sensor TOYOTA AVENSIS 2016 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2016, Model line: AVENSIS, Model: TOYOTA AVENSIS 2016Pages: 648, PDF Size: 51.07 MB
Page 258 of 648

2584-5. Toyota Safety Sense
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE)■
Omstandigheden waaronder het systeem  mogelijk werkt, zelfs als er
geen kans op een aanrijding is
In de volgende gevallen signaleert de sensor mogelijk een voorwerp, waar-
door het systeem oordeelt dat er een kans op een frontale aanrijding is en in
werking treedt.
Als er bij het begin van een bocht een voorwerp (verkeersbord, vangrail,
enz.) naast de weg aanwezig is
Als u in een bocht een tegemoetkomende auto passeert
Als u bij het links of rechts afslaan een tegemoetkomende auto passeert
Wanneer u snel een voorligger nadert
Wanneer u snel een slagboom van een elektronisch tolpoortje, van een
parkeerterrein of een andere slagboom nadert
Wanneer u een viaduct, verkeersbord, billboard, enz. nadert
Wanneer de voorzijde van de auto is verhoogd of verlaagd
Als de sensor niet goed is uitgelijnd doordat de sensor, enz. is blootge-
steld aan hevige schokken
Wanneer zich bovenop een helling een groot, niet-bewegend voorwerp
(billboard, straatlantaarn, enz.) bevindt
Wanneer zich onderaan een helling een metalen voorwerp (putdeksel,
staalplaat, enz.) bevindt
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE).book  Page 25 8  Tuesday, March 3, 2015  4:14 PM 
Page 259 of 648

2594-5. Toyota Safety Sense
4
Rijden
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE)Wanneer u een laaghangend voorwerp nadert dat de auto kan raken,
zoals een spandoek of boomtakken
Wanneer u door dichte mist of een rookwolk rijdt
Wanneer de auto wordt geraakt door water of sneeuw van een voorligger,
enz.
Wanneer op de weg een reflecterend voorwerp, hobbel, kuil, enz. aan-
wezig is
Wanneer de auto geparkeerd staat op een plaats waar zich een laaghan-
gend voorwerp bevindt ter hoogte van de sensor voor
Wanneer de auto een voorwerp (stilstaande auto, vangrail, enz.) zeer
dichtbij nadert
■ Situaties waarin het Pre-Crash Safety-systeem mogelijk niet goed werkt
Het systeem werkt in de volgende situaties mogelijk niet goed:
Bij het rijden op wegen met scherpe bochten of oneffenheden
Als een auto plotseling voor uw auto verschijnt, bijvoorbeeld op een krui-
sing
Als uw auto plotseling wordt gesneden
Als uw auto in een slip raakt
Wanneer de voorzijde van de auto is verhoogd of verlaagd
Als de voorruit vuil is of wanneer er regendruppels, damp of ijs op de
voorruit zit(ten)
Als de sensor niet goed is uitgelijnd doordat de sensor, enz. is blootge-
steld aan hevige schokken
Wanneer een voorligger een slechte reflector voor de laser is (het achter-
ste deel van de auto is verlaagd, zeer vuil, enz.)
11
12
13
14
15
16
1
2
3
4
5
6
7
8
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE).book  Page 25 9  Tuesday, March 3, 2015  4:14 PM 
Page 260 of 648

