service Peugeot 307 Break 2002 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2002, Model line: 307 Break, Model: Peugeot 307 Break 2002Pages: 128, PDF Size: 2.64 MB
Page 17 of 128
Op 0 zetten
Uw PEUGEOT-servicepunt zet de onderhoudsintervalindicator na elkeonderhoudsbeurt weer op 0. Als u zelf de onderhoudscontrole van uw auto heeft uitgevoerd, kan deonderhoudsintervalindicator op devolgende wijze op 0 gezet worden: zet het contact af,
druk op de resetknop van de dagteller en houd deze inge-drukt,
zet het contact aan.
de kilometerteller begint terug te tellen. Laat de knop los als de onderhouds- intervalindicator 0 aangeeft; deonderhoudssleutel verdwijnt. Belangrijk: Als u na deze handeling
de accu wilt loskoppelen, vergrendel dan de auto en wacht minimaal vijfminuten. Het resetten van de onder-houdsintervalindicator zal andersniet worden opgeslagen.
DE PEUGEOT-ONDERHOUDSCONTROLES 21
ONDERHOUD VAN SLIJTAGE-ONDERDELEN en controle van verbruikte artikelen Bepaalde belangrijke onderdelen van uw auto vragen specifieke onderhouds- controles.
- De remvloeistof dient elke 60.000 km of elke 2 jaar vervangen te worden.
- Het pollenfilter dient bij elk bezoek aan het PEUGEOT-servicepunt (onder-
houdscontroles en tussentijdse controles) of, afhankelijk van de omgeving
(stof, vervuiling, enz.), vaker gecontroleerd te worden.
- Voor de 2 liter HDI Turbo diesel motor (110 pk) moet het PEUGEOT-
servicepunt elke 80.000 km het roetfilter onderhouden en het additief-
reservoir bijvullen.
- De airbags en de pyrotechnische gordelspanners dienen elke 10 jaar
vervangen te worden.
- De bandenspanning moet minstens eens per maand bij koude banden
gecontroleerd worden.
Page 21 of 128
DE PEUGEOT-ONDERHOUDSCONTROLES25
DE PEUGEOT ONDERHOUDSCONTROLES TYPE A EN C EN DE TUSSENTIJDSE CONTROLES
TypeWerkzaamheden Omschrijving van de werkzaamhedenGarantiecontroleA C Tussentijdse controle
VERVERSEN- Motorolie verversen. - Brandstoffilter aftappen (alleen diesel). - Oliefilter. - Brandstoffilter (alleen benzine). VERVANGEN- Brandstoffilterelement (alleen diesel). - Luchtfilterelement - Bougies (alleen benzine). - Motorolie (controleren + bijvullen). - Olie handgeschakelde versnellingsbak (controleren + bijvullen). - Niveau elektrolyt in accu (controleren + bijvullen) indien niet onderhoudsvrij. NIVEAU- Ruitensproeiervloeistof (controleren + bijvullen). - Koelvloeistof (controleren + bijvullen). - Remvloeistof (controleren + bijvullen). - Stuurbekrachtigingsvloeistof (controleren + bijvullen, volgens uitvoering). - Werking verlichting en signalering. - Staat van ruiten, koplampreflectoren, lampglazen en spiegels. - Claxon. - Ruitensproeiers. - Staat van ruitenwisserbladen. - Staat en spanning van aandrijfriemen. - Werking van handrem. - Afdichting en staat van hydraulische circuits (slangen en carters). CONTROLE- Staat van rubber stofhoezen. - Remblokken. - Staat en speling van wiellagers, spoorstangen, kogels, silent blocs. - Afdichting van schokdempers. - Slijtage van remvoeringen achter. - Staat en spanning van banden (incl. reservewiel). - Emissieregeling, volgens wettelijke voorschriften (alleen benzine). - Rookgastest (alleen diesel). - Pollenfilter (volgens uitvoering). - Visuele controle van de gehele auto door een Peugeot-monteur.
SERVICE- Huurauto (indien overeengekomen).
PROEFRIT
: Alle rijomstandigheden : Bijzondere rijomstandigheden
Page 26 of 128
Verklikkerlampje te laag koelvloeistofniveau* Gekoppeld aan het verklikkerlampje verplicht stoppen STOP.
