dashboard TOYOTA COROLLA HATCHBACK 2019 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2019, Model line: COROLLA HATCHBACK, Model: TOYOTA COROLLA HATCHBACK 2019Pages: 690, PDF Size: 111.12 MB
Page 16 of 690

15
COROLLA_TMUK_EEOverzicht
■
Dashboard (auto's met linkse besturing)
Contact ........................................................ ............................. Blz. 264, 265
Starten van de motor/wijzigen van de stand van het contact
*1.......... Blz. 264
Starten van de motor/wijzigen van de stand van het contact
*2.......... Blz. 265
Noodstop van de motor .......................................... ............................ Blz. 591
Wanneer de motor niet wil aanslaan ............................. ..................... Blz. 634
Waarschuwingsmeldingen ................................................................. Blz. 608
Selectiehendel ................................................. ........................ Blz. 270, 273
Wijzigen van de schakelstand ................................... ................. Blz. 270, 273
Voorzorgsmaatregelen bij slepen ................................ ....................... Blz. 593
Als de selectiehendel niet in een andere stand kan worden gezet
*3.. Blz. 271
Tellers ........................................................................................ Blz. 113, 117
Aflezen van de tellers/afstellen van de verlichting van het
instrumentenpaneel ............................................. ....................... Blz. 113, 117
Waarschuwingslampjes/controlelampjes ........................... ................ Blz. 108
Wanneer een waarschuwingslampje gaat branden ................... ........ Blz. 599
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12L25E.book Page 15 Thursday, November 8, 2018 10:31 AM
Page 23 of 690

22
COROLLA_TMUK_EEOverzicht
■
Dashboard (auto's met rechtse besturing)
Contact ........................................................ ............................. Blz. 264, 265
Starten van de motor/wijzigen van de stand van het contact
*1.......... Blz. 264
Starten van de motor/wijzigen van de stand van het contact
*2.......... Blz. 265
Noodstop van de motor .......................................... ............................ Blz. 591
Wanneer de motor niet wil aanslaan ............................. ..................... Blz. 634
Waarschuwingsmeldingen ................................................................. Blz. 608
Selectiehendel ................................................. ........................ Blz. 270, 273
Wijzigen van de schakelstand ................................... ................. Blz. 270, 273
Voorzorgsmaatregelen bij slepen ................................ ....................... Blz. 593
Als de selectiehendel niet in een andere stand kan worden gezet
*3.. Blz. 271
Tellers ........................................................................................ Blz. 113, 117
Aflezen van de tellers/afstellen van de verlichting van het
instrumentenpaneel ............................................. ....................... Blz. 113, 117
Waarschuwingslampjes/controlelampjes ........................... ................ Blz. 108
Wanneer een waarschuwingslampje gaat branden ................... ........ Blz. 599
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12L25E.book Page 22 Thursday, November 8, 2018 10:31 AM
Page 42 of 690

41
1
COROLLA_TMUK_EE 1-1. Voor een veilig gebruik
Veiligheid en beveiliging
■Wanneer moet u contact opnemen
met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uit-
geruste deskundige
In de volgende gevallen zal controle en/of
reparatie van de auto nodig zijn. Neem zo
snel mogelijk contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
●Nadat een of meer airbags zijn geacti-
veerd.
●De voorzijde van de auto is beschadigd
of vervormd of de auto was betrokken bij
een ongeval dat niet van zodanige aard
was dat de airbags vóór werden geacti-
veerd.
●Bij beschadiging of vervorming van een
gedeelte van een portier of het omlig-
gende gebied, wanneer er een gat in is
gemaakt of bij een ongeval dat niet van
zodanige aard was dat de side airbags
en curtain airbags werden geactiveerd.
●Bij krassen, scheuren of andere bescha-
digingen aan het stuurwielkussen of het
dashboard bij de voorpassagiersairbag
of het onderste gedeelte van het instru-
mentenpaneel.
●Bij krassen, scheuren of andere bescha-
digingen aan de zijkant van de leuning
van een voorstoel met een side airbag.
●Bij krassen, scheuren of andere bescha-
digingen in het deel van de voor- en
achterstijl en de daklijstbekleding met de
SRS-curtain airbags.
