air condition TOYOTA C-HR 2016 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2016, Model line: C-HR, Model: TOYOTA C-HR 2016Pages: 812, PDF Size: 58.06 MB
Page 386 of 812

3864-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_OM_Europe_OM10528E■
Rijmodi
●
NORMAL-modus
Biedt een optimale balans tuss en brandstofverbruik, laag
geluidsniveau en dynamische prestaties. Geschikt voor rijden in
de stad.
● SPORT-modus
Regelt de transmissie en de moto r voor een snelle en krachtige
acceleratie. In deze modus wordt ook het stuurgevoel gewijzigd,
waardoor deze modus geschikt is voor wanneer wendbaarheid is
gewenst, bijvoorbeeld bij het r ijden op zeer bochtige wegen.
Wanneer de sportmodus wordt geselecteerd, gaat het controlelamp je
SPORT op het multi-informatiedisplay branden.
● ECO-modus
Helpt de bestuurder op milieuvriendelijke wijze te accelereren en
het brandstofverb ruik te verlagen door e en gematigde afstelling
van de smoorklep en door het regelen van de werking van de air-
conditioning (verwarmen/koelen).
Wanneer de ECO-modus wordt geselecteerd, gaat het controle-
lampje ECO MODE op het multi-informatiedisplay branden.
Terwijl de airconditioning wordt gebruikt, schakelt het systeem automa-
tisch over naar de ECO-modu s van de airconditioning (
→Blz. 573), zodat
er tijdens het rijden nog minder brandstof wordt verbruikt.
■ Wanneer u de ECO-modus/SPORT-modus uitschakelt
●Selecteer nogmaals de rijmodus. De SPORT-modus wordt automatisc h uit-
geschakeld wanneer het contact UIT wordt gezet.
● De NORMAL-modus en de ECO-modus worden echter niet automatisch uit-
geschakeld totdat een andere rijmodus wordt geselecteerd, zelfs niet als het
contact UIT wordt gezet.
C-HR_OM_Europe_OM10528E.book Pag e 386 Tuesday, September 6, 2016 4:16 PM
Page 414 of 812

4144-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_OM_Europe_OM10528E
■De Toyota Parking Assist-sensor kan worden gebruikt als
Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop:
Het contact AAN staat.
Auto's met Smart entry-systeem en startknop:
Het contact AAN staat.
●Hoeksensoren voor/binnenste sensoren voor:
• Auto's met Multidrive CVT: De selectiehendel staat in een ande re stand
dan P.
• De rijsnelheid is ongeveer 10 km/h of lager
● Zijsensoren voor/zijsensoren achter:
• Auto's met Multidrive CVT: De selectiehendel staat in een ande re stand
dan P.
• De rijsnelheid is ongeveer 10 km/h of lager
• Het stuurwiel wordt ongeveer 90° of meer gedraaid
● Hoeksensoren achter/binnenste sensoren achter:
De selectiehendel in stand R staat.
■ Detectie-informatie sensoren
●Het detectiegebied van de sensor is beperkt tot het gebied rond de bumpers
van de auto.
● Afhankelijk van de vorm van het obstakel en andere factoren kan de detec-
tieafstand korter worden of kan detectie onmogelijk zijn.
● Mogelijk worden obstakels niet gesignaleerd als deze zich te di cht bij de
sensor bevinden.
● Tussen het signaleren van een object en de weergave zit een kle ine vertra-
ging. Zelfs wanneer u met een lage snelheid rijdt en u een obst akel te dicht
nadert voordat het display en de zoemer worden geactiveerd, wor den het
display en de zoemer mogelijk helemaal niet geactiveerd.
● Smalle paaltjes of objecten die lager zijn dan de sensor worden mogelijk
niet gesignaleerd wanneer u ze nadert, zelfs als ze eenmaal zijn gesigna-
leerd.
● Het kan moeilijk zijn om de geluidssignalen te horen als de aud io-installatie
hard staat of als de luchtcirculatie van de airconditioning vee l geluid produ-
ceert.
C-HR_OM_Europe_OM10528E.book Pag e 414 Tuesday, September 6, 2016 4:16 PM
Page 471 of 812

