ECO mode Peugeot 508 2019 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2019, Model line: 508, Model: Peugeot 508 2019Pages: 320, PDF Size: 10.22 MB
Page 87 of 320

85
Ver war de sjorogen niet met de 
tassenhaken of de Top Tether-
bevestigingen.
Verwijderen of aanbrengen van een van de 
verplaatsbare sjorogen:
F
 V
erplaats het sjoroog naar een langwerpige 
uitsparing van de rail.
F
 N
eem de montagerichting in acht: het sjoroog 
moet verticaal naar de buitenzijde van de auto 
zijn gericht.
Opbergbak
Afhankelijk van de uitvoering bestaat het 
opbergvak uit:
-
 
e
 en noodreparatieset voor een lekke band, 
met het boordgereedschap,
-
 
e
 en reser vewiel met het boordgereedschap.
Bagageruimteverlichting
De bagageruimteverlichting gaat automatisch 
branden zodra de achterklep wordt geopend en 
dooft zodra deze wordt gesloten.
De brandduur van de bagageruimteverlichting 
hangt af van de situatie:
- 
b
 ij afgezet contact: ongeveer 10 minuten,
-
 
i
 n de eco-mode: ongeveer 30 seconden,
-
 b
ij draaiende motor: onbeperkt.Berline SW
F
 
T
 il de vloerplaat van de bagageruimte zover 
mogelijk op voor toegang tot de opbergbak.
3 
Ergonomie en comfort  
Page 129 of 320

127
Aanzetten
Als het contact aanstaat, gaat het systeem 
na een bepaalde tijd automatisch over op 
de eco-mode om de laadtoestand van de 
accu op peil te houden.
Sleutel niet herkend
Noodprocedure voor het starten
Op de stuurkolom bevindt zich een 
noodsleutellezer waarmee de motor kan 
worden gestart als het systeem de sleutel niet 
waarneemt in de detectiezone of als de batterij 
van de elektronische sleutel leeg is.
F 
Z
 et bij een handgeschakelde 
versnellingsbak  de versnellingshendel in 
de neutraalstand en trap ver volgens het 
koppelingspedaal volledig in.
F
 
S
 electeer bij een auto met een 
automatische transmissie  de stand P en 
trap ver volgens het rempedaal stevig in.
F
 
D
 ruk op de knop " START/STOP".
De motor wordt gestart.
Noodprocedure voor het afzetten 
van de motor
F Houd om het afzetten van de  motor te bevestigen de knop 
"START/STOP " ongeveer 
5
 
seconden ingedrukt.
Druk, met de elektronische sleutel van het 
Keyless entry and start-systeem in het interieur 
van de auto, zonder een pedaal in te trappen 
op de knop "
START/STOP " om het contact aan 
te zetten.F Druk op de knop " START/STOP": 
de verlichting en lampjes van het 
instrumentenpaneel gaan branden zonder dat 
de motor wordt gestart.
F
 
Druk  nogmaals  op deze knop om het contact 
af te zetten en de auto te kunnen vergrendelen.F Houd de afstandsbediening tegen de lezer. Als de elektronische sleutel niet wordt herkend 
of zich niet meer in het detectiegebied bevindt, 
verschijnt een melding op het instrumentenpaneel 
als een portier wordt gesloten of bij een poging 
om de motor af te zetten.
Als de elektronische sleutel niet werkt, neem 
dan contact op met het PEUGEOT-netwerk of 
een gekwalificeerde werkplaats.
Noodprocedure voor het 
afzetten van de motor
Uitsluitend in noodgevallen kan de motor 
geforceerd worden afgezet (zelfs tijdens het rijden).
Houd de knop " START/STOP
" ongeveer vijf 
seconden ingedrukt.
6 
Rijden  
Page 136 of 320

134
Bijzonderheden van de 
automatische stand
Voor een maximale acceleratie zonder de 
selectiehendel te bedienen moet het gaspedaal 
volledig worden ingetrapt (kickdown). 
De  transmissie schakelt automatisch terug 
of
  houdt de ingeschakelde versnelling vast 
tot
 
