phone TOYOTA PROACE CITY 2020 Omistajan Käsikirja (in Finnish)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2020, Model line: PROACE CITY, Model: TOYOTA PROACE CITY 2020Pages: 360, PDF Size: 70.82 MB
Page 29 of 360
29
Instrumenten
1
Statistieken
Op deze pagina worden de verbruiksstatistieken voor elektrische energie weergegeven.
– Blauwe staafdiagram: direct verbruikte energie die wordt geleverd door de tractiebatterij.– Groene staafdiagram: energie die wordt teruggewonnen tijdens het decelereren en remmen en die wordt gebruikt om het batterijpakket op te laden.Het gemiddelde resultaat voor de huidige rit wordt weergegeven in kWh/100 km.► U kunt de weergegeven tijdschaal wijzigen door de toets - of + in te drukken.
NOTIC E
Met huidige rit wordt bedoeld: een rit van ten minste 20 minuten zonder dat het contact UIT wordt gezet.
Laden
Op deze pagina kunt u uitgesteld laden inplannen.Zie het desbetreffende hoofdstuk voor meer informatie over het opladen van de tractiebatterij (elektrisch).
Op afstand bedienbare
functies (elektrisch)
(Binnenkort beschikbaar)
In aanvulling op alle functies van de MyToyota-app, die u kunt openen via een smartphone, hebt u toegang tot de volgende functies:– Beheer laadtoestand batterijpakket (uitgesteld laden).– Beheer vooraf regelen temperatuur.– Raadplegen van de ladingstoestand en actieradius van de auto.
Installatieprocedure
► Download de app MyToyota van de juiste online store voor uw smartphone.► Maak een account aan.► Voer het VIN van de auto in (code die begint met “VF” op het kentekenbewijs).Zie het desbetreffende hoofdstuk voor meer informatie over de identificatie van uw auto.
NOTIC E
NetwerkdekkingZorg er, om de verschillende op afstand bedienbare functies te kunnen gebruiken, voor dat uw auto zich in een gebied bevindt dat wordt gedekt door het mobiele netwerk.Een gebrek aan netwerkdekking kan de communicatie met de auto verhinderen
(bijvoorbeeld als de auto zich in een ondergrondse parkeergarage bevindt). In dergelijke gevallen geeft de app een melding weer die aangeeft dat de verbinding met de auto niet tot stand kon worden gebracht.
Page 49 of 360
49
Toegang
2
Automatische vergrendeling
De auto vergrendelt zichzelf nadat een schuifdeur handsfree is gesloten.
NOTIC E
Als uw auto niet is uitgerust met een alarm, wordt het vergrendelen aangegeven door de richtingaanwijzers die gedurende ongeveer twee
seconden gaan branden.Tegelijkertijd worden, afhankelijk van uw uitvoering, de buitenspiegels ingeklapt.
Inschakelen/uitschakelen
Met audiosysteem of touchscreen
Standaard wordt handsfree toegang ingeschakeld.De functie “handsfree toegang tot achterklep” of het automatisch vergrendelen van de auto wanneer de schuifdeur wordt gesloten kan worden in- en uitgeschakeld in het configuratiemenu van de auto.
Storing
Een geluidssignaal dat driemaal wordt herhaald terwijl deze functie wordt gebruikt, geeft aan dat er een storing in het systeem aanwezig is.Laat het systeem nakijken door een erkende Toyota-dealer of Toyota-hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
NOTIC E
Als de optie “Handsfree achterklep met automatische vergrendeling” wordt geselecteerd in het voertuigmenu, controleer dan na het sluiten van de deur of de auto goed is vergrendeld.Er wordt niet vergrendeld:– als het contact AAN is;
– als een van de portieren of de achterklep is geopend;– als een afstandsbediening van het “Smart Entry & Start” zich in de auto bevindt. Als meerdere voetbewegingen geen effect hebben, wacht dan een paar seconden alvorens het opnieuw te proberen.Het systeem wordt automatisch uitgeschakeld bij hevige regenval of veel sneeuw.Als de afstandsbediening niet werkt, controleer dan of deze niet is blootgesteld aan elektromagnetische storing (afkomstig van smartphone, enz.).Bij gebruik van een beenprothese wordt de werking mogelijk negatief beïnvloed.Dit systeem werkt mogelijk niet goed als uw auto is voorzien van een trekhaak.