Dit lampje gaat elke keer dat het contact wordt aangezet gedurende ongeveer 3 seconden branden.
Als het lampje brandt in combinatie met een geluidssignaal en de melding" Koelvloeistof bijvullen " op het multifunctionele display, stop dan onmiddel-
lijk .
Let op: wacht tot de motor is afgekoeld alvorens koelvloeistof bij te vullen.
Het koelcircuit staat onder druk. Verklikkerlampje verplicht stoppen STOP Gekoppeld aan de verklikkerlampjes "te lage motoroliedruk", "tem- peratuur motorolie"*, "te laag koelvloeistofniveau", "te laag rem-vloeistofniveau" en "storing in systeem elektronische remdrukrege-
laar", de koelvloeistoftemperatuurmeter en het pictogram portier/motorkap/kof-
ferdeksel geopend op het multifuncionele display. Gaat elke keer dat het contact wordt aangezet branden.Als het lampje bij een draaiende motor knippert, stop dan onmiddellijk.
Raadpleeg een PEUGEOT-servicepunt.
Verklikkerlampje te lage motoroliedruk Gekoppeld aan het verklikkerlampje verplicht stoppen STOP.
Als het lampje bij een draaiende motor brandtt in combinatie met een geluidssignaal en de melding " Te lage oliedruk" of " Motorolie bijvul-
len " op het multifunctionele display, stop dan onmiddellijk.
Vul indien nodig olie bij.
Raadpleeg zo snel mogelijk een PEUGEOT-servicepunt.
CONTROLE TIJDENS HET RIJDEN Een verklikkerlampje dat constant blijft branden of bij een draaiende motor knippert, geeft aan dat er een defect is opgetreden. Het branden van som-mige lampjes gaat vergezeld van een geluidssignaal en een bericht op het
multifunctionele display. Negeer een dergelijke waarschuwing niet, maar
raadpleeg zo snel mogelijk uw PEUGEOT-servicepunt.Stop onmiddellijk indien tijdens het rijden het verklikkerlampje verplicht
stoppen (STOP) gaat branden, maar zorg ervoor dat u uw auto op een zoveilig mogelijke plaats tot stilstand brengt. Draai, om verwondingen te voorko- men, de vuldop twee omwentelingenlos om de druk te laten dalen.
Verwijder vervolgens de vuldop en vul koelvloeistof bij.
Raadpleeg een PEUGEOT-service- punt.
VERKLIKKERLAMPJE HANDREM EN TE LAAG
REMVLOEISTOFNIVEAU
Gekoppeld aan het verklikkerlampje verplicht stoppen
STOP.
Dit lampje gaat elke keer dat hetcontact wordt aangezet branden. Als het lampje gaat branden in com- binatie met een geluidssignaal eneen melding op het multifunctionele
display, wijst dit op hetzij: - "Handrem aangetrokken" , in het
geval van een (iets) aangetrokken handrem,
- "Niveau remvloeistof te laag" , in
het geval van een te laag rem-vloeistofniveau in het reservoir (alshet lampje ook brandt als de han-drem niet gebruikt wordt),
- "Storing remsysteem" , in het
geval van een storing in de elek-tronische remdrukregelaar als hettegelijk met het verklikkerlampjeABS brandt.
Stop onmiddellijk .
Raadpleeg een PEUGEOT-servicepunt.
* Volgens uitvoering.
CONTROLE TIJDENS HET RIJDEN
30
Page 27 of 128
Verklikkerlampje laden van de accu Gaat elke keer dat het contact wordt aangezet
branden. Als het lampje bij een draaiende motor brandt in combinatie met eengeluidssignaal en de melding"Storing laden accu" op het multi-
functionele display, kan dit wijzen op:
- een storing in het laadcircuit,
- loszittende aansluitingen van de accu of de startmotor,
- een gebroken of te slappe dyna- moriem,
- een defecte dynamo.
Raadpleeg een PEUGEOT-service- punt.