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12L 25E.book Page 41 Thursday, November 8, 2018 10:31 AM
Page 43 of 690

42
COROLLA_TMUK_EE1-1. Voor een veilig gebruik
WAARSCHUWING
■Voorzorgsmaatregelen airbags
Neem met betrekking tot de airbags de
volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voor-
zorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot
gevolg hebben.
●Alle inzittenden dienen hun veilig-
heidsgordel op de juiste manier te
dragen.
De airbags zijn aanvullende middelen
die samen met de veiligheidsgordels
gebruikt moeten worden.
●De bestuurdersairbag wordt met een
aanzienlijke kracht geactiveerd, waar-
door ernstig letsel kan ontstaan,
vooral wanneer de bestuurder zich
erg dicht bij de airbag bevindt.
Het gevaarlijkst bij de activering van de
airbag zijn de eerste 50 - 75 mm; door
een afstand van minimaal 250 mm tot
het stuurwiel aan te houden, hanteert u
een veilige marge. Dit is de afstand
gemeten vanaf het midden van het
stuurwiel tot aan uw borstbeen. Als u nu
minder dan 250 mm van de airbag zit,
kunt u uw zitpositie op verschillende
manieren wijzigen:
• Plaats uw stoel zo ver mogelijk naar achteren terwijl de pedalen nog goed
kunnen worden bediend.
• Zet de rugleuning iets achterover. Hoewel auto's verschillen, verkrijgen
veel bestuurders, zelfs met de
bestuurdersstoel helemaal naar
voren, de afstand van 250 mm door
simpelweg de rugleuning iets achter-
over te zetten. Als u door het achter-
over zetten van uw stoel de weg niet
goed meer kunt zien, kunt u een ste-
vig, niet-glad kussen gebruiken om
hoger te zitten, of uw stoel hoger zet-
ten wanneer uw auto deze mogelijk-
heid biedt.
• Als het stuurwiel verstelbaar is, kantel het dan naar beneden. Hierdoor wijst
de airbag naar uw borst in plaats van
naar uw hoofd en nek.
De stoel dient te worden afgesteld zoals
hierboven aanbevolen, terwijl de peda-
len en het stuurwiel nog steeds goed
bediend kunnen worden en u het instru-
mentenpaneel nog goed kunt zien.
●De voorpassagiersairbag wordt ook
met een aanzienlijke kracht geacti-
veerd waardoor ernstig letsel kan ont-
staan, vooral wanneer de
voorpassagier zich erg dicht bij de air-
bag bevindt. De voorpassagiersstoel
dient zo ver mogelijk van de airbag af
te staan, met de rugleuning rechtop.
●Kinderen die niet goed op de stoel zit-
ten en/of niet goed vastzitten, kunnen
ernstig letsel oplopen door een geac-
tiveerde airbag. Gebruik de veilig-
heidsgordels nooit voor baby's of
kleine kinderen, maar zet hen goed
vast in een baby- of kinderzitje.
Toyota beveelt ten zeerste aan dat
alle kinderen op de achterstoelen
plaatsnemen en op de juiste wijze
vastzitten. Achterin zitten kinderen
veiliger dan op de voorpassagiers-
stoel. ( →Blz. 48)
●Ga niet op het puntje van de stoel zit-
ten en leun niet op het dashboard.
●Laat een kind niet op de voorpassa-
giersstoel staan of bij een voorpassa-
gier op schoot zitten.
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12L 25E.book Page 42 Thursday, November 8, 2018 10:31 AM
Page 44 of 690

43
1
COROLLA_TMUK_EE 1-1. Voor een veilig gebruik
Veiligheid en beveiliging
WAARSCHUWING
●Sta niet toe dat voorpassagiers voor-
werpen op hun knieën vasthouden.
●Leun niet tegen het portier, de dakzij-
rail en de voor-, midden- en achter-
stijl.
●Laat niemand knielen op de passa-
giersstoel in de richting van het por-
tier of hoofd en handen buiten de
auto steken.
●Bevestig niets aan en laat niets rus-
ten tegen componenten als het dash-
board, het stuurwielkussen of het
onderste deel van het dashboard.