NOTIC E
De zijdeur wordt mogelijk zonder waarschuwing geopend of gesloten als: – Uw auto is voorzien van een trekhaak.– Een aanhangwagen wordt aan- of losgekoppeld.– Een fietsendrager wordt geplaatst of verwijderd.
– Er fietsen op een fietsendrager worden geplaatst of ervan af worden gehaald.– Er iets achter uw auto wordt neergelegd of opgetild.– Een dier de bumper nadert.– De auto wordt gewassen.– Er onderhoudswerkzaamheden worden uitgevoerd aan de auto.– Een wiel wordt vervangen. Houd, om plotselinge bediening te voorkomen, de sleutel uit de buurt van het detectiegebied (en de binnenkant van de bagageruimte) of schakel de functie uit via het configuratiemenu van de auto.
WARNI NG
Zorg ervoor dat niets of niemand het correct openen of sluiten van de zijdeuren in de weg
staat.Let bij het bedienen van de zijdeuren op kinderen.
Page 83 of 360
83
Ergonomie en comfort
3
WARNI NG
Het aansluiten van een elektrisch apparaat dat niet is goedgekeurd door TOYOTA, zoals een lader met een USB-aansluiting, kan een negatieve invloed hebben op de werking van de elektrische systemen van de auto, waardoor er storingen kunnen optreden in de vorm van een slechte radio-ontvangst of storing op de
beeldschermen.
USB-aansluiting
De aansluiting kan worden gebruikt voor het aansluiten van een draagbaar apparaat of een USB-stick.U kunt er ook audiobestanden mee afspelen via de luidsprekers van de auto.Deze bestanden kunnen worden beheerd met de toetsen op het stuurwiel of van het audiosysteem.
De USB-aansluiting kan ook worden gebruikt om een smartphone via Android Auto® of CarPlay® te verbinden, zodat u
bepaalde apps van uw smartphone via het touchscreen kunt gebruiken.Om de beste resultaten te bereiken, moet u de kabel van de fabrikant gebruiken of een kabel die door de fabrikant is goedgekeurd.Deze apps kunnen worden beheerd met de toetsen op het stuurwiel of van het audiosysteem.
NOTIC E
Tijdens het gebruik van de USB-aansluiting wordt het draagbare apparaat automatisch opgeladen.Tijdens het laden wordt er een melding weergegeven als het stroomverbruik van het draagbare apparaat hoger is dan de door de auto geleverde stroomsterkte.Raadpleeg voor meer informatie over het gebruik van deze uitrusting de hoofdstukken over de audio- en telematicasystemen.
220V-aansluiting
Afhankelijk van de uitvoering bevindt zich onder de voorstoel rechts een 220V-aansluiting (50
Hz) (maximumvermogen: 120 W); deze is dus bereikbaar vanaf de tweede zitrij.Deze aansluiting werkt bij draaiende motor en in de STOP-modus van Stop & Start.
► Til de afdekkap omhoog.► Controleer of het groene lampje brandt.► Sluit uw elektrische apparaat (telefoonlader, laptop, CD/DVD-speler, flessenwarmer, enz.) aan.Bij een storing in de aansluiting gaat het groene lampje knipperen.Laat het systeem nakijken door een erkende Toyota-dealer of Toyota-hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
WARNI NG
Sluit altijd maar één apparaat aan op de aansluiting (gebruik geen verlengsnoeren of verdeelstekkers) en sluit alleen apparaten aan die voldoen aan isolatieklasse II (op het apparaat aangegeven).Gebruik geen apparaten met een metalen behuizing.
Page 103 of 360
103
Ergonomie en comfort
3
Voorgeprogrammeerde
airco (elektrisch)
Met deze functie kunt u de temperatuur in het passagierscompartiment zo programmeren dat deze een vooraf gedefinieerde, niet-wijzigbare temperatuur (ongeveer 21°C) bereikt voordat u in de auto stapt, op de dagen en tijden van uw keuze.De functie is zowel beschikbaar wanneer de auto is
aangesloten als wanneer deze niet is aangesloten.
Programmeren
Met Bluetooth®-audiosysteem
Het vooraf instellen van de temperatuur is niet mogelijk bij het Bluetooth®-audiosysteem.
Met TOYOTA Pro Touch of TOYOTA Pro Touch met navigatiesysteem
Het programmeren kan worden uitgevoerd vanaf een smartphone met behulp van de app MyToyota (binnenkort beschikbaar).Zie het desbetreffende hoofdstuk voor meer informatie over de op afstand bedienbare functies.