2604-5. Toyota Safety Sense
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE)Wanneer een zeer fel licht, bijvoorbeeld de zon of de koplampen van
tegemoetkomend verkeer, rechtstreeks in de sensor voor schijnt
Bij het rijden onder barre weersomstandigheden, bijvoorbeeld bij zware
regenval, mist, sneeuw of een zandstorm
Wanneer de omgeving donker is, zoals in een tunnel of 's nachts
■ Als het waarschuwingslampje PCS kn ippert en er een waarschuwings-
melding wordt weergegeven op het multi-informatiedisplay
Het Pre-Crash Safety-systeem is mogelijk tijdelijk niet beschikbaar of er is
mogelijk een storing aanwezig in het systeem.
● In de volgende situaties dooft het controlelampje, verdwijnt de melding en
treedt het systeem weer in werki ng wanneer de normale werkingsvoorwaar-
den terugkeren:
• Wanneer het gebied rondom de sensor voor heet is, bijvoorbeeld nadat de auto in de zon geparkeerd heeft gestaan
• Wanneer de voorruit is beslagen of wanneer er damp of ijs op de voorruit zit
• Als het gebied vóór de sensor voor wordt geblokkeerd, bijvoorbeeld wan-
neer de motorkap is geopend
● Als het waarschuwingslampje PCS blijft knipperen of de waarschuwings-
melding niet verdwijnt, is er mogelijk een storing aanwezig in het systeem.
Laat uw auto direct controleren door een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
■ Als de TRC en VSC zijn uitgeschakeld
●Als de TRC en VSC zijn uitgeschakeld ( Blz. 299), worden ook het Pre-
Crash Brake Assist en het Pre-Crash Brake-systeem uitgeschakeld. De
Pre-Crash-waarschuwingsfunctie werkt echter nog.
● Het waarschuwingslampje PCS gaat branden en er wordt een waarschu-
wingsmelding weergegeven op het multi-informatiedisplay. ( Blz. 534)
9
10
11
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE).book  Page 260  Tuesday, March 3, 2015  4:14 PM 
Page 263 of 648

263
4
4-5. Toyota Safety Sense
Rijden
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE)
LDA (Lane Depar ture Alert)*
Bij het rijden op een weg met rijstrookmarkering herkent dit systeem
de rijstroken met behulp van een als sensor werkende camera die de
bestuurder waarschuwt als van de rijstrook wordt afgeweken. 
Als het systeem vaststelt dat de auto  afwijkt van zijn rijstrook, waar-
schuwt het de bestuurder door middel van een zoemer en meldingen
op het multi-informatiedisplay.
Sensor voor
Druk op de toets LDA om het sys-
teem te activeren.
Het controlelampje LDA gaat bran-
den.
Druk nogmaals op de toets om het
LDA-systeem uit te schakelen.
Het LDA-systeem blijft in- of uitge-
schakeld, ook als het contact AAN
wordt gezet.
: Indien van toepassing
Overzicht van de functie
Inschakelen van het LDA-systeem
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE).book  Page 26 3  Tuesday, March 3, 2015  4:14 PM 
Page 265 of 648

2654-5. Toyota Safety Sense
4
Rijden
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE)
■Tijdelijk uitschakelen van de functies van het LDA-systeem
In de volgende gevallen worden de functies van het LDA-systeem tijdelijk uit-
geschakeld. De functies zullen weer ingeschakeld worden nadat de noodza-
kelijke bedrijfstoestanden hersteld zijn.
●De richtingaanwijzerschakelaar wordt bediend.
● De rijsnelheid wijkt af van het werkingsgebied van het LDA-systeem.
● Als de rijstrookmarkeringen niet kunnen worden herkend als de auto rijdt.
● Wanneer de Lane Departure Warning klinkt.
De Lane Departure Warning-functie zal enige seconden na activering niet
weer in werking treden, ook al verlaat de auto weer de rijstrook.
■ De Lane Departure Warning
Afhankelijk van het geluidsniveau van het audiosysteem of het geluid dat de
ventilator van de airconditioning maakt terwijl het audiosysteem of de aircon-
ditioning is ingeschakeld, is het waarschuwingsgeluid mogelijk moeilijk \
te
horen.
■ Nadat de auto in de zon heeft gestaan
Het LDA is mogelijk niet beschikbaar en er wordt gedurende een bepaalde
tijd na het wegrijden een waarschuwingsmelding ( Blz. 534) weergegeven.
Als de temperatuur in het interieur daalt en de temperatuur rondom de sensor
voor ( Blz. 263) weer geschikt is voor de werking ervan, worden de functies
geactiveerd.
■ Als er slechts aan één zijde van de  auto rijstrookmarkeringen aanwezig
zijn
De Lane Departure Warning-functie zal niet werken voor de zijde waar geen
rijstrookmarkeringen konden worden herkend.
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE).book  Page 26 5  Tuesday, March 3, 2015  4:14 PM 
Page 266 of 648