Dergelijke voorwerpen kunnen als
een projectiel worden gelanceerd als
de bestuurdersairbag, de voorpassa-
giersairbag en de knie-airbag worden
geactiveerd.
●Bevestig niets aan het portier, de
voorruit, de zijruiten, de voor- en ach-
terstijl, de dakzijrail of de handgreep.
(Behalve het label voor de snelheids-
beperking
→Blz. 613)
●Auto's zonder Smart entry-systeem
en startknop: Bevestig geen zware,
scherpe of harde voorwerpen zoals
sleutels of accessoires aan de con-
tactsleutel. De voorwerpen kunnen
het activeren van de knie-airbag hin-
deren, of weggeslingerd worden in de
richting van de bestuurdersstoel door
de kracht waarmee de airbag wordt
geactiveerd.
●Hang geen kleerhangers of andere
harde voorwerpen aan de kleding-
haakjes. Dergelijke voorwerpen kun-
nen als een projectiel gelanceerd
worden en ernstig letsel veroorzaken
wanneer de curtain airbags geacti-
veerd worden.
●Zorg ervoor dat de knie-airbag voor
de bestuurder niet door iets wordt
afgedekt.
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12L 25E.book Page 43 Thursday, November 8, 2018 10:31 AM
Page 45 of 690

44
COROLLA_TMUK_EE1-1. Voor een veilig gebruik
WAARSCHUWING
●Gebruik geen accessoires op de stoe-
len die het gedeelte van de stoel
waarin de side airbags aanwezig zijn
afdekken omdat dat een negatieve
invloed kan hebben op een juiste wer-
king van de side airbags. Dergelijke
accessoires kunnen tot resultaat heb-
ben dat de side airbags niet op de
juiste wijze geactiveerd worden, hele-
maal niet geactiveerd worden of per
ongeluk geactiveerd worden, waar-
door ernstig letsel kan ontstaan.
●Oefen geen overmatige kracht uit op
delen waarin onderdelen van het air-
bagsysteem aanwezig zijn of op de
voorportieren.
Als dat wel gebeurt, kunnen er storin-
gen aan de SRS-airbags ontstaan.
●Raak onderdelen v
an het airbagsys-
teem niet aan direct nadat de airbags
geactiveerd zijn, omdat deze heet
kunnen zijn.
●Als u na het activeren van de airbags
moeilijkheden met de ademhaling
ondervindt, open dan een portier of
ruit om frisse lucht binnen te laten of
verlaat de auto als u dat op een vei-
lige manier kunt doen. Als er poeder-
deeltjes op uw huid zijn
terechtgekomen, was deze er dan zo
snel mogelijk af om huidirritatie te
voorkomen.
●Als de delen van de auto waarin air-
bags ondergebracht zijn, zoals het
stuurwielkussen en de bekleding van
de voor- en achterstijlen, beschadigd
of gescheurd zijn, laat deze dan ver-
vangen door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur
of een andere naar behoren gekwali-
ficeerde en uitgeruste deskundige.
■Wijzigingen aan en afvoeren van
onderdelen van het SRS-airbag-
systeem
Voer uw auto niet af en voer geen van
onderstaande veranderingen uit zonder
eerst een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige te raadplegen. De airbags
kunnen defect raken of per ongeluk
worden geactiveerd (opgeblazen),
waardoor ernstig letsel kan ontstaan.
●Plaatsen, verwijderen, demonteren
en repareren van de airbags
●Reparatie, aanpassing, verwijdering
of vervanging van stuurwiel, instru-
mentenpaneel, dashboard, stoelen of
stoelbekleding, voor-, midden- en
achterstijlen, dakzijrails, voorportier-
panelen, voorportierbekleding of luid-
sprekers in de voorportieren
●Aanpassing van het voorportierpa-
neel (bijvoorbeeld een gat erin
maken)
●Reparaties of wijzigingen aan het
voorspatbord, de voorbumper of de
zijkant van het passagierscomparti-
ment
●Plaatsen van een bullbar, sneeuw-
ploeg of lier
●Wijzigingen aan de wielophanging
van de auto
●Plaatsen van elektronische appara-
tuur als een mobiele tweewegradio
(zend-/ontvanginstallatie) of CD-spe-
ler
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12L 25E.book Page 44 Thursday, November 8, 2018 10:31 AM
Page 116 of 690

115
2
COROLLA_TMUK_EE 2-1. Instrumentenpaneel
Voertuigstatusinformatie en controlelampjes
Dimmer dashboardverlichting
Geeft het display van de regelbare dash-
boardverlichting weer.