Met TOYOTA Pro Touch met navigatiesysteem
Via het menu Applicaties.
Druk op “Auto apps” om de startpagina van de apps te openen.Selecteer Airconditioning.
► Druk op + om een programma toe te voegen.► Selecteer het tijdstip waarop u in de auto stapt en de gewenste dagen. Druk op OK.► Druk op ON om dit programma te activeren.De sequentie voor de temperatuurinstelling begint ongeveer 45 minuten voor de geprogrammeerde tijd wanneer de auto is aangesloten (20 minuten wanneer de auto niet is aangesloten) en wordt daarna 10 minuten aangehouden.
NOTIC E
U kunt meerdere programma's instellen.Elk programma wordt in het systeem opgeslagen.Voor het optimaliseren van de actieradius raden we u aan om een programma te starten terwijl de auto is aangesloten.
NOTIC E
Het ventilatorgeluid dat u hoort tijdens het op temperatuur brengen van de auto is volkomen normaal.
Voorwaarden voor werking
– De functie wordt alleen geactiveerd wanneer het contact UIT staat en de auto is vergrendeld.– Wanneer de auto niet is aangesloten, wordt de functie alleen geactiveerd als het laadniveau van het batterijpakket meer dan 50% bedraagt.– Als de auto niet is aangesloten en een terugkerend programma actief is (bijv. van maandag t/m vrijdag), wordt het programma
gedeactiveerd als er twee sequenties voor de temperatuurinstelling worden uitgevoerd zonder dat de auto wordt gebruikt.
Page 223 of 360
223
Praktische informatie
7
Ga naar een erkende Toyota-dealer of Toyota-hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.Op een smartphone of tablet (GSM), met TOYOTA Pro Touch of TOYOTA Pro Touch met navigatiesysteemU kunt de functie voor uitgesteld laden op elk moment programmeren via de app MyToyota (binnenkort beschikbaar).
Zie het desbetreffende hoofdstuk voor meer informatie over de op afstand bedienbare functies.In de auto, met TOYOTA Pro Touch met navigatiesysteem► Selecteer de pagina Laden in het touchscreenmenu Energie.► Stel de starttijd voor het laden in.► Druk op OK.De instelling wordt in het systeem opgeslagen.
Inschakelen
NOTIC E
Uitgesteld laden is alleen mogelijk in modus 2 en 3.
► Sluit na het programmeren van uitgesteld laden uw auto aan op het gewenste laadstation.
► Druk binnen een minuut op deze knop in de klep om het systeem te activeren (dit wordt
bevestigd door de laadindicator die blauw gaat branden).
Losnemen
Voordat u de laadstekker losneemt:► Als de auto is ontgrendeld, vergrendel en ontgrendel hem dan.► Als de auto is vergrendeld, ontgrendel hem dan.Het rode controlelampje in de klep dooft ter bevestiging dat de laadstekker is ontgrendeld.► Verwijder bij Mode 2 en 3 de laadstekker binnen 30 seconden.
NOTIC E
De vergrendeling van de laadstekker is gekoppeld aan de vergrendeling van de laadruimte. Zie het desbetreffende hoofdstuk voor meer informatie over het volledig of selectief ontgrendelen.
De laadindicator gaat wit branden.
NOTIC E
Druk, wanneer de selectieve deurontgrendeling is geactiveerd, tweemaal op de ontgrendeltoets om de laadstekker los te nemen.
NOTIC E
Wanneer het laden is voltooid, dooft na ongeveer 2 minuten de groene laadindicator in de klep.
Thuis laden, modus 2
Wanneer het laden is voltooid, wordt dit aangegeven door het groene controlelampje CHARGE op de regeleenheid; de groene laadindicator in de klep gaat permanent branden.► Plaats de beschermkap terug op de laadstekker en sluit de laadklep.► Neem het uiteinde van de laadkabel met de regeleenheid los uit de contactdoos.
Page 282 of 360
282
CD, streaming), bevestiging als het menu “Telefoon” geopend is.Lang indrukken: openen van het menu “Telefoon”.Bij een binnenkomend gesprek:Kort indrukken: aannemen van het gesprek.Lang indrukken: weigeren van het gesprek.Tijdens het gebruik van de telefoon:Kort indrukken: openen van het contextuele
telefoonmenu.Lang indrukken: beëindigen van het gesprek.Starten van de spraakherkenning van uw smartphone via het systeem.Radio:Kort indrukken: weergeven van de lijst met radiozenders.Lang indrukken: bijwerken van de lijst.Media:Kort indrukken: weergeven van de lijst met mappen.Lang indrukken: weergeven van de verschillende sorteeropties.Radio:Selecteren van de vorige/volgende voorkeuzezender.Selecteren van het vorige/volgende item uit een menu of lijst.Media:Selecteren van het vorige/volgende nummer.Selecteren van het vorige/volgende item uit een menu of lijst.Indrukken van de draaiknop: bevestigen.