Verklikkerlampje
antiblokkeersysteem (ABS)
Dit lampje gaat elke keer dat
het contact wordt aangezet geduren- de 3 seconden branden. Als het lampje bij een snelheid van meer dan 12 km/h blijft branden ofgaat branden, wijst dit op een storingin het antiblokkeersysteem. De normale remwerking met rembe- krachtiging blijft toch behouden. Als het lampje gaat branden in combi- natie met een geluidssignaal en demelding "Storing ABS" op het multi-
functionele display, raadpleeg daneen PEU
GEOT-servicepunt. Verklikkerlampje storing Elektronisch Stabiliteits Programma/Anti Slip Regeling (ESP/ASR)* Dit lampje gaat elke keer dat het contact wordt aangezet gedurende 3 seconden branden.
Als het lampje bij draaiende motor blijft branden of gaat branden in combinatiemet een geluidssignaal en de melding "ESP/ASR buiten gebruik"op het multi-
functionele display, raadpleeg dan een PEUGEOT-servicepunt.Het verklikkerlampje gaat knipperen als het systeem in werking wordt gesteld enblijft branden als het systeem wordt uitgeschakeld.
Verklikkerlampje voorgloeien dieselmotor Dit lampje gaat elke keer dat het contact wordt aangezet branden.
Wacht met het starten van de motor tot het lampje uit gaat.
Verklikkerlampje water in brandstoffilter* (dieselmotor; afhankelijk van land van bestemming) Als dit lampje gaat branden in combinatie met een geluidssignaal en de melding "Water in brandstoffilter" op het multifunctionele display,
raadpleeg dan zo snel mogelijk een PEUGEOT-servicepunt. Er bestaat kans op schade aan het inspuitsysteem.
* Volgens uitvoering.
Verklikkerlampje zelfdiagnose motor Dit lampje gaat elke keer dat het contact wordt aangezet branden. Het verklikkerlampje vervuild roetfilter is gekoppeld aan het verklikker-
lampje zelfdiagnose motor.
Er verschijnt een melding op het multifunctionele display als dit lampje tijdens hetdraaien van de motor brandt in combinatie met een geluidssignaal:
- De melding " Storing emissieregeling" duidt op een storing in de emissieregeling.
- De melding " Niveau brandstofadditief laag " of "Kans op vervuiling roetfil-
ter ", duidt op een storing in het roetfilter.
Als het lampje bij draaiende motor knippert in combinatie met een geluidssignaal en de melding " Defect in katalysator " op het multifunctionele display, duidt dit
op een storing in het injectie- of het ontstekingssysteem. De katalysator kan hier-door beschadigd raken (alleen auto's met benzinemotor).
Raadpleeg zo snel mogelijk een PEUGEOT-servicepunt.
CONTROLE TIJDENS HET RIJDEN 31
Page 28 of 128
Verklikkerlampje uitschakeling airbag passagierszijde* Het lampje gaat branden in combinatie met een geluidssignaal en de melding op het multifunctionele display "Airbag aan passagierszijde
uitgeschakeld" .
Als de airbag aan passagierszijde uitgeschakeld is, gaat het verklikkerlampjebranden als het contact wordt aangezet, waarna het blijft branden.
Raadpleeg in alle gevallen dat het lampje knippert uw PEUGEOT-servicepunt.
Verklikkerlampje veiligheidsgordels Dit lampje gaat branden als de motor draait en de bestuurder zijn veilig- heidsgordel niet heeft vastgemaakt.Verklikkerlampje brandstofreserve Gaat elke keer dat het contact wordt aangezet 3 seconden branden. Als het lampje bij een draaiende motor gaat branden, klinkt een geluidssignaal en verschijnt de melding "Brandstofniveau laag"
op het multifunctionele display. Zodra dit lampje gaat branden, kunt u nog ongeveer 50 km met de resterende hoeveelheid brandstof rijden (tankinhoud: ca. 60 liter).
Als het lampje knippert, geeft dit een storing aan in de brandstofmeter.
Raadpleeg uw PEUGEOT-servicepunt.
* Volgens uitvoering.