• De helderheid van de dashboardver-
lichting kan apart worden ingesteld voor
wel en niet brandende achterlichten.
• Geef om de helderheid in te stellen het display voor de regeling van de dimmer
dashboardverlichting weer en houd de
knop voor het wijzigen van de weer-
gave ingedrukt.
Afstand tot de motorolie moet wor-
den ververst
Geeft de afstand weer die nog met de
auto kan worden gereden tot de motorolie
moet worden ververst.
De afstand tot de motorolie moet worden
ververst kan ook worden weergegeven in
de volgende situaties:
• Wanneer het contact AAN wordt gezet.
• Als een waarschuwingsmelding ver-
schijnt dat de olie binnenkort moet wor-
den ververst.
• Resetten: →Blz. 554
■ Stel de minuten in op “00”.
1 Druk op of om van
het multi-informatiedisplay te
selecteren.
2 Druk op of om “Clock :
00” (klok : 00) te selecteren.
Druk op om de klok in te stellen
op het begin van het dichtstbijzijnde
uur.
bijv.
1:00 - 1:29 → 1:00
1:30 - 1:59 → 2:00
■ Wijzigen van de klok
1 Druk op of om van
het multi-informatiedisplay te
selecteren.
2 Druk op of om “Clock :
00” (klok : 00) te selecteren.
3 Houd ingedrukt.
4 Druk op of om het item te
selecteren dat gewijzigd moet
worden.
5 Druk op of om de instel-
ling te wijzigen.
De volgende functies kunnen wor-
den gewijzigd:
12-uurs/24-uurs weergave
Uur
Minuut
■ Klok afstellen
De klokken van onderstaande onder-
delen kunnen worden ingesteld via
het scherm van het audiosysteem.
Multi-informatiedisplay
Scherm audiosysteem
Instellen van de klok (auto's
zonder navigatie-/multi-
mediasysteem)
Instellen van de klok (auto's
met navigatie-/multi-
mediasysteem)
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12L 25E.book Page 115 Thursday, November 8, 2018 10:31 AM
Page 121 of 690

120
COROLLA_TMUK_EE2-1. Instrumentenpaneel
auto nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
■LCD-scherm
→ Blz. 124
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
De meters en tellers kunnen worden aan-
gepast aan de persoonlijke voorkeur via
op het multi-informatiedisplay.
( → Blz. 128)
■ Wijzigen van de weergave
Druk op de knop voor het wijzigen
van de weergave tot het gewenste
item weergegeven wordt.
■ Onderwerpen die worden weer-
gegeven
Kilometerteller
Geeft de totale afstand weer die met de
auto gereden is.
Dagteller A/dagteller B
Geeft de afstand weer die met de auto
gereden is sinds de teller de laatste keer
op nul is gezet. Dagteller A en B kunnen
onafhankelijk van elkaar worden gebruikt
en verschillende afstanden weergeven.
Geef om een dagteller te resetten de
gewenste dagteller weer en houd vervol-
gens de knop voor het wijzigen van de
weergave ingedrukt.
Dimmer dashboardverlichting
Geeft het display van de regelbare dash-
boardverlichting weer.
• De helderheid van de dashboardver-
lichting kan apart worden ingesteld voor
wel en niet brandende achterlichten.
• Geef om de helderheid in te stellen het display voor de regeling van de dimmer
dashboardverlichting weer en houd de
knop voor het wijzigen van de weer-
gave ingedrukt.
WAARSCHUWING
■Informatiedisplay bij lage tempera-
turen
Laat het interieur van de auto op tempe-
ratuur komen alvorens het informatie-
display te gebruiken. Bij extreem lage
temperaturen kan het informatiedisplay
trager reageren en worden wijzigingen
mogelijk met enige vertraging weerge-
geven.