Menu's
Afhankelijk van de uitvoering.“Multimedia”: Parameters media, Radio-instellingen.“Telefoon”: Bellen, Beheer index, Instelling telefoon, Gespr. beëindigen.“Boordcomputer”.
“Onderhoud”: diagnose, Logboek waarschuw., enz.“Verbindingen”: beheer van de verbindingen, apparaten zoeken.“Persoonlijke instelling - configuratie”: Parameters van de auto definiëren, Taalkeuze, Configuratie beeldscherm, Keuze van eenheden, Datum en tijd instellen.Druk op de toets “MENU”.
Scrollen tussen de menu's.
Toegang tot een menu.
Radio
Een radiozender selecteren
Druk herhaaldelijk op de toets SOURCE om de radiofunctie te selecteren.Druk op deze toets om een frequentieband te selecteren (FM/AM/DAB).
Druk op een van de toetsen voor automatisch zoeken naar een radiozender.Druk op een van de toetsen om handmatig naar hogere/lagere frequenties te zoeken.Druk op deze toets voor een lijst van de beschikbare zenders in het gebied waar u zich bevindt.Druk langer dan 2 seconden op de toets om deze lijst bij te werken. Tijdens het bijwerken is de geluidsweergave uitgeschakeld.
RDS
NOTIC E
Er kunnen storingen in de ontvangst optreden door obstakels in de omgeving (bergen, gebouwen, tunnels, parkeergarages, enz.),
ook als de RDS-functie is ingeschakeld. Dit is een normaal verschijnsel bij radiogolven en duidt niet op een storing in het audiosysteem.
Page 291 of 360
291
Bluetooth®-audiosysteem
10
In sommige gevallen moet u de telefoonmodus via de telefoon activeren.
Interactieve spraakserver
Selecteer in het contextmenu “Toon DTMF” en bevestig uw keuze om het digitale toetsenbord te kunnen gebruiken om door het menu van de interactieve spraakserver te navigeren.
Bevestig met OK.
Wisselgesprek
Selecteer “Verwisselen” in het contextmenu en bevestig uw keuze om een in de wacht gezet gesprek voort te zetten.Bevestig met OK.
Telefoonboek
Houd voor toegang tot het telefoonboek SRC/TEL ingedrukt.Selecteer “Telefoonboek” om de lijst van contacten te bekijken.Bevestig met OK.
Druk om de in het systeem opgeslagen contacten te wijzigen op MENU, selecteer vervolgens “Telefoon” en bevestig.Selecteer “Beheer index” en bevestig.U kunt het volgende doen:– “Een bestand raadplegen”,– “Een bestand verwijderen”,
– “Alle bestanden verwijderen”.Afhankelijk van de compatibiliteit van de telefoon heeft het systeem toegang tot het telefoonboek van de telefoon gedurende de tijd dat de Bluetooth-verbinding actief is.Vanaf bepaalde typen gekoppelde Bluetooth-telefoons kunt u contacten vanuit de telefoon opslaan in het geheugen van het audiosysteem.
De op deze manier geïmporteerde contacten worden opgeslagen in een telefoonboek dat, ongeacht welke telefoon is gekoppeld, vrij toegankelijk is.Het menu van het telefoonboek is niet beschikbaar als het telefoonboek leeg is.
Spraakherkenning
Dankzij deze functie kunt u de spraakherkenning van uw smartphone via het systeem gebruiken.Starten van de spraakherkenning (afhankelijk van het type stuurkolomschakelaars):Houd het uiteinde van de lichtschakelaar enige tijd ingedrukt.OfDruk op deze toets.
NOTIC E
Voor de spraakherkenning is een compatibele smartphone nodig die via Bluetooth met de auto is verbonden.