4714-6. Rijtips
4
Rijden
C-HR_OM_Europe_OM10528E
Voer, afhankelijk van de omstandigheden, de volgende handelingen
uit:
● Probeer een vastgevroren ruit niet met kracht te openen en zet de
ruitenwissers niet aan als deze v astgevroren zijn. Giet warm water
over het bevroren gedeelte om he t ijs te laten smelten. Veeg het
water direct weg om te voo rkomen dat het bevriest.
● Verwijder de eventueel aanwezige sneeuw van de luchtinlaten voor
de voorruit om zeker te kunnen zijn van een juiste werking van de
aanjager van het airconditioningsysteem.
● Controleer of er sprake is van ijs- of sneeuwophopingen op de v er-
lichting aan de buitenzijde, op het dak, op het chassis, rond d e ban-
den of op de remmen, en verwij der deze indien dat het geval is.
● Verwijder sneeuw en modder van de onderzijde van uw schoenen
voordat u in de auto stapt.
Verhoog de snelheid geleidelijk, houd een veilige afstand tusse n u en
uw voorligger en pas de snelheid aan aan de conditie van de weg.
Voordat u met de auto gaat rijden
Tijdens het rijden
C-HR_OM_Europe_OM10528E.book Pag e 471 Tuesday, September 6, 2016 4:16 PM
Page 549 of 812

5495-9. Bluetooth®-telefoon
5
Audiosysteem
C-HR_OM_Europe_OM10528E
■Tijdens het telefoongesprek
●Praat niet terwijl uw gesprekspartner praat.
● Stel het volume van de stem van uw gesprekspartner laag in. Als het
volume te hoog staat, wordt de stemecho sterker.
■ Automatische volumeregeling
Als de rijsnelheid 80 km/h of meer bedraagt, wordt het volume a utomatisch
verhoogd. Het volume keert terug naar het niveau van de vorige volume-
instelling als de rijsnelheid naar 70 km/h of minder daalt.
■ Functies telefoonsysteem
Afhankelijk van de mobiele telefoon zijn sommige functies mogel ijk niet
beschikbaar.
■ Omstandigheden waaronder uw gesprekspartner u mogelijk niet goe d
verstaat
● Tijdens het rijden op een hobbelige weg
● Tijdens het rijden met hoge snelheden
● Wanneer lucht uit de uitstroomopeningen tegen de microfoon word t gebla-
zen
● Wanneer de ventilator van de airconditioning veel geluid maakt
C-HR_OM_Europe_OM10528E.book Pag e 549 Tuesday, September 6, 2016 4:16 PM
Page 559 of 812

559
6
Voorzieningen
in het interieur
C-HR_OM_Europe_OM10528E 6-1. Gebruik van de
airconditioning en de
achterruitverwarming
Handmatig bediende airconditioning ................. 560
Automatische airconditioning ................. 566
Stuurwielverwarming/ stoelverwarming .............. 577
6-2. Gebruik van de interieurverlichting
Overzicht interieurverlichting ........... 580
• Interieurverlichting ......... 581
• Leeslampjes .................. 581
6-3. Gebruik van de opbergmogelijkheden
Overzicht van opbergmogelijkheden ...... 583
• Dashboardkastje ........... 584
• Consolevak.................... 584
• Fleshouders................... 585
• Bekerhouders ................ 586
Voorzieningen in de bagageruimte .......... 587 6-4. Gebruik van de overige
voorzieningen in het
interieur
Overige voorzieningen in het interieur .................. 595
• Zonnekleppen................ 595
• Make-upspiegels ........... 595
• Klok ............................... 596
• Accessoireaansluiting.... 597
• Handgrepen................... 598
C-HR_OM_Europe_OM10528E.book Pag e 559 Tuesday, September 6, 2016 4:16 PM
Page 560 of 812

5606-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
C-HR_OM_Europe_OM10528E
Handmatig bediende airconditioning∗
Deze afbeeldingen hebben betrekkin g op een auto met linkse bestu-
ring.
De positie en vorm van toetsen kunnen iets afwijken bij auto's met
rechtse besturing.
■Wijzigen van de ingestelde temperatuur
Temperatuur verhogen
Temperatuur verlagen
∗: Indien aanwezig
Bedieningspaneel airconditioning
1
2
C-HR_OM_Europe_OM10528E.book Pag e 560 Tuesday, September 6, 2016 4:16 PM
Page 561 of 812

5616-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
6
Voorzieningen in het interieur
C-HR_OM_Europe_OM10528E■
Instellen van de aanjagersnelheid
Aanjagersnelheid verhogen
Aanjagersnelheid verlagen
Druk op om de aanjager
uit te schakelen.
■
Wijzigen van de luchtcirculatiemodus
Beweeg de luchtcirculatieknop
omhoog of omlaag om de lucht-
circulatiemodus te wijzigen.
Iedere keer dat de knop wordt
bediend, worden er andere uit-
stroomopeningen geselecteerd.
Er stroomt lucht naar het
bovenlichaam.
Er stroomt lucht naar het
bovenlichaam en de voeten.
Er stroomt lucht naar de voe-
ten.
Er stroomt lucht naar de voe-
ten en de voorruitverwarming
is in werking.
1
2
1
2
3
4
C-HR_OM_Europe_OM10528E.book Pag e 561 Tuesday, September 6, 2016 4:16 PM
Page 562 of 812

