNĄ w stanie AKT Y WNYM. Może to doprowadzić do ŚMIERCI DZIECK A lub spowodować u niego POWA ŻNE OBR A ŻENIA
CI
AŁA.
PT NUNCA instale um sistema de retenção para crianças de costas para a estrada num banco protegido por um AIRBAG frontal ACTIVADO.
Esta
instalação poderá provocar FERIMENTOS GR AVES ou a MORTE da CRIANÇA.
RO Nu instalati NICIODATA un sistem de retinere pentru copii, dispus cu spatele in directia de mers, pe un loc din vehicul protejat cu AIRBAG
frontal ACTIVAT. Aceasta ar putea provoca MOARTEA COPILULUI sau R ANIREA lui GR AVA.
RU ВО
ВСЕХ СЛУЧА ЯХ ЗАПРЕЩАЕТСЯ использовать обращенное назад детское удерживающее устройство на сиденье,
з
ащищенном ФУНКЦИОНИРУЮЩЕЙ ПОДУШКОЙ БЕЗОПАСНОСТИ, установленной перед этим сиденьем. Это может привести к
Г
ИБЕЛИ РЕБЕНК А или НАНЕСЕНИЮ ЕМУ СЕРЬЕЗНЫХ ТЕЛЕСНЫХ ПОВРЕЖ ДЕНИЙ
SK NIKDY
neinštalujte detské zádržné zariadenie orientované smerom dozadu na sedadlo chránené AKTIVOVANÝM čelným AIRBAGOM.
M
ohlo by dôjsť k SMRTEĽNÉMU alebo VÁ ŽNEMU POR ANENIU DIEŤAŤA.
SL NIKOLI
ne nameščajte otroškega sedeža s hrbtom v smeri vožnje, če je VARNOSTNA BLA ZINA pred sprednjim sopotnikovim sedežem
A
KTIVIR ANA. Takšna namestitev lahko povzroči SMRT OTROK A ali HUDE POŠKODBE.
SR NIK ADA
ne koristite dečje sedište koje se okreće unazad na sedištu zaštićenim AKTIVNIM VA ZDUŠNIM JASTUKOM ispred njega, jer mogu
n
astupiti SMRT ili OZBILJNA POVREDA DETETA.
SV Passagerarkrockkudden fram MÅSTE vara avaktiverad om en bakåtvänd bilbarnstol installeras på denna plats. Annars riskerar barnet att
DÖDAS eller SK ADAS ALLVARLIGT.
TR KESİNLKLE
HAVA YASTIĞI AKTİF olan ön koltuğa yüzü arkaya dönük bir çocuk koltuğu yerleştirmeyiniz. Bu ÇOCUĞUN ÖLMESİNE veya
Ç
OK AĞIR YAR ALANMASINA sebep olabilir.
Veiligheid
Page 98 of 304

96
Ver wijder de hoofdsteun en berg deze op
alvorens een kinderzitje met rugleuning
op een passagierszitplaats te bevestigen.
Vergeet niet de hoofdsteun weer te
bevestigen nadat het kinderzitje weer is
verwijderd.
U
zitplaats geschikt voor de bevestiging
van een universeel gehomologeerd
kinderzitje met een veiligheidsgordel,
zowel met de "rug in de rijrichting" als met
het "gezicht in de rijrichting".
U(R) als U, waarbij de stoel van de auto in de
hoogste stand en zo ver mogelijk naar
achteren moet staan.
U* als U, waarbij de rugleuning rechtop moet
staan. (a)
Universeel kinderzitje: kinderzitje dat in
alle auto's met de veiligheidsgordel kan
worden bevestigd.
(b) Categorie 0: vanaf de geboorte tot 10
kg.
Reiswiegen en "autobedjes" mogen
niet op de passagiersstoel vóór worden
bevestigd.
(c) Raadpleeg de wettelijke bepalingen van
uw land alvorens een kinderzitje op deze
plaats te bevestigen.
(d) Als u een kinderzitje met de rug of
het gezicht in de rijrichting op een
achterzitplaats bevestigt, moet u de
voorstoel naar voren schuiven en de
rugleuning er van rechtop zetten zodat er
voldoende ruimte is voor het kinderzitje
en de benen van het kind.
(e) Als een kinderzitje "met de rug in de
rijrichting" op de voorpassagiersstoel
is bevestigd, moet de airbag vóór aan
passagierszijde worden uitgeschakeld.