2664-5. Toyota Safety Sense
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE)■
Omstandigheden waaronder de functie mogelijk niet goed werkt
In de volgende situaties kan de sensor voor de rijstrookmarkeringen mogelijk
niet herkennen, waardoor de Lane Departure Warning-functie niet goed
werkt. Dit duidt echter niet op een storing.
●Bij een tolhuisje, zebrapad of kaartautomaat, enz.
● Bij het nemen van een scherpe bocht
● Wanneer de rijstrookmarkeringen zeer smal of breed zijn
● Wanneer de auto naar een kant overhelt als gevolg van een zware belading
of een onjuiste bandenspanning
● Wanneer de afstand tot uw voorligger zeer kort is
● Wanneer de rijstrookmarkeringen geel zijn (het systeem herkent deze
mogelijk minder goed dan de witte markeringen)
● Bij onderbroken rijstrookmarkeringen, kattenogen (verhoogde rijstrookmar-
keringen) of bij stenen
● Wanneer de rijstrookmarkeringen op een stoeprand zijn aangebracht, enz.
● Wanneer de rijstrookmarkeringen (deels) onzichtbaar zijn door zand, vuil,
enz.
● Bij schaduwen op de weg die parallel lopen aan rijstrookmarkeringen of als
de rijstrookmarkeringen door een schaduw niet zichtbaar zijn
● Bij het rijden over een zeer helder wegoppervlak, zoals beton
● Bij het rijden op een wegoppervlak dat helder is als gevolg van gereflec-
teerd licht
● Wanneer u ergens rijdt waar het licht heel snel verandert, bijvoorbeeld bij
het in- of uitrijden van een tunnel
● Wanneer zonlicht of de koplampen van tegenliggers rechtstreeks in de
cameralens schijnt
● Bij het rijden op wegen die zich splitsen of die samenkomen
● Bij het rijden op een nat wegdek als gevolg van regen, plassen op de weg\
,
enz.
● Wanneer de auto wordt blootgesteld aan sterke op- en neergaande bewe-
gingen, zoals bij het rijden over onverharde wegen of naden in het wegdek
● Wanneer de koplampen in het donker minder helder zijn als gevolg van vuil
op de lenzen of wanneer de koplampen niet goed zijn uitgelijnd
● Wanneer u op bochtige wegen of hobbelige wegen rijdt
● Tijdens het rijden op onverharde wegen
● Als de voorruit vuil is of wanneer er  regendruppels, damp of ijs op de voor-
ruit zit(ten).
●
Wanneer de verwarming warme lucht naar de voeten blaast, beslaat mogelijk
het bovenste deel van de voorruit, wat de werking negatief kan beïnvloeden.
● Wanneer bij het schoonmaken van de binnenzijde van de voorruit de lens
wordt aangeraakt of er ruitreiniger op de lens terechtkomt, kan dit de wer-
king negatief beïnvloeden.
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE).book  Page 26 6  Tuesday, March 3, 2015  4:14 PM 
Page 267 of 648

2674-5. Toyota Safety Sense
4
Rijden
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE)■
Als de banden zijn gewisseld
Afhankelijk van de gebruikte banden zijn de prestaties mogelijk niet als voor-
heen.
■ Waarschuwingsmeldinge n voor het LDA-systeem
Waarschuwingsmeldingen worden gebruikt om een storing in het systeem
aan te geven of om de bestuurder tijdens het rijden te waarschuwen.
■ Persoonlijke voorkeursinstellingen
De gevoeligheid van de sensor van het LDA-systeem kan worden gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen: 
Blz. 619)
WAARSCHUWING
■Voordat u het LDA-systeem gebruikt
Vertrouw niet uitsluitend op het LDA-systeem. Het LDA-systeem zorgt er
niet voor dat de auto automatisch rijdt en zorgt er ook niet voor dat u zelf
minder hoeft op te letten. De bestuurder dient als zodanig volledige verant-
woordelijkheid te nemen voor het overzien van zijn/haar omgeving, voor het
bedienen van het stuurwiel om de rijlijn te corrigeren en voor het veilig rij-
den.
Onjuist of nalatend rijgedrag kan resulteren in een ongeval.
■ Onbedoelde werking van de LDA vermijden
Schakel het LDA-systeem uit met de toets LDA wanneer u het systeem niet
gebruikt.
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE).book  Page 26 7  Tuesday, March 3, 2015  4:14 PM 
Page 269 of 648