5626-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
C-HR_OM_Europe_OM10528E■
Schakelen tussen buitenlucht
modus en recirculatiemodus
Druk op .
Iedere keer als op wordt gedrukt, schakelt de luchttoevoer tussen
de buitenluchtmodus (controlelampje uit) en de recirculatiemodu s (con-
trolelampje aan).
■
Ontwasemen van de voorruit
De ruitverwarming wordt gebruikt om de voorruit en de zijruiten
voor te ontwasemen.
Druk op .
De ontvochtigingsfunctie werkt en de aanjagersnelheid neemt toe.
Zet, als de recirculatiemodus is ingeschakeld, de luchttoevoert oets in de
buitenluchtmodus. (Mogelijk gaat dit automatisch.)
Verhoog de aanjagersnelheid en de temperatuur om de voorruit en zij-
ruiten voor sneller te ontwasemen.
Druk wanneer de voorruit is ontwasemd nogmaals op om terug te
keren naar de vorige modus.
■
Ontwasemen van de achterruit en buitenspiegels
De achterruit- en buitenspiegelverwarming worden gebruikt om de
achterruit te ontwasemen en om regendruppels, dauw en ijs van d e
buitenspiegels te verwijderen.
Druk op .
De achterruit- en buitenspiegelverwarming wordt na een tijdje a utoma-
tisch uitgeschakeld.
Overige functies
C-HR_OM_Europe_OM10528E.book Pag e 562 Tuesday, September 6, 2016 4:16 PM
Page 563 of 812

5636-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
6
Voorzieningen in het interieur
C-HR_OM_Europe_OM10528E■
Plaats van uitstroomopeningen
De uitstroomopeningen en
luchthoeveelheid veranderen
overeenkomstig de geselec-
teerde luchtcirculatiemodus.
(
→ Blz. 561)
: Sommige uitvoeringen
■Afstellen van de stand en de mate van opening van de uit-
stroomopeningen
Directe luchtstroom naar
links of rechts, boven of
beneden.
Draai de knop om de uit-
stroomopening te openen of
te sluiten.
Uitstroomopeningen
1
2
C-HR_OM_Europe_OM10528E.book Pag e 563 Tuesday, September 6, 2016 4:16 PM
Page 564 of 812

5646-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
C-HR_OM_Europe_OM10528E
■Beslaan van de ruiten
●Wanneer de luchtvochtigheid in de auto hoog is, zullen de ruite n gemakke-
lijk beslaan.
Wanneer op wordt gedrukt, wordt de lucht die via de uitstroomo pe-
ningen stroomt, ontvochtigd en wordt de voorruit efficiënt ontwasemd.
● Als u uitschakelt, zullen de ruiten mogelijk sneller beslaan.
● De ruiten zullen mogelijk beslaan als de recirculatiemodus is ingeschakeld.
■ Buitenlucht-/recirculatiemodus
●Zet bij het rijden op stoffige wegen, in tunnels of in druk ver keer in de
recirculatiemodus. Zo wordt voorkomen dat er buitenlucht de aut o in
stroomt. Wanneer tijdens het koelen de recirculatiemodus wordt ingescha-
keld, wordt ook het interieur van de auto effectief gekoeld.
● Mogelijk wordt de buitenluchtmodus/recirculatiemodus automatisc h inge-
schakeld afhankelijk van de ingestelde temperatuur of de temper atuur in de
auto.
■ Wanneer de buitentemperatuur tot bijna 0°C daalt
De ontwasemingsfunctie werkt mogelijk niet, ook niet als op wordt
gedrukt.
■ Geuren ventilatie en airconditioning
●Zet de airconditioning in de buitenluchtmodus om frisse lucht b innen te
laten.
● Tijdens het gebruik kunnen verschillende geuren van binnen en buiten de
auto in het airconditioningsysteem terechtkomen. Dit kan tot gevolg hebben
dat de lucht die uit de uitstroomopeningen komt niet lekker ruikt.
● Het voorkomen van mogelijke geuren:
We raden u aan het airconditioningsysteem in de buitenluchtmodu s te zet-
ten voordat u de motor uitschakelt.
■ Interieurfilter
→Blz. 649
C-HR_OM_Europe_OM10528E.book Pag e 564 Tuesday, September 6, 2016 4:16 PM