Het kind kan anders bij het afgaan van
de airbag (levensgevaarlijk) gewond
raken.
Als een kinderzitje "met het gezicht in
de rijrichting" op de voorpassagiersstoel
wordt geplaatst, moet de airbag vóór aan
passagierszijde ingeschakeld blijven.
(f ) Een kinderzitje met steun mag nooit op
deze zitplaats worden geplaatst.
Veiligheid
Page 104 of 304

102
Veiligheidsvoorschriften
De onjuiste bevestiging van een kinderzitje
brengt de veiligheid van het kind in gevaar in
geval van een botsing.
Controleer of er geen veiligheidsgordel of
gesp van de veiligheidsgordel onder het
kinderzitje zit; dat zou de stabiliteit van het
zitje in gevaar kunnen brengen.
Zorg er voor dat de veiligheidsgordels of het
tuigje van het kinderzitje, zelfs bij korte ritten,
worden vastgemaakt waarbij de speling ten
opzichte van het lichaam van het kind zoveel
mogelijk moet worden beperkt.
Zorg er bij het bevestigen van het kinderzitje
met de veiligheidsgordel voor dat de
veiligheidsgordel correct tegen het kinderzitje
is gespannen en dat de gordel het kinderzitje
stevig op zijn plaats houdt. Schuif de
passagiersstoel, wanneer deze versteld kan
worden, indien nodig naar voren.
Laat bij de achterzitplaatsen altijd voldoende
ruimte tussen de voorstoel en:
-
h
et kinderzitje "met de rug in de
rijrichting",
-
d
e voeten van het kind in het kinderzitje
"met het gezicht in de rijrichting".
Schuif daartoe de stoel naar voren en zet de
rugleuning ervan, indien nodig, meer rechtop. Voor een optimale bevestiging van het
kinderzitje met "het gezicht in de rijrichting"
is het noodzakelijk dat de afstand tussen
de rugleuning van het kinderzitje en de
rugleuning van de stoel van de auto zo klein
mogelijk is.
Verwijder de hoofdsteun alvorens een
kinderzitje met een rugleuning te plaatsen op
een passagiersstoel.
Berg de hoofdsteun zorgvuldig op om te
voorkomen dat de hoofdsteun door de auto
vliegt bij krachtig afremmen. Vergeet niet
de hoofdsteun weer te bevestigen nadat het
kinderzitje weer is verwijderd.
Kinderen voorin
De regelgeving met betrekking tot het ver voer
van kinderen op de voorpassagiersstoel
verschilt per land. Raadpleeg de in uw land
geldende regels.
Schakel de airbag vóór aan passagierszijde
uit zodra een kinderzitje met de rug in de
rijrichting op de voorpassagiersstoel wordt
geplaatst.
Het kind kan anders bij het afgaan van de
airbag levensgevaarlijk gewond raken. Plaatsen van een stoelverhoger
Het bovenste gedeelte van de autogordel
moet over de schouder van het kind liggen
zonder de hals te raken.
Controleer of de heupgordel goed over de
bovenbenen van het kind ligt.
PEUGEOT beveelt aan een stoelverhoger
met rugleuning te gebruiken voorzien van een
gordelgeleider ter hoogte van de schouder.
Laat uit veiligheidsoverwegingen:
-
g
een kinderen zonder toezicht achter in
een auto,
-
n
ooit een kind of een dier in een auto
achter wanneer alle ruiten gesloten zijn en
de auto in de zon staat,
-
d
e sleutels nooit binnen bereik van de
kinderen achter in de auto.
Gebruik de kindersloten om te voorkomen dat
de portieren en de portierruiten achter per
ongeluk geopend worden.
Zorg er voor dat de achterzijruiten niet verder
dan voor 1/3 deel worden geopend.
Plaats zonneschermen om uw jonge kinderen
tegen de zon te beschermen.
Veiligheid
Page 130 of 304

128
De aanrijding kan automatisch worden
voorkomen als het snelheidsverschil tussen
uw auto en uw voorligger maximaal 15 km/h
is.
Is het verschil groter, dan probeert het
systeem een aanrijding te voorkomen of de
kracht van de botsing te beperken door de
auto af te remmen.
Inschakelen / uitschakelen
Active City Brake kan in- of
uitgeschakeld worden via het menu
Rijverlichting / Auto .
De systeemstatus blijft na het afzetten van het
contact opgeslagen in het geheugen.