de motor het maximumtoerental bereikt.
Met de schakelflippers aan de stuurkolom kan 
de bestuurder tijdelijk zelf schakelen als de 
wagensnelheid en het motortoerental dit toelaten.
Bijzonderheden van de 
handbediende stand
De transmissie schakelt alleen een andere 
versnelling in als de wagensnelheid en het 
motortoerental dit toelaten.
Starten van de auto
De transmissie schakelt zelf de meest geschikte 
versnelling in, waarbij rekening wordt gehouden 
met de buitentemperatuur, het wegprofiel, 
de belading van de auto en de rijstijl van de 
bestuurder. Vanuit de stand P
:
F  
H
 oud het rempedaal volledig ingetrapt.
F  
S
 tart de motor.
F  
H
 oud het rempedaal ingetrapt en druk op de 
toets Unlock .
F  
B
 eweeg de selectiehendel twee keer naar 
achteren om de automatische stand D te 
selecteren of twee keer naar voren om de 
achteruitversnelling R in te schakelen.
Vanuit de neutraalstand N :
F  H oud het rempedaal volledig ingetrapt.
F  S tart de motor.
F
 
H
 oud het rempedaal ingetrapt, druk de 
selectiehendel naar achteren om de 
automatische stand D te selecteren of naar 
voren ter wijl u de toets Unlock  indrukt om 
de achteruit R in te schakelen.
Ver volgens, vanuit de stand D of R :
Inschakelen van de 
achteruitversnelling
F Breng de auto volledig tot stilstand.
F
 H oud het rempedaal ingetrapt en druk op de 
toets Unlock ,
F
 
S
 electeer de stand R ter wijl u het 
rempedaal ingetrapt en de toets Unlock  
ingedrukt houdt.
Permanente handmatige bediening
Inschakelen van deze stand:
Bij EAT8 zonder toets Full Park Assist en EAT6:
F
 
s
 electeer eerst de stand D ,
F
 
d
 ruk op de toets M ; het lampje van de toets 
gaat branden.
Bij EAT8 met toets Full Park Assist:
F
 
d
 ruk op de toets DRIVE MODE ,
F
 
se
 lecteer de "Handmatige" bediening: deze 
verschijnt op het instrumentenpaneel.
Uitschakelen van deze stand:
F
 
b
 eweeg de selectiehendel één keer naar 
voren om de stand D weer te selecteren.
of
F
 
d
 ruk op de toets M ; het lampje van de toets 
gaat uit.
of
F
 
s
 electeer een andere stand met de toets 
DRIVE MODE .
Contact afzetten
Zet het contact alleen af als de auto stilstaat.
Vrijloop activeren
Auto in de vrijloop zetten, met afgezette motor:
F s
electeer ter wijl de auto met draaiende motor 
stilstaat de stand N ,
F
 z
et de motor af,
F
 z
et het contact binnen 5 seconden weer aan,
F
 h
oud het rempedaal ingetrapt en beweeg de 
selectiehendel één keer naar voren of naar 
achteren om de stand N  te bevestigen en zet 
de elektrische parkeerrem handmatig vrij,
F
 zet
 het contact af.
Als u langer dan 5 seconden wacht, wordt de 
transmissie in de stand P  gezet. U moet in dat 
geval de procedure nogmaals uitvoeren.
Als u het bestuurdersportier opent ter wijl 
de stand N is geselecteerd, klinkt een 
geluidssignaal. Het geluidssignaal stopt 
zodra u het bestuurdersportier weer sluit. 
Rijden  
Page 204 of 320

202
Eco-mode
De eco-mode bepaalt de maximale 
gebruiksduur van een aantal functies om te 
voorkomen dat de accu ontladen raakt.
Nadat de motor is afgezet, kunt u een 
aantal elektrische functies zoals het audio- 
en telematicasysteem, de ruitenwissers, 
dimlichten, interieurverlichting, enz. 
gecombineerd maximaal veertig minuten 
gebruiken.
Inschakelen van deze modus
Een melding op het display van het instrumenten- 
paneel geeft aan dat de eco-mode is ingeschakeld 
en de actieve functies worden in de ruststand gezet.Als u op het moment dat de eco-mode wordt 
ingeschakeld aan het telefoneren bent, kan het 
gesprek nog gedurende ongeveer 10 minuten 
worden voortgezet via het Bluetooth-systeem 
van het audiosysteem in uw auto.
Eco-mode afsluiten
Neem de tijd die nodig is voor het starten van 
de motor in acht om een juiste lading van de 
accu te garanderen.
Vermijd het herhaaldelijk en continu starten van 
de motor om de accu bij te laden.
Als de accu ontladen is, kan de motor niet 
gestart worden.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor 
meer informatie over de 12V-accu .
De door de eco-mode uitgeschakelde functies 
worden automatisch weer ingeschakeld als de 
motor gestart wordt.
Start om de functies direct weer te kunnen 
gebruiken de motor en laat deze draaien:
-
 