Verklikkerlampje airbags Het lampje gaat bij het aanzetten van het contact branden en gaat na enkele seconden uit. Als het lampje gaat branden in combinatie met een geluidssignaal en
een melding " Storing airbag " op het multifunctionele display, wijst dit op hetzij:
- Een storing in de airbags van de bestuurder en de voorpassagier, of
- Een storing in de zijairbags of de window-airbags.
Raadpleeg uw PEUGEOT-servicepunt. Koelvloeistoftemperatuurmeter Wijzer in zone
A: de temperatuur is
in orde. Wijzer in zone B: de temperatuur is
te hoog. Het verklikkerlampje ver- plicht stoppen STOPgaat knipperen
in combinatie met een geluidssignaalen de melding "Temperatuur koel-
vloeistof hoog" op het multifunctio-
nele display. Stop onmiddellijk.Let op: Wacht tot de motor is afge-
koeld om indien nodig koelvloeistof bij te vullen. Het koelcircuit staat onder druk.Draai, om verwondingen te voorko- men, de vuldop twee omwentelingenlos om de druk te laten dalen.
Verwijder vervolgens de vuldop en vul koelvloeistof bij.
Raadpleeg een PEUGEOT-service- punt.
CONTROLE TIJDENS HET RIJDEN
32
Page 29 of 128
Verklikkerlampje uitschakeling airbag passagierszijde* Het lampje gaat branden in combinatie met een geluidssignaal en de melding op het multifunctionele display "Airbag aan passagierszijde
uitgeschakeld" .
Als de airbag aan passagierszijde uitgeschakeld is, gaat het verklikkerlampjebranden als het contact wordt aangezet, waarna het blijft branden.
Raadpleeg in alle gevallen dat het lampje knippert uw PEUGEOT-servicepunt.
Verklikkerlampje veiligheidsgordels Dit lampje gaat branden als de motor draait en de bestuurder zijn veilig- heidsgordel niet heeft vastgemaakt.Verklikkerlampje brandstofreserve Gaat elke keer dat het contact wordt aangezet 3 seconden branden. Als het lampje bij een draaiende motor gaat branden, klinkt een geluidssignaal en verschijnt de melding "Brandstofniveau laag"
op het multifunctionele display. Zodra dit lampje gaat branden, kunt u nog ongeveer 50 km met de resterende hoeveelheid brandstof rijden (tankinhoud: ca. 60 liter).
Als het lampje knippert, geeft dit een storing aan in de brandstofmeter.
Raadpleeg uw PEUGEOT-servicepunt.
* Volgens uitvoering.
Verklikkerlampje airbags Het lampje gaat bij het aanzetten van het contact branden en gaat na enkele seconden uit. Als het lampje gaat branden in combinatie met een geluidssignaal en
een melding " Storing airbag " op het multifunctionele display, wijst dit op hetzij:
- Een storing in de airbags van de bestuurder en de voorpassagier, of
- Een storing in de zijairbags of de window-airbags.
Raadpleeg uw PEUGEOT-servicepunt. Koelvloeistoftemperatuurmeter Wijzer in zone
A: de temperatuur is
in orde. Wijzer in zone B: de temperatuur is
te hoog. Het verklikkerlampje ver- plicht stoppen STOPgaat knipperen
in combinatie met een geluidssignaalen de melding "Temperatuur koel-
vloeistof hoog" op het multifunctio-
nele display. Stop onmiddellijk.Let op: Wacht tot de motor is afge-
koeld om indien nodig koelvloeistof bij te vullen. Het koelcircuit staat onder druk.Draai, om verwondingen te voorko- men, de vuldop twee omwentelingenlos om de druk te laten dalen.
Verwijder vervolgens de vuldop en vul koelvloeistof bij.
Raadpleeg een PEUGEOT-service- punt.
CONTROLE TIJDENS HET RIJDEN
32
Page 31 of 128
Display op het instrumentenpaneel Dit heeft na het aanzetten van het contact, 3 verschillende functies:
- onderhoudsintervalindicator (zie het desbetreffende hoofdstuk),
- motorolieniveaumeter,- kilometerteller (totale kilometerstand en dagteller). Opmerking:de totale kilometerstand en de dagteller worden gedurende dertig
seconden na het uitzetten van het contact, bij het openen van het bestuurders- portier en bij het vergrendelen en ontgrendelen van de auto weergegeven. Motorolieniveaumeter Bij het aanzetten van het contact, wordt de onderhoudsintervalindicator enkele seconden weergegeven en vervolgens gedurende ongeveer 10 seconden hetmotorolieniveau.