Elke keer dat het contact wordt aangezet, indien
het automatische noodremsysteem uitgeschakeld
is, wordt een tijdelijke melding weergeven die de
waarde (10
km/h) aanduidt. Schakel Active City Brake uit:
-
n
a inslagschade op de voorruit dichtbij
de detectiecamera,
-
b
ij het trekken van een aanhanger,
-
a
ls de auto wordt gesleept,
-
b
ij het naderen van een tolpoort,
-
b
ij het wassen van de auto in een
automatische wasstraat.
Grenzen van het systeem
Het systeem detecteert geen:
- v oetgangers, dieren, motorfietsen en fietsen.
-
s
tilstaande, niet-reflecterende materialen en
objecten (karton, muur enz.).
-
v
oertuigen die in een andere richting rijden.
Dit systeem wordt niet geactiveerd en grijpt niet in
als de bestuurder:
-
h
et gaspedaal diep intrapt,
-
o
f een plotselinge stuurbeweging maakt
(uitwijkmanoeuvre).
-
k
an de auto tot stilstand komen, waarna
nog ongeveer 1,5
seconde remdruk wordt
uitgeoefend zodat de bestuurder de tijd heeft
om de controle over de auto weer over te
nemen,
-
k
an de motor afslaan,
-
k
an een pompend geluid worden
waargenomen doordat het remcircuit op druk
wordt gebracht.
Storing
Ver wijder vuil, vocht of voor werpen (stickers,
bladeren,...) van de bovenzijde van de voorruit die
de laser kunnen belemmeren. Laat in de volgende gevallen de functie
controleren door het PEUGEOT-netwerk of door
een gekwalificeerde werkplaats:
-
a
ls de melding "
Storing automatisch
noodremsysteem " wordt weergegeven in
combinatie met een geluidssignaal: er is dan
een storing in het systeem gedetecteerd.
-
n
a een aanrijding wordt het systeem
automatisch uitgeschakeld; het werkt dan niet
meer. Het systeem detecteert de activering
van airbags.
Ver wijder de sensor niet, stel de sensor niet
af en test de sensor niet.
Werkzaamheden aan de sensor mogen
alleen door het PEUGEOT-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats worden
uitgevoerd.
Een beslagen voorruit of op de motorkap
opgehoopte sneeuw kan de werking van de
lasersensor verstoren. Als het gezichtsveld van
de lasersensor wordt geblokkeerd, wordt er een
melding weergegeven.
Ontwasem de voorruit en reinig regelmatig het
gedeelte van de voorruit voor de sensor.
Rijd voorzichtig onder zeer slechte
weersomstandigheden (zware regenval, hagel,
mist, sneeuw enz.). De remweg neemt dan toe
ter wijl het systeem met dezelfde rekenparameters
voor de meting blijft werken.
Rijden
Page 297 of 304

195
AAanhanger...................................... 10 6 -107, 142
Aanhangergewichten .................................... 18 4
Aansluiten MirrorLink
...........................19, 12-14
Aansluiting 12V
............................................... 64
ABS
........
......................................................... 78
Accessoires ..................................................... 75
Accu
............................... 143, 15 0 , 178, 18 0 -181
Accu laden
............................................. 179 -18 0
Achterbank
...............................
.......................53
Achterruitverwarming
..................................... 61
Achteruitrijcamera
......................................... 13 0
Achteruitrijlicht
...................................... 170, 171
Actieradius
...................................................... 32
Actieradius AdBlue
.................................... 27-2 9
Actieradius AdBlue
® ........................................ 2 7
Active City Brake
............................... .....127-128
AdBlue
® ...................................... 17, 27, 152-15 4
Additief AdBlue .............................. .................17
Afmetingen
.................................................... 191
Afstandsbediening
.............................. 3
6 -37, 39
AFU
................................................................. 78
Afzetten van de motor
........................... 108 -109
Afzonderlijk massapunt
................................ 147
Airbags
...............................
.................15, 84 , 89
Airbags vóór
........................................ 85, 87 , 90
Airconditioning
.............................................. 104
Airconditioning (handbediend)
...........55-57, 60
Airconditioning met gescheiden regeling ......57- 6 0Alarmknipperlichten ................................ 76, 157
Alarmsysteem ........................................... 41
- 4 3
Allesdragers
...............................
............14 4 -145
Antiblokkeersysteem (ABS)
............................78
Antispinregeling (ASR) ~ Antislipregeling
................................. 15, 78- 80
Apple
®-speler ............................................ 27, 11
Armleuning ...................................................... 63
Armleuning vóór
.............................................. 52
ASR
........