Zo kan er bijvoorbeeld een vertraging
ontstaan tussen het schakelen door de
bestuurder en de weergave van de
ingeschakelde versnelling op het dis-
play. Deze vertraging kan de bestuurder
doen besluiten nogmaals terug te scha-
kelen, waardoor er snel en te sterk op
de motor wordt afgeremd en er een
aanrijding kan ontstaan, mogelijk met
ernstig letsel tot gevolg.
OPMERKING
■Voorkomen van schade aan de
motor en onderdelen ervan
●Laat de naald van de toerenteller niet
in het rode gebied komen dat het
maximumtoerental aangeeft.
●Als de naald van de koelvloeistoftem-
peratuurmeter in het rode gebied (H)
staat, kan de motor oververhit zijn.
Breng in dat geval de auto zo snel
mogelijk op een veilige plaats tot stil-
stand en controleer de motor nadat
deze volledig is afgekoeld.
( → Blz. 642)
Weergave kilometerteller en
dagteller
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12L 25E.book Page 120 Thursday, November 8, 2018 10:31 AM
Page 197 of 690

196
COROLLA_TMUK_EE3-2. Openen, sluiten en ver
grendelen van de portieren
• Kaarten met aluminiumfolie
• Sigarettenpakjes met aluminiumfolie erin
• Metalen portemonnees of tassen
• Muntgeld
• Metalen handwarmers
• Media zoals CD's en DVD's
●Als er andere sleutels met afstandsbe-
diening (die radiogolven uitzenden) in
de buurt gebruikt worden
●Als u de elektronische sleutel bij u
draagt samen met de volgende appara-
ten die radiogolven uitzenden
• De elektronische sleutel of een afstandsbediening van een andere auto
die radiogolven uitzendt
• Computers of pda's
• Digitale audioapparatuur
• Draagbare spelcomputers
●Als een metalen coating of metalen
voorwerpen aan de achterruit zijn
bevestigd
●Wanneer de elektronische sleutel in de
buurt van een batterijlader of elektroni-
sche apparaten wordt gehouden
●Wanneer de auto op een parkeerplaats
voor betaald parkeren staat waar radio-
golven worden verzonden
Vergrendel/ontgrendel de portieren op een
van de volgende manieren als de portieren
niet vergrendeld/ontgrendeld kunnen wor-
den met het Smart entry-systeem met
startknop:
●Houd de elektronische sleutel dicht bij
een van de voorportiergrepen en acti-
veer de instapfunctie.
●Bedien de afstandsbediening.
Gebruik de mechanische sleutel als de
portieren niet kunnen worden vergren-
deld/ontgrendeld met de bovenstaande
methoden. ( →Blz. 637)
Raadpleeg Blz. 637 als de motor niet kan
worden gestart met het Smart entry-sys-
teem met startknop.
■Aanwijzing voor de instapfunctie
●Zelfs als de elektr onische sleutel zich
binnen het detectiegebied bevindt, werkt
het systeem in de volgende gevallen
mogelijk niet juist:
• De elektronische sleutel bevindt zich te dicht bij de ruit of buitenportiergreep, te dicht bij de grond of te hoog als de portie-
ren worden vergrendeld of ontgrendeld.
• De elektronische sleutel ligt op het dash-
board, de bagageafdekking of de vloer,
of in een portiervak of het dashboard-
kastje als de motor wordt gestart of de
stand van de startknop wordt gewijzigd.
●Laat de elektronische sleutel niet boven
op het dashboard of in de buurt van de
portiervakken liggen wanneer u de auto
verlaat. Afhankelijk van de ontvangst
van de radiogolven wordt door de
antenne mogelijk waargenomen dat de
sleutel zich buiten de auto bevindt en
kunnen de portieren worden vergren-
deld vanaf de buitenzijde, waardoor de
elektronische sleutel mogelijk in de auto
wordt opgesloten.