m
inder dan tien minuten om de functies 
ongeveer vijf minuten te kunnen gebruiken,
-
 
m
eer dan tien minuten om de functies 
ongeveer dertig minuten te kunnen 
gebruiken.
Sneeuwkettingen
Onder winterse omstandigheden 
verbeteren sneeuwkettingen de 
tractie en het remgedrag van de 
auto.
Uitsluitend de voor wielen mogen van 
sneeuwkettingen worden voorzien. 
Een noodreser vewiel mag niet worden 
voorzien van een sneeuwketting.
Houd u altijd aan de ter plekke geldende 
regelgeving over het gebruik van 
sneeuwkettingen en de maximaal 
toegestane snelheid.
Gebruik uitsluitend kettingen die geschikt zijn 
voor het type velg van uw auto:
Montagetips
F Als u onder weg sneeuwkettingen moet  monteren, zet de auto dan langs de kant 
van de weg stil op een vlakke ondergrond.
F
 
T
 rek de parkeerrem aan en plaats eventueel 
wielblokken voor of achter de wielen om te 
voorkomen dat de auto wegglijdt.
F
 
M
 onteer de sneeuwkettingen, volg daarbij 
de aanwijzingen van de fabrikant.
F
 
R
 ijd voorzichtig weg en rijd even met een 
snelheid van maximaal 50 km/h.
F
 
Z
 et de auto stil en controleer of de kettingen 
correct gespannen zijn.
Oorspronkelijke 
bandenmaat Maximale afmeting 
van de schakels
215/60 R16 9 mm
215 / 5 5 R17 9 mm
235/45 R18
gebruik van sneeuwkettingen  niet mogelijk
(met standaard 
sneeuwkettingen)
235/40 R19
gebruik van sneeuwkettingen  niet mogelijk
(met standaard 
sneeuwkettingen)
Neem voor meer informatie over sneeuwkettingen 
contact op met het PEUGEOT-netwerk of een 
gekwalificeerde werkplaats. 
Praktische informatie  
Page 247 of 320

1
PEUGEOT Connect Radio
Multimedia audiosysteem 
– Applicaties – Bluetooth®-
telefoon
Inhoud
De eerste stappen 
 
2
St
uurkolomschakelaars   
3
M
enu's   
4
A
pplicaties   
5
R
adio   
6
D
AB-radio (Digital Audio Broadcasting)   
8
M
edia   
9
T
elefoon   
1
 0
Instellingen 
 
1
 6
Veelgestelde vragen 
 
1
 8De beschreven functies en instellingen 
kunnen afwijken van die van het systeem 
in uw auto.
Om veiligheidsredenen mag de bestuurder 
handelingen die de volle aandacht vragen, 
zoals het koppelen van een Bluetooth-
telefoon aan het Bluetooth-handsfree 
systeem van het audiosysteem, uitsluitend 
uitvoeren bij stilstaande auto
 en 
aangezet contact.
Het systeem is zodanig beveiligd dat het 
uitsluitend in uw auto functioneert.
De overgang naar de waakfase wordt 
aangekondigd door de melding Eco-
mode .
Hieronder vindt u de link naar de OSS 
(Open Source Software) -broncodes voor 
het systeem.
https://www.groupe-psa.com/fr/oss/
https://www.groupe-psa.com/en/oss/
. 
PEUGEOT Connect Radio  
Page 268 of 320

22
Instellingen
VR A AGANTWOORDOPLOSSING
Na het instellen van de bassen en hoge tonen 
wordt de ingestelde sfeer gedeselecteerd.
Na het wijzigen van de instellingen voor de 
sfeer wordt de instelling van de bassen en 
hoge tonen gereset. De instelling van de sfeer is gekoppeld aan de 
bassen en hoge tonen.
Wijzig de instelling van de bassen en de 
hoge tonen of de sfeer om de gewenste 
geluidskwaliteit te verkrijgen.
Bij het veranderen van de balans wordt de 
geluidsverdeling uitgeschakeld.
Bij het veranderen van de geluidsverdeling 
worden de instellingen van de balans 
uitgeschakeld. De geluidsverdeling is gekoppeld aan de 
balans.
Stel de balans in of kies een geluidsverdeling 
naar eigen wens.
Er is een verschil in geluidskwaliteit tussen de 
verschillende geluidsbronnen. Voor een optimale geluidskwaliteit kunnen 
de audio-instellingen worden aangepast aan 
verschillende geluidsbronnen die hoorbare 
verschillen kunnen genereren bij het 
veranderen van de bron.Controleer of de audio-instellingen zijn 
afgestemd op de geluidsbron die u gebruikt. 
Zet de audiofuncties in de middelste stand.
Na het afzetten van de motor wordt het 
systeem na enkele minuten automatisch 
uitgeschakeld. Als de motor is afgezet, blijft het audiosysteem 
nog werken zolang de laadtoestand van de 
accu dat toestaat.
In de normale uitgeschakelde stand, gaat het 
systeem na een bepaalde tijd automatisch over 
op de eco-mode om de laadtoestand van de 
accu op peil te houden.Zet het contact aan om de laadstroom van de 
accu te verhogen. 
PEUGEOT Connect Radio  
Page 269 of 320