......................................................... 78
Audio-aansluitingen
.................................... 64, 5
Audiokabel
................................................ 26, 10
Automatische airconditioning ~ Airconditioning, automatische
.......55, 57- 6 0
Automatische ruitenwissers
............................73
Automatische transmissie ~
Versnellingsbak, automatische ...... 10
4, 114 -115 , 151
Automatisch inschakelen
alarmknipperlichten ...................................... 76
Automatisch inschakelen verlichting
........67, 69
Automatisch noodremsysteem
..............127-128
AUX-aansluiting
........................................ 26, 10
Aux-aansluitingen
............................................. 5
Aux-ingang
...................................... 26-27, 1 0 -11
BBagageruimte ............................................ 4 0 - 41
Banden ................ .................................. 104, 193
Bandenspanning
............104, 161 , 192 , 192-193
Bandenspanningscontrole (met set)
..... 1
5 8 -16 0
Bandenspanning te laag (detectie)
...............13 5
Batterij afstandsbediening vervangen ~
Afstandsbediening, batterij vervangen ....... 3
8-39
Batterij afstandsbediening ~ Afstandsbediening, batterij ....................38-39
Bediening autoradio aan stuurkolom ~ Autoradio,
bedieningen aan stuurkolom
...................... 3,
3
Bekerhouder
..............................
.....................63
Beladen
................................................. 104, 14 4
Benzinemotor
........................................ 140, 147
Binnenspiegel
............................................ 47- 4 8
BlueHDi
........................................... 27, 152 , 157
Bluetooth (handsfree set)
..........28-29, 15 -16 , 8
Bluetooth (telefoon)
........................28-30, 15 -17
Bluetooth-verbinding
...........21-22, 28-30 , 15 -17
Bochtverlichting, statisch
...........................71-72
Boordcomputer
......................................... 30-33
Brandstof
............................................... 104, 140
Brandstofniveaumeter
............................13 8 -13 9
Brandstoftank
......................................... 13 8 -13 9
Brandstof tanken
.................................... 13 8 -14 0
Brandstoftank leeg (diesel)
...........................157
Brandstofverbruik
................................... 32, 104
Brandstofvuldop ~ Brandstoftankdop
........... 13
9
Brandstofvulklep ~ Brandstoftankklep ......13 8 -13 9Buitenspiegels ........................................... 46 - 47
CCarPlay verbinding ...................................18, 13
CD ........................................................ 26-27, 11
CD MP3
......................................... 26-27, 11, 5 -7
CD-/MP3 -speler
..................................... 26,
5 -7
Centrale vergrendeling
.............................37, 40
Contact
.................................................... 109, 31
Controle motorolieniveau ~ Motorolieniveau, controle
.............................26
Controles
................................ 11
0, 147 , 15 0 -152
DDAB (Digital Audio
Broadcasting) – Digitale radio ..................25, 9
Dagrijverlichting
...............................
......167-169
Datum (instellen)
...............................
.33 , 36 , 20
Datum instellen
.................................. 33, 36 , 20
Derde remlicht
............................................... 171
Detectie te lage bandenspanning ~
Bandenspanning, detectie .......15, 13 5 -13 6 , 161
Dieselfilter ..................................................... 147
Dieselmotor ..................................... 21,
140, 157
Digitale radio – DAB (Digital Audio Broadcasting)
.................................25, 9
Dimlicht
...................................... 22, 67 , 167-169
Dimmer dashboardverlichting ~ Dashboardverlichting (dimmer)
...........34-35
Display instrumentenpaneel
......7- 8, 3 0 - 31 , 11 6
EEco-mode ~ Eco-modus ...............................143
Eco-rijden (adviezen) .................................... 104
Electronic Stability Program (ESC)
....15, 78- 80
.
Trefwoordenregister
Page 300 of 304

198
Selectiehendel handgeschakelde
versnellingsbak ~ Schakelen
elektronisch bediende versnellingsbak
......111
Serienummer auto
........................................ 192
Set voor tijdelijke bandenreparatie ~ Bandreparatieset
.15 8 -16 0
Sfeerverlichting
............................................... 62
S
jorogen
.......................................................... 65
Slepen van een auto
..............................181-183
Sleutel
....................................................... 36 -37
Sleutel met afstandsbediening
...............39, 109
SMS
................................................................. 32
Sneeuwkettingen
.......................................... 1
41
Snelheidsbegrenzer
....................... 12
1-123, 126
Snelheidsregelaar
.................................. 123 -126
Spaarfase
...................................................... 143
Starten ........................................................... 178
Starten dieselmotor ~ Dieselmotor starten
.. 14
0
Starten van de auto................ 105, 108 , 112 -115
Starten van de motor
............................10
8 -109
Stilzetten van de auto
...........................105, 108
Stoelen achter ~ Achterbank
....................53
-54
Stoelen verstellen
............................... 48
, 50-52
Stoelverwarming
...............................