Veelgestelde vragen
Hieronder vindt u de antwoorden op de meest gestelde vragen over het audiosysteem van uw auto.Wanneer de motor is uitgezet, wordt het audiosysteem na enkele minuten automatisch uitgeschakeld.Als de motor is uitgezet, werkt het audiosysteem
zolang de ladingstoestand van de accu dat toestaat.Het uitschakelen is normaal: het audiosysteem schakelt over naar de spaarstand en wordt uitgeschakeld om te voorkomen dat de accu van de auto ontladen wordt.► Start de motor om de accu bij te laden.De melding “het audiosysteem is oververhit” wordt op het scherm weergegeven.Om het systeem te beschermen wanneer de omgevingstemperatuur te hoog is, schakelt het audiosysteem over naar een automatische warmtebeschermingsmodus: het geluidsvolume wordt dan verlaagd of het afspelen van de CD wordt gestopt.► Schakel het audiosysteem gedurende enkele minuten uit om het systeem te laten afkoelen.
Radio
Er is een verschil in geluidskwaliteit tussen de verschillende audiobronnen (radio, CD, enz.).Voor een optimale geluidskwaliteit kunnen de geluidsinstellingen (Volume, Bass, hoge
Page 292 of 360
292
tonen, Geluidseffect en Loudness) voor de verschillende audiobronnen afzonderlijk worden aangepast. Dit leidt ertoe dat bij het veranderen van de audiobron (radio, CD, enz.) verschillen hoorbaar kunnen zijn.► Controleer of de geluidsinstellingen (Volume, Bass, hoge tonen, Geluidseffect en Loudness) zijn aangepast aan de audiobronnen waarnaar wordt geluisterd. Wij adviseren
de geluidsinstellingen (Bass, hoge tonen, balans voor/achter en balans links/rechts) in de middelste stand te zetten, de geluidssfeer “Geen” te selecteren en de functie Loudness in de stand “Actief” te zetten bij gebruik van de CD-speler en in de stand “Inactief” te zetten bij gebruik van de radio.De voorkeuzezenders werken niet (geen geluid, 87,5 MHz wordt weergegeven, enz.).Het verkeerde golfbereik is geselecteerd.► Druk op de toets BAND om het golfbereik (FM, FM2, DAB, AM) te selecteren waarin de voorkeuzezenders zijn opgeslagen.De functie TA (verkeersinformatie) wordt weergegeven, maar ik ontvang geen verkeersinformatie.De geselecteerde radiozender maakt geen deel uit van het regionale netwerk van zenders die verkeersinformatie uitzenden.► Stem af op een zender die wel verkeersinformatie uitzendt.De ontvangstkwaliteit van de geselecteerde radiozender neemt geleidelijk af of de
voorkeuzezenders werken niet (geen geluid, 87,5 MHz wordt weergegeven, enz.).De auto is te ver verwijderd van het zendstation van de radiozender of er is geen zendstation in het geografische gebied.► Activeer de RDS-functie om het systeem de gelegenheid te geven om te controleren of er een sterker zendstation in de buurt is.Er kunnen storingen in de ontvangst optreden
door obstakels in de omgeving (bergen, gebouwen, tunnels, parkeergarages, enz.), ook als de RDS-functie is ingeschakeld.Dit is een normaal verschijnsel en duidt niet op een storing in het audiosysteem.De antenne is niet aanwezig of beschadigd (bijvoorbeeld in een wasstraat of parkeergarage).► Laat de antenne controleren door een dealer.Het geluid van de radio valt af en toe 1 tot 2 seconden weg.Tijdens deze korte onderbreking zoekt het RDS naar een frequentie die zorgt voor een betere ontvangst van de zender.► Schakel de RDS-functie uit als dit verschijnsel zich te vaak en steeds op hetzelfde traject voordoet.
Media
De Bluetooth-verbinding is verbroken.De batterij van het randapparaat is mogelijk niet voldoende geladen.► Laad de batterij van het randapparaat op.De melding “Storing USB-apparaat” wordt op het scherm weergegeven.
De USB-stick wordt niet herkend of is mogelijk defect.► Formatteer de USB-stick opnieuw.De CD wordt steeds uitgeworpen of wordt niet afgespeeld.De CD is ondersteboven in de speler geplaatst, kan niet worden gelezen, bevat geen audiobestanden of bevat audiobestanden die niet door het audiosysteem worden herkend.