Maximum
Controleer het olieniveau met de peilstok. Te veel olie kan leiden
tot motorschade. Als inderdaad blijkt dat het oliepeil te hoog is,
neem dan zo spoedig mogelijk contact op met een PEUGEOT-servicepunt. Minimum Controleer het olieniveau met de peilstok en vul zonodig olie bij. De aanwijzing is alleen betrouwbaar als de auto op een vlakke,horizontale ondergrond staat en de motor minstens 10 minutenniet heeft gedraaid. Defecte motorolieniveaumeter Als het (vierkante) symbool knippert, geeft dit een defect aan de motorolieniveaumeter aan. Er bestaat grote kans op ernstigemotorschade.
Raadpleeg een PEUGEOT-servicepunt. Dimmer dashboard- verlichting Druk, tijdens het branden van de ver-lichting, op de knopom de sterkte van dedashboardverlichtingen de lichtsterkte van
het multifunctionele display te veran-
deren. Als de verlichting de zwakste(of felste) stand heeft bereikt, laatdan de knop los en druk deze ver-volgens opnieuw in om de verlichtingweer feller (of zwakker) te maken. Laat de knop los zodra de gewenste lichtsterkte is bereikt.
Nulstellingdagteller Druk, terwijl het contact aan is, deknop in.
CONTROLE TIJDENS HET RIJDEN
34
Page 55 of 128
4. Regeling luchtopbrengstDraai de knop in ŽŽnvan
de vier standen om de
gewenste luchtopbrengst te verkrijgen.
5. Toevoer van buitenlucht De luchtrecirculatie wordtingeschakeld door op deknop 5te drukken. Deze
stand dient om de toevoer
van buitenlucht bij stank en stofover-last af te sluiten. Als deze stand gebruikt wordt terwijl de airco is ingeschakeld, wordt decapaciteit van de airco vergroot. Als deze stand bij vochtig weer wordt gebruikt, bestaat het risico dat de rui-ten beslaan. Zet de knop 5, zodra de omstandig-
heden dit toelaten, weer in de stand toevoer buitenlucht, om het beslaanvan de ruiten te voorkomen. Hierbijdooft het verklikkerlampje.3. Luchtverdeling
Luchtstroom naar voorruit en zijruiten (ontwasemen -ontdooien). Ga voor het snel ontwase-
men van de voorruit en de zijruiten als volgt te werk:
Ð stel de temperatuur en de luchtop- brengst in op maximaal,
Ð sluit de middelste ventilatieroos- ters,
Ð schuif de knop van de luchttoe- voerregeling 5in de stand
"Toevoer van buitenlucht" (zodra knop 5wordt losgelaten, gaat het
verklikkerlampje branden),
Ð schakel de airconditioning in door op de toets A/C te drukken.
Luchtstroom naar voorruit,portierruiten en beenruimte.
Luchtstroom naar de been-ruimte. Luchtstroom naar interieur
(linker, rechter en middelsteventilatieroosters). Belangrijkevoorzorgsmaatregelen Zet de airconditioning 1 tot 2 keer per maand 5 tot 10 minuten aan om hetsysteem in perfecte staat te houden. Gebruik de airconditioning niet als deze niet koelt en laat het systeem
dan door uw PEUGEOT-servicepuntcontroleren.
6. Achterruitverwarming
Druk de schakelaar bij draaiende motor in om deachterruitverwarming en deverwarming van de buiten-spiegels* in te schakelen.
De achterruitverwarming gaat na ca.12 minuten automatisch uit. Druk nogmaals op de schakelaar om de achterruitverwarming opnieuwgedurende 12 minuten in te schakelen. Druk de schakelaar nogmaals in om de achterruitverwarming eerder uit teschakelen. Opmerking: de airconditioning
veroorzaakt condensvorming, waar- door er na het uitschakelen van deairconditioning een plasje wateronder de auto kan ontstaan. Dit iseen normaal verschijnsel.