..............51
Stop
................................................................. 11
Stop (verklikkerlampje)
................................... 11Stop & Start .................................
21 , 33 , 55 , 60, 11 8 -12 1 , 131, 13 8 , 145, 15 0, 181
Streaming audio Bluetooth ...................27, 11 , 7
Stuurkolomschakelaars .................................... 2
St
uurslot
........................................................ 109
Stuurwiel (verstellen)
...................................... 46
S
upervergrendeling
........................................ 38
Synchroniseren afstandsbediening
..........38-39
Synchroniseren van de afstandsbediening ~
Afstandsbediening synchroniseren
........38-39
TTankbeveiliging ............................................. 13 9
Te laag brandstofniveau ~ Brandstofniveau
................................... 13 8 -13 9
Telefoon
......................................... 28-33, 15 -18
Temperatuurregeling .................................57- 6 0
Textuurlak
...................................................... 15 6
Tijdelijke bandenspanning (met set) ~ Banden, noodreparatie
....15 8 -16 0
Tijd instellen
.................................. 33-34, 36, 20
TMC (verkeersinformatie)
............................... 14
T
oegang tot de achterbank ~ Achterbank (toegang)
.............................50-52
Toevoer van buitenlucht ~ Luchttoevoer (bediening)
........................57- 6 0
Touchscreen
......................................... 13 6, 1, 1
Trekhaak
........................................ 10 6 -107, 142
UUitschakelen airbag passagier
~ Passagiersairbag uitschakelen .....85, 89-90
USB
......................................... 26-27, 1 0 -11 , 5, 5
USB-aansluiting
...................... 64,
26, 10 , 5, 7, 5
USB-poort
......................................... 26, 10 , 5, 5
VVeiligheidsgordels ............................... 81- 83, 94
Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
................... 85,
88-90, 93, 95 , 97-10 0
Veiligheidsvoorzieningen
voor kinderen ~ Kinderen
(veiligheidsvoorzieningen)
.....85, 88-90 , 93, 95 , 97-10 0
Ventilatie ..................................... 55-57, 60, 104
Vergrendeling kofferdeksel ~ Koffer vergrendelen
................................ 4
0 - 41
Vergrendeling van binnenuit
........................... 40
V
erkeersinformatie (TA)
....................................4
Verkeersinformatie (TMC)
..............................14
Verklikkerlampje remsysteem ~ Remlampje ..11
V erklikkerlampjes ............................................ 10
Verklikkerlampje service
.................................20
Verklikkerlampje stop
...................................... 11
V
erklikkerlampjes ~ Controlelampjes
.............10
Verklikkerlampjes ~ Waarschuwingslampjes .......10Verklikkerlampje voorgloeien (diesel) ............21
Verlichting overdag ~ Dagrijverlichting
............................. 71,
167-169
Versnellingshendel
....................................... 104
Verversen
............................................... 148 -149
Verwarming
....................................... 56-57, 104
Voorgloeien (dieselmotor)
...............................21
Voor stoelen
......................................... 48, 50-52
WWaarschuwingssignaal sleutel in contact ....109
Waarschuwing vergeten verlichting ...............68
Webbrowser
.................................................... 18
W
iel demonteren
................................... 16 4 -166
Wiel monteren
....................................... 16 4 -166
Wiel verwisselen
.................................... 162-163
Wifi-netwerkverbinding
...................................22
Window-airbags
...............................
.........86 - 87
ZZekeringen ............................. 172, 174 , 176 -17 7
Zekeringen vervangen ...........172, 174 , 176 -17 7
Zekeringkast dashboard
........172, 174 , 176 -17 7
Zekeringkast motorruimte
......172, 174 , 176 -17 7
Zij-airbags
...............................
..................86 - 87
Zijknipperlicht
................................................ 170
Zonnescherm (panoramadak)
........................63
Zuinig rijden
.................................................. 104
Trefwoordenregister