1
PEUGEOT Connect Nav
GPS-navigatie – Applicaties 
– Multimedia-audiosysteem 
– Bluetooth
®-telefoon
Inhoud
De eerste stappen  
2
St
uurkolomschakelaars   
3
M
enu's   
4
G
esproken commando's   
5
N
avigatie   
1
 3
Online navigatie 
 
1
 5
Applicaties 
 
1
 8
Radio 
 
2
 3
DAB-radio (Digital Audio Broadcasting) 
 
2
 4
Media 
 
25
T
elefoon   
2
 7
Configuratie 
 
3
 1
Veelgestelde vragen 
 
3
 3De beschreven functies en instellingen 
kunnen afwijken van die van het systeem 
in uw auto.
Om veiligheidsredenen mag de bestuurder 
handelingen die de volle aandacht vragen, 
zoals het koppelen van een Bluetooth-
telefoon aan het Bluetooth-handsfree 
systeem van het audiosysteem, uitsluitend 
uitvoeren bij stilstaande auto en 
aangezet contact.
Het systeem is zodanig beveiligd dat het 
uitsluitend in uw auto functioneert.
De overgang naar de waakfase wordt 
aangekondigd door de melding Eco-mode
.
Hieronder vindt u de link naar de OSS 
(Open Source Software) -broncodes voor 
het systeem.
https://www.groupe-psa.com/fr/oss/
https://www.groupe-psa.com/en/oss/
. 
PEUGEOT Connect Nav  
Page 307 of 320

39
Instellingen
VR A AGANTWOORDOPLOSSING
Na het instellen van de bassen en hoge tonen 
wordt de ingestelde sfeer gedeselecteerd.
Als u de instelling van de sfeer wijzigt, worden 
de instellingen van de bassen en de hoge 
tonen gereset. De instelling van de sfeer is gekoppeld aan de 
bassen en hoge tonen.
Wijzig de instelling van de bassen en de 
hoge tonen of de sfeer om de gewenste 
geluidskwaliteit te verkrijgen.
Bij het veranderen van de balans wordt de 
geluidsverdeling uitgeschakeld.
Bij het veranderen van de geluidsverdeling 
worden de instellingen van de balans 
uitgeschakeld. De geluidsverdeling is gekoppeld aan de 
balans.
Stel de balans in of kies een geluidsverdeling 
naar eigen wens.
Er is een verschil in geluidskwaliteit tussen de 
verschillende geluidsbronnen. Voor een optimale geluidskwaliteit kunnen 
de audio-instellingen worden aangepast 
aan verschillende geluidsbronnen, die 
hoorbare verschillen kunnen genereren bij het 
veranderen van de bron.Controleer of de audio-instellingen zijn 
afgestemd op de geluidsbron die u gebruikt. 
Het is raadzaam de audiofuncties (Bass:, 
Treble:, Balans) in de middelste stand te zetten, 
de geluidssfeer "Geen" te selecteren en de 
functie Loudness in de stand "Actief " te zetten 
bij gebruik van de CD-speler en in de stand 
"Inactief " bij gebruik van de radio.
Na het afzetten van de motor wordt het 
systeem na enkele minuten automatisch 
uitgeschakeld. Als de motor is afgezet, blijft het audiosysteem 
nog werken zolang de laadtoestand van de 
accu dat toestaat.
In de normale uitgeschakelde stand, gaat het 
systeem na een bepaalde tijd automatisch over 
op de eco-mode om de laadtoestand van de 
accu op peil te houden.Start de motor om de laadstroom van de accu 
te verhogen.
Ik kan de datum en tijd niet instellen. De datum en tijd kunnen alleen worden 
ingesteld als u de synchronisatie met de 
satellieten deactiveert.Menu instellingen/Opties/Datum en tijd 
instellen. Selecteer het tabblad "Tijd" en 
deactiveer de "GPS-synchronisatie" (UTC).
. 
PEUGEOT Connect Nav  
Page 310 of 320