●Zolang de elektronische sleutel zich bin-
nen het detectiegebied bevindt, kunnen
de portieren door een willekeurige per-
soon worden vergrendeld en ontgren-
deld. De auto kan echter alleen worden
ontgrendeld via de portieren die de elek-
tronische sleutel signaleren.
●Zelfs als de elektronische sleutel zich
buiten de auto bevindt, kan de motor
mogelijk gestart worden als de elektroni-
sche sleutel zich in de buurt van de ruit
bevindt.
●Als de sleutel zich binnen het ontvangst-
gebied bevindt en er een grote hoeveel-
heid water op de portiergreep
terechtkomt (bijvoorbeeld tijdens een
zware regenbui of het wassen van de
auto), kunnen de portieren worden ont-
grendeld of vergrendeld. (Als de portie-
ren niet worden geopend en gesloten,
worden deze na ongeveer 30 seconden
automatisch weer vergrendeld.)
●Als de afstandsbediening wordt gebruikt
om de portieren te vergrendelen terwijl
de elektronische sleutel zich in de nabij-
heid van de auto bevindt, bestaat de
mogelijkheid dat de portieren niet ont-
grendeld worden door de instapfunctie.
(Gebruik de afstandsbediening om de
portieren te ontgrendelen.)
●Wanneer u de vergrendel- of ontgrendel-
sensor aanraakt terwijl u handschoenen
draagt, worden de portieren mogelijk niet
vergrendeld of ontgrendeld.
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12L 25E.book Page 196 Thursday, November 8, 2018 10:31 AM
Page 257 of 690

256
COROLLA_TMUK_EE4-1. Voordat u gaat rijden
OPMERKING
●Het kan moeilijk zijn om de auto
onder controle te houden.
●De auto kan abnormale geluiden
maken of trillen.
●De auto kan abnormaal gaan overhel-
len.
Informatie over wat u moet doen in het
geval van een lekke band ( →Blz. 610,
621)
■Overstroomde wegen
Rijd niet op wegen die na zware regen-
val e.d. zijn overstroomd. Indien u dat
toch doet, kan de auto hierdoor ernstig
beschadigd raken:
●Motor slaat af
●Kortsluiting in elektrische componen-
ten
●Motorschade door onderdompeling in
water
Na het rijden op een overstroomde weg
of als de auto vast is komen te zitten in
modder of zand, moet het volgende
worden nagekeken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige:
●Remwerking
●Veranderingen in het peil en de kwali-
teit van de motorolie, transmissie-
vloeistof, koppelingsvloeistof,
differentieelolie, enz.
●Smering van de lagers en de wielop-
hanging (indien mogelijk) en de wer-
king van alle koppelingen, lagers,
enz.
Lading en bagage
Lees onderstaande informatie
over voorzorgsmaatregelen,
laadvermogen en belading zorg-
vuldig door:
WAARSCHUWING
■Zaken die niet in de bagageruimte
vervoerd mogen worden
De volgende zaken kunnen brand ver-
oorzaken als ze in de bagageruimte ver-
voerd worden:
●Jerrycans met benzine
●Spuitbussen
■Voorzorgsmaatregelen bij opbergen
Neem de volgende voorzorgsmaatrege-
len in acht.
Het niet in acht nemen van de voor-
zorgsmaatregelen kan ertoe leiden dat
de pedalen niet goed kunnen worden
ingetrapt, dat het zicht van de bestuur-
der wordt gehinderd of dat de bestuur-
der of passagiers door voorwerpen
geraakt worden, wat een ongeval kan
veroorzaken.
●Vervoer lading en bagage indien
mogelijk altijd in de bagageruimte.
●Stapel bagage in de bagageruimte
nooit hoger dan de rugleuningen.
●Plaats als u de achterstoelen neer-
klapt geen lange voorwerpen direct
achter de voorstoelen.
●Leg geen lading of bagage op de vol-
gende plaatsen:
• In de voetenruimte bij de bestuurder
• Op de voorpassagiersstoel of de ach- terstoelen (als er goederen op elkaar
gestapeld worden)
• Op de bagageafdekking
• Op het instrumentenpaneel
• Op het dashboard
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12L 25E.book Page 256 Thursday, November 8, 2018 10:31 AM