De CD is voorzien van een systeem voor kopieerbeveiliging dat niet door de audiosysteem wordt herkend.► Controleer of de CD op de juiste manier in de speler is geplaatst.► Controleer de staat van de CD: de CD kan niet worden afgespeeld indien deze te ernstig is beschadigd.► Controleer de inhoud in het geval van een gebrande CD: raadpleeg de adviezen in het hoofdstuk “Audio”.Door een te slechte kwaliteit kunnen bepaalde gebrande CD's niet door het audiosysteem worden afgespeeld.Het geluid van de CD is slecht.De CD heeft krassen of is van slechte kwaliteit.► Gebruik alleen CD's van goede kwaliteit en berg ze zorgvuldig op.De audio-instellingen (lage tonen, hoge tonen, geluidssfeer) zijn ongeschikt.► Zet het niveau van de lage en hoge tonen op 0, zonder een geluidssfeer te selecteren.Ik kan de op mijn smartphone opgeslagen muziek niet afspelen via de USB-aansluiting.
Page 293 of 360
293
Bluetooth®-audiosysteem
10
Afhankelijk van het type smartphone moet het audiosysteem toestemming krijgen van de smartphone voor toegang tot de muziekbestanden.► Activeer het MTP-profiel op de smartphone handmatig (menu USB-instellingen).
Telefoon
Ik heb geen toegang tot mijn voicemail.
Er zijn slechts weinig telefoons en providers die deze functionaliteit ondersteunen.► Bel via het telefoonmenu het nummer van uw voicemail dat u van uw provider hebt gekregen.Ik kan mijn telefoonboek niet openen.► Controleer of uw telefoon compatibel is.U hebt tijdens het koppelen van de telefoon het systeem geen toestemming gegeven voor toegang tot het telefoonboek.► Geef het systeem toegang tot het telefoonboek van uw telefoon.Het gesprek wordt onderbroken als ik in de auto stap.De handset-modus is ingeschakeld.► Schakel de handset-modus uit om het gesprek over te zetten naar het systeem van de auto.Het lukt niet om mijn telefoon via Bluetooth te koppelen.De koppelingsprocedure kan afhankelijk van de telefoon (model, versie van het besturingssysteem) verschillen en bepaalde telefoons zijn niet compatibel.
► Alvorens te proberen de telefoon te koppelen, moet u vanaf het systeem de huidige koppeling met de telefoon en vanaf de telefoon de koppeling met het systeem ongedaan maken om te zien of de telefoon compatibel is.
Page 294 of 360
294
TOYOTA Pro Touch
Multimedia-audiosysteem
- Applicaties
- Bluetooth®-telefoon
NOTIC E
De beschreven functies en instellingen variëren afhankelijk van de uitvoering en de configuratie van de auto, en van het land van verkoop.
WARNI NG
Om veiligheidsredenen mag de bestuurder handelingen die de volle aandacht vragen, zoals de onderstaande, uitsluitend uitvoeren bij stilstaande auto met het contact AAN:– Koppelen van de smartphone met het systeem via Bluetooth.– Het gebruiken van de smartphone.
– Verbinding maken met apps als CarPlay® of Android Auto (bij bepaalde apps wordt de weergave onderbroken wanneer de auto gaat rijden).– Wijzigen van de systeeminstellingen en -configuratie.
NOTIC E
Het systeem is zodanig beveiligd dat het uitsluitend in de auto functioneert.De melding Energiespaarmodus wordt weergegeven als het systeem op het punt staat om in de stand-bymodus te gaan.
Eerste stappen
Als u bij draaiende motor op de toets drukt, wordt het geluid onderbroken.Als u op de toets drukt terwijl het contact UIT staat, wordt het systeem ingeschakeld.Verhoog of verlaag het volume met het wieltje of de toetsen “plus” of “min” (afhankelijk van de uitrusting).
Gebruik de toetsen aan weerszijden van of onder het touchscreen om de menu's te openen en druk vervolgens op de virtuele toetsen op het touchscreen.Gebruik al naar gelang de uitvoering de toets “Bron” of “Menu” aan de linkerzijde van het touchscreen om de menu's te openen en druk vervolgens op de virtuele toetsen op het touchscreen.U kunt op elk gewenst moment de menu's oproepen door het scherm kort met drie vingers aan te raken.Alle aanraakgevoelige gebieden op het scherm zijn wit.Op pagina's met meerdere tabbladen onderaan het scherm kan tussen de pagina's worden gewisseld door op het tabblad van de gewenste pagina te tikken of door met een vinger de pagina's naar links of rechts te verschuiven.Druk op het gearceerde gebied om één niveau omhoog te gaan of om uw keuze te bevestigen.Druk op de pijl “Terug” om een niveau terug te gaan of om uw keuze te bevestigen.