246
Datum (instellen) ........................................3 4, 17, 32
Detectie obstakels ............................................... 17
6
Detectie te lage bandenspanning
 
.................20, 140
Dieselmotor
 ............................ 1
4, 197, 205, 240 -241
Digitale radio – DAB (Digital Audio  Broadcasting)
 
.................................................. 8, 24
Dimlicht
 
................................................................... 22
Display instrumentenpaneel
 
................................13 8
Dodehoekbewaking
 .............................. 17
0, 174 -176
Draadloze lader
 ...................................................... 77
D
rive Assist Plus   .................................................. 151
Dynamische noodrem
 
..................................128 -131
E
Eco-mode ............................................................. 202
ECO -stand  ........................................................... 13 6
Electronic Stability Program (ESP)
  .......18, 10 0 -102
Elektrisch bedienbare achterklep
 
...................48-50
Elektrisch verstelbare stoelen
 ......................... 5
8-59
Elektronische remdrukregelaar (EBD)
 ........ 10
0 -101
Elektronische sleutel
 
......................................... 37- 3 9
Elektronisch   
stabiliteitsprogramma (ESP)
  .....................10 0 -103
Extra verwarming  .............................................. 71-73
F
Fietsendrager ....................................................... 20 4
Flacon AdBlue® .................................................... 2 11
Follow me home-verlichting  .................................. 37
Frequentie (radio)
 ............................................. 2
3 -24
Full Park Assist
 
..................................................... 188
Functie i-Cockpit
® Amplify  ......................... 60, 64- 65
Instrumentenpaneel  ..............................8, 8 -9, 26 -28
Interieurfilter ................................................... 6
6, 208
Interieurfilter (vervangen)
 
....................................208
Interieurverlichting
 
................................................. 79
ISOFIX
 
.................................................................. 11 9
ISOFIX-bevestigingen
 ......................................... 11
8
ISOFIX-kinderzitjes ....................................... 11 8 -12 0
J
Jack-aansluiting ..................................................... 25
Jack-kabel .............................................................. 25
K
Kaartenhouder .......................................................74
K aartleeslampjes ................................................... 79
K
eyless entry and start  
.....................3
7, 3 9, 125 -126
Kilometerteller
 
.................................................. 26-27
Kinderbeveiliging ........................................... 12 2-123
Kinderen
 
........................................................ 117-12 0
Kinderen (veiligheid)
 
..................................... 12 2-123
Kinderzitjes
 
............................. 1 0 4 ,  11 0 -112 ,  11 6 -117
Kinderzitjes (conventioneel)
 
.........................11 6 -117
Kinderzitjes i-Size
 
......................................... 121-12 2
Kleurcode lak
 
....................................................... 243
Klokje (instellen)
 
......................................... 34, 17, 33
Koelvloeistoftemperatuur
 
................................11,  2 4
Koelvloeistoftemperatuurmeter .............................24
Koplampen
 
........................................................... 210
G
Geheugen instellingen bestuurder .......................59
Gereedschapskist  .................................................. 85
Gewichten ..................................................... 2 3 8 - 2 41
GPS
 
........................................................................\
 14
Grootlicht
 ................................................................ 22
G
rootlichtassistent
 
 ................................................. 22
H
Handgrepen ...................................................... 5 7,  74
Handrem  ............................................................... 209
Handrem, elektrisch   
bediend
  ........................... 12-13 , 16 -17, 19, 128 -131
Handsfree achterklep  ...................................... 48, 50
Handsfree set
 
........................................ 13 -14, 27-2 8
Handsfree toegang
 
................................................ 50
Helderheid
 
.............................................................. 16
Hifisysteem
 ............................................................. 76
H
ill Start Assist   .............................................. 13 5 -13 6
Hoedenplank
 
.......................................................... 81
Hoofdsteunen achter
 
....................................... 63-64
Hoofdsteunen verstellen ........................................57
Hoofdsteunen vóór
 
................................................ 57
Hoogteverstelling veiligheidsgordels
 
..................103
Hulpoproep
 
..................................................... 9 9 -10 0
I
Identificatie ........................................................... 243
Inductielader  ........................................................... 77
Inhoud brandstoftank
 
........................................... 198
Instellen van de functies
  ..................................29-33
Instellingen bestuurder (opslaan)
 
..........................59
Instellingen van het systeem
 
...........................16
, 32 
Trefwoordenregister