269
4
4-5. Toyota Safety Sense
Rijden
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE)
Automatic High Beam-systeem
Duw de hendel van u af terwijl de
lichtschakelaar in de stand 
staat.
Het controlelampje van het Auto-
matic High Beam-systeem gaat
branden als de koplampen auto-
matisch worden ingeschakeld om
aan te geven dat het systeem is
ingeschakeld.
: Indien van toepassing
Het Automatic High Beam-systeem maakt gebruik van een inge-
bouwde sensor voor om de helderheid van bijvoorbeeld de
straatverlichting en de verlichting van tegenliggers en voorlig-
gers te meten, en schakelt indien nodig automatisch het groot-
licht in of uit.
Inschakelen van het Automatic High Beam-systeem
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE).book  Page 26 9  Tuesday, March 3, 2015  4:14 PM 
Page 272 of 648

2724-5. Toyota Safety Sense
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE)
■Het Automatic High Beam-systeem kan worden ingeschakeld als
Het contact AAN staat.
■ Informatie werking camerasensor
●In de volgende omstandigheden wordt het grootlicht mogelijk niet automa-
tisch uitgeschakeld:
• Als plotseling een tegenligger uit een bocht opdoemt
• Als plotseling een andere auto voor de eigen auto invoegt
• Als tegenliggers of voorliggers aan  het zicht zijn onttrokken als gevolg
van een reeks bochten, wegafscheidingen of bomen langs de weg
● Het grootlicht kan automatisch worden uitgeschakeld als een tegenligger
wel de mistlampen vóór, maar niet de koplampen heeft ingeschakeld.
● Het grootlicht kan automatisch worden uitgeschakeld door de aanwezigheid
van huisverlichting, straatverlichting, verkeerslichten of verlichte rec\
lame-
borden.
● De volgende factoren kunnen invloed hebben op de reactietijd van het sys-
teem:
• De helderheid van koplampen, mistlampen en achterlichten van tegenlig-
gers en voorliggers
• De beweging en richting van tegenliggers en voorliggers
• Als de verlichting van een tegenligger of voorligger slechts aan één kant werkt
• Als een tegenligger of voorligger een voertuig op twee wielen betreft
• De toestand van de weg (stijgingspercentage, bochten, toestand van het wegdek, enz.)
• Het aantal inzittenden en de hoeveelheid bagage
● Het grootlicht kan op voor de bestuurder onverwachte momenten worden
in- en uitgeschakeld.
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE).book  Page 27 2  Tuesday, March 3, 2015  4:14 PM 
Page 273 of 648

2734-5. Toyota Safety Sense
4
Rijden
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE)●
In de volgende omstandigheden is het mogelijk dat het systeem de helder-
heid van het omgevingslicht niet corr ect detecteert, waardoor het grootlicht
kan gaan knipperen of voetgangers worden blootgesteld aan het grootlicht.
Het is daarom raadzaam om het grootlicht handmatig in en uit te schakelen
in plaats van blindelings te vertrouwen op de werking van het Automatic
High Beam-systeem.
• Bij slecht weer (regen, mist, sneeuw, zandstormen, enz.)
• Het zicht door de voorruit wordt belemmerd door mist, wasem, ijs, vuil, enz.
• De voorruit is gebarsten of beschadigd.
• De sensor voor is vervormd of vuil.
• De temperatuur van de sensor voor is extreem hoog.
• De helderheid van het omgevingslicht komt overeen met die van koplam- pen, achterlichten of mistlampen.
• Tegenliggers hebben de koplampen of voorliggers hebben de achterlich-
ten niet ingeschakeld of de lampen zijn vuil, hebben een andere kleur of
zijn niet correct afgesteld.
• In gebieden waar lichte en donkere stukken elkaar afwisselen.
• Als geregeld en herhaaldelijk over stijgende en dalende wegen wordt gereden, of over wegen met een slecht of oneffen wegdek (zoals klinker-
wegen, zandwegen, enz.)
• Als geregeld en herhaaldelijk over bochtige wegen wordt gereden.
• Er bevindt zich een sterk spiegelend voorwerp, zoals een spiegel, voor de auto.
• De achterzijde van een voorligger is sterk spiegelend, zoals een contai- ner op een truck.
• De koplampen van de auto zijn beschadigd of vuil.
• De auto helt naar één kant over door bijvoorbeeld een lekke band of ligt aan de achterzijde wat lager doordat een aanhanger is aangekoppeld.
• De bestuurder meent dat andere bestuurders of voetgangers last hebben
van het grootlicht.
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE).book  Page 27 3  Tuesday, March 3, 2015  4:14 PM