* Volgens uitvoering.
UW 307 IN DETAIL 55
Page 65 of 128
De gordel heeft het mees- te effect als deze strak omhet lichaam gedragenwordt.
De gordelspanners kunnen,afhankelijk van de aard en dekracht van de aanrijding, v——r enonafhankelijk van de airbagsafgaan. Het verklikkerlampje van de air- bag op het instrumentenpaneelgaat in ieder geval branden. Laat het systeem na een aanrij- ding controleren door een
PEUGEOT-servicepunt. Het systeem is ontworpen om 10 jaar volledig operationeel tezijn. Laat het daarna vervangen.
VEILIGHEIDSGORDELS Hoogteverstelling van de veiligheidsgordels v——r Druk de knop 1in om het
bovenste bevestigingspunt omlaag te schuiven,
Schuif de knop 1omhoog om het
bovenste bevestigingspuntomhoog te schuiven.
Veiligheidsgordels omdoen Trek aan de gordel en steek de gesp in de gordelsluiting. Veiligheidsgordels v——r metpyrotechnischegordelspanners engordelkrachtbegrenzers Dankzij de toepassing van veili- gheidsgordels met gordelspannersen gordelkrachtbegrenzers is de vei-ligheid van de voorste inzittenden bijfrontale aanrijdingen nog verder ver-beterd. De gordelspanners dienenom, afhankelijk van de kracht van deaanrijding, de veiligheidsgordels ste-vig tegen de lichamen van de inzit-tenden te trekken. De veiligheidsgordels met gordel- spanners werken alleen als hetcontact is aangezet. De gordelkrachtbegrenzer beperkt de kracht waarmee de gordel tegenhet lichaam van de inzittende getrok-ken wordt.
Veiligheidsgordels achter De zitplaatsen achter zijn voorzien van drie driepuntsgordels met oprol-automaat. De gordels van de bui-tenste zitplaatsen zijn voorzien van
een gordelkrachtbegrenzer.
UW 307 IN DETAIL
64
Page 67 of 128
Codekaart Op deze kaart staat de identificatie-
code die uw PEUGEOT-servicepuntnodig heeft bij werkzaamheden aande startblokkering. De code is afge-dekt, verwijder de film alleen als ditstrikt noodzakelijk is. Bewaar de codekaart op een veili- ge plaats buiten de auto.
Waarschuwingssignaal sleutel in contact
Als het bestuurdersportier wordt Als het bestuurdersportier wordt geo-pend terwijl de sleutel nog in hetcontact steekt, klinkt er een geluid-ssignaal.Batterij van afstandsbediening vervangen Als de batterij leeg is, verschijnt in combinatie met een geluidssignaal demelding
"Batterij afstandsbediening
leeg" op het multifunctionele display.
Neem dan de schroef los en wip het huismet een muntstuk bij het oog los om bijde batterij te komen (CR 2016/3 V).
Als de afstandsbediening na het ver-vangen van de batterij niet werkt,moet deze opnieuw geprogrammeerdworden. Herprogrammeren van de afstandsbediening Zet het contact uit.
Zet het contact weer aan.
Druk meteen op de knop A.
Zet het contact uit en verwijder de sleutel uit het contactslot. Deafstandsbediening werkt nu
weer.
UW 307 IN DETAIL
66
Elektronische startblokkering Deze diefstalbeveiliging blokkeert het motormanagementsysteemzodra het contact wordt afgezet envoorkomt zo het starten van demotor bij een inbraak. In de sleutel is een chip aangebracht die over een specifieke code be-schikt. Bij het aanzetten van hetcontact moet de code van de sleutelworden herkend door de startblokke-ring, waarna de motor gestart kanworden. Bij een storing in het systeem zal,
als het contact wordt aangezet (2e stand van de sleutel), het verklikker-lampje van de centrale vergrende-lingsschakelaar op het middelstegedeelte van het dashboard snelgaan knipperen in combinatie meteen geluidssignaal en de melding"Storing elektronische startblok-kering" op het multifunctionele dis-
play. LET OP: uw auto is dan niet meer
beveiligd.Raadpleeg zo snel mogelijk een
PEUGEOT-servicepunt.